1.2.1 ONDERSCHEID PRIVAATRECHT EN PUBLIEKRECHT:
Privaatrecht is de rechtsverhouding die tussen burgers onderling wordt
geregeld. Hier staat individueel belang centraal. (rijdende rechter)
Publiekrecht is de rechtsverhouding tussen de overheid en de burgers. Hier
staat algemeen belang centraal. (strafrecht)
Bestuursrecht is tussen de overheid en bijvoorbeeld het bestuur van de
gemeente, dit gaat bijvoorbeeld over het milieu, bouwen en sociale
verzekeringen en belastingen. Mocht het bestuursorgaan de regels niet in acht
nemen, dan kan een belanghebbende partij een juridische procedure
aanspannen tegen dit bestuursorgaan.
Strafrecht is het recht waarmee je te maken hebt als je een strafbaar feit hebt
gepleegd. In het strafrecht is het een zaak tussen de verdachte en de
samenleving. Namens de samenleving treedt het Openbaar Ministerie op.
1.3.2 DWINGEND EN AANVULLEND RECHT:
Dwingend recht is een rechtsregel waarvan de partijen niet kunnen afwijken bij
een overeenkomst.
Aanvullend recht is een rechtsregel waarvan de partijen kunnen afwijken bij
een overeenkomst.
Semidwingend recht is een rechtsregel waarvan de partijen mogen afwijken
maar binnen bepaalde, door de wet gestelde grenzen.
1.4 RECHTSBRONNEN:
Onder rechtsbronnen verstaan we:
- Wet (schriftelijke naar buiten brengende regeling)
- Jurisprudentie (Gezaghebbende rechterlijke uitspraken)
- Gewoonte (Gewoonte is een geregeld handelen in zekere kring)
- Verdragen (Internationale overeenkomst tussen twee of meer staten)
We hebben twee soorten wetten:
, - Wet in formele zin (gaat om procedure) Deze is bindend voor heel
Nederland.
- Wet in materiele zin (gaat om inhoud) Deze is bindend voor een
bepaalde groep, zoals provincie.
2.1.1 MATERIEEL EN FORMEEL RECHT:
Materieel recht is recht tussen burgers onderling, burgers en de overheid en
tussen overheden onderling. Het zijn de regels waarmee iedereen in beginsel
dagelijks mee te maken heeft. (koopovereenkomst). In het materieel recht
wordt bepaald hoe (rechts)personen zich naar elkaar toe moeten gedragen in
hun onderlinge verkeer.
Tegenover het materieel recht staat het formeel recht, ofwel procesrecht.
Formeel recht betreft de wijze waarop materieel recht wordt gehandhaafd.
Voorbeeld:
Ali pleegt een moord. Dit strafbare feit staat in art.289 Sr, dit is materieel recht.
Na politieonderzoek besluit de officier van justitie de zaak aanhangig te maken
bij de strafrechter. Dit gebeurt door het uitbrengen van een dagvaarding aan
Ali, dat wil zeggen een oproep om op een bepaalde dag te verschijnen om
terecht te staan voor het in de dagvaarding omschreven feit. Als Ali aan is
gekomen wordt hij ondervraagt. De officier van Justitie spreekt over het
strafbare feit. En de raadsman van Ali verdedigd Ali. De zitting wordt gesloten
nadat Ali mag spreken. 14 dagen later wordt het vonnis van de rechter in het
openbaar uitgesproken.
Alle in het voorbeeld genoemde procedurele regels zijn terug te vinden in het
formeel recht.
Voorrangsregels:
Hogere wet gaat voor lagere wet -> Bijzondere wet gaat voor Algemene wet ->
Jongere wet gaat voor oudere wet
2.2.1 BEGRIP RECHTSHANDELING:
Alleen die feiten die voor het recht van belang zijn, zijn rechtsfeiten. Aan
dergelijke feiten verbindt het recht rechtsgevolg. Dus onzinnige feiten die niet
nodig zijn voor het rechtsgevolg zijn geen rechtsfeiten. Als iets geen rechtsfeit
is, is het een ‘ander feit’.
, Voorbeeld: Schonerwille ruimt zijn zolder op en zet een oude radio, wat lampen
en een bankstel aan de kant van de weg. Die dag zal namelijk het groot vuil
worden opgehaald. Deze handelwijze van Schonerwille is een rechtsgevolg dat
Schonewille de eigendom van deze spullen verliest, nu hij duidelijk aangeeft
deze zaken niet meer te willen hebben.
Een bloot rechtsfeit is een rechtsfeit waarbij het rechtsgevolg intreedt zonder
dat daar voor een menselijk handelen, van de betrokkende zelf, nodig is. Denk
aan een geboorte of meerderjarig worden.
Soms is voor het intreden van het aan een rechtsfeit verbonden rechtsgevolg
een menselijk handelen nodig. In dat geval is het rechtsfeit hetzij als
rechtshandeling hetzij als feitelijke handeling te kwalificeren. Wat is het
verschil tussen een rechtshandeling en een feitelijke handeling? Van een
rechtshandeling is sprake wanneer de menselijke handeling is gericht op het
intreden van dat rechtsgevolg.
2.2.2 EENZIJDIGE EN MEERZIJDIGE RECHTSHANDELINGEN
Is de wilsverklaring van één persoon voldoende voor het ontstaan van het
rechtsgevolg, dan is er sprake van een eenzijdige gerichte rechtshandeling. Wat
voorbeelden:
- Kooiman zegt aan zijn verhuurder de huurovereenkomst van zijn osso op.
Opzegging is een eenzijdige gerichte rechtshandeling.
- Harry’s Tuincentrum biedt Van der Stap een partij bloemen te koop aan
voor 200 euro. Harry’s Tuincentrum doet Van der Stap een aanbod. Ieder
aanbod is een eenzijdig gerichte rechtshandeling.
- Van der Stap laat het tuincentrum weten dit aanbod te willen
aanvaarden. Daarmee is ook iedere aanvaarding een eenzijdige
rechtshandeling.
- Henk werkt bij de bank en verduisterd maandelijks grote bedragen. Zijn
baas ontdekt dit en ontslaat hem op staande voet. Ontslagaanzegging is
een eenzijdige gerichte rechtshandeling.
Er zijn ook eenzijdige ongerichte rechtshandelingen. Een voorbeeld hiervan is
het aanvaarden of verwerpen van een erfenis.
Wanneer voor het ontstaan van een rechtsgevolg de wilsverklaringen van twee
of meer personen nodig zijn, gaat het om een meerzijdige rechtshandeling.
Deze is per definitie tot een ander gericht. Wanneer bijvoorbeeld Kerrie een
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur isadekker27. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.