Sociaal economische analyse
Les 1: Sociale rechtvaardigheid
Verplichte teksten:
- Development as freedom, chapter 3 & 4 (A. Sen 1999)
- The Economics of the Welfare State, chapter 2 (N. Barr 2020)
De Rode draad
Equity → Efficiency
Equity = social justice
“goal relating to the way in which resources should be distributed or shared between individuals”
Efficiency =
“allocation of scarce resources in such a way that no reallocation can make any individual better off
without making at least one individual worse off”
Wat zijn de doelstellingen van beleid? Wat wil je bereiken met het beleid?
Met welke methoden kunnen deze doelstellingen het best behaald worden?
Onderscheid doelen – methoden !
Centrale vragen voor elke samenleving:
1) Hoeveel herverdeling zou er moeten zijn?
2) Hoe dient men een economische activiteit te organiseren, via markt, centrale planning of
gemengde economie?
Economische theorie
The complexity of the economy calls for the use of multiple models that address different aspects, I
am concerned that too many economists take the findings of individual studies literally as a basis for
policy thinking rather than drawing inferences from an individual study, combining them with
inferences from other studies that consider other aspects of a policy question, as well as with
intuitions about aspects of policy that have not been formally modeled. Assumptions that are
satisfactory for basic research, for clarifying an ssue by isolating it from other effects, should not play
a central role in policy recommendations if those assumptions do not apply to the world. To me
taking a model literally is not taking a model seriously. It is worth remembering that models are
incomplete – indeed that is what it means to be a model.”
1.Sociale rechtvaardigheid: de informatiebasis
Wat is de informatiebasis voor theorie rechtvaardigheid?
• Verhaal van Annapurna: (Sen, 1999, p.54-55)
“Annapurna wants someone to clear up the garden, which has suffered from past neglect, and three
unemployed laborers – Dinu, Bishanno and Rogini – all very much want the job. She can hire any one
of them, but the work is indivisible and she cannot distribute it among the three. Annapurna would
get much the same work done for much the same payment from any of them, but being a reflective
person, she wonders who would be the right person to employ.” 8 She gathers that while all of them
are poor, Dinu is the poorest of the three, everyone agrees on that fact. This makes Annapurna
1
,rather inclined to hire him (“What can be more important”, she asks herself, “than helping the
poorest?”). However, she also gathers that Bishanno has recently been impoverished and is
psychologically most depressed about his predicament. Dinu and Rogini are, in contrast, experienced
in being poor and are used to it. Everyone agrees that Bishanno is the unhappiest of the three and
would certainly gain more in happiness than the other two. This makes Annapurna rather favorable
to the idea of giving the job to Bishanno. (“Surely removing unhappiness has to be”, she tells herself,
“the first priority”). But Annapurna is also told that Rogini is debilitated from a chronic ailment –
borne stoically- and could use the money to be earned to rid herself of that terrible disease. It is not
denied that Rogini is less poor than the others (though certainly poor) and also not the unhappiest
since she bears her deprivation rather cheerfully, used to being deprived all her life (coming from a
poor family, and having been trained to reconcile herself to the general belief that, as a young
woman, she must neither grumble nor entertain much ambition). Annapurna wonders whether,
nevertheless, it might not be right to give the job to Rogini (“It would make the biggest difference”,
she surmises, “to the quality of life and freedom from illness”). 9 Annapurna wonders what she really
should do. She recognizes that if she knew only the fact that Dinu is the poorest (and knew nothing
else), she would have definitely opted for giving the work to Dinu. She also reflects that had she
known only the fact that Bishanno is the unhappiest and would get the most pleasure from the
opportunity (and knew nothing else), she would have had excellent reasons to hire Bishanno. And
she can also see that if she was apprised only of the fact that Rogini's debilitating ailment could be
cured with the money she would earn (and knew nothing else), she would have had a simple and
definitive reason for giving the job to her. But she knows all the three relevant facts, and has to
choose among the three arguments, each of which has some pertinence.
• Aan wie zou jij het werk geven? M.a.w. welke informatie vind je belangrijk?
aan Bishanno? Dinu? Rogini?
→ Dinu: armste : “What can be more important than helping the poorest?”
→ Bishanno: ongelukkigste: “Surely removing unhappiness has to be the first priority?”
→ Rogini: ziekste: “It would make the biggest difference to the quality of life and freedom from
illness”
Theorieën van sociale rechtvaardigheid
- Libertarisme
- Utilitarisme
- John Rawls: A Theory of justice (1971)
- Amartya Sen
- Collectivistische visies
Libertarisme Vs Liberale theorieën Vs Collectivistische visies
→ Libertarisme
* Analyse van samenleving in termen van individuele leden
* Zwaartepunt = Individuele vrijheden
* Essentieel: Private eigendom en Marktmechanisme
→ Liberale theorieën
* Analyse van samenleving in termen van individuele leden
* Private eigendom is middel, geen doel
* Verdelingsprincipe met mogelijk egalitaire implicaties
2
,→ Collectivistische visies
* Analyse van de samenleving in termen van sociale klassen
* Private eigendom heeft beperkte rol
* Centraal voor overheid: allocatie en verdeling van middelen volgens behoefte
2.Libertarisme
(Nozick; Hayek; Friedman)
• Libertarisme: groep van rechtvaardigheidstheorieën die voorrang geven aan bepaalde
rechten die niet geschonden mogen worden bij nastreven van sociale doelen
• Informatiebasis: individuele rechten (eigendomsrechten) (0/1: recht geschonden of niet)
• Pleidooi voor vrije markt en beperkte overheidsinterventie
• 2 stromingen worden onderscheiden
- Natuurrecht Libertarisme (Robert Nozick = Amerikaans filosoof)
Hij houdt een heel sterk pleidooi voor het recht op eigendom.
Recht op eigendom moet beschermd blijven! Maar hoe verkrijg je dat recht op eigendom:
a) Door te werken
b) Door te erven dus een erfenis van rechtmatig bekomen vermogen
c) Bezit dat Illegaal verkregen is kan door de overheid herverdeeld worden.
De enige reden dat je eigenlijk een overheid nodig zou hebben is in een nachtwakerstaat ter
verdediging van eigendom.
Hij zegt dat overheidsinterventie ‘moreel fout’ is, heel veel overheidsingrijpen een inbreuk is
op het eigendom en dus verworpen moet worden.
- Empirisch Libertarisme (Hayek, Friedman = Amerikaanse Economen)
Er mag wel overheidsinterventie zijn, maar niet te veel. Dit eerder om praktische redenen.
Overheidsinterventie zorgt voor een vermindering van welvaart.
Kenmerken:
1) primaat van individuele vrijheid is essentieel:
Ze hanteren beide de enge definitie van vrijheid = Vrijheid is de afwezigheid van
dwang/beperkingen.
2) waarde van de markt: De markt is zeer belangrijk! bescherming individuele vrijheid, beste
coördinator van al die mensen die op die manier in interactie komen, dat zorgt ervoor dat die
acties vlot verlopen. De markt coördineert dus alle prijs, vraag, lonen, hoeveelheid….
3) streven naar sociale rechtvaardigheid is zinloos en schadelijk voor individuele vrijheid
Er is een grote rol voor markten, maar een beperkte rol voor de staat
(De staat mag een beperkt aantal publieke goederen voorzien; Ze mag er ook voor zorgen
dat mensen niet in armoede komen (subsistentie) maar voor de rest moet de rol van de staat
beperkt blijven.)
Er is wel angst voor totalitarisme!
(Totalitarisme = een politiek systeem waarbij de gehele maatschappij ondergeschikt wordt
gemaakt aan het staatsidee en de politiek de gehele samenleving tot in de diepste
geledingen doordringt.)
3
, De voordelen en nadelen van Libertarisme
+ Het is belangrijk dat ze kijken naar rechten en vrijheden (rechten en vrijheden = prioriteit)
- Geen/weinig aandacht voor de uitkomsten van deze rechten.
Het toepassen van bv het eigendomsrecht zoals beschreven door Nozick, waarbij je eigendom op
een rechtmatige manier bekomt, kan toch leiden tot heel belangrijke vormen van onvrijheid
(vrijheid zoals ingevuld door Sen)
→ dit kan leiden tot fundamentele schending van basisvrijheden
bv: hongersnood kan plaatsvinden zonder dat eigendomsrechten geschonden worden
(sen: ‘Poverty and Famine’)
arme mensen kunnen zich niet weren tegen die hongersnood omdat die eigendomsrechten zo ongelijk verdeeld zijn.
- onverschillig t.o.v. substantiële vrijheden die mensen al dan niet hebben.
3.Liberale Theoriën
Utilitarisme
- informatiebasis: de totale som van het nut. (in de samenleving)
- is heel lang de dominante ethische theorie geweest, ook een grote impact gehad op het
economisch denken.
2 soorten van het Utilitarisme:
1) Klassiek/ hedonistisch utilitarisme
Nut wordt gedefinieerd door geluk, plezier, tevredenheid, en dit dient gemaximaliseerd te
worden binnen de samenleving.
Het is moeilijk om geluk te meten daarom een overgang naar…
2) Preferentie utilitarisme
Nut wordt gedefinieerd door het vervullen van verlangens, en de keuzes die mensen maken
(waarneembare keuzes)
Kenmerken van utilitarisme:
- keuzes worden beoordeeld op gevolgen.
- Oordeel wordt beperkt tot ‘nut’. Andere zaken worden niet in beschouwing genomen. Het totaal
nut is belangrijk.
- Rangschikken op basis van geaggregeerd nut (geaggregeerd nut = som van individueel nut)
Onrechtvaardige samenleving wanneer er een verlies is van geaggregeerd nut = ONRECHT;
Zo komen we terug bij het verhaal van Annapurna:
Wie van de drie zal gekozen worden in geval van utilitarisme? (kijken naar welbevinden, het geluk)
Dinu: armste
Bishanno: ongelukkigste (want hij gaat zich gelukkiger voelen)
Rogini: ziekste
• “Bishanno has recently been impoverished and is psychologically most depressed about his
predicament. Dinu and Rogini are, in contrast, experienced in being poor and are used to it. Everyone
agrees that Bishanno is the unhappiest of the three and would certainly gain more in happiness than
the other two. This makes Annapurna rather favorable to the idea of giving the job to Bishanno.”
• Annapurna: ‘Surely removing unhappiness has to be the first priority’.
4