Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Meten en Meetkunde - alle belangrijke begrippen en informatie op 1 plek €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Meten en Meetkunde - alle belangrijke begrippen en informatie op 1 plek

3 revues
 87 vues  6 achats
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Dit document is een samenvatting van meten en meetkunde hoofdstuk 1 tot en met 7. In dit document heb ik alle belangrijke informatie en begrippen beschreven. In de samenvatting vind je terug: meten, meetkunde, verbanden, leerlijnen, oppervlakte, noem het maar op. Elk aspect is duidelijk beschreven ...

[Montrer plus]

Aperçu 3 sur 21  pages

  • Non
  • Hoofdstuk 1 t/m 7
  • 24 janvier 2023
  • 21
  • 2022/2023
  • Resume

3  revues

review-writer-avatar

Par: moonsvera05 • 5 mois de cela

review-writer-avatar

Par: rickvandreumel • 5 mois de cela

review-writer-avatar

Par: s1147229 • 7 mois de cela

avatar-seller

Questions d'entraînement disponibles

Fiches 10 Fiches
€4,49 1 vendus

Quelques exemples de cette série de questions pratiques

1.

Wat is de relatie tussen een grootheid en een maateenheid?

Réponse: De grootheid (bijvoorbeeld afstand) wordt uitgedrukt in een maateenheid (km). Oftewel om de grootheid uit te kunnen drukken heb je een maateenheid nodig

2.

Hoe noemen we het gemiddelde, de mediaan en de modus samen? Leg het verschil uit tussen het gemiddelde, de mediaan en de modus.

Réponse: CENTRUMMATEN Het gemiddelde is de som van de getallen : het aantal getallen De modus is het getal dat het vaakste voorkomt LET OP: dit kunnen er meerdere zijn De mediaan is het middelste getal in een reeks LET OP: bij een even aantal getallen heb je niet 1 maar 2 middelste getallen. Hiervan bereken je het gemiddelde: tel de getallen op en deel door twee

3.

Als een kind vaste verhoudingen ontdekt tussen lengte van een kind en de schaduw, in welke denkactiviteit is het kind dan bezig?

Réponse: Verbinden ( het kind koppelt meerdere aspecten uit meten en meetkunde aan elkaar --> schaduw, lengte, verhoudingen)

4.

Wat gebeurd er als je gaat transleren in een grafiek?

Réponse: De grafiek zal verschuiven. Transleren = verschuiven

5.

Noem 4 punten die kunnen leiden tot een misleidende weergave.

Réponse: De keuze van de assen, onderbroken as, oppervlakte, extra elementen, clustering en kleur

Meten, meetkunde en verbanden (h1 t/m 7)

Hoofdstuk 1
1.1
Meten en meetkunde hebben veel raakvlakken, maar verschil in essentie.
Meten = kwantitatief greep op eigenschappen van dingen: lengte, oppervlakte,
inhoud, gewicht en tijdsduur → Grootheid (liniaal, weegschaal, etc)
→ Essentie = handeling uitvoeren om te bepalen hoeveel er van een grootheid is:
afpassen of aflezen van maateenheid. Levert: meetgetal.

Meetkunde = ruimtelijk redeneren: beschrijven en verklaren van de ons omringende ruimte.
Voorbeelden: plattegronden, routes, schaduwen, symmetrie, patronen, eigenschappen.
→ Essentie = ruimtelijke oriëntatie in wiskundige zin.

Oppervlakte rechthoek = lengte x breedte
Oppervlakte driehoek = 0,5 x basis x hoogte

Bij vlakvulling (opp volgelegd met meetkundige vormen) ligt het op snijvlak van meten en
meetkunde.

Stelling van Pythagoras = a2 + b2 = c2 (schuine zijde)
Meetkunde en meten komen samen: getalsmatig en ruimtelijk.
Pythagorese drietallen = a, b, c zijn hele getallen.

Gulden snede = verhouding die staat voor schoonheidsideaal (mooiste verhouding)
→ 0,618 = phi (kleinste deel zelfde verhouding van grote deel zelfde verhouding
totaal)
= meetkunde en meten

1.2.
Bij meetkunde: waarnemen, ervaren, beschrijven, beschouwen en verklaren.
Er is samenhang tussen meten, meetkunde en andere reken-wiskundige domeinen.
Schaal heeft ook samenhang met het domein verhoudingen.
Schaalbegrip = idee dat afstanden op een afbeelding staan voor grotere afstanden in W.

Wiskundige attitude = positieve houding van wiskundige activiteiten op school
→ herkennen wiskunde in dagelijks leven, beschrijven, verklaren, aanpakken
(dode hoek)
Gecijferd? → groot aantal referenties tot beschikking.
→ bevorderen: redeneren, ervaren en onderzoeken.

Bouwsels kunnen worden beschreven door aanzichten

,Hoofdstuk 2
2.1
Meetgetallen tegenkomen: etiketten, snelheidsmeter, temperatuur, weerbericht, weegschaal
Een meetgetal zegt iets over de hoeveelheid van een grootheid (afstand, inhoud,
temperatuur, oppervlakte), uitgedrukt in maateenheid (kilometer)

Grootheid = eigenschap van iets, door gebruik van maateindheid kan het worden
uitgedrukt in een getal. → meetgetal: hoevaak de maateenheid kan worden
afgepast.
→ verschillende maateenheiden/eenheid kunnen gebruikt worden → gebruik hangt
af van de grootheid + context.

Meetreferentie = gebruiken om meetgetallen te schatten (2,12 is lang voor mens, 39c is
koorts = referentiegetal- je gaat uit van 38c) (leeftijd, gewicht …)
Referentiemaat = een bepaalde maat bij iets voorstellen (liter, kilo, lengte)
Als je deze referenties beschikt, helpt dat met inschatten in het dagelijkse leven!!

SI-Stelsel = Internationaal stelsel van eenheden voor natuurkundige grootheden
→ definitie van maateenheden.
→ 7 basiseenheden voor de grootheden tijd, lengte, massa, stroom, temperatuur,
hoeveelheid stof en lichtsterkte. → andere standaardmaateenheden zijn hiervan
afgeleid (m2, graad celcius).
(→ Metriek stelsel : wel kleine verschillen zoals liter)
(→ kilogram voor gewicht is onjuist, want officieel bij massa, geen voorvoegsel)

Essentie meten = handeling uitvoert om te bepalen hoeveel er van de grootheid is.
→ afpassen d.m.v. meetinstrument of aflezen
Keuze voor meetinstrument hangt af van doel en bereik en nauwkeurigheid.
Indirect meten = meten via een omweg (bijv maatbeker met kilo erop)
Soortelijke massa = een grootheid die aangeeft hoeveel massa er van een bepaalde stof
past in een bepaald volume (massadichtheid)

Analoog = overeenkomend (normale)
Digitaal = telbaar (kan meteen het meetgetal aflezen)

Elk meetinstrument heeft een bepaalde nauwkeurigheid (afhankelijk van het gebruik)
ALTIJD: meetonnauwkeurigheid of meetonzekerheid
Afronden bij elk meetgetal (ALTIJD)→ het getal ligt tussen interval (0,15 - 0,24)

Meetresultaat kan afwijken door onnauwkeurigheden bij het uitvoering van meethandeling
→ verkleinen door meerdere keren uit te voeren = herhaald meten
Meetomstandigheden kunnen groeien, kleiner worden..

Oftewel: een meetgetal is NOOIT hetzelfde als de werkelijkheid. De
meetnauwkeurigheid hangt af van het instrument → geschikte uitkiezen.

, Elementaire vorm van meten was rechtstreeks voorwerpen te vergelijken → geen
meetgetal
→ 1. Natuurlijke maten (lichaamsdeel) → verschillen en onnauwkeurig
Ook: tijdsduur gebruiken ipv oppervlakte → indirect meten.
Per regio: afgesproken maten
→ niet handig met handel dus SI-Stelsel (maatverfijning) → omrekenen

Nu: bijna alle landen ons metriek stelsel.
Niet het metrieke stelen? : imperiale systeem (vs)
→ moeilijk om te rekenen want is geen tientallige structuur.

SI-Stelsel IS NIET metriek stelsel (op school)!!!!!!!!!!!!!!!!
Decimale relatie = maten worden steeds met factor 10 groter of kleiner (lengte, liter)
Kwadratische relatie = steeds met factor 100 groter of kleiner (oppervlakte)
Kubische relatie = steeds met factor 1000 (kubieke meter)

De decimale maatverfijning is een kenmerk van metriek stelsel
→ passende maat kan worden gekozen: doel en nauwkeurigheid → makkelijk
omrekenen

Samengestelde grootheid = snelheid, want bepaald door afstand: lengte en tijd
Samengestelde maat = km/u en m/s

2.2.
Hemelsbrede afstand = afstand in rechte lijn
Lengtematen = hoogte, diepte, breedte, omtrek, diameter, afstand
→ Meetinstrumenten= liniaal, meetlint en rolmaat.

Lichtmaat = afstand die licht in 1 jaar aflegt

Omtrek = hetgeen wat er omheen past (touwtje → lengte)
Rechthoek/vierkant = lengte + breedte + lengte + breedte
Cirkel = 2 x PI X r
→ Diameter = middenlijn. Straal = helft diameter

Oppervlakte = hetgeen dat ergens op past (verf)
→ standaardmaat = vierkante meter (1 bij 1)
→ gaat over 2 dimensies
Rechthoek = lengte x breedte
Driehoek = 0,5 x basis x hoogte (insluiten met rechthoek)
Cirkel = PI X r2
→ ruimtelijk redeneren, meten en meetkunde
→ je kan ook oppervlakte berekenen door het omvormen van vormen
→ opdelen is ook een manier.

Are= 100 m2 → 1 dam2 (Hectare = 100 are)

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur s1142443. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49  6x  vendu
  • (3)
  Ajouter