OVERZICHT VAN DE HISTORISCHE KRITIEK 10MKV – 10OV
DEEL 1: De bron, bouwstof voor de kennis van het verleden
HOOFDSTUK 1: DE NOTIE BRON
F Bron= een artefact uit het verleden/ getuigenissen over het verleden die tot ons gekomen zijn.
=> Kan gaan over een Overblijfsel of overlevering (CASUS 1)
F Wat zijn historische bronnen?
o Artefacten: materiële overblijfselen door de mens gemaakt (bvb. Werktuigen)
§ Hebben meestal een duidelijke en specifieke functie voor de tijdgenoten in die
periode.
§ Zijn niet gemaakt om ooit als historische bron te dienen.
§ Zijn met opzet gecreëerd (bewust) of per ongeluk/ onbewust ontstaan.
....Artefacten kunnen ook onbewust ontstaan, bijvoorbeeld afvalputten als artefacten (potscherven,
beenderen,...) zegt iets over de consumptie en materialen in die tijd. (CASUS 2 & CASUS 3)
…Vele bronnen zijn wel bewust tot stand gekomen! Zijn die dan te vertrouwen? Is dit een poging
om een bepaald beeld over een gebeurtenis tot stand te brengen? Ook de subjectieve
bestandsdelen zijn waardevol (gevoelens, opinie van die tijd), maar je moet kritisch kijken naar de
ontstaanscontext.
PRIMAIRE VS SECUNDAIRE BRON
PRIMAIRE BRON
F Rechtstreekse info gelijktijdig met gebeurtenis
o Proces-verbaal van politie
o Briefwisseling procureur des Konings met gerechtelijke politie
§ Bv. Briefwisseling Leopold en Britse koningin Victoria -> kan wel interessant zijn om een beeld te geven.
Victoria is de dochter van een zus van Leopold. Leopold zal als oom voor Victoria zorgen, want Victoria
haar papa is al vroeg gestorven. Ze hebben elkaar gemiddeld drie keer per week een brief geschreven.
Gaat over heel persoonlijke zaken, algemene beschouwingen,... => geen enkel document is zo
interessant als brieven. (waardensysteem!) (CASUS 4)
SECUNDAIRE BRON
F Onrechtstreeks, werk van onderzoekers, niveau van reflectie en interpretatie, gebruikt andere
bronnen om onderwerp te beschrijven
o Criminologisch onderzoek
Maar…
F Geen ondubbelzinning onderscheid
o Werk van Cesare Lombroso (1835-1909), bv. L'uomo delinquente (1876)
§ Secundaire bron, maar wnr je ze zelf gaat gebruiken voor onderzoek wordt het
primaire bron
F Gelijktijdigheid?
o Bv. dagboek: primaire bron (gelijktijdig met observatie)
o Autobiografie? Primair of secundair? Dunne grens
o Reisverslagen John Howard (1726-1790): hervormer gevangenisweze
§ Primair, secundair?
1
, F Wat met betrouwbaarheid geheugen/intenties?
o Directe observatie = meer betrouwbaar
o Selectiviteit geheugen
o Verschil in doelstelling à andere klemtonen en herinneringen
F Statuut “primaire” of “secundaire” bron = afhankelijk van vraagstelling
F Identificatie bronnen – integriteit onderzoeker
o Typologie bron: verschillende logica’s
§ Bv. interviews met gedetineerden
o Kennis brontypes en transparantie onderzoek
§ Impact op en beperkingen van onderzoek
F Geen intrinsiek verschil in betrouwbaarheid
TYPOLOGIE VAN DE BRONNEN
Belangrijkste onderscheid è Geschreven vs ongeschreven
è Verhalend vs niet-verhalend
o GESCHREVEN BRON
è Verhalende/ literaire bronnen (narratieve tekst)
=> Egodocumenten: Historicus Jacques Presser lanceerde dit begrip voor documenten waarin een
ego zich opzettelijk of onopzettelijk onthult of verbergt
è Diplomatische bronnen: Geeft een rechtshandeling weer (bv. Diploma dat je rechtssituatie weergeeft,
Akte van de notaris, wetteksten, oorkonde,...)
=> Een klassiek voorbeeld is de oorkonde: bewijsstuk in rechte bij eventuele betwisting tussen
betrokken partijen. à Moet op een bepaalde manier om rechtsgeldig te zijn, strikte regels,
vakjargon, formele vormeigenschappen zijn vooraf bepaald...
Er zijn drie delen:
1) Protocol: naam auteur/bestemmeling, begroeting, aanroepen opperwezen
2) Context: narratief deel met motieven en beslissing
3) Eschatocol: validatietekens, getuigen, datering
o ONGESCHREVEN BRON
o Materiële voorwerpen (CASUS 5, 6 & 7)
§ Archeologische bronnen: alle materiële voorwerpen die een spoor zijn van
menselijke activiteit in het verleden. Ze bevinden zich onder het aardoppervlak,
moeten worden opgegraven. Ze geven ons info over cultuurgroep, leefpatroon,
artistieke ambities, commerciële en culturele verbindingswegen.
• Munten
• Afbeeldingen
o Orale tradities
§ Mondelinge overlevering
• Interview (hedendaagse vorm)
• Liederen (bv. Duits lied Weimar-republiek, Franse Marseilleise,...)
è Een bron is een voorwerp/ getuigenis over of uit het verleden waarop de historicus steunt om een
beeld te scheppen. è Een historisch werk is het resultaat van die scheppingsdaad. (CASUS 8 & 9)
2
, HOOFDSTUK 3: VAN GESPROKEN NAAR GESCHREVEN WOORD EN TERUG?
EVOLUTIE VAN BRONNENTYPES EN HUN COMPLEMENTARITEIT
VERANDERENDE ‘DRAGERS’
Schrift en alfabet
§ Essentiële vorm van communicatie was het uitwisselen van mondelinge
boodschappen en voorwerpen (orale communicatie en overleveringen). De Grieks-
Romeinse beschaving heeft daarna het schrift uitgrebouwd tot hét
communicatiemiddel.
Bv. Hiërogliefen ontcijferen: bronnen uit het verleden
Drukpers
§ Vanaf eind 15e eeuw krijgt de schriftcultuur een impuls door de boekdrukkunst
§ Er ontstaat een kenniseconomie. Vroeger was ‘kennis’ enkel voor de elite, vanaf toen
was ‘kennis’ openbaar voor de massa.
• Reformatie Luther: verspreiding van denkbeelden in volkstaal, pamfletten,
spotprenten, wat zorgde voor propaganda-oorlog. De impact van die
reformatie zorgde ervoor dat Caraffa (heroprichter inquisitie) pleitte op
controle op elk boek.
§ Censuur en controlemechanismen zorgden voor index van verboden boeken.
Nieuwe audiovisuele media (foto, cinema, radio)
Internet: een nieuwe communicatierevolutie? (CASUS 10, 11, 12 & 13)
§ Interviews: hebben wel wat elementen die de zwakte van mondelinge tradities tonen...
bv. het traditionele misprijzen voor interview als historische bron: te subjectief, zelf-
beschermingsreflex. Het is toch nuttig voor bepaalde sectoren: opvullen hiaten,
omzeilen van geheimhouding. Wel gevaar voor de ‘techniek van de handige interviewer’
§ of interferentie tussen ondervrager en ondervraagde....
§ Interview wordt historische bron in verschillende lagen:
• Fatische laag/cognitieve laag: transcript, feitelijk uitgesproken tekst
• Muzische laag: toonband (vb. aarzelingen, rustpauzes, toonhoogte, ritme, ...)
• Paralinguale laag: body-talk (niet in taal, maar op de manier waarop iemand zich
gedraagt)
• Extra-linguale laag: achtergrond, randomstandigheden die het interview kunnen
beïnvloeden (vb. iemand die binnenkomt, telefoon, geluiden, ...)
HOOFDSTUK 4: IMPACT VAN COMMUNICATIE- EN
INFORMATIETECHNOLOGIE OP DE PRODUCTIE VAN BRON.
VERSNELLING IN TRANSPORT EN COMMUNICATIE
3
, FUNCTIES VD MASSAMEDIA (CASUS 14, 15 & 16)
F Massa bereik van mensen
F Belangrijke informatiefunctie
o Maar selectief en sensationeel
o Beïnvloeding nieuws en gebeurtenis (Arabische Lente)
§ positief: verhoogt participatie en betrokkenheid, openbare cultuur,
Habermas: hoe komt de publieke ruimte tot stand? Debateren over pol, soc, econ in
de 18e eeuw (verlichting,) in bijvoorbeeld koffiehuisjes...
§ negatief: manipulatieve beïnvloeding, propaganda,... bv. Goebels + Leni Riefenstahl
media evolueerd van “toeschouwer” (weergeven wat er gebeurd is) tot “participant”
(mee het nieuws maken en beïnvloeden). Bv. ‘Sieg des Glaubens’ en ‘Triumph des
Willens’
F Vrijheid versus censuur
o Spanningsveld en dictatoriale regimes
o Macht Facebook, Twitter (cf. ban Trump)
F Politieke spreekbuizen en propaganda
o Depolitisering kranten
F Persconcentraties, commerciële en economische logica
o Machtsconcentratie
o Vlaanderen: DPG Media, Mediahuis, Roularta Media Group
THE AGE OF MASS COMMUNICATION? (CASUS 17 & 18)
F De wereld als één dorp (‘a global village’)
o Mensen over heel de wereld krijgen hetzelfde te zien.
o Collectief geheugen wordt gecreëerd door confrontatie met gelijkgestemde
beelden...
o De overgang van individuele communicatie naar massacommunicatie heeft gezorgd
voor het ontstaan van een collectief geheugen naast een historisch geheugen.
o iedereen heeft dezelfde beelden te zien gekregen die uw wereldbeeld bepalen.
§ Bv. aanslag Kennedy , 9/11, eerste stap vd mens op de maan, val van Berlijnse muur,... à
onbewuste beïnvloeding vh wereldbeeld
• Voorbeeld getuigenis Robert Fisk over 9/11: journalist en kenner van midden-oosten
problematieken. Boek: ‘De grote beschavingsoorlog’. Indringende visie over de clash
tussen de beschavingen vh midden oosten VS het Westen. Bv. Golfoorlog,...
o Mensen over heel de wereld krijgen hetzelfde te zien. Collectief geheugen wordt
gecreëerd door confrontatie met gelijkgestemde beelden...
§ Identiek denken en handelen
è Zijn beelden wel objectief? -> vaak een element van subjectiviteit
F Positief: bv. slachtofferrol van kinderen via foto Kim Phuc Viëtnamoorlog. mensen wilden niet meer
verder oorlog voeren (soort van dolkstootlegende, ze verloren het vertrouwen en steun aan het leger)
F Negatief: communicatie beïnvloeden of manipuleren bv. politieke campagnes Manipulatie van foto’s :
bv. iemand groter afbeelden dan anderen, personen weghalen, vrouwen verwijderen uit de foto
F Embedded journalism: relatie tss journalist en militaire eenheden zelf.
4