Deze samenvatting bestaat uit de gehele tentamenstof van Duurzame Delta. Namelijk de hoorcolleges van Duurzame Delta, de bijkomende kennisclips, bijna alle artikelen en overige video's. Het is een Nederlandse samenvatting, enkele artikelen zijn wel in het Engels samengevat aangezien deze al in het ...
Hoorcolleges – Duurzame Delta
1B – Wetenschaps- en beleidsvisies op deltakennis en -planning
Twee wetenschapsvisies op deltakennis:
Positivistischewetenschap Constructivisme
Realiteit bestaat (onafhankelijk) Realiteit bestaat (relationeel)
Enkelvoudig Meervoudig (plural)
Eenduidig Diversiteit (diversity)
Wetenschap is afzijdig Wetenschap is mensenwerk
Objectiviteit (neutraliteit) Objectiviteit (positionality)
Natuur- en sociaalwetenschappen Sociaalwetenschappen
Systeemdenken Actor- en mensgerichtdenken
Positivistische wetenschap in praktijk
- Fysische geografie wordt gezien als ‘grondlaag’
- Een ‘evolutionaire’ (essentialistische) kijk op de samenleving
- Sociale geografie als een ‘bijlage’
Sociale geografie en ruimtelijke planning – Constructivisme
- Kennis wordt ‘gemaakt’ door mensen
- Kennis is gekoppeld aan actoren
- Directe observatie is vaak onmogelijk
- Observatie is afhankelijk van methoden
- Kennis is de uitkomst van (een netwerk van) afspraken in de wetenschap
- Kennis reflecteert belangen (interests), tradities, gewoontes
- Kennis is afhankelijk van positionaliteit
- Kennis is relationeel
Relevantie en kennis ontwikkeling:
Posivistische wetenschap/ systeem denken Constructivisme/ Actor- en mensgerichtdenken
Doorgronden van een systeem Doorgronden van gedrag
Doorgronden van natuur-mens Doorgronden van mens-natuur
Doorgronden complexe relaties Doorgronden van ongelijkheid
Kennisontwikkeling is het resultaat van Kennisontwikkeling is een rommelig proces en de
voortschrijdend inzicht in wetenschap. uitkomst van het creëren van legitimiteit
Beleidmaken is een rationeel, Beleidmaken is een relationeel, politiek en
neutraal en technisch proces. betwist proces.
Actor- en mensgerichtdenken:
Wat zijn actoren?
o Menselijke en niet-menselijke actoren
o Actoren ‘doen iets’, ‘handelen’ – bewust of onbewust.
Menselijke actoren (human actors)
o Personen (burgers, beleidsmakers, politici, wetenschappers, activistenetc.)
o Organisaties, instituties (overheid, bedrijf, lobby organisatie, etc.)
Niet-menselijke actoren (non-human actors)
o Objecten (gereedschap, organen zoals nier, hart, longen, beleidsstuk, artikel)
o Kunstwerken (dijk, dam, sluis, huis)
o Dieren biologisch leven (paarden, hond, corona-virus)
1
,Conclusie
- Wat een “delta” is, is niet gegeven of stabiel
- Wat een “delta” is, is betwist
- Wat een “delta” is, is afhankelijk aan wie je het vraagt
- Wat een “delta” is, is in gegeven door de methode hoe je het meet
- Wat een “delta” is, is relationeel – het is een actor-netwerk.
Het Nationale Deltaprogramma (2010 <)
Een korte geschiedenis:
- 1953: Stormvloed in Zeeland → “een nationale ramp”
- 1953: Deltacommissie → strijd tegen de zee, strijd tegen het water
- 1960: Eindrapport Delta commissie → waterveiligheid is prioriteit nummer 1
- 1960-87: Bouwen Deltawerken (e.g. Oosterscheldekering)
- 1993/95: Extreem hoge waterstand en in het rivierengebied
- 2000: Nieuwe interventies rondom “ruimte voor de rivieren”
- 2006-15: Ned. Planologische Kernbeslissing “ruimte voor de rivieren” → weer veiligheid no. 1
- 2005: Hurricane Katrina, New Orleans → Nederlandse experts zien het als waarschuwing
- 2007: 2de Deltacommissie → in antwoord op de verwachte zeespiegelstijging.
- 2010: Nationaal Deltaprogramma → waterveiligheid is wederom prioriteit nummer 1
Nationaal Deltaprogramma (2010 <)
- Deltawet waterveiligheid en zoetwatervoorziening (2011)
- Nederland veilig en leefbaar houden
- Gebaseerd op systeemdenken
- Adaptief Management / Adaptieve Ruimtelijke Planning is het idee
- Sterke centrale planning en implementatie
- Ongeveer 1,2 miljard per jaar
- Met name infrastructurele projecten (e.g. kust- en dijkbescherming)
Pleistoceen (honderdduizenden tot tienduizenden jaren)
Interne feedback mechanisme 1: Tempratuur – ijs – albedo effect
IJstijden:
o Minder C in atmosfeer
o Minder C in biosfeer
o Minder C in oceanen !
o Minder neerslag
o Minder vegetatie op land
o Stofwolken uit Sahara zijn voeding voor algen, als algen dood gaan in ijstijden
zakt hun CO2 naar de bodem.
19e eeuw tot 21e eeuw (tientallen jaren tot jaren)
Externe forcering:
- Astronomische variabelen
- Zonnevlekken Natuurlijk
- Vulkaanuitbarstingen
- Uitstoot broeikasgassen
- Verandering landgebruik Antropogeen
- Aerosolen
Zeespiegelcurve
Zeespiegelstijging in samenhang met temperatuurstijging, maar ijs smelt langzamer dan dat
temperatuur kan stijgen/dalen.
Eustatische en isostatische bodembeweging
Interglaciaal (warm)
Begin Glaciaal (koud): IJs drukt de aardkorst naar beneden waardoor gesteente naar de rand
verschuift en ‘randgebieden’ aan zee zoals Nederland omhoog gaan.
3
, Begin Interglaciaal (warm): Gesteente ging terugstromen naar midden, Nederland naar beneden.
Isostatische bodembeweging: Noord Nederland daalt het meest.
Tektonische bodembeweging: Door verplaatsing van platen, Oost en Zuid Nederland stijgt.
Eustatisch zeeniveau: totaal water in alle oceanen. ‘absolute stijging’
Isostatisch: bodembeweging door vorming ijskap, ‘relatieve zeespiegelstijging’
Relatieve zeespiegelbeweging
R=E+T+I+C+A
R = Relatieve zeespiegelbeweging
E = Glacio-eustatische zeespiegelbeweging
T = Tektonische bodembeweging
I = Glacio-isostatische bodembeweging
C = Compactie (inklinking en zetting)
A = Veenafbraak
Landspiegelstijging
L=S+V
L = Relatieve landspiegelbeweging
S = Sedimentatie
V = Veenvorming
Zeespiegelbeweging en kunstontwikkeling
Retrogratie: landinwaartse opschuiving van de kustzone
Pro gradatie: zeewaarts uitbreiden van het land
Aggradatie: verticaal meegroeien met de zeespiegelstijging
Golfbasis: niveau waar er geen golven meer plaatsvinden (helft vd golflengte)
Deining: transport van zand naar de kust
Zee (golven en getijde)
Zandtransport erosie / sedimentatie
Golven cirkelbewegingen van waterdeeltjes (diepwatergolven)
Kenmerken van golven
Periode (t): tijd die golftop nodig heeft om van A naar B te gaan
Frequentie (f): Aantal golven per seconde 1/T
Ontstaan van golven
Opwekkende kracht = wind
- Begint met kleine rimpels door wrijving, met wervels
- Daarna versterking door drukverschillen
Bij doorgaande storm:
- Kleine golven worden steiler en breken tegen de zijkant van een grotere golf
- Energie wordt opgenomen, en de golf groeit
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur SGPLstudent. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.