Leerpad A – angststoornis, stemmingsstoornis en OCD
1. angststoornis
⟹ het gaat over pathologische angst, want angst op zich is normaal en waarschuwt
je voor gevaar vanuit de omgeving
- Komt ook voor bij schizofrene en depressie, dan wordt het geen angststoornis
genoemd
- Kan soms ook door een somatische stoornis zijn bv. longemfyseem
- Lichamelijke stoornissen:
o Beven
o Gespannen spieren
o Tachycardie, hartkloppingen
o Ademnood
o Droge mond
o Zweten
o Bleekheid
o Kippenvel
o Vergrote pupillen
o Diarree en urineverlies
- Paniekstoornis: plotseling opkomende aanvallen van angst, met lichamelijke
symptomen waarbij de persoon schrik heeft om dood te gaan, gek te worden,
controle te verliezen...
o Is bij 10% van de bevolking, na 10 min bereiken ze een hoogtepunt en
dan neemt het af
o Bij terugkomen en ongerustheid over herhalen = paniekstoornis
o Is bij 4% van de bevolking heeft paniekstoornis
- Fobieën:
o Agorafobie: ruimtevrees of straatvrees dat ze schrik hebben van veel
mensen bijeen of niet wegkunnen bv. op de trein → vaak gaat er
iemand mee
o andere fobieën: arachnofobie (spinnen), kikkers, slangen, katten,
onweer, storm of water, injecties, bloed of ziekenhuizen, liften,
roltrappen, tunnels, vliegtuigen, claustrofobie
1.1 vervolg angststoornissen
- sociale angststoornis: angst om zich tussen mensen te begeven of publiek
op te treden, meestal met faalangst
- Gegeneraliseerde angststoornis: aanwezigheid van angsten en klachten
van gespannenheid zonder duidelijke aanleiding, slechte concentratie, veel
piekeren
- Posttraumatische stressstoornis: na een verschrikkelijke ervaring bv.
oorloog, ook veel bij politieke vluchtelingen
o Herinneringen dringen zich op
o Veel over dromen
o Soms hallucinaties en angstaanvallen
o Slaapstoornissen
o Prikkelbaar en woede-uitbarstingen
- Voorkomen en beloop:
1
, o Fobieën rond de 20%, vrouwen > mannen
o benzo’s en alcohol worden er vaak tegen gebruikt
o PTST 5% bij mannen, 10% bij vrouwen
- Oorzaken:
o Stel de vraag en ga na:
Of er een lichamelijke oorzaak is
Of er misbruik is van middelen of er ontwenning van is
Hersenaandoening?
o Erfelijkheid speelt een grote rol!
o Omgevingsfactoren
1.2 de oorzaken van angststoornissen
- Cerebrale stofwisselingsstoornis: komt door de neurotransmitters
serotonine, gamma-aminoboterzuur (GABA) en glutamaat
- Voortdurende stress
- Opvoeding
- Klassieke conditionering: een geluid/ beweging met iets
anders associëren waardoor je al bij datzelfde geluid angst
krijgt, minder bij fobieën dan operante conditionering met bv.
vermijdingsgedrag
- Bij PTSS is dit wel klassieke conditionering maar
samenhangend met erfelijkheid en persoonlijke problemen
samenhangend met persoonlijkheid
- Sociale steun = genezend
1.3 de behandeling
- Goede voorlichting en info
- Cognitieve gedragstherapie: blootstelling aan de gevreesde situatie =
exposure therapie door trainingsprogramma → je gaat afleren om met angst
te reageren bv. straatvrees
o Is gecombineerd met relaxatie
o Geen geruststellende handelingen verrichten (bv. verstoppen)
o Doel is veranderen van de negatieve angst bevorderende
denkpatronen van de pt bv. angst is niet rampzalig, anderen denken
niet negatief over je
- Sociale angst: sociale vaardigheidstraining
- Soms SSRI’s: antidepressiva van 3de generatie → uitzonderlijk de benzo’s!
deze zijn zeer verslavend
- Bij PTSD (PTSS): cognitieve gedragstherapie met exposure, blootstellen aan
het trauma bv. verlies kind door ongeval
o EMDR: eye movement and desensitization processing
- Taak verpleegkundige in een gespecialiseerd centra:
o Vaardigheidstraining
o Modelling
o Co-therapeut
o Ondersteunende en motivationele gespreksvoering
2. OCD – obsessive compulsive disorder of obsessieve compulsieve stoornis
- Symptomen:
2