Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Vastgoed Economie (Jan Buist ) PowerPoint lessen Samenvatting €7,49   Ajouter au panier

Resume

Vastgoed Economie (Jan Buist ) PowerPoint lessen Samenvatting

 27 vues  2 achats
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Toets gehaald met 92% doormiddel van deze samenvatting van de lessen en het daarbij behorende samenvatting van het boek. Hopelijk doormiddel van het delen lukt jij die deze samenvatting koopt ook om de test te halen.

Aperçu 4 sur 33  pages

  • Non
  • Inconnu
  • 9 mars 2023
  • 33
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
Leerpunten uit de PowerPoint.

PowerPoint 1

Economische orde.

1. Centraal geleide planeconomie ook vaak bureaucratisch budgetmechanisme, als voorbeeld
Dictaturen (noord Korea)
2. Georiënteerde markt economie ook vaak democratische budgetmechanisme, als voorbeeld
de Europese landen
3. Vrije markt economie ook vaak marktmechanisme, als voorbeeld de verenigde staten of
landen zonder gezag


CPB, Het Centraal plan bureau.

Belangrijk in prognoses voor de economische ontwikkelingen in Nederland.
Producten zijn:
1. Basis materiaal miljoenen nota (voorbeeld toekomstig economisch beleid).
2. Macro-economische verkenning (voorbeeld verwachte financiële economische
ontwikkelingen, heeft te maken met prinsjesdag in september.
3. Centraal economische plan (voorbeeld uitwerking M.E.V. op basis van nieuwe
ontwikkelingen in het voorjaar)

Verder zijn er nog andere van toepassing namelijk:
1. C.B.S is Centraal bureau voor statistiek (wat verzameld objectieve gegevens in de nationale
rekeningen, dit systeem geeft een kwantitatieve beschrijving van het economische proces in
Nederland en de relatie met het buitenland. Deze informatie is altijd achteraf.
2. Algemene rekenkamer onderzoekt of de rijksoverheid publiek geld zinnig, zuinig of zorgvuldig
uitgeeft.
3. C.E.C is Centraal economische commissie wat een platform is voor hoog ambtelijke discussies
over strategische economische vraagstukken.
4. S.T.V.D.A. is de Stichting van Arbeid wat een belangrijke rol heeft in vormgeving van de
Nederlandse arbeidsverhouding.
5. S.E.R. is de sociaal economische raad wat een advies orgaan is van ondernemers en
werknemers en onafhankelijke deskundigen en geeft advies aan de regering en parlement
over het sociaal economische beleid.


De Economische kringloop

Huishouden ontvangen diensten en goederen wat wordt gegeven door de bedrijven.
Bedrijven ontvangen consumptie uitgaven van de huishouden.
Bedrijven geven loon, rente of dividend aan de huishouden.
Huishouden zorgen voor het productie factor bij bedrijven.

Y is nationaal inkomen is berekening: Consumptie + belastingen + sparen.

BBP is binnenlands product is berekening: Consumptie + investeringen + overheidsuitgaven + (export
min import).

,Nationaal inkomen is binnenlands product. Ook wel de berekening: Consumptie + belastingen +
sparen = Consumptie + investeringen + overheidsuitgaven + (export – import).


Wat meer bedrijfsgericht kan zijn is belastingen plus sparen is investeringen plus overheidsuitgaven
plus export min import.

De evenwicht tussen import en export geld export min import.

Overheidsuitgaven min belastingen is het overheidstekort.

Belastingen min overheidsuitgaven is het overheidspaar saldo.

Export min import is het handelsbalans of uitvoerbalans.

Sparen min investeringen is het particuliers spaarsaldo.

Besparingen zijn gelijk aan de berekening: sparen is investeringen plus overheidsuitgaven min
belastingen plus export min import.

Of de berekening sparen min investeringen min overheidsuitgaven min belastingen is export min
import.

S.I.B.O ook wel Sibo is de berekening Sparen min investeringen plus belastingen min
overheidsuitgaven is export min import.



De geldstromen zijn:

- Van bedrijven naar gezinnen toe is nationaal inkomen.
- Van gezinnen naar banken is sparen.
- Van gezinnen naar bedrijven is consumptie.
- Van banken naar overheid is overheidsuitgaven min belastingen.
- Van banken naar buitenland is export min import.
- Van overheid naar bedrijven is overheidsuitgaven.
- Van buitenland naar bedrijven is export.
- Van bedrijven naar buitenland is import.

Toegevoegde waarde is nodig om de kostprijs van een product terug te verdienen en winst te maken.

1. Afschrijvingen duurzame kapitaalgoederen.
2. Rente op geleend kapitaal.
3. Pacht en of huur.
4. Lonen.
5. Winst.

Bruto toegevoegde waarde is het omzet min inkoopwaarde.
Netto toegevoegde waarde is het omzet min inkoopwaarde min afschrijvingen.

,Formele economie is economie die we kunnen meten en officieel vast zijn gelegd. Informele
economie bestaat wel maar is niet vastgelegd, als voorbeeld zwartwerken of vrijwilligerswerk.


De Kitchin curve duurt drie tot vijf jaar en is bijvoorbeeld het voorraadbeheer.

De Juglar curve duurt zeven tot elf jaar en is bijvoorbeeld investeringen in duurzame productie
processen.

De Kondratieve curve duurt langer dan vijftig jaar en is bijvoorbeeld de spoorwegen ontwikkeling of
internet, gaat om technologische ontwikkelingen.


Cyclische sectoren

1. Cyclische sectoren reageren op de economische situatie en conjuncturele bewegingen,
bijvoorbeeld chemie, reiswereld en binnen vastgoed de kantoren en winkel markt.
2. Niet cyclische sectoren bewegen niet mee, zoals de gezondheidszorg of medicijnen industrie en
binnen vastgoed zijn het koopwoningen.
3. Anticyclische sectoren gaan tegen de beweging in, zoals de uitzendbureau’s en binnen vastgoed de
huurwoningen.

De cyclische sectoren die veranderen door prijzen en volumes bij een opgaande markt:

1. Cyclische sector dan stijgt de volume en prijzen.
2. Niet cyclische sector dan bewegen de volume en prijzen nauwelijks.
3. Anticyclische sector dan daalt de volume en prijzen.


Vastgoedcyclus ook wel de varkenscyclus:

Vraag naar varkens stimuleert de boeren om meer te gaan fokken maar het duurt even voordat de
boer aan de vraag voldoet. Aanbod reageert traag op de vraag. Cyclus van weinig aanbod lijd tot
hogere prijzen en dat lijd tot meer aanbod en uiteindelijk weer lagere prijzen.

Oorzaken kunnen zijn:
1. Conjuncturele ontwikkelingen.
2. Tijdhorizon.
3. Markt imperfecties.


Het theoretisch model vastgoedcyclus.
Deze cyclus duurt circa 10 jaar en voordat het bij een volgende punt in de cyclus is duurt circa 2 tot 3
jaar.

De bouw trekt aan betekend twee jaar later een over aanbod waardoor de huurprijzen stagneren en
de prijzen zakken waardoor de bouw stil ligt vervolgens de voorraad weer is verwerkt dus weinig
aanbod wat weer lijd tot een stijging van huur en koopwoningen.

, Overheidsinvloed op conjunctuur en structuur

Overheidsinvloed op conjunctuur betekend door actief beleid beïnvloed de economie. Meer
investeren bij laag conjunctuur en andersom. Focussen op bestedingen en belastingen verlagen voor
werknemers.

Overheidsinvloed op structuur is een structuurbeleid betekent invloed overheid op de bedrijven.
Focussen op de aanbodzijde van de economie. Stopzetten van kolen industrie en investeren in
duurzamen energie zoals windmolens en zonnepanelen.


Drie functies publieke sector:

1. Allocatiefunctie; beïnvloeden samenstelling goederen en diensten.

2. Stabilisatiefunctie; dempen van conjunctuur.

3. Herverdelingsfunctie; premie heffing en herverdelen inkomen

Wat ook voorkomt is de marktregulering om wetgeving om eerlijkere marktwerking te bevorderen.
Of het genereren van collectief dienstenpakket wat dus onbetaalbaar is voor de individu zoals
defensie, politie of justitie.


Invloed van investeringen op bruto binnenlands product.

1. Multipliereffect is de factor waarmee de consumptie stijgt als de overheid een bepaalde
hoeveelheid overheidsuitgaven in de economie pompt.

2. Capaciteitseffect zijn de investeringen hebben invloed op de productiecapaciteit van het
bedrijfsleven.

3. Acceleratoreffect is het extra en grotere investeringen dan nu direct noodzakelijk is. Gebeurt bij
het bereiken van de maximale capaciteit om te voldoen aan de toekomstige vraag.


Investeringen zijn bruto investeringen op gesplitst in vervangingsinvesteringen en netto
investeringen.

Netto investeringen zijn opgesplitst in voorraad en uitbreidingsinvesteringen.

En uitbreidingsinvesteringen zijn opgesplitst in diepte en breedte investeringen.


Bedrijven investeren als ze goederen kopen om mee te kunnen produceren. De gekochte goederen
heten dan kapitaalgoederen en er worden drie vormen onderscheiden:

1. Vervangingsinvesteringen zijn het vervangen van versleten vaste activa, kapitaalgoederen die
langer dan 1 jaar meegaan. Ze worden betaald van de afschrijvingen.

2. Uitbreidingsinvesteringen zijn het uitbreiden van de vaste activa.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Asimons. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter