Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Ziekteleer OL 2023 €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Ziekteleer OL 2023

 13 vues  0 achat

Samenvatting betreffende alle lessen van het deeltje ziekteleer onderste lidmaat. Info uit powerpoints en eigen nota's.

Aperçu 3 sur 28  pages

  • 26 mai 2023
  • 28
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (10)
avatar-seller
BN2003
Ziekteleer onderste lidmaat
- EX: Meerkeuze vragen op computer
- Onderzoeken en MRI: ter illustratie

PWP 1: Heuponderzoek
- Bepaalde volgorde KO: eerst doen wat niet pijnlijk kan zijn, dan wat wel pijnlijk is

Inspectie
- Hoe?
 Staand
 Stappend: bekijken van paslengte en steunfaseduur: gelijk of niet ?
 Stappend: Trendelenburg- gang - belangrijke test
 Insufficiëntie van de bilspieren (abductoren zoals gluteus medius): heup zal naar opzij
gaan dus je bil gaat opzij bewegen tijdens het stappen  Bij zwakte van de musculus
gluteus medius aan één kant is het abductiemoment in de heup afwezig, waardoor aan
de aangedane zijde adductie in het heupgewricht plaatsvindt die ervoor zorgt dat de
heup aan de gezonde zijde omlaag zakt.
 Liggend: Beenlengte verschil - meestal niet relevant (veel P hebben hier geen last van)

- Je kan niet super veel zien door de meerdere spierlagen: onrechtstreekse inspectie

Mobiliteit
- Flexie: wekedelen kunnen in de weg liggen
 met gebogen knie want anders kan verkorte hamstring vertekend beeld geven over
heupflexie
 normaal tss 110-120°
- Extensie: let op dat je geen lordosering doet
 0-15°
- Exorotatie en endo (meer correlatie naar probleem – klinisch belangrijker)
 Ruglig of buiklig met knie geplooid
 Heel veel variatie: individueel veel verschil (daarom belang van L en R te vergelijken)
 Ook veel variatie tgv: femorale anteversie  schaft femur meer naar voor gedraaid
bij contact met femurkop  zorgt voor endo in knie
 Femorale retroversie  femurschaft meer naar achteren  exo
 Exo: 40-60°
 Endo: 30-40°
- ABD/ADD: let op met bekkencompensatie
 ABD: 30-45°
 ADD: 25°
- Combinatiebewegingen: sensitiever enkele zaken meten zoals flexie/endo/add (geen enkele
klinische test 100% accuraat) = Faddir test
 Sensitief: als er probleem is met gewricht, gaan we dat met bepaalde test kunnen meten
 Specifiek: als bepaalde klinische test positief is, kan het ook andere pathologie zijn

,  Stel endo probleem, als we meer flexie en add doen: Sensitiviteit stijgt en specificiteit
daalt (kans wordt groter dat het ook andere pathologie is, misschien musculair probleem
ipv articulair)

Musculaire testen
- Lengte: Adductoren, tensor fascia lata (via Ober test), gluteus-piriformis en psoas
- Krachttesten

Palpatie
- Welke? Adductoren + symphysis pubis, pubistakken en r.abdominis insertie / anterieur en
posterieur gewricht + iliopsoas
- Is moeilijker, want gevoelige plaats
- Altijd vergelijken met andere kant!


Specifieke testen
- FABER testen: posterieure regio testen (niet zo specifiek)
 Flexie, ABD, exo
 Bekijken van heuppathologie, iliopsoas spasme en sacro-iliacaal gewricht pathologie
- Trendelenburg test: zwakte ABD (gluteii)
 Als je heup flexie doet en je gluteii zijn verzwakt: bekken opzij
- Labrum testen (weinig relevant)  lage sensitiviteit en specificiteit
 Zelfs zonder pijn, 80-90% scheur in lies zonder te weten

Beeldvorming – aanvullende testen
- SIAS – ileumrotatie
- Lumbale WZ – sacro-iliacaal gewricht
- Knie
- Neurovasculaire controle
- Soorten:
 Radiografie
 Echografie: bursa’s, musculotendineuze letsels
 Arthrografie
 CT-scan
 Botscintigrafie
 NMR: bij bvb stressfractuur
 Arthro-NMR: bij labrumletsels

PWP 2: Pathologie heup-liesregio
- Verschillende soorten problemen
1) Articulair zoals impingement, avasculaire necrose, osteoartrose…
2) Musculotendineus (kapsel, spier, pezen)
3) Osteogeen zoals stress-fractuur
4) Neurogeen zoals een perifere zenuw knelling
5) Vasculair zoals een inklemming van een arterie
6) Andere oorzaken zoals bvb uit rug of gynaecologisch of intra-abdominaal

Articulair VS musculotendineus
- Moeilijk verschil tussen deze 2: ze zijn gerelateerd aan elkaar

,  Articulair probleem: spieren gaan tonus verhogen omwille van pijn  hierdoor kan
aanhechting gevoelig worden en wanneer we onderzoeken lijkt het spierprobleem MAAR
is eigenlijk gevolg
 Probleem spier  secundair articulair probleem mogelijk
- Klinische beslissing: we gaan meestal zoeken naar structureel probleem, maar is er meestal
niet
 Hoge prevalentie van asymptomatische structurele abnormaliteiten
- Kam deformiteit: bovenste hals femur dikker
 meer kans op heuppijn (vooral rond bovenste acetabulumrand) – significante risicofactor
 MAAR kans op heuppijn nog steeds bijzonder klein (asymptomatisch)
- Ook scheur in ADD: kan asymptomatisch zijn
- Merk op! Het kan zijn dat P een probleem heeft wat asymptomatisch is  we moeten dan
rekening houden met alle zaken en niet meteen dingen gaan veronderstellen
 Functionaliteit heup bepaald door het feit of iets pijnlijk is en niet direct door functionele
afwijking

Musculotendineuse blessures
- Geïsoleerde klinische testen van de heup: niet echt diagnostische waarde  lage specificiteit
- Meeste letsels bij adductoren, abdominale spieren, iliopsoas en rectus femoris
- Klinische diagnose want beeldvorming is niet altijd juist voorspellend
 De meeste letsels: zonder ingreep mogelijk, vooral door
oefeningen/revalidatieprogramma verhelpen
 Actieve training > passieve
 Nadeel isometrische oef: niet functioneel, gaat kracht enkel voordeel geven in die
specifieke positie/hoek (dus niet echt voor globale krachtwinst, maar helpt wel bij pijn
vermindering)
 DUS musculaire-tendineuze problemen rondom de lies: kern is OEFENEN
 Het reduceert de pijn onmiddellijk en heeft effect op de corticale inhibitie bij
patello-tendinopathie
 Specificiteit type oefening van belang + ook activiteit en krachttraining bij andere
spiergroepen
- Cortisone inspuitingen: medicament tegen ontsteking, maar weke delen slechter maken (op
lange termijn negatief effect)
- Liesbreuk = inguinale hernia (uitstulping van buikinhoud)
 Inguinale scheur met vage pijn in de lies tijdens beweging
 Pijn: verraderlijk, acuut begin thv pubisknobbel
 Klinische diagnose, die we niet zomaar kunnen bevestigen met beeldvorming, dus eerst
oefening opbouw! (enkel bij falen, indicatie operatief?)
 Beeldvorming aangeraden: om andere condities uit te sluiten die voor chronische liespijn
kunnen zorgen
 Minstens 3 van deze klinische tekens:
1. Bepaal de gevoeligheid over de pubisknobbel op het punt van de insertie van de falx
inguinalis
2. Voelbare tederheid over de diepe inguinale ring;
3. Pijn en / of verwijding van de externe ring zonder duidelijke hernia;
4. Pijn aan de oorsprong van de adductor longuspees
5. Doffe, diffuse pijn in de lies, vaak uitstralend naar het perineum en de binnenkant van
de dij of over de middellijn

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur BN2003. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49
  • (0)
  Ajouter