Actuele pedagogische thema’s
DOELENLIJST 2022-2023
Dhont Julia
Inhoud
Algemene doelstellingen........................................................................................................................4
Uitleg examen:.......................................................................................................................................4
LES 1: Inleiding: Basisinzichten van de pedagogie..................................................................................5
Aangeven welke actuele maatschappelijke tendens binnen de pedagogiek spelen...............................5
De stelling ‘pedagogiek is een maatschappelijke kwestie’ uitleggen en illustreren met voorbeelden.. .5
Het concept ‘pedagogiek’ verwoorden..................................................................................................6
Aangeven wat bedoeld wordt met het “ontbreken van de pedagogische stem in het publiek debat”.. 6
Met eigen woorden aangeven dat pedagogiek onvoorspelbaar is.........................................................7
Verwoorden dat pedagogiek een waardengeladen discours is..............................................................8
Het recht op vrije tijd bij kinderen volgens Bruno Vanobbergen uitleggen............................................8
Het risico reducerend denken verwoorden............................................................................................9
De gevolgen van risico reducerend denken benoemen (zie verschillende thema’s ).............................9
Het individualiserend denken verwoorden............................................................................................9
Met een voorbeeld illustreren dat opvoeden plaatsvindt tussen generaties.......................................10
Begrippen:............................................................................................................................................10
LES 2 en LES 4: Onderwijs.....................................................................................................................10
De twee aspecten van onderwijsvrijheid uitleggen..............................................................................10
Aangeven wanneer de leerplicht start en eindigt.................................................................................11
Het verschil verwoorden tussen eindtermen en leerplandoelen.........................................................11
Aangeven dat leerplannen afgeleid worden van de eindtermen.........................................................13
Uitleggen wat ontwikkelingsdoelen zijn en in welk onderwijsniveau deze aan bod komen.................13
De drie transitiemomenten in het schoolsysteem bespreken..............................................................14
Het verschil tussen schooluitval en spijbelen aangeven (link filmpje ppt)............................................15
De structuur van het Vlaamse onderwijs weergeven mbt onderwijsnetten en onderwijskoepels.......16
De 3 functies van de onderwijsprocessen volgens Biesta uitleggen.....................................................17
De herstructurering van het secundair onderwijs in grote lijnen weergeven.......................................18
De gevolgen schetsen van het M-decreet in het buitengewoon onderwijs (krantenartikel)................19
De grote lijnen van het leersteundecreet aangeven.............................................................................20
Het verschil tussen het M-decreet en het leersteundecreet aangeven................................................21
1
,Aangeven dat bepaalde aspecten in het leersteundecreet niet overeenstemmen met de
inclusiegedachte...................................................................................................................................22
Geef 3 voorwaarden die belangrijk zijn om inclusie in het regulier onderwijs mogelijk te maken (cf.
Pano reportage – Portugal)..................................................................................................................22
Uitleggen dat Inclusief onderwijs voor een inclusieve maatschappij zorgt..........................................22
Drie basiscompetenties van de leraar duiden met voorbeelden van hoe men handelingsgericht kan
werken..................................................................................................................................................23
Aangeven welke maatregelingen de overheid kan nemen om het lerarentekort aan te pakken.........23
Het begrip ‘pretpedagogiek’ verwoorden............................................................................................23
Kritisch zijn tov de hele discussie ‘kennisoverdracht versus welzijn’ (cf. filmpje de wetenschap vertelt
en filmpje Ken Robinson)......................................................................................................................24
Aangeven dat differentiëren, inspelen op de leefwereld en het versterken van het welbevinden
effecten heeft op het leren van kinderen.............................................................................................24
De kerngedachte van de speech van Ken Robinson weergeven. (ppt 44, film)....................................25
De principes van 5 methodescholen herkennen..................................................................................25
De grondlegger aan de juiste methodeschool koppelen......................................................................25
Uitleggen wat er wordt bedoeld met ‘It takes a village to raise a child” binnen samen opvoeden......30
Verwoorden hoe een orthopedagoog en een leerkracht elkaar ondersteunen binnen het onderwijs.
..............................................................................................................................................................31
Begrippen:............................................................................................................................................33
LES 3: Genderdiversiteit (gastspreker)..................................................................................................33
De 5 begrippen op de genderkoek van CAVARIA met voorbeelden toelichten. (NIET alle verschillen
van genders per slides, dat leidt ons te ver).........................................................................................34
..............................................................................................................................................................34
Aangeven hoe genderbinariteit een paradigma is................................................................................34
Verwoorden wat genderbinariteit betekent.........................................................................................35
Voorbeelden geven hoe je als toekomstige orthopedagoog rekening kan houden om op een positieve
manier om te gaan met genderdiversiteit............................................................................................35
Begrippen:............................................................................................................................................36
LES 5: Opvoeden in een gekleurde samenleving..................................................................................37
Verwoorden wat etnische diversiteit is................................................................................................37
Het wheel of power privilege van Sylvia Duckworth’s toelichten.........................................................37
Verwoorden wat structureel racisme betekent....................................................................................38
De antwoorden op de 4 stellingen bij het onderdeel ‘racisme bij jonge kinderen’ motiveren.............39
Voorbeelden geven van micro-agressies..............................................................................................41
Herkennen van micro-agressies...........................................................................................................41
Casus als voorbeeld en hoe reageren...................................................................................................42
Uitleggen dat ongelijkheid in onderwijs in stand wordt gehouden......................................................42
2
,De drie paradigma’s (kleurenblindheid, assimilatie, multicultureel) herkennen, uitleggen en
voorbeelden bij geven..........................................................................................................................43
Aangeven dat de term ‘meertaligheid’ een meer positieve connotatie is dan ‘anderstalig’. !!!...........44
Verwoorden dat meertalig opvoeden gevolgen heeft voor de socio-emotionele ontwikkeling bij
kinderen...............................................................................................................................................44
Voorbeelden geven van hoe je als toekomstige orthopedagoog kan omgaan met etnische diversiteit
om racisme tegen te gaan....................................................................................................................45
Drie voorbeelden geven van hoe je als orthopedagoog in het onderwijs/voorziening iets kan
implementeren om om te gaan met de taaldiversiteit. (zie pdf slide 33).............................................46
Verwoorden wat wokisme is................................................................................................................46
De term ‘woke’ verbinden aan de verschillende diversiteiten uit de lessen (genderdiversiteit, etnische
diversiteit, …)........................................................................................................................................46
Een link leggen met een wheel of power privilege van Sylvia Duckworth’s en de woke-discussie.......47
Begrippen:............................................................................................................................................48
LES 6: Media-opvoeding.......................................................................................................................49
Kenmerken van de huidige samenleving benoemen en linken aan de invloed van sociale media.......49
Een recent artikel becommentariëren door te linken aan de kenmerken van de huidige samenleving
..............................................................................................................................................................50
Het effect duiden van pedagogisering op het gebruik van sociale media.............................................50
Benoem drie van de nieuwe 21e eeuw skills in het onderwijs en koppel aan mediaopvoeding...........51
Het samenhang tussen mediawijsheid en mediaopvoeding beschrijven.............................................51
Beschrijf 6 zaken die van belang zijn hoe je als opvoeder met mediaopvoeding aan de slag kan........52
Benoem en herken de mogelijke begeleidingsstijlen voor mediaopvoeding (goed kennen)................53
Beschrijf hoe de begeleidingsstijl kan beïnvloed worden door leeftijd van de kinderen of
opvoedingsstijl......................................................................................................................................53
Enkele vaststellingen, aanbevelingen en conclusies uit onderzoek herkennen....................................54
Bespreek het differentieel ontvankelijkheidsmodel op basis van paardenbloem- en orchidee
kinderen...............................................................................................................................................54
EIGEN EXAMENVRAAG!........................................................................................................................55
Begrippen:............................................................................................................................................55
LES 7: Adoptie.......................................................................................................................................56
Een mening kunnen staven over de besproken stellingen aan de hand van de geleverde informatie
door de buddy’s en Margot..................................................................................................................56
De 7 stappen benoemen binnen de adoptieprocedure........................................................................57
Aangeven waarom dat steeds minder kinderen wereldwijd nood hebben aan adoptie......................57
Aangeven welke kinderen meer in aanmerking komen voor adoptie..................................................58
Beschrijven waarom jij steunpunt adoptie als opvoeder zal aanspreken.............................................58
Het voordeel van ‘a-buddy’ beschrijven...............................................................................................58
3
,Begrippen:............................................................................................................................................58
LES 8: Ouderschoolsamenwerking – brugfiguren – brede school.........................................................59
De vijf sterren/visies van de werking van brugfiguren toelichten met voorbeelden............................59
Enkele concrete acties beschrijven van brugfiguren............................................................................59
De doelstelling van brugfiguren uitleggen............................................................................................60
Het verschil tussen ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid uitleggen............................................61
Het concept ‘ouderschoolsamenwerking’ toelichten...........................................................................61
Aangeven waarom het belangrijk is om ouders te betrekken..............................................................62
De 7 dimensies van ouderbetrokkenheid toelichten met een voorbeeld.............................................62
Het armoedeweb (binnenkant) en (buitenkant) (zie antwoorden op vragen) begrijpen en herkennen.
..............................................................................................................................................................63
Voorbeelden kunnen plaatsen binnen het participatiehuis..................................................................66
Aangeven wat een brede schoolwerking is..........................................................................................68
De doelstellingen van een brede school met voorbeelden kunnen duiden..........................................69
5 praktijkvoorbeelden om beter beeld te kunnen vormen van brede school:.....................................70
Aangeven hoe je als opvoeder een rol kan opnemen naar een brugfiguur of bredeschoolcoördinator
toe........................................................................................................................................................71
Jouw rol als opvoeder duiden binnen het verhaal van ouderschoolsamenwerking.............................71
Begrippen:............................................................................................................................................71
Algemene doelstellingen
- Het vakjargon gebruiken
- Een artikel bespreken en relateren aan de cursusinhoud.
- Verbanden tussen de inhouden van de verschillende thema’s herkennen, verwoorden en er
voorbeelden bij kunnen geven.
- Voorbeelden kunnen geven bij het vakjargon.
Uitleg examen:
- Schriftelijk examen
- Vertrekken vanuit doelstellingen (richtlijn examenvragen), hoe meer je weet hoe meer je
erover kan vertellen
4
, - Soorten vragen: begrippen herkennen en kunnen beschrijven, voorbeelden kunnen geven
van bepaalde begrippen, artikel weergegeven wordt en zaken herkennen (over wat het gaat,
welk thema behandeld, concept herkennen en uitleggen, onderlijnen), verbanden kunnen
leggen in verschillende thema’s (bv. Gekleurde samenleving en gender, kansarmoede en
brede school, woke, onderwijs is overal te linken)
LES 1: Inleiding: Basisinzichten van de pedagogie
(les 1, zie ppt en verwijzingen websites, kopies van het boek)
Aangeven welke actuele maatschappelijke tendens binnen de pedagogiek spelen.
- Waarom vallen steeds meer leerkrachten uit en staan gepensioneerde leerkrachten terug
voor de klas?
- Hebben anderstalige kleuters baat bij een taalintegratietraject?
- Moeten we kleuters uitgebreid testen alvorens ze naar het eerste leerjaar te laten gaan?
- Waarom willen we camera’s om de jeugd in de gaten te houden? En wat met privacy t.o.v.
controle?
- Kan iemand van 18 jaar voldoende stemgerechtigd zijn? Wordt er rekening gehouden met
wat kinderen echt willen?
- En wat met wachtlijsten in de kinderopvang, de jeugdzorg en in de gehandicaptensector?
Moet kinderopvang niet gratis zijn?
- Moet de overheid de pedagogische ‘tik’ verbieden? Of hebben ouders ‘pedagogische
vrijheid’?
- Daalt de algemene onderwijskwaliteit? Kunnen we spreken van een nieuwe schoolstrijd?
Kennis - burgerschap?
- Wat met de ongelijkheid in het onderwijs? En houdt het onderwijs deze in stand?
- Zijn de jongeren van vandaag een gepamperde generatie?
- Kan opvoedingsondersteuning armoede voorkomen? Of moeten ze eerst materiële en
financiële hulp hebben?
- Krijgen kinderen oogproblemen en obesitas van achter het beeldscherm te zitten?
De stelling ‘pedagogiek is een maatschappelijke kwestie’ uitleggen en illustreren met
voorbeelden.
De kindertijd krijgt pas vorm in relatie tot andere personen (leerkrachten, ouders, opvoeders,
leeftijdsgenoten, …) en in relatie tot de brede maatschappelijke context. En deze is veranderlijk.
Als de betekenis van het kind – zijn een menselijk en relationeel construct is, dan betekent ook dat ze
door mensen en in relaties veranderd kan worden. En dat is het fundament van de pedagogiek!
We kunnen dan kiezen om een bepaald kindbeeld ons handelen te laten bepalen. Dus we moeten er
van bewust zijn dat ze vervat zitten in ons handelen
Het concept ‘pedagogiek’ verwoorden.
5
,‘paidagōgós’
→ Pais = kind
→ Agogen = leiden
= Opvoeden, waarden en normen meegeven → opvoeden van kind
Kind (0-18 jaar) in theorie, in praktijk soms verschillend
Pedagogiek = handelingswetenschap
- Wil komen tot inzichten die bruikbaar zijn in de praktijk van opvoeding
- Handelen van opvoeders staat centraal
3 niveaus van pedagogisch handelen:
- Theorie: opvoedingswetenschap (pedagogiek) → wetenschap → wetenschappelijk artikel
- Praktijktheorie: opvoedingsleer → theoretische aanwijzingen → advies of cursussen
- Praktijk: opvoedkunde (pedagogie) → dagelijks opvoeden → doen, handelen
Pedagogiek als deelwetenschap: ngl. Studieobject
→ Vanuit verschillende invalshoeken pedagogiek benaderen. Nagaan wat pedagogiek voor ons
betekent.
Aangeven wat bedoeld wordt met het “ontbreken van de pedagogische stem in het publiek
debat”.
→ Artikel: pedagogische stem ontbreekt in publiek debat
Artikel gaat over zorgen omtrent de wereld, maatschappij en vooral de zorg. Hoe kan je deftig
werken als de overheid geen goede ondersteuning geeft. We doen er alles aan om mensen te helpen,
maar zonder hulp is dit moeilijk mogelijk.
‘Laten we ons verenigen, ons samen druk maken en ons vooral overal mee gaan bemoeien. Als het
gaat om verbinden, zijn wij hier als pedagogen tenslotte de aangewezen personen voor.’
Zinnen uit artikel:
6
, “Wij zijn deskundig in het signaleren van hulpvragen en het bieden van passende ondersteuning,
maar lijken zelf te verdrinken in de complexiteit van de dagelijkse praktijk.”
“Je kan geen dakloze jongeren helpen, als er te weinig slaapplekken zijn. Je kan pesten op school niet
tegengaan, als het amper lukt om voldoende leerkrachten voor de groep te krijgen. Je kan een ouder
met onverwerkt trauma niet uit de brand helpen, als gespecialiseerde hulp maanden op zich laat
wachten.”
“Onze samenleving lijkt de weg kwijt te zijn en kan wel wat liefdevolle, pedagogische ondersteuning
gebruiken.”
- Pedagogen komen vaak niet genoeg voor zichzelf op, omdat ze vooral gefocust zijn op het
welzijn van de kinderen.
- Kunnen goed iedereen helpen, maar zelf op zoek naar hulp is vaak moeilijker
Wat maakt het moeilijk om te functioneren?
- Geen absolute waarheid (geen duidelijke waarden en normen)
- Visie van de organisatie (biedt houvast)
- Het systeem waar we inzitten is complex, het verandert, maar is tegelijk ook heel statisch
(blijft soms jarenlang hetzelfde). Ze hebben visies, regels, afspraken die mss wel 20 jaar
hetzelfde blijven. Mss heb jij andere visie die botst met het systeem.
Hoe merk je dat je botst op systeem op stage?
- Personeelstekort
- Wachtlijsten
- Verschil in geloof
→ Conclusie artikel: we gaan te weinig in debat
Met eigen woorden aangeven dat pedagogiek onvoorspelbaar is.
- Uithuisplaatsing v e kind (kinderrechten)
- Omwille van belang kind tegenover interveniëren i e gezin
- Onderwijsinstellingen in cijfers (PISA, …) maar gaan voorbij a d vraag waarover onderwijs
eigenlijk moet gaan
Uitleg:
Een van de voornaamste rechten kind: Recht op veiligheid
→ Om dit te garanderen, in belang van kind wordt er geïntervenieerd in gezin.
7