Welzijn en samenleving
Examen: 3 vragen
- Kennisvraag: uit hoofd leren (30%)
- Verbandvraag: 2 deeltjes van cursus (30%)
- Opinievraag: eigen mening + misschien nog vraag over de tekst
→ paper van max 1 pagina schrijven over eigen mening krantenartikel, boek, nieuws,..
1. Inleiding / Het sociale in contingent (maar niet
arbitrair)
Is dat met welzijn ook zo?
Wat is welzijn
‘Welzijn is de mate waarin niet enkel de meer primaire behoeften als voeding, kleding, gezondheid,
huisvesting en een goede leefomgeving vervuld zijn, maar ook de mate waarin men participeert aan
het maatschappelijke leven en de erin geldende cultuur en waardepatronen deelt, en men zich
bovendien kan ontplooien tot een sociaal weerbaar individu.’
- Zoektocht naar wat is welzijn, blijft een open vraag, jacht belangrijker dan vangst
- Al erg lang komen dezelfde aspecten naar voren maar niet altijd met hetzelfde belang
→ er is veranderlijkheid in tijd/plaats (soms primaire behoeften vooraan, soms participeren)
Het sociale is contingent maar niet arbitrair
- Dit is belangrijkste les → het geeft ons speelveld én onze ambitie aan
- Het motiveert maar roept ook op tot grondige analyse
, - Wat wij belangrijk vinden vandaag is → contingent (veranderlijk)
Dus ‘wat’ welzijn, welvaart, gezondheid, geluk, arm of rijk, succes of mislukking is
behoord tot het terrein van het contingente
- De uitdaging is om dat contingente te duiden, te begrijpen en er vat op te krijgen
Vb schoonheids- en gezondheidsideaal
= belangrijk in het welzijnservaren → zeer contigent in tijd en ruimte
Het thomas-theorema als illustratie
- Vanuit CMNA ontstaat dan ‘sociale waarheid’
= Wat we als waar aannemen is ook veranderlijk!
- ‘Kennis’, ‘waarheid’, ‘juist of fout’ zijn véél socialer dan we vaak denken
- Interessante benadering is het Thomas-theorema
‘Als mensen situaties voor werkelijkheid houden, dan zijn deze ook reëel in hun gevolgen.’
(If men define situations as real, they are real in their consequences)
- Gevolgen: gedragen naar wat zij als werkelijk ervaren → dan wordt het reëel
bv. “Bordje gevaarlijke hond” → inbreker gaat in een ander huis inbreken, jij bent
daardoor slachtoffer omdat inbreker niet in contact wil komen met gevaarlijke hond
Werkelijkheid gevormd door ‘idee’ dat er een hond zit
Meer toegepast: If people view somebody as great, then he/she is.
- We gaan ernaar handelen, creëren van werkelijkheid (bij bekende/machtige mensen)
- Mensen met een bepaalde status, kunnen ons denken/kleden aanpassen
De samenleving vandaag: de symbolische samenleving
Kern: Wat vandaag nodig om ‘succesvol te zijn in de samenleving? Waarom is ‘succes’ zo belangrijk?
Wat is ‘succes’?
- Vooral het ‘verzamelen’ van symbolen (contingentie in tijd/plaats)
- Symbolen zijn dragers van betekenis
- Betekenis komt eerst, ‘nut’ komt er achter → hoe meer nut, hoe minder betekenis
- Zoek naar nutteloosheid, en je zal betekenis vinden
- Wat is ‘nut’? = cruciale vraag
→ het bereiken van een doel, het bekeken worden door andere als nuttig
Volgens sommigen is onze samenleving een ‘symbolische samenleving’
- Belang van symboolstructuren zoals (sociale)media, onderwijs, vrije markt
niet te onderschatten, veel met betekenis bezig
wat is mooi, welke kennis, juiste keuze maken
- Maar ook ‘kapitalisme van de begeerte’, infantilisering van de consument
aanpassen aan wensen, behoeftes van de consumenten
consumptiedrang bij kinderen, voortgetrokken tot in de volwassenheid
Conclusie:
- Dit symbolisch denken zit overal en bepaald:
onze keuzes, relaties, beroep, mediavoorkeur, smaakvoorkeur, leefstijl, vriendschappen,
consumptie, idealen, principes, waarden, normen
, Maar ook: schulden, anorexia, wie de president wordt van de USA, het gevoel van
deprivatie, ons klimaat, …
Ook: vormen van kwetsbaarheid, ongelijkheid, achterstelling, relatieve deprivatie, kansen
→ dingen kopen om erbij te horen maar zich niet kunnen permitteren (dure tv)
- Bv. schoonheid en gezondheid kruipen dichter tegen elkaar → mooi = gezond geworden
gezondheid wordt steeds symbolischer en meer een ‘sociale waarheid’
gezond eruitzien maar niet gezond zijn
- Maar is daarom niet minder ‘real in their consequences’
Individualisme zonder individualisering
We zijn allemaal op zoek naar identiteit, persoonlijkheid, we willen iemand zijn → Hoe doen we dat?
- ‘persoonlijke’ keuzes vertellen anderen wie we zijn
- Meer kansen om uit te kiezen vanuit persoonlijke vrijheid → vinden we belangrijk
(cfr individualisme)
- Het resultaat is ontstellend collectief, niet zo veel variatie als we zelf willen geloven
er is veel samenhang, mensen komen veel op zelfde uit (steeds meer voorspelbaar uniek)
Ook op vlak van welzijn, geluk, gezondheid zien we sporen naar het collectieve van
kenmerken waarvan we denken dat ze zo individueel zijn
we denken van niet (hype ‘stan smiths’ → zijn tennisschoenen, dragen ze zonder het nut)
= Individualisme zonder individualisering (veel collectieve resultaten)
Veel contingentie
- In dit OPO: onderzoeken we die vaststelling en graven we in het ‘niet arbitraire’ ervan
- Is een onmisbare analyse voor wie als sociale professional aan de slag wil
2. De oorsprong van ons modern denken over geluk
Waarom spreken van ‘modern geluk’?
- Omwille van de ‘herontdekking’ van geluk vanaf de Verlichting en modernisering
- Onze manier van naar geluk kijken is nauw verbonden met die ‘modernisering’
Periode vanaf 1600 tot ….
Opgang van wetenschap/technologie, staatsvorming, kapitalisme, protestantse ethiek
Belangrijkste beweging in ‘denken’ in menselijke geschiedenis
- Tegelijk een thema dat in de sociale wetenschappen erg beladen is/was
Resultaat of oorzaak: Zéér weinig onderzoek tot over enkele jaren
Taboeonderwerp? Kan je dat wel onderzoeken?
Een geschiedenis van bijzondere figuren
- Bijzondere figuren of clubjes van figuren
The Lunar society Birmingham (groepje vergaderen tijdens volle maan)
Josiah Wedgewood: van koninklijke ceramist naar eetgerei voor de massa, grootvader
van Charles Darwin
Joseph Priestley, puriteinse dominee, ook ontdekker van zuurstof, sodawater
Schoonbroer van John Wilkinson, bouwer van de eerste stalen boot en brug en veilige/
handige scheermesjes
→ Willen speciale dingen ook beschikbaar maken voor de grote massa
, - Benjamin Franklin, de Amerikaanse wetenschapper, politicus en uitvinder, bezocht het
genootschap en kende de leden goed:
‘Het geluk van de mens ligt minder in grootse gelukkige gebeurtenissen dan in alledaagse voordelen. Als
je een jongeman leert hoe hij zich moet scheren en zijn scheermes scherp moet houden, draag je meer bij
aan zijn geluk dan wanneer je hem duizend dollar zou geven. Dat geld kan hij over de balk smijten en
dan spijt hebben over zijn spilzucht. Terwijl je hem in het andere geval het vervelende wachten bij de
barbier bespaart, het contact met diens niet altijd schone handen, stinkende adem en botte
scheermessen. Die jongeman kan zich nu scheren wanneer het hem past en met een goed onderhouden
mes’
- Waarom is dit citaat belangrijk?
Het laat contingentie zien in wat mensen stillaan als ’geluk’ gaan begrijpen
o geluk krijgt een anderen inhoud
Elementen:
o Bereikbaar voor iedereen (een jongeman)
o Eenvoudige, dagdagelijks aspecten (scheren)
o Materiele component (scheermes, beter dan 1000 dollar)
o Een zekere ‘nuttigheid’ (voordelen, beter dan bij de barbier wachten)
o Missie om dit waar te maken /een positivistische inslag (als je een jongeman leert)
- Stillaan gaat men spreken van: The greatest happiness of the greatest number
= ’Het grootste geluk voor zoveel mogelijk mensen’ = ‘the greatest happiness principle’
Eigenlijk in de westerse moderne een leidraad voor beleid, economie en politiek!
verspreiden om zoveel mogelijk mensen te bereiken, gelukkig te maken
2 aanvankelijk Europese ‘gelukstradities’ hebben dit verder uitgewerkt:
- De Franse gelukstraditie
- De Engels-Schotse gelukstraditie
De Franse gelukstraditie
François-Jean de Beauvoir, markies van Chastellux (1734-1788)
- Franse generaal actief in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (vriend met G. Washington)
- ‘De la Félicité publique, ou Considérations sur le sort des hommes, dans les différentes époques de
l'histoire’
Boek over welk volk nu het gelukkigst was
Geen dogma (mening), wel empirie om zo wetten en moraal aan te passen
Onderzoek naar welk volk het gelukkigste was is de geschiedenis tot nu toe
→ Eerste grondige poging tot geluks-onderzoek
→ geluk & welzijn kan onderzocht worden, verschilt in tijd/ruimte (contigentie)
→ Historisch overzicht van Egyptenaren, Grieken, Romeinen, begin christendom, ME, …
- Conclusie: zijn eigen tijd is de gelukkigste
- Opmerking: was vooral giswerk → er waren weinig gegevens over (vrije tijd, werktijd, belasting)
→ vandaag heel veel informatie
- Basis van de classificatie:
mate van vrijheid
recht op eigendom - konden ze ervan genieten?
afwezigheid van oorlog (cfr karaktervorming)
omvang landbouwproductie