Onderzoeksmethodologie
Les 1 (09/02)
Resultatenverdeling:
- 14/20 → schriftelijk examen
- Combinatie multiple choice en open vragen
- Kennis, inzicht en toepassing
- 6/20 → opdracht presentatie artikel + feedback op een ander groepje
Handboek: Social Research Methods – Bryman A.
Lesmateriaal: slides hoorcollege en artikels
Onderzoek = systematisch proces van
- Vragen stellen → onderzoekvraag formuleren (of
hypothese)
- Vragen beantwoorden → juiste onderzoeksmethode
bepalen en toepassen
- Aantonen dat je antwoorden valide zijn → publiek
overtuigen dat je onderzoeksresultaten betrouwbaar zijn
- Onderzoeksresultaten delen
DUS weten welke onderzoeksmethode je op welke manier moet gebruiken
Sociaalwetenschappelijk onderzoek:
- Het ‘formuleren’ van onderzoekstopics
- Het ‘interpreteren’ van bevindingen
Het bepalen van onderzoekstopics o.b.v.:
- Bepaalde maatschappelijke problemen en vragen
- Bestaande sociale theorieën
- De houding van sociale wetenschappers t.o.v.
- De sociale wereld en hoe ze onderzoek beschouwen
- De rol van theorie
- Vanuit de onderzoeker zijn / haar bestaande kennis over bepaalde fenomenen
Belang van onderzoeksvragen:
- Sturen je literatuuronderzoek, je beslissingen over je onderzoeksdesign, type data die je zal
verzamelen …
- Zorgen voor focus
- Geven publiek goed beeld van waar je onderzoek over gaat
- Versch. types mogelijk → beschrijvend, exploratief, verklarend, design onderzoek
Het belang van kennis over onderzoeksmethoden:
- Waarom doen we wetenschappelijk onderzoek? → nieuwsgierigheid, de wereld willen
begrijpen, de omgeving willen transformeren
, - Waarom is het belangrijk kennis te hebben over onderzoeksmethoden?
- Welke tools beschikbaar om onderzoeksvragen te beantwoorden → beweringen
bewijzen en bepaalde observaties verklaren
- Do’s en dont’s kennen → onderzoeksmethoden correct toepassen
- Kritisch kunnen beoordelen
Types van sociaalwetenschappelijk onderzoek:
- Fundamenteel / theoriegericht vs praktijkgericht / beleidsgericht
- Verkennend, beschrijvend, verklarend
- Experimenteel vs niet-experimenteel
- Kwalitatief vs kwantitatief
- Transversaal / cross-sectioneel vs longitudinaal
- Inductief vs deductief
De rol van theorie in onderzoek:
- Wat komt er eerst? onderzoek of theorie
- Inductief
= een probleem onderzoeken en hieruit proberen te weten te
komen hoe het werd veroorzaakt
= redeneringswijze waarbij a.d.h.v. voldoende nauwkeurige waarnemingen tot algemeen
geldende uitspraken wordt genomen
! het is niet omdat iets steeds opnieuw geobserveerd wordt dat het altijd zo zal blijven, enkel
dat het waarschijnlijk is dat het de volgende keer ook zal gebeuren → probabiliteit
Data → theorie (generaliseerbare gevolgtrekkingen uit waarneming, vb. zelfde geslacht zit
samen in de les)
- Deductief
= vertrekken van een algemeen aanvaardbare theorie over hoe dingen werken en op zoek
gaan naar het bewijs van deze theorie in het onderzochte probleem
= wijze van redeneren waarbij uit bestaande ‘ware’ kennis door logisch redeneren proberen
nieuwe kennis af te leiden DUS vanuit algemene uitspraken conclusies trekken over
specifieke situaties
Theorie → data (expliciete hypothese die bevestigd of verworpen wordt, vb. cultivatie
theorie)
- Theorie (ideeën) = verhalen over hoe en waarom verschijnselen optreden <-> realiteit (data)
- Theoretici leggen focus op ideeën en concepten
Het belang van concepten:
- Concepten = hoofdingrediënten van theorieën → de meeste theorieën hebben een centraal
concept (vb. macht, bureaucratie, status, cultureel kapitaal …) WANT helpen je onderzoek te
verduidelijken
- In comwet. veel onderzoek gelinkt aan concepten die je niet zo kan observeren (vb. macht,
attitude …)
Elementen van het sociaalwetenschappelijk onderzoeksproces:
1. Literatuur onderzoek (literature review)
2. Concepten en theorieën
3. Onderzoeksvragen
, 4. Steekproeven (sampling)
5. Data verzameling
6. Data analyse
7. Rapportering
! sociaal onderzoek soms warrig DUS flexibiliteit vaal nodig → onderzoeksvragen en plannen moeten
worden bijgestuurd, onderzoekers moeten zich aanpassen DUS kennis over methoden en technieken
is daarbij enorm belangrijk
Onderzoeksmethode = techniek om data te verzamelen
(onderdeel van een bredere strategie) → de keuze
ervan reflecteert keuzes over het type van
instrumenten of technieken die hiervoor gebruikt
worden (vb. gestructureerde topiclijst voor interviews,
vragenlijst …)
LEERSTOF LES 1: chapter 1 ‘The nature and process of social research’
Les 2 (16/02)
Quiz antwoorden (zie slides):
- A
- B (kritisch zijn maar niet per se zoeken naar fouten)
- E
- B (proberen gestructureerd te werk gaan maar in de praktijk vaak onverwachte zaken)
Voorbeelden onderzoeksmethoden: kwantitatieve inhoudsanalyse, etnografisch onderzoek,
interview, literatuurstudie, case, logboek, panelonderzoek, vergelijkend onderzoek, lange
termijnonderzoek …
Onderzoeksmethoden:
Gestructureerde interviews
Zelf in te vullen vragenlijsten (self-completion interviews)
Kwantitatieve inhoudsanalyse (data verzamelingtechniek + analyse methode)
Online / visuele etnografie
Interviewen voor kwalitatief onderzoek
Focusgroepen
Conversatie analyse (data verzamelingtechniek + analyse methode)
(Kritische) discourse analyse (data verzamelingtechniek + analyse methode)
Kwalitatieve inhoudsanalyse (data verzamelingtechniek + analyse methode)
Mixed methods (data verzamelingtechniek + analyse methode)
Onderzoeksdesign = begeleidend kader voor het uitvoeren van de onderzoeksmethode en het
analyseren van de verzamelde data
, De methodologie
= studie van de methoden, concepten, theorieën en basisprincipes die gebruikt worden om te weten
in een specifieke discipline
= het filosofisch grondwerk dat voorafgaat aan de methode of het omschrijven van de keuze voor
onderzoeksmethode
Onderzoeksstrategie: Kwalitatieve versus kwantitatieve onderzoeksstrategie
Methode: geen neutrale tool WANT gelinkt aan visies op de sociale realiteit en hoe ze kan
bestudeerd worden
Onderzoek kan ingegeven worden door: een theorie, een sociaal probleem, interesse van de
onderzoeker … → gelinkt aan relevantie: maatschappelijk, wetenschappelijk, persoonlijk
Kwalitatief (→ woorden, vb. citaten van interviews) vs kwantitatief (→
cijfers) onderzoek
! opdeling niet algemeen erkend → vaak gesimplificeerd DUS gezien als
een bruikbare overkoepelende manier om versch. sociaalwetenschap-
pelijke methoden te verdelen
Aan de basis:
- Theorie en praktijk
- Epistemologische posities
- Ontologische posities
Andere soort onderzoeksstrategie = andere oriëntatie op het uitvoeren van sociaalwetenschappelijk
onderzoek
De relatie tussen theorie en praktijk
Theorie = verhalen over hoe en waarom verschijnselen optreden
Rationalistische benadering:
- Denkrichting die stelt dat ware kennis deductief tot stand komt en de rede de voornaamste
bron van kennis is (Descartes)
- Kennis komt voort uit de rede en het denken
- Uit rationele overwegingen en theorieën moeten hypothesen afgeleid worden die dan
getoetst worden in de wereld
- Deductieve benadering DUS theorie → deductief
Empiristische benadering:
- Denkrichting die stelt dat sensorische waarneming, samen met inductie, de (enige) bron is
van alle kennis (Locke)
- Kennis komt voort uit de ervaring
- Ideeën moeten uitgebreid getest worden voor ze als kennis gedefinieerd kunnen worden