Biologie samenvatting thema 3 stofwisseling in de cel
Samenvatting thema 2 BVJ DNA
Tout pour ce livre (32)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Biologie
5
Tous les documents sur ce sujet (5514)
Vendeur
S'abonner
ninasofie
Aperçu du contenu
Biologie SE periode 2
Thema 2
Basisstof 2
Traanvocht; Beschermt het oog tegen uitdroging en reinigt. Voorziet buitenkant van hoornvlies met
zuurstof.
- Afgevoerd naar de neusholte. (snotteren)
Vaatvlies; bevat veel bloedvaten.
Oogkamers zijn gevult met vocht.
Hoornvlies, straalvormig lichaam en ooglens zorgen ervoor dat op het netvlies een scherp beeld
ontstaat.
Lichtstralen die het oog binnenvallen worden gebroken door het hoornvlies en de ooglens
Netvlies; door glasachtig lichaam op haar plaats gehouden. Hierin liggen de licht receptoren.
Gele vlek: Scherpst zien
Blinde vlek; doorgang van bloedvaten, impulsen verlaten hier het oog. (Netvlies waar de oogzenuw
het oog verlaat.
- Een oogarts kijkt achtereenvolgens door het hoornvlies, de voorste oogkamer, de pupil, de
achterste oogkamer, de ooglens en het glasachtig lichaam
Beeld op het netvlies is omgekeerd verkleind
- Accomoderen; het boller en platter worden van de lens
Veranderen van vorm van de ooglens
Verte kijken; straalvormig lichaam ontspannen; ogen in rusttoestand, lensbandjes wel gespannen;
trekken aan de ooglens; ooglenzen worden hierdoor platter
Dichtbij kijken; Straalvormig lichaam trekt samen; lensbandjes minder strak gespannen; = minder
aan de ooglenzen trekken; De ooglenzen kunnen hierdoor boller worden.
Kringspieren= accommodatie spieren
Positieve lenzen; in het midden dikker dan aan de randen= convergeren; lichtstralen naar elkaar toe
‘Hoe boller de lens, hoe kleiner de brandpunt afstand’
Negatieve lenzen: aan de randen dik, lichtstralen verspreiden = divigeren. Brandpunt ligt voor de
lens. (Holle lenzen) .
- Oog is altijd bol, dus convergeren. Door accomoderen varieert de brandpuntafstand.
- Oog afwijkingen
Bijziend, is de oogbol te lang of worden de lichtstralen door het hoornvlies en of de lens te sterk
afgebogen, voorwerpen van veraf niet scherp zien. Van dichtbij wel.
Verziend; de oogbol te kort of worden de lichtstralen door het hoornvlies en of lens niet voldoende
afgebogen= dichtbij niet scherp zien, veraf wel. Kun je corrigeren met een bolle (positievere lens)
- Pupil reflex= Bepalen van intensiteit van licht wat het oog binnen valt.
Te hoog? Kan licht receptoren beschadigen
- Wimpers vormen eerste bescherming. Pupilreflex is belangrijkste bescherming (Regelt hoeveelheid
licht die op het netvlies valt).
Iris; straalsgewijs lopende spieren; bepalen pupilgrootte. (Samentrekken> groter worden van pupil)
Kringspieren samentrekken: pupil wordt kleiner
- De bouw en de werking van het Netvlies;
Laag neuronen, laag lichtreceptoren, laag pigment cellen(liggen tegen vaatvlies aan. Absorbeert het
licht en beschermt de zintuigcellen zo tegen te sterke lichtprikkels.
In blinde vlek liggen geen zintuigcellen.
- Contrasten en kleuren:
, Staafjes; liggen verspreid over het gehele netvlies, maar nauwelijks in de gele vlek
; hebben lage prikkeldrempel voor licht; zijn gevoelig voor alle kleuren, maar ongevoelig voor rood
licht. Alleen contrasten waarnemen in zwart-grijs-wit.
Kegeltjes: hogere prikkeldrempel; kleuren en details waarnemen.
3 types; 1. gevoelig voor rood licht, ander gevoelig voor blauw licht. 3 gevoelig voor groen licht.
Bevatten alle drie ander lichtgevoelig pigment; verschillende golflengten.
Liggen vooral in gele vlek en directe omgeving daarvan. Je kunt hiermee het scherpst zien.
Alle drie types even sterk prikkelen geeft wit licht.
Cellichamen van deze lichtreceptoren liggen in het netvlies. Kegeltjes worden apart doorgegeven
aan een neuron. In gezichtscentrum vertaald in een gedetaileerd beeld omgezet. Staafjes worden de
impulsen van zon vijftig tot honderd staafjes aan een neuron doorgegeven. ; minder scherp dan bij
kegeltjes.
- Zien in het donker
Donkeradaptatie; het langzaam wennen aan het donker en dingen waarnemen. De prikkeldrempel
daalt dan.
Staafjes werken hierbij. (zijn bij blauw groen licht gevoeliger dan kegeltjes.
Nachtblind; wennen de staafes langzemer aan het donker.
Lichtadaptatie is sneller dan donker adaptatie.
- Stereoscopie
Optisch chiasma(kruising); Impulsen van netvlies linker gedeelte van ogen (rechter gezichtsveld)
gaan naar het linker gezichtscentrum.
Hierdoor kun je diepte zien.
Basisstof 3 Gedrag beschrijven.
Ethologie; De tak van de biologie waarbij de studie van gedrag van de dieren centraal staat.
Onder gedrag verstaan ethologen alle waarneembare activiteiten van een dier of mens.
Adequaat gedrag; De overlevingskansen en fitness van een dier worden vergroot wanneer het
gedrag goed is aangepast aan de omstandigheden.
- Gedragselementen; opeenvolgende handelingen
- Respons; reacties van een dier of mens op prikkels
- Black box; inwendige van een dier.
Milleu = input, respons = outpout
Mri scans maakt de activiteit van hersendelen zichtbaar bij het uitvoeren van handelingen.
- Gedragssysteem; Handelingen met een gemeenschappelijke doel
(Voedingsgedrag, voortplantingsgedrag, kookgedrag, onderzoekgedrag)
- Gedragsketen; Als de ene handeling in een gedragssysteem leidt tot een volgende handeling
Subsystemen
- Balts is een onderdeel van voortplantingsgedrag + gedragsketen.
Subsystemen; groepen handelingen die deel uit maken van een totaal gedragssysteem.
Broedzorg is de zorg van ouderdieren voor nakomelingen.
- Ethogram; objectieve beschrijving; gedrag van een dier bestuderen. Bijhouden hoe vaak en hoelang
een dier een handeling uitvoert. (Weergeven in handelingsprotocol)
Protocol; is een lijst van achtereenvolgens waargenomen handelingen van het dier. Daarbij is het
handig om afkortingen te gebruiken.
Met behulp van protocol kun je vragen beantwoorden:
Hoe vaak komt een handeling voor?
Hoelang duurt een handeling? Is er een volgorde?
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ninasofie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.