Wijsbegeerte: Wijsbegeerte is de studie van de algemene en fundamentele vraagstukken
over kennis, waarheid, waarden, reden, geest en bestaan. Het onderzoekt verschillende
aspecten van de menselijke ervaring en bestaande theorieën over de wereld en het leven.
Het gaat vaak over de natuur van de werkelijkheid, de relatie tussen de mens en de wereld,
de aard van de kennis, de moraliteit en de betekenis van het bestaan. Wijsbegeerte wordt
vaak beschouwd als de moeder van de wetenschappen, omdat het fundamentele vragen
stelt die andere disciplines proberen te beantwoorden.
Leefwereld en echte wereld: De scheiding tussen de leefwereld en de echte wereld verwijst
naar het onderscheid tussen de subjectieve ervaring van iemand en de objectieve
werkelijkheid. De leefwereld is de manier waarop iemand de wereld om hen heen ervaart en
interpreteert, terwijl de echte wereld de werkelijkheid is zoals die daadwerkelijk is,
onafhankelijk van iemands perceptie of interpretatie ervan.
Epistemologie: hoe werkt kennis? Wat is kennis? Is de tak van de filosofie die de aard,
oorsprong, voorwaarden voor en reikwijdte van kennis en het weten onderzoekt.
Metafysica: wat is de fundamentele aard van de werkelijkheid? Hoe zit de wereld in elkaar?
Wat is een dier?
Retoriek: Retoriek is de studie van effectieve communicatie en overtuiging. Het gaat om het
gebruik van taal, beelden en argumenten om een bepaald publiek te overtuigen of te
beïnvloeden. Retoriek kan worden toegepast in verschillende situaties, zoals politieke
speeches, rechtszaken, verkoopgesprekken en schrijven.
Antropologie: studie van de mens. Filosofische antropologie expliciteert het mensbeeld.
Esthetica: Esthetica is de studie van de natuur, de waardering en de interpretatie van
schoonheid en kunst. Het is de tak van filosofie die zich bezighoudt met de esthetische
kwaliteiten van dingen, zoals kunst, natuur, architectuur, muziek en design. Esthetica gaat
ook over het begrip van de menselijke ervaringen en reacties op esthetische objecten, zoals
emoties, waardering, verwondering en genot.
Thales: Thales van Milete was een Griekse filosoof en wiskundige uit de 6e eeuw v.Chr. Hij wordt
beschouwd als de grondlegger van de westerse filosofie en wordt vaak beschouwd als de eerste
filosoof in de geschiedenis. Thales had veel interesse in natuurkunde en wiskunde, en hij wordt vaak
gezien als de grondlegger van de geometrie. Hij was ook bekend om zijn filosofische ideeën over het
begin van alles, en hij geloofde dat alles uit water ontstond
Sofisten: De Sofisten waren een groep Griekse filosofen uit de 5e eeuw v.Chr. die zich toelegden op
de studie van retorica en logica. Ze geloofden dat kennis relatief was en dat men de waarheid kon
aanpassen aan de situatie. Ze waren vaak docenten die les gaven tegen betaling, en hun doel was om
hun leerlingen te leren hoe ze hun eigen belangen konden behartigen in de maatschappij.
Socrates: Socrates was een Griekse filosoof uit de 5e eeuw v.Chr. die vaak als de grondlegger van de
westerse filosofie wordt beschouwd. Hij geloofde in de moraliteit en de zoektocht naar waarheid
door middel van dialoog en zelfonderzoek. Socrates geloofde dat niemand werkelijk iets wist, en dat
iedereen een innerlijke stem had die hen vertelde wat juist en fout was. Hij geloofde ook in de
, onsterfelijkheid van de ziel. Socrates onderscheidde zich van de Sofisten omdat hij gratis les gaf en
geen belang had in politieke of persoonlijke macht, hij gaf alleen les om de waarheid te zoeken.
Plato: Plato was een Griekse filosoof uit de 4e eeuw v.Chr. en een leerling van Socrates. Hij stichtte
zijn eigen school, de Academie, waar hij les gaf en filosofische ideeën ontwikkelde. Plato is vooral
bekend om zijn filosofische opvattingen over de natuur van de realiteit, de kennis en de politiek.
Plato geloofde dat er een onzichtbare wereld bestaat die parallel loopt aan de zichtbare wereld
waarin wij leven. Deze onzichtbare wereld, die hij de "wereld van de ideeën" noemde, bevat de ware
essentie van dingen en is de enige ware realiteit. Plato geloofde dat de kennis die we hebben van de
zichtbare wereld slechts een schaduw is van de ware kennis die we kunnen hebben van de
onzichtbare wereld. Plato's politieke ideeën waren ook gericht op het zoeken naar de ideale staat. Hij
geloofde dat de ideale staat bestuurd zou moeten worden door filosofen, omdat zij de enigen zijn die
de waarheid kennen. In zijn bekendste werk, "De Staat", beschrijft hij een staat waar filosofen-
koningen regeren en waar de ontwikkeling van de geest van de burgers de hoogste prioriteit heeft.
De 4 dialogen van Plato over de dood van Socrates:
1. "Apologie" - In deze dialoog verdedigt Socrates zich tegen beschuldigingen van
ongodsdienstigheid en corruptie van de jeugd. Hij wordt veroordeeld tot de doodstraf, maar
accepteert deze beslissing met waardigheid en zelfverzekerdheid.
2. "Crito" - In deze dialoog bespreekt Socrates de ethische verantwoordelijkheid van burgers
om de wetten van de staat te gehoorzamen, zelfs als ze onrechtvaardig lijken. Socrates
weigert te ontsnappen uit de gevangenis, hoewel zijn vriend Crito hem dit aanbiedt, omdat
hij gelooft dat hij de wetten van de staat moet gehoorzamen.
3. "Phaedo" - In deze dialoog beschrijft Plato de laatste uren van Socrates' leven en zijn dood in
de gevangenis. Socrates bespreekt de aard van de ziel en de dood met zijn leerlingen en
bereidt zichzelf voor op zijn eigen dood.
4. "Euthyphro" - In deze dialoog bespreekt Socrates de aard van de godsdienst en de plicht van
de mens om de goden te eren. Hij wordt beschuldigd van ongodsdienstigheid en de dialoog
eindigt met de aankondiging van zijn proces en uiteindelijke executie.
Tragiek: Tragiek is een concept uit de literatuur- en theaterwetenschappen dat verwijst naar de
emotionele impact van een stuk of verhaal waarbij de hoofdpersoon, de tragische held,
onvermijdelijk in conflicten en problemen terecht komt, die vaak leiden tot hun ondergang of dood.
Tragiek wordt vaak geassocieerd met een gevoel van triestheid, verdriet of ironie. Het kan ook
worden gezien als een universele les of boodschap over de menselijke aard en de grenzen van
menselijke macht en kennis.
Universialisme: Universialisme is de opvatting dat bepaalde principes, waarden of waarheden
universeel van toepassing zijn voor alle mensen, ongeacht hun culturele of historische achtergrond.
Dit kan bijvoorbeeld betrekking hebben op menselijke rechten, morele waarden of
wetenschappelijke feiten. Universialisme stelt dat deze principes geldig zijn voor iedereen, overal en
altijd.
Relativisme: Relativisme is de opvatting dat waarheid en waarden afhankelijk zijn van de context, de
cultuur of de persoon die ze uitdrukt. Dit betekent dat er geen universele principes of waarheden
bestaan, maar dat alles relatief is aan de culturele of individuele perspectieven. Relativisme stelt dat
waarheid en waarden variëren van cultuur tot cultuur, of zelfs van persoon tot persoon.