Dit document bevat een complete en uitgebreide samenvatting van de hoofdstukken 8, 9 en 10. Met deze samenvatting kun je een goed cijfer halen voor de kennisbasis toets Nederlands/taal, die plaatsvindt in het 1e jaar van Ipabo/Pabo. Zelf heb ik hiermee een 8 gehaald. De belangrijke begrippen zijn g...
Samenvatting basiskennis taalonderwijs, hoofdstuk 8, 9 en 10
Hoofdstuk 8 Stellen
8.1 Functies van het schrijven
Communicatieve functie
Bij de communicatieve functie van het stellen gebruik je een tekst om aan iemand anders iets duidelijk te
maken. Je wilt informatie overbrengen, iets uitleggen of je mening geven.
Conceptualiserende functie
Bij de conceptualiserende functie krijg je door taal grip op de werkelijkheid. Door dingen bijvoorbeeld voor
jezelf. Het beginnen met een schrijven van een tekst begint vaak op deze manier. Je zet eerst wat losse
ideeën en fragmenten op papier en op die manier begint je tekst vorm te krijgen.
Expressieve functie
Bij de expressieve functie gebruikt iemand taal om te experimenteren, om hun gevoelens te uiten of om iets
te zeggen dat anderen nog niet eerder zogezegd hebben. Vaak speelt er wel een achterliggende gedachten
om bijvoorbeeld origineel te zijn of als persoon op de voorgrond te treden.
Toepassen van de verschillende functies van taal
De verschillende functies van teksten zijn vaak gekoppeld aan een bepaalde tekstsoort:
- Communicatieve functie: krantenartikelen, advertenties en folders
- Conceptualiserende functie: studieboeken, schema’s en verslagen
- expressieve functie: literaire teksten en gedichten
De drie functies van het schrijven zijn nooit helemaal los te zien. Je zal bij het schrijven van een tekst vaak
gebruik maken van alle drie de functies. Kinderen moeten daarom ook alle functies van taal aanleren.
8.2 Het schrijfproces
Wat komt er bij kijken als je een tekst schrijft?
Het schrijven van een tekst is een ingewikkeld en complex proces. Er komen een aantal componenten aan
bod bij het schrijven:
De kennis van de schrijver
De communicatieve situatie waarin de schrijver zijn werk doet
Het eigenlijke schrijfproces
Zo moet een schrijver kennis hebben van:
- het onderwerp van de tekst
- het taalsysteem (woordgebruik, zinsopbouw, spelling)
- het retorisch systeem (tekstsoorten, stijl, publiekgerichtheid, doelgerichtheid)
- schrijfprocedures
Schrijven vindt ook altijd plaats binnen een bepaalde communicatieve situatie. Je moet bijvoorbeeld bij een
informele brief anders schrijven dan bij een formele. Binnen de communicatieve situatie moet je altijd sterk
rekening houden met degene voor wie je schrijft.
Bij het eigenlijke schrijfproces worden drie fases onderscheiden: plannen, schrijven en reviseren. Ze vinden
niet altijd in deze volgorde plaats. Soms wordt het plannen overgeslagen en het reviseren tijdens het
schrijven gedaan.
Bij het schrijven is de schrijver steeds bezig met begrijpend lezen en het lezen en herlezen van wat hij of zij
zelf heeft geschreven. Schrijven is ook voor een groot gedeelte reflecteren op de taal (taalbeschouwing).
Een schrijver is ook bezig met het zoeken naar synoniemen, toepassen van variatie en de zinsopbouw.
Verder houdt een schrijver zich bezig met spellen.
1
, 8.2.1 schrijf strategieën
Voor de beschrijving van schrijf strategieën baseert men zich op Amerikaans onderzoek. Het bekendst is het
werk van Flower en Hayes, die een model hebben gepresenteerd waarin de nadruk ligt op de cognitieve
processen die een rol spelen bij het stellen. Schrijven is volgens hen een vorm van probleem oplossen. De
schrijver moet tijdens het schrijven nadenken over de organisatie van de tekst, de wijze van formuleren en
nog vele andere problemen. We noemen dit ook wel denkend schrijven. Deze manier wordt vooral gebruikt
door ervaren schrijvers.
Jonge kinderen schrijven op een eenvoudigere manier die we vertellend schrijven zouden kunnen noemen.
De Amerikanen Breitner en Scardamalia hebben daar vooral onderzoek naar gedaan. Volgens hen maken
kinderen een schrijfontwikkeling door waarbij de basis ligt in de mondelinge taalvaardigheid. Het vertellend
schrijven gaat langzaam over in denkend schrijven.
Hieronder staan de twee schrijf strategieën uitgebreider beschreven:
Vertellend schrijven
In groep 4 wordt er begonnen met stellen. Kinderen hebben dan al een behoorlijke mondelinge
taalvaardigheid. Schrijven is voor hen vooral praten op papier. Een probleem waar ze tegen aanlopen is dat
er geen gesprekspartner is. Je moet dus aandacht besteden aan de structuur van de tekst. Kinderen met
deze schrijf strategieën schrijven vaak in één keer een tekst en brengen nauwelijks verbeteringen aan. Dat
noemen Bereiter en Scardemalia ‘knowledge telling’ of vertellend schrijven. Vertellend schrijven is een
redelijke efficiënte strategie. Je blijft dicht bij je eigen kennis en ervaring. Voor veel schrijfopdrachten is het
een toerekende strategie. Bij een ingewikkeld onderwerp moet je een andere strategie gebruiken.
Denkend schrijven
Deze schrijfstrategie wordt toegepast bij een ingewikkeld onderwerp, waarbij er niet meer uitgegaan kan
worden van de eigen ervaring. Het schrijven is ook een middel om grip te krijgen op het onderwerp.
Flower en Hayes zien schrijven als het oplossen van een probleem en leggen de nadruk op cognitieve
processen. Het model dat zij hebben ontwikkeld geeft een overzicht van de denkprocessen die belangrijk zijn
bij stellen. Deze denkprocessen vinden plaats in het werkgeheugen of het kortetermijngeheugen. Hier ligt
namelijk de kennis van een onderwerp, het publiek en de kennis van de manier waarop teksten in elkaar
zitten opgeslagen.
Hoe werkt het schrijven volgens denkend schrijven?
Typerend voor deze manier is dat de schrijver eerst de schrijfopdracht analyseert, ideeën verzamelt en
nadenkt over de inhoud en opbouw van de tekst, voordat hij begin met het schrijven hiervan. Tijdens het
schrijven brengt hij steeds veranderingen, wijzigingen, aanvullingen en verbeteringen in de tekst aan. Deze
verbeteringen hebben betrekking tot de inhoud, structuur, taalgebruik en spelling. Pas in groep 7 en 8 zijn
kinderen in hun ontwikkeling zo ver dat zij deze strategie kunnen toepassen. In veel methodes wordt echter
deze strategie vanaf groep 5 aangeleerd.
Wanneer gebruik je welke strategie?
Basisschoolkinderen zullen meer gebruik maken van vertellend schrijven, maar ervaren schrijvers zullen van
allebei de strategieën gebruik maken. Welke strategie je dan gebruikt ligt aan de tekstsoort die je moet
schrijven. Bij een zakelijk opstel bijvoorbeeld denkend schrijven, maar bij het schrijven van een chat bericht
vertellend schrijven. De strategieën kunnen in een tekst ook afwisselen.
8.2.2 stelvaardigheden
Er is één vaardigheid die een voorwaarde is voor het stellen. Dit is de motorische schrijfvaardigheid. Hier
wordt zowel het netjes kunnen schrijven als het typen op de computer mee bedoelt. Als een kind moeite
heeft met het netjes schrijven van woorden, dan belemmert dit hem in het onder woorden brengen van wat
hij wil zeggen.
Specifieke vaardigheden voor het stellen
De volgende vaardigheden zijn specifiek voor het stellen:
1. Bepalen doel, publiek en tekstsoort
2. Verzamelen, selecteren en ordenen van de inhoud
3. Structuren van de tekst
4. Formuleren
5. Reviseren
6. Verzorgen van de tekst
7. Reflecteren op schrijfgedrag
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkelutter01. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.