Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Volledige samenvatting klinische psychodiagnostiek II €4,99   Ajouter au panier

Resume

Volledige samenvatting klinische psychodiagnostiek II

 379 vues  10 fois vendu

Een volledige samenvatting van de lessen van prof. Verhaeghe uit het derde jaar Klinische Psychologie. Aangevuld met notities uit de les.

Aperçu 4 sur 77  pages

  • Inconnu
  • 12 décembre 2016
  • 77
  • 2016/2017
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
vdsjulie
KLINISCHE PSYCHODIAGNOSTIEK
Boek deel 2 en 3. Vooral redeneerlijn belangrijk! Ook zaken nt behandeld in de les te kennen -> grote
lijnen.
Examen: open vragen. (Zie voorbeeldvragen gedurende de lessen)




INLEIDING (nt in boek)

Ideale diagnostiek: 3 delen:

1. Categoriale diagnostiek (DSM)
2. Particuliere diagnostiek (de man/vrouw die je voor je hebt: individueel)
3. Structurele diagnostiek (diagnose zal zich richten tot subject & een ander & zijn tekorten;
binnen verhouding: groepen. Zeer beperkt: neurose, psychose en perversie)
(2 posities: actuaal, psychpathologisch)

! Centrale idee rond diagnostiek: zowel normaliteit als de pathologie komen tot stand in verhouding
met subject en ander.

 2 belangrijke implicaties kliniek (kliniek = diagnostiek & behandeling):
1. Diagnose moet gebaseerd zijn op verhouding, centrale idee
2. Behandeling moet gebaseerd zijn op verhouding, op therapeutische relatie (bv.
gedragstherapeutisch)

 Perfect coherent geheel: diagnose - behandeling - ?
1 geheel!

Momenteel heerst er een dominante visie: pathologie zit binnen een individu i.p.v. psychologische
visie.



OVERZICHT HOOFDSTUKKEN:

Hoofdstuk 6: de identiteitsontwikkeling in combinatie met de drift regulering (arousal regulering)

Hoofdstuk 7: lineair ontwikkelingsmodel als 1 lang gerekte defensie. (coping mechanisme)

Hoofdstuk 8: lineaire model ombuigen tot circulaire model

Hoofdstuk 10: aanloop naar het diagnostische deel. Aandacht voor angst, schuld en depressie. (3 grote
affecten)

,HOOFDSTUK 6: IDENTITEIT IN TERMEN VAN EEN VERHOUDING
1) INLEIDING: HELICOPTERVIEW

De grootste groep psychopathologische stoornissen: persoonlijkheidsstoornissen. Vreemd ->
ingrijpende verandering waardoor persoonlijkheidsstoornissen opmars kregen. Vroeger in
ontwikkelingspsychologie.

 Maar wat is identiteit en wanneer/waarom is ze gestoord?



Wie ben ik (dé vraag) ? 2 expliciete opvattingen:

1. Identiteit is onveranderlijk.
Nee!
2. Identiteit is iets wat heel diep zit: de kern.

Dit bovenstaande klopt niet!:

-> exact het tegenovergestelde. Identiteit is een constructie die van buitenaf komt. Is voortdurend in
beweging.

Die verandering kan zeer traag verlopen maar ook zeer snel. Laatste jaren zeer snel. Vandaar
persoonlijkheidsstoornissen.



Argumentatie
 Adoptiekinderen: Bv. vrouw die in Gent wordt opgegroeid of in Amerika -> andere identiteit. ->
IMPUT VAN BUITENAF BEPAALT INVULLING VAN ONZE IDENTITEIT

Hoe gaat dat in zijn werk? -> eenvoudig:
x Identificatie => overnemen van wat ons voorgehouden wordt. Dit valt te begrijpen
x Separatie => afstand nemen van wat ons voorgehouden wordt. Baby's doen dit al. Niet te verklaren




Waaruit bestaat identiteit? Manieren om identiteiten te begrijpen.

1. In termen van persoonlijkheidskenmerken (kernidentiteit, kernkenmerken) -> wordt vaak gezegd
maar klopt vaak niet.
2. Of In termen van verhoudingen: er zijn minstens 4 cruciale verhoudingen. Deze zijn regulerend en
zitten vol met waarden en normen:


1. Verhouding tov de andere van het ander geslacht
- Genderidentiteit is een rationele identiteit. In samenspel met interactie ander geslacht. Je kan pas
een man worden wanneer je ook een vrouw ontmoet hebt (spiegelen).

,2. Verhouding tov autoriteit (ouders)

= de enige die tijdens het leven zal omkeren. Je wordt zelf vader of moeder. Voor de mensen die geen
ouder worden, zij zullen diezelfde verandering doormaken in de professionele context (als bv.
diensthoofd).

3. Verhouding tov de ander gelijke. (houding tov broers, zussen, leeftijdsgenoten, buren, collega's)

4. Verhouding tov onszelf
- Onderdeel van de identiteit die we iedere dag opnieuw opstarten: in de badkamer in de spiegel ->
inwendige dialoog met spiegelbeeld. Dialoog is altijd evaluerend. Nooit neutrale dialoog. Dialoog zal
gedurende hele dag blijven doorlopen. Bijna voortdurend op achtergrond, soms ook op voorgrond.
Bv. Mensen die zo tevreden zijn in zichzelf dat ze naast hun schoenen lopen, mensen die zo
teleurgesteld zijn dat ze zelfmoord plegen.



Waar zit de erfelijkheid?

- Seksuele identiteit: sekse: biologische

- Gender-identiteit: volledig affect/ beïnvloed van de omgeving.



BESLUIT: Identiteit kan gestoord zijn op vlak van de drift regulering = arousal regulering = affect.

 Dat werd wat uit het oog verloren door de labels van DSM.

 Waardoor wordt die identiteit verstoord? Hoe komt het dat er zoveel gelijkaardige stoornissen
zijn?:

Stoornissen zijn nt individueel, komen in groep.
Wat is psychologische verklaring? -> onze identiteit ontwikkelt zich in dialoog met de omgeving,
maatschappij. Elke maatschappij representeert enkele dominante spiegels.

! Elke maatschappij definieert haar ideale persoonlijkheid. Dit ideaalbeeld wordt getoond op heel wat
vlakken (onderwijs, politiek, ...) Wanneer je over een ideaalbeeld praat dan zijn er ook diegene die niet
in het plaatje passen en dat zijn de gestoorde.
 Door de jaren heen andere ideale persoonlijkheid en andere stoornissen -> dit verklaart stormloop
van persoonlijkheidsstoornissen)



2) IDENTITEIT IN TERMEN VAN EEN VERHOUDING (HB)

Vertrekpunt van de ontwikkeling: baby in buik in homeostase. Eens uit de buik niet meer in evenwicht
(krijgt koud,...) . Reactie daarop: kind begint te huilen. Moeder komt en zal:
1. Veronderingshandeling stellen

, 2. Zal aan kind vertellen wat zij denkt dat mankeert
3. Moeder zal gelaatsuitdrukking tonen die emotie spiegelt hoe moeder denkt dat kind zich voelt.
(MIRRORING). Baby neemt spiegelprocessen over. DIT IS CRUCIAAL.

We vertrekken vanuit een eenvoudig fysisch proces: arousal. Deze arousal beperkt zich tot het
individu.

Iemand komt op de proppen (moeder) om te zorgen dat die arousal verdwijnt. Dit gebeurt telkens
opnieuw. Zo ontwikkelt men een verwachting. Het is dus niet meer individueel maar relationeel.
Eenvoudige conditionering.


Baby huilt,... -> negatief affect

Al naargelang de verhoudingen, conditionering zal die aanvankelijke onlust bij baby een heel
specifieke kleur krijgen: belangrijke verandering. Chaotische ongerichte onlust wordt vertaald in angst
omdat verwachting geïnstalleerd is dat er iemand komt om het op te lossen. Soms komt die ander niet
-> angst dat die ander niet zal komen. = SEPARATIE ANGST: angst dat de ander er niet zal zijn als we ze
nodig hebben. (= 1e, belangrijkste angst -> heel belangrijk om mee te nemen in diagnostiek,
behandeling)

Naast angst bij kind ook depressieve reactie wnr moeder nt komt opdagen. Meestal in volgorde. Eerst
angst, onlust daarna depressieve. -> we hebben die initiële spiegelingsprocessen nodig!

Wat is 1 van de typische kenmerken bij persoonlijkheidsstoornissen?

Ze verliezen identiteitsgevoel als de ander niet aanwezig is. Identiteitsgevoel is chaotisch en leeg.
Hangt heel sterk af van de concrete, reële aanwezigheid van de ander. Anders hebben ze niet het
gevoel dat ze bestaan.

-> dit gaat terug op traumatische voorgeschiedenis -> spiegelingen zijn afwezig gebleven/ inadequaat
verlopen. Je kan geen normale identiteit ontwikkelen wanneer spiegelingen bij kind niet adequaat
plaats vonden. Bv. Bij depressieve moeder die geen gelaatsuitdrukkingen kan tonen en zo geen
emoties kan overbrengen naar kind toe.

(filmpje spiegelingen: Still Face Experiment: dr Edward Tronick) -> herbekijken voor duidelijkheid
spiegelingen.

(herhaling) De ander komt als baby huilt: de moeder antwoordt: de moeder is verantwoordelijk. Er
komt nooit een definitief antwoord:

1. De basis van dat tekort zal zich opnieuw herhalen

2. De ander interpreteert de signalen verkeerd. (bv. bij elk huilen krijgt de kind papfles in mond
geduwd)

-> voortdurende interactie tussen baby en omgeving, tussen subject en tekort.
Binnen die interactie krijgt kind voortdurend boodschappen, spiegels rond:
1. Gevoel

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur vdsjulie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,99  10x  vendu
  • (0)
  Ajouter