Samenvatting Feniks / VWO overzicht van de geschiedenis - Geschiedenis
Tout pour ce livre (273)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Geschiedenis
4
Tous les documents sur ce sujet (4833)
Vendeur
S'abonner
renskejasmijn06
Avis reçus
Aperçu du contenu
3.1 Leenheren, leenmannen en horigen
Alleen landbouw:
-val West-Romeinse Rijk—> handel vermindert en bevolking vermindert ink—> mensen gaan
weer in dorpen wonen en worden weer boer
Schulden:
-veel pachtboeren hadden enorme schulden en vertrokken uit hun woonplaats—> ze gingen
wonen op het domein van een leenheer, maar ze mochten niet van dit domein af zonder
toestemming
Hofstelsel:
-een dorp met landbouwgrond heette een domein
-de heer, bijvoorbeeld een ridder, was de baas van een domein: alle grond was van hem
-hij woonde soms in een donjon, een soort kasteel, en soms in een vroonhof, de grote boerderij
van de heer in het dorp
-in het hofstelsel was het domein in twee stukken verdeeld
-het ene deel van de grond was verpacht (verhuurd) aan horige boeren voor eigen opbrengst. Zij
moesten een deel van opbrengst als pacht (belasting) betalen
-de opbrengst van het andere deel was volledig van de heer
Veel plichten, weinig rechten:
-iedereen op het domein van de heer hoorde bij het domein
-de boeren waren horigen van de heer: ze moesten gehoorzaam zijn
-om op de grond van de heer te kunnen wonen, moest je pacht betalen
-de horigen waren ook verplicht om herendiensten (klusjes) te doen
-een horige moest overal toestemming voor vragen, ook om te trouwen
-een gevluchte horige was na een jaar en een dag een vrije boer
Ridders en kastelen:
-ridders waren strijders te paard die vochten voor een heer
-in ruil daarvoor kreeg hij een paard, de wapenuitrusting en een kasteel
-in naam van de heer sprak hij soms ook recht in zijn gebied
-ridders woonden in kastelen, maar dat waren in het begin vaak houten boerderijen, die pas later
van steen werden
-de meeste kastelen die er nu nog staan zijn van na het jaar 1000
Eerst de naam, ‘de Middeleeuwen’:
-de tijd na het Romeinse Rijk (oudheid) en vóór de Nieuwe Tijd
-het ligt in het midden van die twee perioden: tussenperiode
-ongeveer tussen 500 en 1500
-vroege middeleeuwen: 500-1000
-late middeleeuwen: 1000-1500
Onrustige tijden in Europa (500-800):
-na de val van het West-Romeinse Rijk waren er veel oorlogen
-reizen was gevaarlijk en de meeste mensen leefden in dorpjes
-grote steden, zoals Rome, waren er niet meer
Het Frankische Rijk (751-870):
-het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa
-de bekendste Frankische koning was Karel de Grote
-in het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk
Het leenstelsel:
-Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen
-daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten
-zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen
-zij mochten dit namens hem besturen: zij werden leenmannen
-andere naam leenstelsel: feodalisme
fl
, Het Frankische Rijk valt uiteen:
-het rijk werd na de dood van Karel de Grote en zijn zoon Lodewijk de Vrome steeds meer
verdeeld en verdeeld
-de edelen die deze gebieden bestuurden, ‘vergaten soms maar even’ dat zij dit gebied o cieel
nog steeds in leen hadden van hun leenheer
-of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen
3.2 het christendom in Europa
Terugval:
-na de val van het West-Romeinse Rijk verdween het christendom snel, doordat de gebieden er
nog niet goed genoeg bekend mee waren
-ook werden deze gebieden beheerst door Germanen, waardoor hun goden werden aanboden
(noord Gallië, grote delen van Britannië)
-Germaanse stammen die het vroegst het Romeinse Rijk waren binnengetrokken, waren wel
christen
-496: Frankische koning Clovis laat zich dopen tot katholieke, hij kreeg hiermee steun van veel
bisschoppen en kon zo heel Gallië veroveren
-gewoonte: als koning zich bekeerd, doen onderdanen dat ook
De hulp van God:
-het leven van mensen in de vroege Middeleeuwen was zwaar
-veel van de dingen om hen heen begrepen ze niet
-bij ziektes, natuurrampen of hongersnoden vroegen ze God om hulp
-de mensen van de kerk, de geestelijken, hielpen hen hierbij
-hiervoor moesten de boeren wél belasting betalen
Paleizen…:
-de Paus, de leider van de kerk, had in de Middeleeuwen enorm veel macht, soms zelfs meer dan
een koning of keizer
-de Paus en andere hoge geestelijken, zoals bisschoppen, hadden veel grond en woonden in
enorme paleizen, vol luxe
…en kloosters:
-lage geestelijken, zoals priesters, monniken en nonnen, woonden en leefden vaak veel
eenvoudiger
-monniken en nonnen waren zelf niet rijk, de kloosters soms wél: zij hadden veel grond en kregen
pacht van de boeren op hun land
Leven in een klooster:
-in een klooster werd veel gebeden door de monniken en nonnen, maar ze werkten ook hard,
bijvoorbeeld op het land
-daarnaast verzorgden zij de zieken en hielpen mensen bij hun geloof in God
-in de kloosters werden soms ook oude boeken overgeschreven
-dit duurde heel lang: het was dus echt ‘monnikenwerk’
Bekering:
-late 7e eeuw: missionarissen vanuit Engeland naar Europa om christendom te verspreiden
-Engeland (600): overgegaan op christendom nadat paus Gregorius de Grote missionarissen naar
dat land had gestuurd om de Angelen en Saksen die daar leefden te bekeren
-missionarissen kregen hulp van Frankische leiders
-Friezen werden pas christen nadat hofmeier Karel Martel hen in de strijd had verslagen
-Saksen (ten oosten van de Friezen) werden door Karel de Grote met grof geweld gedwongen
christenlijk te worden
-1000: o cieel heel Europa nu christelijk, maar duurde nog lang totdat het nieuwe geloof was
doorgedrongen tot alle lagen van de bevolking
ffi ffi
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur renskejasmijn06. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.