De SVMNIVO ARMT Toetstermen Vastgoed Economie met uitwerking. De toetstermen zijn uit het kwalificatiedossier van SVMNIVO en is onderdeel van de toets Capita Selecta.
B. Vraag en aanbod
… licht de belangrijkste micro-economische verschijnselen toe (de hoofdzaken van
het producenten- en consumentengedrag, de prijsvorming onder invloed van
vraag- en aanbodontwikkelingen en de invloed van deze ontwikkelingen) met
betrekking tot de markten waarin makelaars opereren en verklaart de factoren, die
bij transacties en adviezen van belang zijn.
B.1. Consumptie
B.1.1. Basisbegrippen consumptie
B.1.1.1 … beschrijft de begrippen consumeren en sparen. (K)
Consumeren = het kopen van goederen en diensten voor de bevrediging
van behoeften.
Sparen = niet (direct) consumeren / uitgesteld consumeren.
B.1.1.2 … beschrijft het verschil tussen
consumptiegoederen en
investeringsgoederen. (K)
Consumptiegoederen zijn goederen die bedoeld zijn
om te consumeren en die bestemd zijn voor de
consumentenmarkt. Investeringsgoederen zijn
goederen die gemaakt en aangeschaft worden door
en voor bedrijven. Deze worden ingezet voor de
productie, dus bijvoorbeeld machines/computers.
B.1.1.3 … stelt van in een casus gegeven producten uit de
vastgoedbranche en aanverwante branches vast of deze tot de
consumptiegoederen dan wel de investeringsgoederen
behoren. (B)
Een makelaar koopt twee auto’s ter gebruik voor werknemers; het
zijn nu investeringsgoederen want ze worden gebruikt om naar
bezichtigingen te gaan etc. Zodra de makelaar ze na een aantal jaar
verkoopt aan werknemers om privé in te rijden, zijn het
consumptiegoederen.
, B.3.Marktverhoudingen
B.3.1. Marktvormen en marktmechanisme
B.3.1.5 … beschrijft het begrip marktvorm. (K)
Marktvorm = het geheel van omstandigheden (zoals soort product,
hoeveelheid aanbieders, transparantie) waaronder producenten /
ondernemingen opereren en met elkaar concurreren.
B.3.1.6 … beschrijft de factoren die de marktvorm bepalen (aard van
het product, aantal aanbieders, aantal afnemers,
markttransparantie en toetredingsmogelijkheden tot de
markt). (K)
Aard van het product kan heterogeen zijn of homogeen dit is van
belang voor de marktvorm die gehanteerd wordt. Ook het aantal
aanbieders is van belang, bij enkele, één of heel veel aanbieder(s)
hoort een andere marktvorm. De hoogte van de
markttransparantie is de mate waarin alle kopers en verkopers
volledig op de hoogte zijn van alle omstandigheden die de koop en
verkoop beïnvloeden. Bij een hoge markttransparantie zijn alle
partijen dan snel op de hoogte van de soorten producten en
prijzen, er is dus inzicht in het proces van informatie-uitwisseling
en prijsvorming tussen concurrenten. Bij een lage transparantie is
dit dus niet het geval. Als laatst is de toetredingsmogelijkheid van
belang voor de marktvorm. Dit houdt in wat voor belemmeringen
er zijn om tot een markt toe te treden of er uit te stappen. Bij een
vrije toe- en uittreding zijn er geen tot weinig belemmeringen.
Belemmeringen kunnen juridisch, technologisch, financieel of
concurrentieel zijn. De toetredingsmogelijkheden bepalen het
aantal aanbieders op de markt.
B.3.1.8 … beschrijft het verschil tussen homogene en heterogene
producten. (K)
Heterogeen zijn producten die verschillend zijn in de ogen van
consumenten, zoals auto’s. En homogeen zijn producten die identiek zijn
in de ogen van de consument, zoals suiker.
B.3.1.9 … beschrijft het begrip productdifferentiatie. (K)
Productdifferentiatie is het onderscheiden van je product ten opzichte van
concurrenten door middel van productkenmerken zoals verpakking,
kwaliteit, sfeer, service, (extra) functionaliteit etc.
B.3.1.10 … beschrijft de marktvormen volledige mededinging (volkomen
concurrentie), monopolistische concurrentie, homogeen
oligopolie, heterogeen oligopolie, duopolie en monopolie. (K)
Volledige mededinging/volkomen concurrentie = een marktvorm met
veel aanbieders, homogene goederen, een hoge transparantie en
makkelijk te betreden. De aanbieder is een prijsnemer en een
hoeveelheidsaanpasser; alleen door meer goederen aan te bieden kan
de omzet omhoog. (Bijv. een aardappelboer)
Monopolistische concurrentie = een marktvorm met veel aanbieders,
heterogene goederen, een hoge transparantie en makkelijk te
betreden. Merken onderscheiden zich door marketing met als doel
klanten merkentrouw te maken. (Bijv. met auto’s)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Corine91099. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.