KLASSIEKE MYTHOLOGIE
Het vertellen van het verhaal was een sociaal proces. Het ging van mond-tot-mond en daardoor ook van
hoofd-tot-hoofd waardoor er een zekere discussie wordt opgebracht & daardoor eerder een interactie
wordt ipv een vaststaande theorie.
→ Mythes zijn vandaag nog steeds accuraat & aanwezig in onze dagdagelijkse samenleving.
Doorheen de tijd hebben deze telkens verschillende interpretaties (altijd meerdere! is eig
eerder een netwerk!) worden vertaald naar de “moderne” periode. De verhalen kunnen
letterlijk worden vertaald naar het hedendaags denken en eigen worden gemaakt
(voorbeelden op de slides), en zijn hierdoor vaak een inspiratie van waaruit letterlijk of
contrasterend wordt vertrokken om een eigen waarheid te ontdekken. De mythes worden
steeds herschreven en omvatten, vaak, veranderingen en vernieuwingen in de afbeeldingen
(zowel in de beeldende, geschreven alsook de psychologische weergaven)
Het woord “mythe” heeft geen vaste definitie, wel een meerzijdige betekenis
= Verhalende overlevering over universele thema's als het begin van de tijd, het ontstaan van de
wereld, de schepping van de mens en het leven na de dood. Deze vormt een cluster van verhalen die
in elkaar overlopen & steeds verder gaan
→ Enerzijds is het een verhaal dat ter amusement wordt verteld maar verder geen waarheid
bevat. “Dat is een mythe” = dat is niet waar. Paul Veyne schrijft over de Grieken die geloofden
maar ook niet geloofden in hun goden. Ze vertrouwden in de sacrale aanwezigheid, maar
geloofden niet in een fysieke vorm waardoor een dualiteit ontstond in hun geloofsovertuiging
→ Anderzijds zijn mythes een middel voor de luisteraar/lezer om zichzelf te (her)ontdekken.
Deze kan dienen als eyeopener waarbij een (zelf)reflectie openstelt waarbij deze steeds gaat
worden herhaald & heruitgevonden door de huidige maatschappij.
Poging tot definitie via ‘familiegelijkenissen’; verhaal dat het merendeel v deze eigenschappen bezit:
→ Traditioneel, sacraal verhaal dat ontwikkeld is buiten de dagdagelijkse werkelijkheid treedt
→ Van anoniem auteurschap: een mythe is per definitie een verhaal dat niet door 1 persoon is
verzonnen, maar is (her)verteld door vele verschillende monden. “Het verhaal is er altijd al
geweest, en zal altijd blijven voortbestaan”
→ Verteld binnen een zekere gemeenschap waarbij deze verhalen dienen als voorstelling van de
waarden van de maatschappij (wat vinden we goed/slecht, waarvoor staan wij, etc.). Hierdoor
waren er lokale verschillen in de verhalen, specifiek voor de identiteit vd inwoners als groep
→ Staat in verband met een ritueel (bv. de Olympische spelen, oogstrituelen, etc.)
→ Handelt over antropomorfe, bovenmenselijke wezens zoals goden, helden of geesten
→ Speelt zich af buiten de historische tijd of dat verslag doet over het contact tussen de
mensenwereld en de bovennatuurlijke wereld (duidt op de denkwijze van Paul Veyne)
→ Volgt een gefragmenteerde, onordelijke logica
→ Heeft als hoofdfunctie het verklaren, verzoenen, sturen of legitimeren van de dagdagelijkse
werkelijkheden, ontastbare begrippen zoals bv de dood, mensen gehoorzaam te houden, etc.
→ Past binnen een netwerk van andere verwante verhalen
1
,Deze soort verhalen zorgen voor zelfreflectie en laat ons nadenken over welke verhalen ons iets doen,
en waarom juist deze zaken ons iets doen
→ De reflectie is niet enkel op de “zelf”, maar ook op het wereldbeeld waarin we ons bevinden.
Opnieuw is er een zekere waardebepaling in de herhaling van verhalen & de denkwijzen die
deze bevatten/voorstellen
o Een terugkerend verhaal dat niet enkel in de Griekse maar ook andere mythologieën
aan de kern ligt van de vertellingen is een reden/verklaring zoeken achter de dood.
Interessant hier is dat er altijd een “fout” wordt begaan waardoor men sterft, en dit
vaak een vrouw is die deze fout begaat. Dit ligt vaak aan het feit dat de vrouw leven
geeft, en hierdoor ook aan de kern ligt van het wegnemen ervan. (Eva, Pandora,
Moeder Aarde/Gaia, etc.)
→ De verhalen gingen ook vaak dienen als uitleg/verwerking van bepaalde levens-
gebeurtenissen/fases in de levens van de mensen. Er staat in deze mythes telkens iets op het
spel, waarbij de “oplossing” (die vaak niet wordt bereikt) de enige mogelijke redding is van de
personages in het verhaal
Men heeft heel lang gedacht de er slechts 1 echte waarheid was om de verhalen van de mythes te
begrijpen, maar dit bleek (gedeeltelijk) onwaar
→ Mythes werden doorverteld. Degenen die werden behouden waren die dat als “een
darwinisme van verhalen” steeds opnieuw iets te bieden hebben & kunnen worden
geherinterpreteerd tot steeds nieuwe werkelijkheden & steeds op nieuwe gebieden relevant
zijn/blijven/worden
!! Mythes waren eigenlijk nooit bedoeld als geschreven verhalen. Ze werden gezongen, afgebeeld,
uitgebeeld, etc & spoelde over in alle lagen en bezigheden van de destijdse maatschappij (politiek,
entertainment, architectuur, geneeskunde, etc.). Mythes waren een belevenis, een ritmisch gedicht
dat luidop dient te worden voortgebracht.
!!! Opgepast: Mythes mogen niet worden verward met gelijkaardige soorten verhalen
1. Sagen (saga)
= Gebaseerd op historische gebeurtenissen
2. Legendes (legenda)
= Gaat specifiek over uitzonderlijke mensen
3. Sprookjes (folktales, fairy tales)
= Wonderlijk, optimistisch & volks die vaak een grote vorm van escapisme bevatten
4. Fabels (Lat. fabula ~ Gr. mythos)
Zijn korte, moraliserende verhalen met een specifieke & leerzame boodschap
2
,Redenering van het ontstaan van ‘mythe’ als begrip
De thematiek van mythen ligt in het begrijpen van de wereld, het tastbaar maken van on(be)grijpbare
begrippen & gebeurtenissen in een mensenleven zoals ontstaansmythen (theogonie, kosmogonie,
antropogonie), vruchtbaarheidsmythen, lokaliteit, patriotisme, etc. Deze dienen als verklaringen
voor religieuze, sociale, politieke, natuurlijke… gebruiken, instellingen en fenomenen. De verhalen
geven troost & zingeving, en dienen vaak ter reflectie door een paradigma/exemplum te integreren
dat dient als voorbeeldfunctie (model of waarschuwing) van hoe men zich “correct” moet gedragen.
Uniek aan de Griekse mythologie is dat de goden hier zelf in een negatief licht worden geplaatst: ze begaan
fouten, oordelen ongerechtig & zijn een “exemplum” van hoe het NIET moet!
1. OUDHEID
Het Griekse ‘mythos’, ‘logos’ of ‘epos’
→ = Taalhandeling, gaande van een enkel woord tot een verhaal
→ Plato (4e E v. C) ontwikkelde geleidelijk aan een tegenstelling tussen ‘logos’ en ‘mythos’
o Logos = Het ‘betrouwbare’ woord van de filosoof
o Mythos = Verhalen van de aloude traditie
Voor de eerste keer werd deze afbakening gemaakt. In de 6e eeuw begint de “echtheid” vd
goden in het Klassieke Griekenland in twijfel getrokken. Specifiek bij Plato wordt de
denkwijze van "logos" als vorm van redenering en logica toegepast die de filosofische manier
van denken aanduidt. Enerzijds worden de verhalen in vraag getrokken, anderzijds worden ze
gezien als allegorische/metaforische/symbolische verhalen om het leven te begrijpen, maar
niet om letterlijk te gebruiken
→ Hoe verhouden ‘mythos’ en ‘logos’ zich? Hebben we alleen logica nodig om te denken en te
leven, of ook de wilde verbeelding van de mythe?
2. MODERNE TIJDEN (Marcel Detienne, l’Invention de la mythologie - 1981)
‘Mythe’ zoals wij het woord invullen (bijzonder genre van het godenverhaal) is een westerse, relatief
moderne term ontstaan is in de 18e-19e eeuw
→ Er is een interesse en onbegrip voor bepaalde verhalen uit archaïsche (Griekse) & niet-
westerse culturen (‘wilden’) waaruit de mythologie als studieveld ontstaat. Deze is een
samenhangend netwerk dat volken, culturen en zelfs tijd overschrijd en een denkbeeld
weergeeft van destijdse overtuigingen & maatschappelijke praktijken.
→ Één van de centrale vragen in de mythenstudie is waarom en hoe de absurditeit van de mythe
toch ‘werkt’. Waarom lijken we van nature geneigd te zijn tot mythisch denken, en moet
rationeel denken gecultiveerd worden? Waarom zouden ze verzinnen dat incest wordt
gepleegd, kanibalisme voorkomt, moorden goedpraten, etc.?
o Een logische, rationele kijk op de wereld is eigenlijk onnatuurlijk, we staan als mens
vaak intuïtief en verbeeldend tegenover de wereld. Deze bedenksels laten ons de
wereld begrijpen zonder dat deze letterlijk moeten worden genomen!
Deze gedachte vormt de basis van het onderzoeksveld van mythologie zoals deze vandaag wordt
bestudeerd. Niet al deze vragen moeten perse worden beantwoord om de verhalen te begrijpen, maar
zijn een soort grondwerking van wat er zou gebeuren
3
, CHRONOLOGIE
Er is geen exacte chronologie in de mythologie!!
Afhankelijk van de context, verteller & doelpubliek wordt de mythe anders verteld
→ Hiervan is slechts weinig geweten vandaag, de beste bron zijn de verhalen zelf!
→ De tragedies werden SAMEN in groep verteld, er werd over gediscussieerd in de publieke
theaters waardoor de kijker “meeschreef” aan het verhaal dmv debat
o Deze debatten waren een resultaat van de democratie. Er was geen 1 juist antwoord,
maar wel een oefening voor het volk om zich in te leven in verschillende standpunten
→ Conclusies kunnen worden getrokken:
o Hoe de verhalen worden geplaatst in de context van het “grote” verhaal (mythes
liepen steeds in elkaar over en door, er was geen begin tot einde verhaal!)
o Wat de verschillen in het verhaal zijn tussen verschillende gebieden
o Mythes zijn GEEN dogmatische religie
Er is niet 1 juist boek met 1 correct verhaal, de oneindige versies van de
Griekse mythologie heeft zodanig veel verschillen door de vertelcultuur
waarin deze oorspronkelijk werden verteld
IONISCHE VERLICHTING
Doordat de mythes werden neergeschreven konden ze voor het eerst echt in twijfel worden
getrokken. Een direct gevolg hiervan is ook dat het bestaan van de goden, als personages van deze
verhalen, in vraag werden getrokken. Men probeerde de natuur wetenschappelijk te verklaren!
! Dit is geen directe verandering, er was een zeer lange periode waarin de personificaties van de
natuurelementen nog steeds figuren waren uit de mythologie, maar deze werden steeds meer in
vraag getrokken waardoor uiteindelijk een grote verandering ontstond:
→ Er wordt gedacht dat de verschillende verhalen, versies & variaties oorspronkelijk hetzelfde
beginverhaal hebben, het “oerverhaal”
o Echter! We kunnen vandaag nooit zeker zijn over welke versie de “eerste” was, het is
altijd een gok met veel twijfel & onbeantwoorde vragen
o
→ De geschreven versie werd de “standaard”, de “juiste versie”
→ Ook werden deze verhalen eerst niet neergeschreven, maar werden ze gesproken van
persoon tot persoon doorgegeven
! Vanaf deze WEL op papier werden gezet ontstond er een “standaard versie”
van de verhalen, die een vaste “waarheid” van het verhaal. Door deze neer te
schrijven ontstond er een “juiste” versie die werd aangehaald bij discussie &
twijfel
! Homeros & Hesiodos zijn waarschijnlijk niet eens schrijvers!
• Er wordt gedacht dat ze bekende zangers waren, meestal zelfs
meerdere bards, die later als bron worden gebruikt om het standaard
verhaal wordt neergeschreven.
→ Er is dus nooit 1 juiste versie van een mythe!!!
4