Pijn - samenvatting
Inleiding (23/02)
Vele dimensies van pijn
Pijn = zeer complex gegeven veel misverstanden: lees beginnende dia’s
Pijn: plastisch het kan gevoeld worden zonder dat er een prikkel aanwezig is
Vermijden van medische beeldvorming want veroorzaken soms problemen
Pijn geneest niet door rust: graded activity
Situatie heeft invloed op de pijn: soms bij extreme letsels pijn weg door adrenaline
Pijn = nuttig alarmsysteem
Bio-psycho-sociaal probleem!
Prikkel nociceptie pijngewaarwording
Deze pijn lijkt ons zinvol en begrijpelijk: vb op duim slaan met hamer
Automutilatie: zelfbeschadiging
Pijngedrag met doel: weg van de eenzaamheid
Congenitale analgesie: afwezigheid pijnzin
Al snel verwondingen vanaf begin leven
Extreme medische hulp vereist
Pijnzin = vitale sensibiliteit (= soort van levensbelangrijk beschermingsmechanisme:
gevoelskwaliteiten die betrekking hebben op het waarnemen van pijn,
temperatuurverschillen en druk)
Definitie en indelingen van pijn
Pijn = onaangename sensorische en emotionele ervaring die wordt opgewekt door een
(dreigende) weefselbeschadiging, of wordt beschreven in termen van weefselbeschadiging
Pijn = subjectief!! ieder persoon verschilt en gebruikt de term op basis van eigen
ervaringen met weefselschade in verleden
Meten is moeilijk
Het is een emotie
Weefselschade niet noodzakelijk pijnkabelmodel; flexibel en leerbaar pijnsysteem
Indelingen
Ideaal volgens ontstaansmechanismen: moeilijk bij chronische pijn
Via locatie pijn
Via locatie van de oorsprong: somatisch, viscero, neuro, psychogeen
Somatisch VS psychisch
Nociceptief VS non-nociceptief
Acuut VS chronisch
Epidemiologie van pijn
Het voorkomen van pijn in samenleving
Verbanden ontdekken of verschillen (vb: man VS vrouw)
Risicofactoren opzoeken: belang voor preventie
Incidentie: aantal nieuwe gevallen
Trends in ontstaan bestuderen: belangrijk voor studie van ontstaansmechanismen
Prevalentie: aantal mensen met bepaalde pijn op bepaald ogenblik
Leert ons de grootte van het probleem
, Meest voorkomend: rug, heup en nekpijn of widespread
Verschillende patronen
Naargelang man en vrouw: V geven meer ernstigere, frequentere en aanhoudende pijn
aan
Naargelang cultuur
Naargelang maatschappelijke klassen: lagere klasse hoger percentage klachten
Naargelang leeftijd
Kenmerkende pieken en patronen dia 42 (bekijk)
Hoofdstuk 1: van pijnprikkel tot
pijngewaarwording (23/02 + 2/03)
Pijnkabelmodel bij nociceptieve pijn
Volgorde model: stimulus – transmissie – respons
1) Stimulus: pijnlijke prikkel
2) Impuls transmissie: opwekken van AP in onze zenuwbanen
3) AP langs C en A-delta vezels naar dorsale hoorn
4) Synaptische transmissie:
- aankomst AP: opening kanalen op einde perifere afferente sensorische vezels (Calcium)
- Hierdoor: vesikels met neurotransmitters fuseren met presynaptisch membraan
inhoud los in spleet
- Deze neurotransmitters zullen binden op hun specifieke receptoren post-synaptisch
5) Postsynaptisch: Influx en efflux van stoffen die voortgang van AP langs axonen
ruggenmerg naar brein toelaat
6) Verwerking en perceptie: info wordt opgevangen en verwerkt door de hogere centra
ervaren pijn
De nociceptoren en soorten afferente vezels
Nociceptoren = ongespecialiseerde zenuw-einden die sensatie pijn opwekken
Cellichaam in dorsale ganglion axon periferie of ruggenmerg
nociceptoren-afferenten
1) C-vezels:
- Ongemyeliniseerd: tragere geleidingssnelheid
- Polymodaal: hoge intensiteit van mechanische/chemische/thermische prikkels
- Zeurende, langdurige en vage/verspreide pijn
2) A-delta vezels
- Gemyeliniseerd: snellere geleidingssnelheid
- Scherpe en korte pijn
- Thermisch of mechanisch
Dualiteit van pijn
1) Primaire pijn
- Eerst: felle pijn bij verwonding
- Scherp, goed gelokaliseerd en kortdurend
- Aard van pijn aard van prikkel
- Felle reacties
- A-delta vezels
2) Secundaire pijn
, - Latere pijn: zeurend, langdurig en moeilijk te lokaliseren
- Emotioneel getint: ze lijden echt
- Gedragsverandering meestal
- C-vezels
Ischemie: 1st primaire pijn, vervolgens secundair
Veroudering: A-delta vezels degenereren het snelst dus groter aandeel C-vezels
De achterhoorn als eerste beslissingsstation
Achterhoorn = centrum waar eerste beslissing plaats vindt
- Pijnprikkels komen als eerst hier binnen
- Binnenkomende impulsstroom al dan niet gewijzigd doorsturen
Geen 1 op 1 relatie: niet dezelfde prikkel die binnenkomt zal precies zo
doorgestuurd worden
divergentie (signaal gaat via meerdere wegen) en convergentie (samenkomen
signaal)
laminae van redex
- Ter hoogte van de dorsale wortel: C-vezels en A-delta vezels dorsolateraal zijn geordend
(liggen in laagjes)
Nociceptoren afferenten: laag 1 (marginale zon) + laag 2 (substantia gelatinosa)
en laag 5
- Bij binnenkomen dorsale hoorn zijn er vertakkingen over verschillende segmenten:
Tractus van Lissauer
- NT bij synapsen op achterhoorn: voornamelijk exciterend
Substantia P en glutamaat: C-vezels
Excitatoire AZ: A-delta vezels
Neuronen in de achterhoorn
- Laag 4: Tactile = zuiver tastgevoelige neuronen (niet-pijnlijk)
- Laag 5: Wide dynamic range = breed-gevoelige vanalle soorten signalen zowel tast als
druk, warmte en polymodaal (pijn)
- Laag 1: nociceptieve specific (divers) = enkel de pijnsignalen warmte, druk of
polymodaal OF nociceptieve specific (alleen mechanisch) een specifieke groep
pijnsignalen enkel voor druk
Organisatie van afferente input in dorsale hoorn belangrijk voor interpretatie van
verschillende pijsyndromen zoals gerefereerde pijn
- Projectieneuronen = sturen signalen direct door naar hersenen (vooral laag 1 en 5)
- Interneuronen = tussensignaal doorgave
Exciterend
Inhiberend: zowel pre (C remt invloed van B op N via langere weg)
als postsynaptisch (C remt N)
Hebben invloed op andere interneuronen, opstijgende neuronen,
motorneuronen en zijhoornneuronen
Achterhoorn = gate/filter Gate-control theorie
- Balans van activiteit in dikke en dunne vezels van belang bij transmissie pijn in dorsale
hoorn
De verschillende input van dunne en dikke vezels bepalen hoe de poort van de
pijnsignalen open staan
, Dikke vezels activeren inhiberende interneuronen (=poort dicht) signalen
dunne vezels minder doorgegeven: minder pijn
VB acupunctuur: dikke vezels worden gestimuleerd waardoor pijnstimulus
geblokkeerd wordt
Basis van TENS en dorsal column stimulatie
De vier functionele toestanden van de achterhoorn
= hoe en wanneer prikkels worden doorgegeven aan de hersenen is afhankelijk van de
toestand van de neuronen in achterhoorn
1) Normaal
- Geen weefselschade, neurologische aandoening of inflammatie
- Externe prikkels worden waargenomen zoals we gewend zijn: logische relatie tussen
objectieve stimulus en subjectieve sensatie
2) Geïnhibeerd
- Neuronen van de achterhoorn zijn minder gevoelig
- Perifere remmende input selectieve stimulus van de dikke vezels
- Afdalende remming: Voorbeelden soldaat in oorlog (survival stress) zolang je moet
vechten voor je leven, minder pijngevoel, centrale demping
3) Gesensitiseerd
- Overgevoelige achterhoorn neuronen: gevoel van pijn veel groter dan ernst prikkel
- Bij iedere vorm weefselschade is dit zinvol fysiologisch mechanisme individu
gedwongen om op hoede te zijn van belang!
- Afferente input in ruggenmerg vergroot (hyperalgesie)
- Normaal gaat dat voorbij
- Kan nog een versterkt worden door invloed vanuit hersenen door bvb angst
4) Reorganisatie
- Sensitisatie die niet meer stopt = chronische pijn
Perifere input definitief versterkt of spontaan actief
Pijn komt niet meer overeen met het alarmsignaal
- Neuronale netwerken in achterhoorn kunnen afferenten vertakken en nieuwe synapsen
vormen
Hierdoor: eigenschappen neuronen permanent veranderen
Pijnbanen
In het algemeen…
- Veel banen/wegen spelen rol bij vervoer nociceptieve activiteit naar hersenen
- Geen pijncentrum!
Hersenen in zijn geheel betrokken
- Multimodale informatie meestal
- Doorsnijden baan is geen oplossing meerdere banen steeds betrokken
- Klassieke pijnbaan = Spinothalamische baan
Mediaal pijnsysteem: veel tussenvertakkingen
- Multisynaptisch: overal tussenstoppen
- Vrij traag
- Multimodaal
- Tonische info
- Geen duidelijke somatotopie (topografische organistaie) diffuus gelokaliseerde
sensatie vage/diepe lokalisatie pijn
- Bestemming in hersenen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur BN2003. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.