Geschiedenis: Griekse wereld
1. De Minoïsche en Myceense beschaving
Overblijfselen Gr cult = filosofie, theater, olympische spelen, democratie, kunst en bouwstijlen, …
1.1 Oude samenlevingen langs de Egeïsche Zee
Europese cultuur = Romeinen, Christendom en Grieken (Mycene en Kreta (Minoïsche beschaving)).
T T = Troje
A = Athene
D D = Delphi
A
M S = Sparta
S K = Knossos
M = Mycene
K
Culturen hadden pol, cult en econ relaties.
1.2 De Cycladische kust
2600-1100 vC woonden volk op Cycladen, eilanden Egeïsche zee. Hadden eenvoudige
graftomben en veel afgodsbeelden. Afgebeeld zijn naakte vrouwenfiguren met gekruiste
armen. Lichaam is plat en wigvormig met zuilvormige nek. Zeer abstract en zonder
gelaatsuitdrukking, maar wel lange scherpe neus. Vermoedelijk vruchtbaarheidsgodin.
1.3 De Minoïsche beschaving
Is de eerste stadscultuur van Europa en bloeit tssn 20-14e E vC. Indeling gemaakt volgens Sir Athur
Evans, archeoloog die opgravingen deed in Knossos. (34-15e vC)
1. Vroeg-Minoïsche tijd → Prepalatiale periode (resten van paleizen)
2. Midden- Minoïsche tijd → Palatiale periode (hoogtepunt)
3. Laat- Minoïsche tijd → Postpalatiale periode (palatiale = paleis)
Ca 7000 vC eerste permanente bewoners op Kreta, veel onduidelijkheid over. Waar vandaan?
Voorouders Minoërs? Toch alg aangenomen deze geen Indo-Europeanen, geen Hellenen.
Vierde millennium vC bevolkingstoename en ontstaan grotere nederzettingen/paleizen zoals
Knossos. Paleizen vermoedelijk zelfstandige staatjes; een stadsbeschaving geconcentreerd
rond grote paleizen: Knossos, Phaistos en Malia.
1.3.1 De oorsprong van de term ‘Minoïsch’
Mythe = koning Minos heerser van Kreta, maar niet eens met broers wie rechtmatige koning. Minos
vroeg Poseidon een teken te geven en zond hem een witte stier die hij moest offeren. Dit deed hij
niet en zijn vrouw Pasiphaë werd verliefd en kregen samen Minotaurus. Te gevaarlijk en opgesloten
in labyrint en 1x per j 7 jongens en 7 meisjes in labyrint gestuurd. Theseus wilde Minotaurus doden
en kreeg hulp Ariadne, dochter Minos mbv bol wol. Theseus slaagde er in het dier te doden.
1.3.2 Knossos
Knossos is zogenoemde paleis van koning Minos. Het was zeer groot, maar niet indrukwekkend in vgl
met Assyrische en Perzische paleizen. Streefden niet naar monumentaal effect, wel veel kamers
(Labyrint Minotaurus). Bevat veel zuilengangen, trappenhuizen en luchtkokers die een open indruk
geven. Muren versierd met zeeleven zoals vissen en dolfijnen.
Door wie gebouwd? Paleizen niet gebouwd door vorstelijke krijgslieden, want nergens
versterking of krijgstaferelen in Minoïsche kust. Geen heilige koningen zoals Egypte en
Mesopotamië. Misschien leiders van religieuze feesten.
1
, Fresco = vochtige pleistermuur
met daarop direct schilderen.
1.3.3 Rituele activiteiten en religieuze leven
Stierspringen; ritueel dat belangrijke rol speelde in paleiscultuur. Hierbij springen over de rug.
Religieus leven geconcentreerd rond heilige plaatsen zoals grotten. Voornaamste godheid was
vrouwelijk beeld, verwant met moeder- en vruchtbaarheidsgodinnen. Kretenzers geen tempels dus
cultusbeelden ontbreken.
o Slangen → aardgoden en mannelijke vruchtbaarheid.
o Ontblote borsten → vrouwelijke vruchtbaarheid.
o Godin? Koningin? Priesteres?
1.3.4 Kretenzische paleiseconomie
Boeren: landbouwoverschotten, Priesters en ambtenaren: invoer en uitvoer, Mediterrane handel: veel
belasting in natura grondstoffen en afgewerkte producten gedaan
Hoofd van koopliedenaristocratie: (Knossos export naar Eg, Kl-AZ, Mycene)
o Paleis centrum adm en commerciële bedrijvigheid → voorraadkamers, werkplaatsen en
kantoren.
o Belang scheepsvaart en econ → havenwerken en exportartikelen
o Magazijnen = vazen
1.3.5 Ontwikkeling van een eigen schrift
Vooral beeldschrift van ideogrammen waarbij elk teken een voorwerp, handeling of persoon is.
Tekens in klei gedrukt met stempels. Kretenzers gebruik Lineair A om adm bij te houden paleis.
Meeste tekens ontcijferd omdat bijna zelfde als Lineair B, geen Grieks, maar Prehelleens.
1.3.6 Nog veel vragen
Wie Kretenzers? Verhouding met Myceners? Matriarchale sl? Einde beschaving? Vredelievend?
→ Volgens Evans geen oorlog, maar handel met anderen.
→ Volgens Molley mannen krijgers en toonden dit via gevechtssporten zoals boksen, ook veel
dubbele bijlen gevonden dat meer wijst op beeld van krijger. Ook zwaarden en dolken gevonden bij
heiligdommen, volgens sommigen symbolische waarde. Molley beweert: Kreta bakermat wapens.
Niet alle aanwijzingen volgen, want ook onder invloed van Myceners.
→ Volgens Driessen geen defensie muren, gn graven krijgers voor 1450 vC, gn afbeeldingen krijgers.
Hoe kwam beschaving tot haar einde?
Veel gehoorde opvatting is uitbarsting vulkaan Santorini in 1525 vC die zondvloed
veroorzaakte. Waarom nt hersteld? Hoe instorting in NW vloedgolf richting ZO veroorzaken?
1.3.7 Opgravingen op Thera
o Thera draaischijf econ netwerk?
o Nederzetting bedolven onder 7m vulkanisch as dus goed bewaard.
o Geen skelet of sieraden; bevolking kon vluchten, gewaarschuwd door aardbeving.
o Grote tsunami agv explosie vulkaan.
1430 vC verovering van eiland door oa Myceense indringers waarbij vooral paleiscentra doel was.
Dominantie van Myceners? Echte breuk in cultuiting is er niet, wel verandering grafgiften.
Samenwerking lokale Minoïsche elite? Gemengde huwelijken?
1.4 De Myceense beschaving (1600-1200 vC)
Veel lineair B-tabletten op Kreta gevonden → Grieks/Myceense verovering v Kreta?
A = Grieks, B = gn Grieks. Midden 14e E vC Mykene leider Griekse wereld.
2
, Lineair B is archaïsche vorm van Griekse taal; het Myceens. Vooral syllabisch shrift en bestaat uit 88
tekens waarbij elk symbool voor open lettergreep of klinker staat. Ook 100+ ideogrammen die
fysieke objecten, maten en gewichten voorstellen. (vb: teken zoals nooduitgang). Lineair B gebaseerd
op A, maar niet geïdentificeerd.
1.4.1 Begraven van de doden
1600 vC begraven in diepe schachtvormige graven. Myceense graf is kamergraf; lijkt op schachtgraf,
maar dan uitgehankt in rotsen. Kamergraf goedkopere versie van koepelgraf.
1300 vC kegelvormige stenen grafkamers: koepelgraven. Concentrische lagen van
nauwkeurig op maat gehouwen stenen.
Naast doden van ‘konkinklijk bloede’ lagen gouden/zilveren (doden)maskers om
gezicht te bedekken + persoonlijke uitrusting zoals juwelen, wapens, drinkbekers, …
→ Hangt af van stand (soc stratificatie)
1.4.2 De politieke structuur van Mycene
Autocratische monarchie geregeerd door ‘wanax’ die territorium bestuurde mbv hiërarchie
ambtenaren. Volg georganiseerd in ontw klassysteem met slavernij en speciale klasse priester(essen).
→ Lijkt op Griekse structuur stadstaten.
Overal plaatselijke bevolking aan heren burcht of paleis onderworpen, precieze maatschap
verhouding niet duidelijk?
1.4.3 De paleizen
Versterking op heuveltoppen omgeven verdedigingsmuren van enorme steenblokken. Meer
versterkte burchten dan echte paleizen en versteviging wijst erop dat het nodig was. Grieken
beschouwden dit als werk Cyclopen (legende ontstaan Mycene).
1.4.4 De burcht van Mycene
Centrum paleis = koninklijke gehoorzaal (Megaron); grote rechthoekige ruimte met ronde
haard in midden + 4 zuilen ondersteuning. Binnenkomen door diep portaal met 2 zuilen +
voorvertrek. Leeuwenpoort met leeuwen als poortwachters, gespierd en gespannen met
symmetrische opstelling, invloed M-O.
1.4.5 Paleis van Pylos (13e E vC)
Dak in troonzaal gedragen door 4 zuilen rond haard. In O-wand
troon met daarnaast geul voor plengoffers. Vloer had vierkante tegels met
kleurrijke tekening. Muren fresco’s met griffioenen, leeuwen en lierspeler.
Rechthoekig complex, voornaamste ruimte statievertrek met 4 zuilen met
ervoor grote entreehal. Deze met fresco’s griffioenen. In gebouw ook
keuken, want veel kookpotten gevonden.
A = troonzaal NO-vleugel heiligdom met altaar dat wellicht aan Athene gewijd was. Ook
B = voorhal
C = portiek opslagruimten voorraden en ruwe materialen. In grootste kamers
D = binnenplaats kleitabletten gevonden waarop sprake van leer en metalen. Wijnmagazijn
E = propylon
1.4.6 De instorting van de Myceense beschaving
Egypte, Kusten Nabije O, Cyprus, Z-It en kolonies hiervan invloed op Mycene. Mycene/Griekenland is
een netwerk. Ca 1250-1200 vC verzwakking netwerk door pol verval Egypte en Mesopotamië en
Mykeense paleisecon. Redenen hiervan niet duidelijk: Natuurlijke rijkdom uitgeput? Overbevolking?
Oorlog tssn Myceense vorsten? Vreemde invallers?
3
, Vroeger opvatting dat Doriërs invallers waren die Myceense wereld verwoesten, maar steeds minder
geloofwaardig. Waarschijnlijk door zeevolken. Zeker weten: Myceense centra verwoest,
ronddolende groepen op zee en Grieken verhuizen nr kusten Turkije.
1.4.7 Gevolgen instorting Myceense beschaving
o Verdwijnen strak georganiseerde paleisecon.
o Luxueuze cult verdwijnt.
o Lineair B in vergetelheid.
o Paleizen verwoest en nt meer opgebouwd.
o Immigratie inwoners kusten nr Kl-Az: Ionische volksverhuizing.
o Invasie Doriërs in Peloponnesus, Kreta en ZW Kl-Az.
1.5 De Homerische beschaving (1000-800 vC)
Periode genoemd naar Griekse zanger/dichter Homerus. Hij beschreef maatschap in Ilias en Odyssee
in de tijd toen gedichten ontstonden en niet waarin Troje verwoest zou zijn. Gedichten gaan dus over
periode 1300 vC en pas 400j later over geschreven.
Grieken vonden heldenzangen een heerlijke historie en herinnering aan tijd toen Griek zijn
sterk, dapper, edel zijn en in staat wonderbaarlijke prestaties was. Grieken beschouwen
Homerus als grondlegger ges, filo, toneel, dicht en wet. Sterven in oorlog was beste manier,
want verdedigen eer stad, zo eer en roem nog groter.
1.5.1 De Ilias: Trojaanse oorlog fictie
Mythe = 10 j oorlog tssn Grieken en Trojanen ontstaat doordat godin van twist; eris nt uitgenodigd
huwelijksfeest Peleus en Thetis. Gooit appel met opschrift voor de mooiste. Hera, Athene en
Aphrodite discussiëren wie dat is. Zeus wil dat Trojaanse prins Paris oordeelt. 3 godinnen geven
aanbod als hij hen kiest. Aphrodite biedt liefde van mooiste vrouw op aarde; Helena v Sparta aan,
maar al beloofd Griekse leider Menelaos. Paris gaat Helena halen met boot, maar al getrouwd dus
moet stiekem meenemen. Menelaos verteld alles aan Agamemnon en gaan met Achilles, Ajax, …
naar Troje voor oorlog. Dan Grieken paard van Troje gemaakt en verslaan de Trojanen.
→ Centrale thema = wraak Troje Sparta
Paris doodt Achilles Menelaos (koning S) x Helena naar Troje
Ilias episode over belegering Troje van Grieken Priamus (koning, vader hekt) Achilles doodt Hektor
Hektor doodt Patroklos Odysseus (koning Ithaca)
om vrouw terug te halen.
Ajax pleegt zelfmoord
Agamemnon (koning Mycene)
1.5.2 Bronnen Patroklos
1. Archelogie; opgravingen door Schlieman in 18e E.
Typisch Kretenzisch: bronzen
→ Feit en fictie vglk. dolk met goud en zilver.
2. Ilias en Odyssee v Homerus
2 betrokken partijen:
1. Myceners (volk van krijgers) kwamen in contact met Troje door
scheepsvaart en hielden van roven en plunderen.
2. Trojanen (vok van handelaars) tijdens bloeitijd Egypte en Myceners. Troje
belangrijk handelspunt land en zee, goed voor overslag en opslag. Anderen
moesten tol betalen.
Ingegraven Trojaans kruiken
2m hoog. Voor water + wijn.
1.5.3 De Trojaanse oorlog feit of mythe?
Maatschap die Homerus beschrijft in bloeitijd Mycene, maar weinig overeenkomst maatschap lineair
B tabletten. Toch enkele correcte herinneringen over Myceense strijdwagencul 1600 vC. Toen door
paardenspan getrokken wagen was grote vernieuwing MZ gebied. In Ilias scènes strijdwagens die op
elkaar afstormen.
→ 1200 toen Trojaanse oorlog, rol strijdwagen uitgespeeld.
→ Homerus 800-701 nt goed voorstellen functie paardenwagen op slagveld.
4
Discussie sinds Oudhied of Trojaanse oorlog zo plaatsgevonden zoals beschreven in Ilias.