Inhoud
HOOFDSTUK 1: algemeenheden.........................................................................................................................3
HOOFDSTUK 2: de btw-plichtige en zijn verplichtingen......................................................................................6
HOOFDSTUK 3: DE BELASTBARE HANDELINGEN...............................................................................................15
DIENSTVERRICHTINGEN....................................................................................................................................32
Afdeling 3: Intracommunautaire handelingen..................................................................................................37
HOOFDSTUK 4: DE VRIJGESTELDE HANDELINGEN............................................................................................44
HOOFDSTUK 5: maatstaf van heffing................................................................................................................48
3
, HOOFDSTUK 1: algemeenheden
1 Situering
Fiscaliteit:
- Directe belastingen (= geheven op inkomen bv personen en venn. Belasting)
- Indirecte belastingen (= geheven op verbruik bv btw, accijnzen)
Btw = belasting over de toegevoegde waarde
2 Het werkingsmechanisme van de btw (denkpatroon)
= btw die je betaald hebt ga je aftrekken met die btw die je krijgt en het verschil gaat naar de staat
! btw is maar aftrekbaar voor aankopen die leiden tot verkopen waarop btw verschuldigd is !
Vb. een klant koopt bij zijn fietshandelaar een fiets van €500,00.
Toeleveringsbedrijven (T)
I
I overdrachtsprijs: € 250,00
I
Fietsenfabrikant (F)
I
I overdrachtsprijs: € 400,00
I
Fietsenhandelaar (H)
I
I overdrachtsprijs: € 500,00
I
Klant (K)
BTW op aankopen BTW op verkopen Verschuldigde btw Te dragen Toegevoegde
(te betalen aan de fiscus) belastingen waarde
T 0,00 * 21% = 0,00 250,00 * 21% = 52,50 52,50 0,00 250,00
F 250,00 * 21 % = 52,50 400,00 * 21% = 84,00 31,50 0,00 150,00
(= 84,00 – 52,50) of
150,00 * 21%
H 400,00 * 21% = 84,00 500,00 * 21% = 105,00 21,00 0,00 100
K 500,00 * 21% = 105 ------------------ ------------------- 105,00 ------------------
105,00 EUR 105,00 EUR
3
,1 Toepassingsgebied van de BTW
1.1 Territoriaal
Het toepassingsgebied van de btw strekt zich uit over de 27 lidstaten van de Europese Unie, met uitsluiting
van: kijk pagina 16 in het handboek)
1.2 Belastbare handelingen
1.2.1 Levering van goederen en het verrichten van diensten (art. 2)
Levering van goederen en dienstverrichting kunnen slechts aan de Belgische btw worden onderworpen als ze
worden verricht:
- Plaats van de levering België is
- Verricht door een als zodanig handelende belastingplichtige
- Onder bezwarende titel (niet gratis, er is een tegenprestatie)
1.2.2 Invoer van goederen (art. 3)
Als goederen van buiten de Europese Unie in België ingevoerd worden, is de belasting verschuldigd, wie ook
de invoerder is.
1.2.3 Intracommunautaire verwervingen (art. 3 bis)
Als een belastingplichtige, gevestigd in België, goederen in een andere lidstaat koopt en ze hier verwerft, is
er Belgische btw verschuldigd op de verwerving.
1.3 Plaats
Genoemde handelingen kunnen enkel aan de Belgische btw onderworpen worden als ze hier te lande
plaatsvinden. Hoe moet men hierbij tewerk gaan? De plaats van een levering, een dienst, een
intracommunautaire verwerving of een invoer wordt in gans de Europese Unie op uniforme wijze
vastgesteld. Men heeft hierbij een dubbel doel voor ogen: niet alleen vermijden dat 2 lidstaten eenzelfde
transactie kunnen belasten, doch eveneens voorkomen dat andere transacties nergens belastbaar
zijn.
2 Enkele essentiële begrippen
2.1 Belastbaar feit
Het feit waardoor aan de wettelijke voorwaarden, vereist voor het verschuldigd worden van belasting wordt
voldaan:
- Leveringen van goederen en verrichten van diensten, in zoverre ze door de wetgever als belastbare
handelingen worden aangeduid
- De invoer van goederen van buiten de EU
- Een intracommunautaire verwerving uit een lidstaat van de EU, in zoverre ze door de wetgever als
een belastbare handeling wordt aangeduid
De tijdstip van het belastbare feit is dan het ogenblik waarop de levering van het goed wordt verricht, de
dienst is verricht, de invoer geschiedt of de intracommunautaire verwerving wordt verricht.
, 2.2 Tijdsstip van opeisbaarheid
De hoofdregel is nog steeds dat de btw opeisbaar wordt op het tijdstip waarop de levering wordt verricht of
de dienst is verricht. Op deze regel worden echter 7 mogelijke uitzonderingen voorzien, waardoor deze
hoofdregel in de praktijd niet vaak van toepassing zal zijn.
Want is de klant zelf ook een btw-plichtige (B2B), dan moet de leverancier een factuur uitreiken en in dat
geval wordt de btw opeisbaar over het gefactureerde bedrag op het tijdstip waarop de factuur wordt
uitgereikt.
Om te vermijden dat de btw pas veel later dat het tijdstip van de levering op de dienst opeisbaar zou worden
doordat de leverancier wacht om zijn factuur uit te reiken, voorziet de wetgeving dat de bwt steeds
opeisbaar wordt, voor zover dat nog niet is gebeurd, ten laatste de vijftiende van de maand volgend op de
maand waarin de leverancier van het goed werd verricht of de dienst is verricht.
Dus in een B2B-context wordt de btw opeisbaar ofwel bij de uitreiking van de factuur, of de ontvangst van
de betaling voor de levering of de dienst en voor de factuur, ofwel de vijftiende van de maand volgend op de
maand van de levering of de dienst als er dan nog geen factuur is uitgereikt. Diezelfde regels zijn eveneens
van toepassing op handelingen verricht voor particulieren, maar waarvoor de leverancier ingevolge art. 1
van het KB nr 1 verplicht is om een factuur uit te reiken.
Bv. Handeling voor een andere Belgische btw-plichtige
- Datum factuur: 02.03.2022
- Datum betaling: 10.03.2022
- Datum levering: 01.04.2022
Btw is opeisbaar op 02.03.2022, namelijk als de factuur is uitgereikt.
Bv: stel dat in het vorige voorbeeld de factuur pas wordt uitgereikt na de levering (bv. 08.04/2022), dan
wordt de btw opeisbaar op 10.03.2022 bij de betaling die en de levering en de factuur voorafgaat.
Bv: verkoop in een winkel van een tijdschrift aan een particulier die pas op een later tijdstop betaalt
- Datum van de verkoop: 16.01.2022
- Datum betaling: 20.01.2022
Btw is opeisbaar op 20.01.2022, namelijk als de betaling wordt ontvangen.
Bv: verkoop in een winkel van een tijdschrift aan een particulier die onmiddelijk betaalt
- Datum van de verkoop: 16.01.2022
- Datum betaling: 16.01.2022
Btw is opeisbaar op 16.01.2022, namelijk als de betaling wordt ontvangen.
2.3 Tijdstip van voldoening van de btw
Om redenen van praktische aard zal men de btw niet telkens vereffenen als zijn opeisbaar wordt, de
voldoening van de btw-schulden wordt verschoven tot de 20 ste van de maand na de beschouwde periode
(maand/kwartaal): het zijn de data tot dewelke de betaling van de eerder opeisbaar geworden belasting
uitgesteld kan worden, zijde tot de 20 ste van de volgende maand of 20/04, 20/07, 20/10, 20/01.
2.4 Tijdstip van afdwingbaarheid van de btw
De betaling van de verschuldigde btw kan pas officieel afgedwongen worden na de betekening van een
dwangbevel (uitvoerbare titel) .
5