Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Lesnotities gevalsstudies uit de psychodynamische psychotherapie €6,99   Ajouter au panier

Notes de cours

Lesnotities gevalsstudies uit de psychodynamische psychotherapie

1 vérifier
 205 vues  8 fois vendu

Lesnotites uit de psychodynamische psychotherapie

Aperçu 8 sur 68  pages

  • 26 décembre 2016
  • 68
  • 2016/2017
  • Notes de cours
  • Inconnu
  • Toutes les classes
Tous les documents sur ce sujet (4)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: koendevos • 7 année de cela

avatar-seller
Jenvdevo
Gevalsstudies uit de
psychodynamische therapie
Les 1: 26 september ’16




Inhoudsopgave

1. ALGEMENE INFORMATIE 1

2. REFLECTIE LEERSTOF VORIG JAAR 1

3. CASUS 2
3.1 JONGE MAN VAN 25 JAAR OP AFDELING COMPLEXE PROBLEMATIEKEN. 2



1. Algemene informatie
 Boek van Derksen komt op 1 november uit. Deze kan je aankopen in de les.
 Volgende week les maar dan 2 weken niet. `Tijdens deze periode lees je het Engelse
boek.
 Verslag over patiënt; gestructureerd interview. Hier kan het examen mee beginnen op
het examen.
o Dit kan je doen eind november, begin december.
 Aangezien we stage lopen en diagnostisch onderzoek doen komen wel iemand tegen
waarbij het niet zo helder is.
 Het is mogelijk deze persoon uit te nodigen om naar de les te komen.


2. Reflectie leerstof vorig jaar
 Casus Rattenman:
o Dwangneurose met rattenangst.
 In Duitse taal komt dat allemaal mooi samen in het woord rat maar in
de Duitse taal heeft dat woord verschillende betekenissen.
 Psychotherapie is voor het grootste deel gekleurd door taal. Taal is in dit vak zeer
belangrijk en je moet de taal van je patiënt in de psychodynamische benadering goed
kennen.
o Bv. intake met fransman
 8 jaar gaan werken in Duitsland en nu gaan werken in Nederland. Zijn
Nederlands was niet goed maar Engels en Duits waren goed
o Bv. Rattenman had waarschijnlijk geen “Rattenman” in onze taal genoemd
 Bij psychische patronen zijn cultuur en sociale processen net zo belangrijk als de
fysiologische en de biologische processen. Als kind geboren wordt dan valt die in een
bepaalde cultuur (die heel verschillend kunnen zijn) en de psychische processen
worden gevormd in die tussenlagen (in dat gat waarin je valt als je separeert van de


1

, moeder). Je krijgt een hechtingsproces dat ook mee bepaald wordt door de cultuur.
Die hechting is een heel belangrijk proces in de vorming van de psychische
processen.
o Vanaf conceptie tot 2 jaar winnen de hersenen ook 50% aan volume en de
frontale cortex wordt gevormd door de affectieve kind relatie en daar zit die
taal ook helemaal in.
 Vandaar dat kinderen taal beter opnemen
 Wij spreken over ontdekkend gerichte processen: je helpt iemand naar binnen kijken
en iemand wordt beter door proces van zelfontdekking  hij drukt binnenwereld in
taal uit. Psychotherapeuten zal bij dezelfde patiënt een ander proces ontwikkelen. Je
verwacht dat ze tot dezelfde kern gaan komen maar dat weet je eigenlijk niet zeker.
 Psychodynamisch ontdekkend psychotherapie heb je 4 processen/psychische
patronen nodig om psychologische verandering te werk te stellen  alles wat ook
vroegkinderlijk nodig was om die processen te vormen  Mechanismen die in vroege
kindertijd dus al een rol speelden!
o Emoties, hechting tussen patiënt en therapeut, cognities ( schema’s) en het
bewustzijn.
 Opnieuw reguleren van primaire emoties in het hier en nu is
noodzakelijk
 Veranderen van cognities
 Cognities = schema’s (schematherapie)
 Bewustzijn moet toenemen
 Als je niet bewust wordt van het onbewuste schiet je ook niet
op
o 2 verschillende therapeuten moeten met die 4 componenten werken.
 Heel wat psychotherapeutische veranderingen lijden tot een structuurverandering :
veranderingen tussen intrapsychische patronen, processen ( bv. zelfgevoel), ..
o De emotionele intelligentie zijn veel meer psychische processen
 Primair en secundair proces van Freud
o Wens gestuurd denken (associatief) versus realiteitskenmerken


3. Casus

3.1 Jonge man van 25 jaar op afdeling complexe problematieken.
 Diagnostisch onderzoek: ontwikkeling, persoonlijkheid, neuropsychologisch
 Nog steeds geen diagnose
 Voornaamste klacht: rusteloosheid en stress in sociale situaties waarbij in informele
setting hij geen houding weet aan te houden (toeklappen, raar gedrag,..)
 In contact komt hij helemaal niet zo over, hier komt hij stabiel over en een beetje
nerveus maar helemaal niet ongemakkelijk of angstig.
o Dat hij een beetje nerveus is kan te wijten zijn aan de setting
 Uit diagnostische resultaten is er ook geen sociale angst.
 Vraag naar ASS: komt het omdat hij situatie niet goed kan grijpen  geen eenduidige
evidentie, heel gebrekkige sociale motivatie, maar wel goed begrijpen, interpreteren
en reageren
 Persoonlijkheid: evidentie voor anti sociale persoonlijkheidsstoornis, ook wat
vermijdende trekken (wat raar is in het aspect anti sociaal)


2

, Neurotische, borderline of psychotische organisatie?  kan adhv gestructureerd
interview
 Reden waarom hij aangemeld was omdat er voornamelijk problemen ervaren werden
met concentratie en geheugen
o Van kindertijd tot lagere school geen herinneringen  hetero anamnese gaf
geen duidelijkheid
 Moeder had 4 zonen en wist niet meer welke zoon nu welke
ontwikkeling had doorgemaakt, maar die ontwikkeling lijkt in orde te
zijn
 Sociale problemen zijn voornamelijk ontstaan in het middelbaar
 WAIS
o TIQ=80
o VIQ=95
 Heel zwakke verwerkingssnelheid met een goed verbaal IQ
 Onrust = angst (psychologisch jargon)  fysiologische processen komen naar voor
o Hij geeft aan dat dit vooral in informele settings voorkomt
 bv. wanneer hij buurman tegenkomt als hij met de hond gaat wandelen
 bv. wanneer hij een vriend op een bepaald
o In 1 op 1 relatie
 Als therapeut kan je zeggen “ik snap er niks van want hier tussen ons
merk ik er helemaal niks van”
 “Ik weet het niet” accepteer je als diagnosticus nooit
 Best dat je gedetailleerde beschrijving krijgt wat er dan gebeurd in die
situaties, observaties,..
 Dagboek van het gedrag: wie, wat, waar, wanneer,…
 Zo krijg je zicht in de problematiek die hij probeert te
verwoorden
 Het kan ook mogelijk te maken met verwachtingen
 bv. hij heeft zich niet goed kunnen voorbereiden (hoger dan
gemiddelde score op psychoneuroticisme = gevolg van
verdringingsproces; SCL-90)
 Gedragsexperimenten doen om het scherp te krijgen (exposure is ook
bij psychodynamische therapie zeer interessant)
 Wat is zijn angstreactie?
o Angstreacties beschrijft hij ook heel beknopt
o bv. hij zwijgt, hij loopt weg, draait zich om, hij reageert niet.. eerder
vermijdende reacties
o Hij heeft het ook nooit over angst maar over stress  ALEXITHYMIE
(=moeilijk om gevoelens af te lezen, differentiëren en te communiceren) De
normale afweermechanismen laat hij niet zo goed zien
 Vader is weg als hij 2.5 jaar was  geen vaderfiguur. De vader heeft af en toe in de
gevangenis gezeten. Hij heeft er heel weinig contact gehad tot middelbare leeftijd en
daarna heel af en toe. Hij vertelt er op zich heel weinig over.
 Vriendin in het middelbaar maar nam te veel energie en stress
 Fysieke agressie is zeker niet aanwezig, dit ondanks het antisociale aspect
 Maagd?
o Als diagnosticus dien je dit te weten



3

, Heel rustig, timide en stil kind geweest.
 Curve: prikkel zoekend en prikkel vermijdend
o Prikkel vermijders: vaak binnen ASS maar hier niet alleen
 Als ze naar café gaan dan raken ze overprikkeld
o Prikkel zoekend zie je vaak bij ADHD.
 Hij heeft ook wat prikkelzoekende trekken: hij heeft al enkele delicten gepleegd
(drugs), 2 maal rijden onder invloed, stelen,..
o Stelen deed hij alleen, terwijl de meerderheid steelt in groep
 Recent brasserie geopend met broer en nieuwe vriend van de moeder. Hij staat
achter de bar en bedient de klanten
o Werkte vroeger bij Coca Cola
 Hij is in dag therapie, maar komt niet vaak opdagen op de groepstherapie
o Hier zijn natuurlijk veel prikkels aanwezig (mogelijke verklaring?)
 Er is een correlatie tussen bedwateren bij jongens en de antisociale
persoonlijkheidskenmerken
o MAAR wil niet zeggen dat iedereen zo is
 Het antisociale aspect wordt door moeder erkend en maakt haar hierover zorgen
o Bv. Stelen op het werk: ik heb hard gewerkt vandaag dus ik mag vandaag een
scheeraparaat op het werk meenemen. Hij vertelt hier heel onverschillig over
alsof het geen probleem is om zoiets te doen
 Moeder zegt dat hij als kind niet zo was en zich pas vanaf middelbare school is
beginnen terug trekken
 Een vader voor een jongen is een soort van richtingsaanwijzer  het zou kunnen
helpen om gesprekken te hebben met een man waar hij wat vertrouwen kan winnen
met een man als ook wat gedragstherapie voor die neurotische trekken.




4

, Gevalsstudies uit de psychodynamische
therapie
Les 2: 3 oktober 2016



Inhoudsopgave
1. THEORIEËN EN STROMINGEN 5

2. WORDINGSPROCES VAN PSYCHODYNAMISCHE THERAPEUT 7

3. TRIAL THERAPIE 7

4. CASUS 8




4. 1. Theorieën en stromingen

Het theoretisch kader van de stromingen is identiek.
 Het theoretisch kader is vergelijkbaar met de levensloop van iemand, het is ergens
begonnen.
 Het begon met Freud  ego psychoanalyse  Adler  Klein  Young
o Young ging zijn eigen weg en heeft meer beroep gedaan op Oosterse
filosofie, het overerven van archetypes.
 Freud was hier nuchter in want vond dat het niet nodig was voor een
psychologische verklaring. Hij keek naar levensloop en welke
processen zich onbewust afspelen. Deze analyse droeg voor hem
voldoende bij als verklaring voor symptomen die hij bij patiënten zag.
 Young zag het wat groter zoals het collectief onbewuste dat
doorgegeven wordt via genetisch materiaal.
 In VS kwam meer de nadruk te liggen op het conflictvrij ego.
o Zeker na WO-II en onder invloed van humanistische beweging zie je een
humanisering van psychoanalyse waar conflict vrije zones van het ego van
belang worden
 bv. borderline patiënt dan vraag je u af wat de conflictvrije gebieden
zijn en kijk je ook welke levensterreinen niet zo conflictueus zijn
 Wat zijn de gezonde aspecten?
 Welke reflectie van het ego is conflictvrij  kan een interessant
aanknopingspunt zijn
 Wij kijken meer naar de positief gezonde aspecten (sterke kanten van
je Persoonlijkheid )



5

,  Psychologie van het zelf (Kohut)
o Zijn heel wat boeken over die je helpen om om te gaan met de problematiek
van het zelf (narcistische persoonlijkheden van het zelf)
 Object theorie
 In Engeland de Britse school  inspiratie van analytische teksten

Heel brede waaier van theorieën worden in meer of mindere mate door de
stromingen gebruikt
 Al die stromingen gebruiken theoretische achtergrond, deze achtergrond wordt in de
academische psychologie vaak voor dubieus gehouden.
o Als je nadenkt over de structuur heb je techniek, een praktijk,.. nodig waarin je
dit toepast. Het wordt geïnspireerd door een theorie en heeft een methode
nodig.

Theorie in klassieke bankanalyse en de psychodynamische therapeut
 Als je het beeld van klassieke bankanalyse voor je houdt is de theorie nog niet zo
nodig, in kortere vormen is de therapeut eigenlijk wel actiever.
 Activiteitsniveau is wel het kernverschil.
o Psychodynamische therapeut ligt veel hoger dan de klassieke
psychoanalytische psychotherapie  eigenlijk in alle modernere
behandelingsvormen
 Klassieke bankanalyse: Je zat eigenlijk altijd op dezelfde manier( 90°) en persoon
vertelt vrije invallen.
o Je zegt dan alleen iets als je kan bijdragen aan proces van zelfontdekking.
o Na een tijdje zeggen mensen dat ze dan weinig terug krijgen, ze snappen dan
soms niet zo goed hoe dat kan helpen. Neurotici zijn vermijders en die
ontwijken, in veel klachten speelt dat ook een rol.
o De hedendaagse patiënten hebben niet zo veel geduld meer zoals in jaren 80.
Veel mensen willen snel van de klachten vanaf en de buitenwereld is ook zo
interessant. Mensen zijn voortdurend in interactie met sociale media en
imaginaire anderen.
o In deze tijd verwaarlozen mensen hun innerlijke en ze vervreemden er een
beetje van. Ze zijn wat meer apparaat georiënteerd.
 Oriëntatie naar binnen toe is niet meer zo makkelijk om te gebruiken.
Mensen willen er niet meer een paar jaar voor uittrekken.
 Metalliseren ontbreekt niet alleen bij mensen met een psychische
aandoening.
 De wijze waarop psychologen zich verhouden tot de binnenwereld is
heel anders. Anders hadden we nooit deze studie gekozen en door
deze studie wordt het ook gestimuleerd.
 De klassieke zijn die activiteit niet gewend.
 De theorie helpt voor interventie en deze zijn dus meer theorie geladen
o Bij een interventie in de praktijk die actief is doe je dat vanuit een theorie en
die krijgt de vorm van een hypothese die je toetst in de praktijk. Je komt tot
duiding en je ziet wat effect dat heeft in het proces van zelfontdekking. Je



6

, ondersteunt zo een hypothese die tot uiting komt in de praktijk door een
interventie
o Als je psychoanalytisch nadenkt dan is deze ingewikkelder want het vraagt
meer van het psycho analytisch denken. Je hebt actieve interventies nodig om
het proces te gaan versnellen.
 Cognitieve gedragstherapeuten gaan actief werken. Als ze dat kunnen dan gaan ze
die psychodynamische technieken ook actief kunnen toepassen. Bij die klassieke
therapeuten is dat eigenlijk een gering succes want het zijn andere
persoonlijkheidstypes en ze zijn het niet gewend.

 Ethiek is nu terug zeer actueel door het genetisch ingrijpen op de foetus
o In biologie is ook afweer  immuunsysteem en als je u daar aansluit kan je
ook makkelijker gaan manipuleren
 Je grijpt in op de evolutie, in menselijke natuur
o Die technologie is ethisch ongeremd en die rolt over ons heen. Sommige
overheden proberen er iets aan te doen maar eigenlijk gaat het gewoon door.
 Hoogleraar in de Fysica heeft in het psychologisch proces het metalliseren ontdekt en
je ziet in zijn boek ( dat we tegen de eerste les moesten lezen) wat het betekend.

o Het gaat hier om intelligente man maar het EQ is niet zo goed ontwikkeld.
o Dit stukje wel lezen
 Het psychische landschap van mensen kan anders zijn en dat merk je over hoe ze
praten
o Psychodynamisch werken: hoe ze het zeggen is relevanter dan wat ze
zeggen
o De betrekkingsvorm is belangrijker dan de inhoud en die sluit makkelijker aan
bij de psychodynamische kennis.


5. 2. Wordingsproces van psychodynamische therapeut

Veel ervaren psychotherapeuten gaan zich breder scholen en eclectisch gaan
werken
 De praktijk ervaring leert dat de manier van werken niet voor iedereen helpt. Die
Evidence Based methode doen het dan wel op korte termijn maar doen soms te kort
op lange termijn
 Je voelt dan de neiging om jezelf breder te scholen, niet alleen technisch maar ook
theoretisch.
 In psycho analytische wereld is het vaak gedetailleerder uitgewerkt. Als je denken
beschikt over meerdere optieken kan je meerdere brillen opzetten.




6. 3. Trial therapie
 In regel is het van belang voorafgaand aan indicatiestelling, zeker als deze betekend
dat er een ontdekkend proces wordt opgeroepen, er een diagnostisch proces nodig is




7

,  In het boek van Magnavita lijkt het alsof de trial therapie het belangrijkste is, dit toch
wat nuanceren
o Alle andere diagnostische processen ( observatie, testen,…) die gaan vooraf
aan trial therapie en wijzen aan of ontdekkend proces mogelijk is
 Trial therapie is dan start van proces maar als je dit doet bij iemand dat heel
psychotisch kwetsbaar is gaat het vaak niet goed.
 Dit is een halve dag dat je met iemand bezig bent en hierin probeer je het begin te
maken van een behandelproces waar je als psychotherapeut zeer directief aanwezig
bent en je theoretisch inzet.
 In het boek lijkt dit de belangrijkste diagnostiek maar prof beveelt dat niet aan. Het is
best dit vooraf te laten gaan door de reguliere diagnostiek  wat kwetsbare
processen van de patiënt in kaart brengt). Op basis hiervan kan je dan indicatie
maken of het een optie is.
 Trial therapie is interessante oefening. Het vraagt even veel van de patiënt als van de
therapeut. De bedoeling is om in die halve dag de afweerstructuur van de patiënt te
analyseren en te overwinnen
 De achtergrond van de trialtherapie ligt bij Haby en Develou
o Videobeelden
 Trialtherapie speelt grote rol en dan zie je hoe afweer en weerstand wordt
afgebroken.
o Dit is soms tamelijk confronterend en hard en hoe iemand dan in proces komt
van psychische processen. Het roept bij elke deelnemer veel op, het is niet
het droge uitwisselen van woorden (divan).
o Emotieregulatie wordt aangesproken
 Doel = authentieke expressie laten plaatsvinden, dat iemand in het hier en nu echt
wordt en niet in de afweer blijft hangen.
o Het gaat er om dat er een directe expressie komt van primaire emoties die
beter gereguleerd moeten worden.
o Mensen gaan vaak directe gevoelens gaan vermijden en als je afweerproces
gaat ontwijken wordt dat in de trialtherapie zeer intensief aangepakt.
o Je merkt dan dat het meer vergt dan de 3 processen :
 Verheldering, Confrontatie en Duiding
 Het gaat meer om het hier en nu en de authentieke expressie van
primair materiaal.
 De tijd is belangrijk want veel van de patiënten kunnen op 3 kwartier
hun dieperliggende kwesties op afstand houden maar in 1.5u lukt dat
vaak niet.


7. 4. Casus

 Jongen van 16
 Ambulant gevolgd
 Hij heeft problemen met agressie naar moeder toe
o Weet niet hoe dat gekomen is wat hij daarbij voelt
o Hem boeit in het algemeen niets meer




8

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Jenvdevo. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

77858 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99  8x  vendu
  • (1)
  Ajouter