Basisbegrippen hoofdstuk 1
Inleiding: een beeld van een kind
1. Inleiding
“Het resultaat van ons denkwerk is geen chronologisch verhaal geworden, geen stromingen of
denkscholen”
“Hoe je naar de pedagogiek als wetenschap kijkt, bepaalt de wijze waarop je erover schrijft.”
o Het idee dat we op ≠ manieren kunnen kijken naar de pedagogiek
Pedagogiek = Die wetenschappen die dienstbaar willen zijn ten aanzien van pedagogische processen
1.1. Pedagogiek?
HOE DEZE ‘DIENSTBAARHEID’ VORM KRIJGT, KAN STERK VERSCHILLEND ZIJN EN
HANGT AF:
- De gekozen invalshoek (verschillende “subpedagogieken”)
- De wetenschapsopvatting
Van een normatieve pedagogiek naar een wetenschappelijke pedagogiek
- Normatieve pedagogiek = Pedagogiek sterk beïnvloed door een bepaalde religie, ideologie
- Wetenschappelijke pedagogiek = Het bestuderen van de opvoeding, de ontwikkelingsfasen, en ook de
relatie tussen het kind en zijn omgeving
1.2. Pedagogiek in het meervoud
GESCHIEDENIS VAN DE WETENSCHAPPELIJKE PEDAGOGIEK KENMERKT ZICH DOOR:
- Discussie over hoe opvoeding best kan worden beschreven
- Hoe ze het best bestudeerd kan worden
- En welke rol zij vervult voor de opvoedingspraktijk
o Grote diversiteit aan pedagogisch-inhoudelijke en wetenschapstheoretische ideeën
KLASSIEKE PEDAGOGISCHE DRIESTROMENLAND:
- Geesteswetenschappelijke Pedagogiek (Dienstbaarheid): dominant tot jaren 1960, meest filosofische
pedagogie => pedagogische praktijken
- Empirisch-analytische Pedagogiek (Waarheid): jaren 1960-70, voorspellen en verklaren
- Kritisch-emancipatorische Pedagogiek (Rechtvaardigheid) : vanaf jaren 1970, hoe kunnen we via
opvoeding en onderwijs rechtvaardige samenleving behalen
1.2.1. Geesteswetenschappelijke Pedagogiek
- De opvoeding ontleent haar zin en waarde niet aan iets buitenpedagogisch, maar is in zichzelf zinvol en
waardevol
- De opvoedingspraktijk is betekenisvol (als een tekst); de pedagogiek brengt deze betekenissen aan het
licht
VB. Spelen met kinderen, dat spel proberen ‘lezen’ en die tekst proberen begrijpen
- Hermeneutiek als onderzoeksmethode (cfr. Theologie)
Hermeunitiek = Hermeneutiek is de studie van de interpretatie van teksten, in het bijzonder van teksten op
het gebied van literatuur, religie en recht. Het is een begrip dat in de filosofie verschillende invullingen
heeft gekregen
1.3. Kritische pedagogiek: kritiek op de
geesteswetenschappelijke pedagogiek
- De begrippen ‘pedagogische relatie’ en ‘pedagogische autonomie’ komen onder vuur te liggen
1
,- Aandacht voor het macroniveau, voor het niveau van de maatschappelijke structuren
- Klemtoon op maatschappijkritiek
- Communicatie en socialisatie vervangen het begrip pedagogische relatie
- Emancipatie vervangt Bildung (emancipatorische pedagogiek)
1.4. Maar… scherpe debat tussen denkscholen is verstomd
Dominantie positivistische wetenschapsbenadering in de pedagogiek
- Wetenschappelijke pedagogiek gepresenteerd als verzameling empirische
onderzoeksgebieden
- Klemtoon op wetenschapstheoretische beweringen en niet op
pedagogisch-inhoudelijke overwegingen
- Vervagende grens tussen pedagogiek en ontwikkelingspsychologie
Toegenomen pragmatiek in onderzoeksmethodes
Het ongrijpbare van de pedagogiek (cfr. Rizoom)
RIZOOM
- Meerdere oorsprongen
- Bijzonder veel vertakkingen
- Weet niet exacte oorsprong pedagogiek, kan niet de richting, .. voorspellen
2. Pedagogiek als maatschappelijke kwestie
Het maatschappelijk en politieke debat staat bol van de pedagogische vragen:
- Mag iedereen wel kinderen krijgen?
- Daalt de algemene onderwijskwaliteit
=> Pedagogisch debat stelt veel vragen
We maken ons als samenleving veel zorgen maar is minder eensgezindheid over hoe we het probleem
moeten oplossen, wat het probleem is of hoe we er onderzoek over moeten doen.
o Pedagogiek is in die zin nauw verbonden met de ideeën en opvattingen in een samenleving over
bijvoorbeeld burgerschap, ouderschap, verantwoordelijkheid en democratie.
3. De onvoorspelbare aard van de pedagogiek
Veel vragen bij wat ‘de pedagoog’ en ‘de pedagogische kennis’ zijn => kern van de discussie over de aard
van pedagogisch onderzoek
Opvoeding en onderwijs hebben een inherent onvoorspelbaar en onbeheersbaar karakter
- Veel antwoord op verwacht
- Vinden hun weg naar onderzoek, praktijk en beleid
- ‘Hoe’ handelen en ‘wat’ we moeten doen
=> Grote druk om antwoorden te vinden op “wat werkt”.
Men gaat er van uit dat de ideologische discussie wordt ‘uitgesloten’ wanneer het beleid steunt op
evidentie. De wetenschap wordt vandaag gezien als een kwaliteitslabel dat garant staat voor de juiste of
beste keuze = Evidence-based denken
Evidence-based denken = Het idee dat onderzoeksinzichten of simpelweg kennis leiden tot een meer
voorspelbare en beheersbare wereld.
“Het probleem is niet, zo betoogt de pedagoog Paulo Freire, dat de pedagogische wetenschappen besmet
zouden zijn met ideologie. Het probleem is eerder het gebrek aan ideologie of beter nog aan ideologieën, in
het meervoud.” (p. 23)
4. De pedagogiek onder druk?
Een historisch gegroeide discipline, verankerd in een rijke traditie, maar zonder verplichtend raamwerk dat
scherp afbakent wat wel en niet pedagogisch mag en kan zijn.
2
,VEELVORMIGHEID VAN DE PEDAGOGIEK:
- Aandacht voor pedagogische basisbegrippen
- Positionering tot nieuwe sociaal-maatschappelijke ontwikkelingen
- Pedagogiek als discipline met een bredere methodologische onderzoeksoriëntatie
2 TENDENSEN DIE DE EVOLUTIE OF DRANG NAAR EENDUIDIGE ANTWOORDEN
HEBBEN VORMGEGEVEN
- Risicoreducerend denken
- Individualiserend denken
4.1. Risicoreducerend denken
Oorsprong: begin van de 20e eeuw waar het idee ontstond dat het mogelijk moet zijn om alle mogelijke
risico's in kaart te brengen
Overheden, sociale dienstverleners en academici zijn vandaag heel erg gericht op het identificeren,
beoordelen en vooral verminderen van elk (potentieel) gevaar voor kinderen en jongeren
o Bereidheid van de overheid om te investeren in hulpmiddelen, instrumenten en elektronische apparaten
om risico's in kaart te brengen en te beheersen (camera’s in kinderdagverblijven)
“Het leek niet meer dan een kwestie van tijd om alle geheimen van kinderen en het kinderleven grondig
in kaart te brengen. Omdat we er niet genoeg van kregen, zijn we lijsten beginnen aanleggen van allerlei
fysieke, psychische of sociale stoornissen.”
o Paradoxaal aanleiding gegeven tot het ontstaan van steeds meer etiketten en nieuwe categorie een
risico kinderen
4.2. Individualiserend denken
Beleid, praktijk en onderzoek richten hun aandacht vooral op individualiserende interventies.
o De oplossing voor maatschappelijke en pedagogische vraagstukken wordt telkens gezocht in het “terug
aan boord” krijgen van het individu, zonder veel reflectie over hoe het er “aan boord” aan toegaat
Uitvallen wordt toegeschreven aan individuele mislukkingen in plaats van oog te hebben voor de sociale en
maatschappelijke drempels en tekortkomingen (Discussie over armoede).
5. De wereld is pedagogiek en pedagogiek is de
wereld
Opvoeden is meer dan de ontwikkeling van kinderen stimuleren, het gaat om het binnenbrengen van de
wereld.
Opvoeden vindt plaats tussen generaties:
- Hoe we opvoeden zegt iets over hoe generaties met elkaar omgaan in relatie tot onze
gemeenschappelijke wereld.
BELANG VAN HET DENKEN VAN HANNAH ARENDT:
- Opvoeden betekent kinderen initiëren in de wereld. Het is kinderen uitnodigen om deel te nemen.
Opvoeden verschijnt zo als een plek waar we met kinderen en jongeren kunnen spreken, waar we hen
laten spreken, en waar we zelf ook spreken.
- Opvoeden betekent ook zorg dragen voor het nieuwe in elk kind.
- Opvoeding gaat zo om twee dingen: de voortzetting en de vernieuwing van de wereld.
VB. klimaatmarsen van jongeren
6. Over kinderen, de kindertijd en kinderbeelden
Kinderen en volwassenen onderscheiden van elkaar
Kinderen die tegenwoordig gezien worden als een aparte sociale categorie is het gevolg van veranderingen
over opvattingen over de kindertijd door de tijd heen, daarna schrijven ook een aantal sociale
geconstrueerde kenmerken toe aan kinderen en de kindertijd
Kenmerken = gebaseerd op en beïnvloed door de denkwijze van volwassenen => kindbeelden
Kindbeelden vertellen ons over
3
, - Hoe we als samenleving naar kinderen en jongeren kijken en welke kindertijd en wel en niet wenselijk
vinden
- Welke rol we ouders toebedelen
- Functie van leerkrachten en opvoeders is en hoort te zijn
- Van welke wereld we dromen
6.1. De ‘ontdekking’ van het kind
PHILIPPE ARIÈS
- 1960: L’enfant (pas in ’80 interesse)
- Pionier kind studies
2 CONCEPTEN ARIÈS
- Het vertroetelen van kinderen: kinderen worden als een plezier binnen de huiselijke kring ervaren
- Het morele perspectief op kindzijn: Kinderen zijn breekbaar en dienen beschermd en gekneed te worden
Beide constructies erkennen de speciale aard van kindzijn
STELLINGEN ARIÈS
Traditionele samenleving heeft weinig oog voor kinderen
- Kind als arbeidskracht
- Het kind als een aapje zonder schaamte
- Het gezin kent geen affectieve functie
Vanaf de 17de eeuw: ontdekking van het kind
- Spelen met en knuffelen van kinderen
- Erkennen van de eigenheid van kinderen
- De schoolse opvoeding en het geprivatiseerde gezinsleven resulteerden in een infantilisering van het
kind
Ariès vindt steun bij auteurs als Stone, Shorter & deMause, maar..
SCHERPE KRITIEK VAN POLLOCK:
- Onderzoek op basis van dagboeken van 1500 tot 1800
- Kinderen waren gewild, wetgeving rond kinderen, eerste medicatie voor kinderen, weinig brutaliteiten
tegen kinderen
6.2. De vondst van de kindertijd
VERANDERENDE ECONOMISCHE CONTEXT
Tot 100 jaar geleden werden het kind en de volwassene hetzelfde gezien en was er geen of weinig
aandacht voor het opgroeien.
1907: teddybeer = leefwereld kind veranderd
MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN DIE HET IDEE VAN EEN GELUKKIGE
KINDERTIJD GEFACILITEERD HEBBEN
- Rol v.d. commerciële industrie
- Opvoeden als ‘making the child as happy as possible’
- Sterke daling van de kindersterfte (door niet meer te werken in vb een fabriek)
IMPACT VAN DE COMMERCIËLE INDUSTRIE
- Commerciële artikelen worden aan een gezonde ontwikkeling van het kind gekoppeld (Spinazie)
- Wetenschap een marketingplan hand en dan (adviesliteratuur en advertenties lekker sterk op elkaar)
- Veel aandacht voor de relatie tussen moeder en kind
HET VERDWIJNENDE KINDSZIJN
“De media indoctrineren kinderen in de geheime wereld van volwassenen.”
"Generationing" verwijst naar processen waardoor sommige individuen "kinderen" worden ("worden
geconstrueerd als") terwijl anderen "volwassenen" worden ("worden geconstrueerd als"), met gevolgen
voor de activiteiten en identiteiten van de inwoners van elke categorie, alsook voor hun onderlinge
relaties.”
4