Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Jong en Oud economie €3,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Jong en Oud economie

 9 vues  0 achat
  • Cours
  • Type

Dit is een samenvatting/aantekeningen van het boekje Jong en Oud voor economie bij Havo. Formules zijn er ook in meegenomen! Alles is duidelijk aangegeven met kleur, en makkelijk te vinden. Het heeft alle hoofdstukken voor dit boekje (8). De onderwerpen die in deze samenvatting worden beschreven z...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 17  pages

  • 10 avril 2023
  • 17
  • 2022/2023
  • Resume
  • Lycée
  • 5
avatar-seller
Hoofdstuk 1 .
Meelifter/free rider = je profiteert van de inspanningen die een ander doet.

Speltheorie = je bestudeert beslissingen waarbij de uitkomst afhangt van wat
anderen doen.
● Het keuzegedrag van twee partijen kun je aan de hand van een schema
analyseren, dat is speltheorie.

Er gelden twee spelregels bij de speltheorie:
1. Geen overleg/simultaan spel: de spelers moeten gelijktijdig (of zonder dat
zij weten wat de ander doet) hun actie bepalen.
2. Rationeel handelen: het individu kiest dus wat voor zichzelf de gunstigste
optie is.

Het eerste getal is altijd het getal dat hoort bij de rijspeler (links), het tweede getal
is altijd het getal dat hoort bij de kolomspeler (boven).

Dominante strategie = als een partij altijd dezelfde (dus voordeligste) keuze
maakt, ongeacht welke keuze de andere partij maakt.
● Met andere woorden: de keuze die je maakt is onafhankelijk van de keuze van
de ander.
- Als je moet uitleggen wat een dominante strategie is moet je altijd de getallen
erbij noemen!

Het probleem waarbij twee partijen in hun eigen belang een keuze maken die voor
beide niet het beste resultaat geeft, is het gevangenenprobleem.

Het beste resultaat, en dus samenwerking, wordt vaak alleen bereikt wanneer er
bindende afspraken gemaakt worden. Denk hierbij aan een afspraak/contract op
papier en eventuele sancties, waar je niet meer onderuit kunt.

Levensloop = de verschillende fasen van het leven.
Er zijn drie fasen:
1. Kinderfase
2. Ouderfase
3. Grootoudersfase

Het gedrag van de ene fase/generatie kan gevolgen hebben voor de
keuzemogelijkheden van andere generaties.

,Hoofdstuk 2 .
Consumeren = het uitgeven van geld aan goederen en diensten om in de eigen
behoeften te voorzien.
Sparen = het niet/later uitgeven van je inkomen (het uitstellen van je consumptie).
Lenen = het eerder uitgeven van je inkomen (het vervroegen van je consumptie).

Vermogen = de waarde van alle bezittingen verminderd met de waarde van alle
schulden.
● Door te sparen kun je vermogen opbouwen, maar door schulden daalt je
vermogen.

Ruilen over de tijd = geld verdienen en uitgeven in verschillende periodes ->
sparen en lenen.
Voorbeeld:
● Studieschuld: je leent geld om later een goed verdienende baan te vinden en
deze schuld af te lossen.
● Scooter: je bent al jaren aan het sparen om voor je 16e verjaardag een scooter
te kunnen kopen.

Lenen -> je moet rente betalen over het bedrag dat je leent.
Sparen -> je ontvangt rente over het bedrag dat je spaart.

De keus tussen nu een nieuwe mobiele telefoon kopen en lenen of eerst sparen en
later een nieuwe mobiele telefoon kopen hangt af van:
● Het belang van de behoeftebevrediging (nut/plezier).
● De hoogte van de rente.
● (Verwachte) prijsstijgingen (= inflatie -> stijging van het algemeen prijspeil).


Voorraadgrootheden Stroomgrootheden
Meet je op één moment Meet je tijdens een periode

Bv. mijn schuld is nu €5.000 Bv. mijn maandinkomen is €4.000
Ander voorbeeld: je kijkt op 21 januari Ander voorbeeld: je kijkt hoeveel geld je
om 14.30 uur hoeveel geld je op je in de maand januari hebt uitgegeven.
bankrekening hebt staan
Tip: Het is een film over een bepaalde
Tip: Het is een foto-moment tijd.

, Hoofdstuk 3 .
Als je klaar bent met studeren en wilt gaan werken, kun je uit twee opties kiezen:
1. Je gaat als werknemer in loondienst werken bij een bedrijf of bij de overheid
-> je krijgt loon/salaris.
2. Je start je eigen bedrijf op en wordt zelfstandig ondernemer -> je beloning
is winst.
Loon en winst uit eigen zaak noemen we inkomen uit arbeid of arbeidsinkomen.

Primair inkomen = inkomen dat je verdiend wordt door het inzetten van
productiefactoren. Met je arbeidskracht of bezit lever je een bijdrage aan het
productieproces.
Hieronder staan de vier productiefactoren met de bijbehorende primaire inkomens.
Productiefactor Primair inkomen
Kapitaal Rente/huur
Arbeid Loon
Natuur Pacht
Ondernemerschap Winst

De primaire inkomens en hun betekenissen:
Loon = een beloning voor de arbeid die je verricht.
Rente = ontvang je over je spaargeld.
Huur = ontvang je als je een gebouw aan iemand ter beschikking stelt.
Pacht = ontvang je als je een stuk grond aan iemand ter beschikking stelt.
Winst = een beloning voor zelfstandig ondernemer.
● Over deze primaire inkomens moet een gedeelte als belasting en premies aan
de overheid worden afgedragen!

Loonheffing = een bedrag dat over je brutoloon wordt berekend.
● Brutoloon = het loon voor aftrek van belastingen en premies.

De loonheffing bestaat uit:
● Loonbelasting = directe belasting op het inkomen van een werknemer.
● Premie volksverzekeringen = het bedrag dat je (verplicht) betaalt aan de
volksverzekeringen (AOW, Anw en Wlz).

Loonheffing is een voorschot op de inkomensheffing die achteraf per jaar wordt
vastgesteld over het totale inkomen dat je in een jaar verdiend hebt.
● Heb je uiteindelijk teveel betaald? -> Dan krijg je je geld terug.
● Heb je uiteindelijk te weinig betaald? -> Dan moet je het tekort nog bijbetalen.

Pensioenfonds = een organisatie/instelling die premies int van werknemers en
deze belegt, om zo later aanvullende uitkeringen te kunnen doen bij pensionering,
arbeidsongeschiktheid en bij overlijden aan de partner.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur floknowseverything. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,49
  • (0)
  Ajouter