Geschiedenis van het Europese goederenrecht (22014018)
Resume
Uitgebreide samenvatting Inleiding Geschiedenis van het Europese Goederenrecht
31 vues 4 fois vendu
Cours
Geschiedenis van het Europese goederenrecht (22014018)
Établissement
Universiteit Leiden (UL)
Book
Hoofdstukken uit de Geschiedenis van het Europese Privaatrecht /4
Uitgebreide samenvatting inleiding geschiedenis van het Europese goederenrecht.
Met inhoudsopgave en genummerde bladzijdes waardoor alles duidelijk terug te vinden is.
Hierbij ook het boek samengevat.
Overzicht van alle rechtssystemen Geschiedenis van het Europees goederenrecht
Literatuursamenvatting Geschiedenis van het Europese Goederenrecht
Samenvatting Hoofdstukken uit de Geschiedenis van het Europese Privaatrecht I
Tout pour ce livre (5)
École, étude et sujet
Universiteit Leiden (UL)
Rechtsgeleerdheid
Geschiedenis van het Europese goederenrecht (22014018)
Tous les documents sur ce sujet (1)
Vendeur
S'abonner
isa29
Aperçu du contenu
Geschiedenis van het Europese Privaatrecht
Inhoudsopgave
LEENRECHT: MIDDELEEUWS GEWOONTE RECHT EN ROMEINS RECHT.................................................................................3
Leenrecht overdragen door leenman: Subinfeudatie en substitutie...............................................................4
Roerende goederen: receptie Romeinse recht................................................................................................4
Ius Commune...................................................................................................................................................5
Waarom beleefde het Romeinse recht als ius commune een opmars in Europa en werd het lokale
Germaanse gewoonterecht, dat tot die tijd heerste, aan de kant geschoven?..............................................5
ROMEINS RECHT.....................................................................................................................................................6
Algemeen: geschiedenis + zakelijke rechten...................................................................................................6
Eigendom (Romeins recht) + verjaring............................................................................................................7
Onder welke omstandigheden kan houder naar Romeins recht actie uit diefstal instellen?..........................8
BEZIT................................................................................................................................................................... 9
Bezit en bezitsinterdicten................................................................................................................................9
Bezit en houderschap......................................................................................................................................9
Eigendom en verkrijgen bezit........................................................................................................................10
Eigendomsoverdracht: Traditionsprinzip en Konsensprinzip........................................................................10
COMMON LAW (ENGELS RECHT).............................................................................................................................13
Algemene geschiedenis.................................................................................................................................13
Eigendom in Common Law............................................................................................................................13
Welke betekenis heeft uit Romeinse recht overbekende onderscheid tussen zakelijke en persoonlijke acties
gehad? (In bijzonder goederenrecht)............................................................................................................13
Verjaring in Common Law.............................................................................................................................13
ONROERENDE ZAKEN IN COMMON LAW: LAW OF REAL PROPERTY..................................................................................14
Geschiedenis onroerend goedrecht: afschaffing leenrecht en ontstaan estate + tijd..................................14
Twee ontwikkelingen Engels recht: gebruiksrecht (Estate)...........................................................................15
ROERENDE ZAKEN IN COMMON LAW: LAW OF PERSONAL PROPERTY...............................................................................16
Verschil in zaaksgevolg tussen ‘legal title’ eigenaar (common law) en ‘equitable title’ eigenaar (equity)? 17
LAW OF TRUST: TRUSTRECHT IN COMMON LAW (USE EN TRUST)...................................................................................18
Equity law: Lord Chancellor...........................................................................................................................18
Waarom staat de rechtbank van de Lord Chancellor in de Common Law bekend als ‘A court of
conscience’?...................................................................................................................................................18
Common law met betrekking tot trusts........................................................................................................18
EIGENDOMSOVERDRACHT.......................................................................................................................................19
Roerende zaken (goods)................................................................................................................................19
Sale of goods act...........................................................................................................................................20
Uitzonderingen nemo dat regel.....................................................................................................................20
Jerome v. Bentley (uitzondering nemo dat; Spanje)......................................................................................21
FRANS RECHT.......................................................................................................................................................22
Eigendomsoverdracht....................................................................................................................................22
Eigendomsoverdracht roerende zaken..........................................................................................................22
Eigendomsoverdracht onroerende zaken......................................................................................................23
Om welke reden is in sommige Romeinsrechtelijke stelsels afgestapt van beginsel dat contractuele
vervreemdingsverboden tussen vervreemder en verkrijger goederenrechtelijke werking missen?.............23
INVLOED FRANS RECHT OP ANDERE RECHTSSYSTEMEN..................................................................................................23
De hoofdregel van Franse en Belgische recht dat eigendom wordt overgedragen ‘par l’effet des
obligations’ (Art. 711 Cc) is eerder een uitzondering dan een regel, wanneer geldt hij niet?......................23
DUITS RECHT....................................................................................................................................................... 24
Bezit roerende zaken.....................................................................................................................................24
Eigendomsoverdracht: roerende en onroerende zaken................................................................................24
Abstract stelsel Duitsland (Einigung)............................................................................................................24
Invloed Duits recht op andere rechtssystemen.............................................................................................25
Bewijs einigung:.............................................................................................................................................26
1
,2
,Algemeen
Voor de receptie van het Romeins recht als ius commune in de 11e eeuw gold
lokaal middeleeuws: Germaans gewoonterecht: verschilde vooral met
betrekking tot het eigendomsbegrip.
Na val van Romeinse rijk was Germaans gewoonterecht de belangrijkste
rechtsbron.
Germaans gewoonterecht was simpeler en concreter dan Romeins recht en
maakte geen onderscheid tussen eigenaar, bezitter en houder maar keek
alleen naar feitelijke situatie.
Leenrecht: middeleeuws gewoonte recht en Romeins recht
Leenrecht in het middeleeuwse gewoonterecht
Feodaliteit ontstaat wanneer overheid wegvalt en het recht van de sterkste
heerst;
Om in de middeleeuwen toch beschermd te worden droegen boeren
(leenmannen) in West-Europa het juridisch eigendom van hun land over aan
leenheren (bescherming tegen vergoeding = vazalliteit) en behielden zelf
economische eigendom.
In ruil voor bescherming volgt de boer de leenheer in krijgsdienst (met raad en
daad bijstaan).
De grond leent de boer om niet en wordt voor zijn leven houder voor leenheer;
leenheer zoekt weer bescherming bij sterkeren protectieketen.
o Splitsing eigendomsbegrip niet mogelijk in Romeins recht;
o Romeinsrechtelijke eigendomsbegrip verdwijnt door feodaliteit;
o Overeenkomstenrecht: zonder toestemming niet overdragen aan
derden.
Romeinsrechtelijk eigendomsbegrip
Kenmerken: Beperkt zich tot onroerend goed; Eigendomsrecht wordt gesplitst;
Nadruk ligt op bezit en niet op eigendom.
Leenrecht inpassen in Romeinse recht
Vanaf receptie Romeinse recht in 11e eeuw moesten middeleeuwse juristen
het bestaande leenrechtelijke eigendomsbegrip uit gewoonterecht zien in te
passen in keurslijf van Romeins recht:
o Wederkerige overeenkomst: als leenman een persoonlijk recht had
tegenover de leenheer, betekende dit dat hij dat recht niet tegenover
derden in werking kon stellen en dat kon leenman wel. (Leenman had
zelfs bezit);
o Vruchtgebruik: eindigt met dood gebruiker, leenrechtelijke betrekking
was erfelijk;
o Erfpacht: er moet sprake zijn van financiële wederdienst, de grond
werd altijd om niet geleend aan leenman.
o Erfdienstbaarheid: slechts recht op gebruik, leenman had bezit.
o Opstal: opstalhouder krijgt eigendom over gebouwen op andermans
grond, bij leenrecht kreeg de leenman nooit eigendom.
Conclusie: leenrecht hoort niet thuis in verbintenissenrecht, want
goederenrechtelijke bevoegdheid.
Maar ook niet in goederenrecht, want is geen beperkt zakelijk genotsrecht
Eigendom: leenman kan volgens leenrecht uit gewoonterecht revindicatie
instellen, niet de leenheer.
Eigendomsbegrip moest dus gesplitst worden: leenheer had het dominium
utile (Economische eigendom) en de leenman het dominium directum.
(Juridische eigendom)
Hugo de groot: leenrecht is een zakelijk genotsrecht: sui generis.
3
, Leenrecht overdragen door leenman: Subinfeudatie en substitutie
Toestemming nodig van leenheer vanwege contractuele rechtsbetrekking:
o Anders in Common Law: geen toestemming meer nodig;
o Anders in Frankrijk: tussenvorm want geen toestemming nodig, maar
leenheer kon het wel ongedaan maken en dat deed hij natuurlijk niet
als hij flink betaald werd.
Subinfeudatie: leenman geeft leen aan volgende leenman, dat is
achterbelening, de nieuwe leenman wordt achterleenman. In dat geval valt
leenman er niet tussenuit. Er ontstaat een leenpiramide. (In Engeland
werken leenmannen uit naar onder belening, omdat daarvoor anders dan voor
overdracht, niet toestemming leenheer nodig was)
Substitutie: de leenman draagt de leen over aan een derde (X). op het
moment dat die overdracht plaatsvindt, valt die leenman ertussenuit. Dus X
treedt in plaats van de leenman.
o Leenman werd vervangen door nieuwe leenman via
driepartijenovereenkomst + vergoeding voor de leenheer leenman
geen contractuele relatie met leenheer.
o Leenheer komt in een nieuwe leenrechtelijke rechtsbtrekking terecht
met nieuwe leenman.
Leenrecht afschaffen
Fiscaal aspect: door substitutie moest er geld worden betaald aan de staten
(hoogste orgaan leenheer) door de leenman, doorberekend aan
achterleenman, wanneer onroerend goed werd verkocht, maar de Staten
hieven ook overdrachtsbelasting.
In NL gold leenrecht tot codificaties van Romeinse recht en verspreiden
Franse revolutie, tot 1815.
In Anglo-Amerikaanse landen werd leenrecht al in 1920 met Quia Emptores
afgeschaft en konden leenmannen vrij over hun gebruiksrecht beschikken: Om
rechten leenmannen te beveiligen en de onder belening uit te schakelen,
stonden zij toe dat het leen vrij overdraagbaar werd.
Roerende goederen: receptie Romeinse recht
De Sachsenspiegel beschreef het Germaans gewoonterecht in Noordwest-
Europa dat gold voor de receptie van het Romeinse recht. Gewoonterecht was
gebaseerd op de feitelijke situatie;
o Voor receptie Romeinse recht was de distinctie tussen feitelijk
houderschap en juridisch bezit onbekend bij Germaanse stammen. Er
was met betrekking tot roerende zaken geen duidelijk onderscheid
tussen eigendom en bezit.
o Het Germaanse recht kende geen van de bezitsbescherming te
onderscheiden rechtsvordering die op het zakelijke recht was
gebaseerd zoals de rei vindicatio.
Alleen de feitelijke bezitter kon een onrechtmatige daadsactie instellen tegen
een dief, ook als die bezitter huurder was, omdat de actie alleen bestaat uit de
inbreuk van de feitelijke heerschappij en niet inbreuk op een
(eigendoms)recht.
Met de verhuur van een zaak droeg de eigenaar een stukje eigendom, in vorm
bezit over.
Na afloop van huurtermijn heeft eigenaar persoonlijk recht op huurder ter
afgifte;
o In Romeins recht is dat niet zo en blijft eigenaar bezitter, huurder wordt
houder.
o Na afloop huurtermijn heeft eigenaar zakelijk recht tot afgifte.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur isa29. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.