In dit document is de toetsmatrijs van het blok GGZ & VGZ uitgewerkt. Het is een erg duidelijke samenvatting waarbij de psychiatrische ziektebeelden goed zijn uitgewerkt via het boek en via de GGZ Ecademy. Ook is de anatomie en pathologie van de zintuigen, psychologie, rechten, farmacologie en de...
samenvatting medische kennis jaar 1 tentamen 4 + aantekeningen hoorcolleges
Tout pour ce livre (26)
École, étude et sujet
Hogeschool InHolland (InHolland)
HBO verpleegkunde
Verpleegkunde VGZ & GGZ
Tous les documents sur ce sujet (16)
2
revues
Par: irisvanschooten01 • 5 mois de cela
Par: taviantipieters • 1 année de cela
Vendeur
S'abonner
682015F
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting GGZ & VGZ
Leerboek psychiatrie voor verpleegkundige
Psychotische stoornissen
Inleiding:
Een psychose is een psychiatrisch toestandsbeeld waarbij de patiënt het contact
met de werkelijkheid geheel of gedeeltelijk kwijtraakt.
Een eerste psychose komt meestal voor rond de adolescentiefasen.
Kernsymptomen:
Psychoses hebben negatieve en positieve symptomen.
Positieve symptomen zijn symptomen die je erbij krijgt zoals:
Hallucinaties
Wanen
Negatieve symptomen zijn symptomen die zorgen dat iets afneemt zoals:
Geen motivatie
Ontlopen van sociale contacten
Nauwelijks praten
Psychotische symptomen:
Wanen volgens de DSM-5:
Erotomane waan
o Ervan overtuigd zijn dat iemand verlieft op hen is
Grootheidswaan
o Overtuigd zijn dat zij over uitzonderlijke talenten beschikken
Achtervolgingswaan
o Overtuigd zijn achtervolgd te worden of afgeluisterd worden
Somatische waan
o Overtuigd zijn dat zij een medisch probleem hebben
Gemengde waan
o Combinatie van twee of meer soorten wanen
Hallucinaties volgens DSM-5:
Auditieve hallucinaties
o Horen van stemmen of geluiden die er niet zijn
Visuele hallucinaties
o Het zien van beelden die er niet zijn
Olfactorische hallucinaties
o Het reuken van geuren die er niet zijn
Tactiele hallucinaties
o Het voelen van dingen die er niet zijn
Negatieve symptomen:
Negatieve symptomen worden onderverdeeld in twee domeinen:
1. Gebrek aan energie en motivatie
Anhedonie: afnamen van plezier
Avolitie: afnamen van het beginnen aan een activiteit
Apathie: afnamen van het kunnen volhouden van een activiteit
Alogie: afnamen van spraak
, 2. Vervlakking van emoties
Vervlak affect: verminderde emoties
Asocialiteit: schaamtegevoel neemt af
Desorganisatiesymptomen:
Desorganisatie kan zowel tijdens als na de psychose voorkomen. Desorganisatie
kan zich uiten in:
Onsamenhangende spraak (incohorentie)
Beeldspraak
Zelfverzonnen woorden gebruiken (neologismen)
Alledaagse handelingen niet meer kunnen uitvoeren
Somatische screening
Leefstijlanamnese:
Bij patienten met een psychotische stoornis is de kans op somatische
gezondheidsrisico’s groter. Dit komt door het gevolg van de ziekte, bijwerkingen
van de medicatie en vaak door een ongezonde leefstijl.
Er is aandacht nodig voor:
Voeding en eetpatronen (inclusief koffie en energiedranken)
Bewegen en sport
Welbevinden en ontspanning
Middelengebruik
Slapen (dag-nachtritme)
Seksueel gedrag en soa-preventie
Hygiëne (niet vergeten mondhygiëne)
Behandeling bij psychose algemeen:
Zorgvragers die een vergoot risico hebben op een psychose worden anders
behandeld dan zorgvragers die en psychose hebben. Per fase is er een andere
behandeling.
Bij een behandeling wordt er vaak gebruik gemaakt van een combinatie van
interventies en is shared decision making belangrijk.
Behandeling bij een verhoogd risico op psychose:
De behandeling bestaat naast uit:
Psycho-educatie
o Uitleg geven over de ziekte
Het ontmoedigen van middelengebruik
Cognitieve gedragstherapie
o Om zo andere denkstijlen aan te leren over de psychotische
ervaringen
Ondervinden in welke sociale rollen de zorgvrager problemen heeft
Behandeling bij een psychotische stoornis:
De niet medicamenteuze behandelingen kunnen op elk moment ingezet worden
en met elkaar gecombineerd. De behandelingen zijn:
Psycho-educatie
o Er wordt uitleg geven wat een psychose is en hoe het werkt
, o Door deze inzichten kan de zorgvrager opzoek gaan naar zijn
risicofactoren
Cognitieve gedragstherapie
o Er wordt erop gericht een andere houding te ontwikkelen tegenover
de stemmen of de overtuiging
o Ook wordt er geprobeerd een positiever zelfbeeld te creëren
Gezin interventies
Traumabehandeling/EMDR
o Vaak hebben zorgvragers vroeger een trauma opgelopen deze
wordt behandeld
Leefstijlinterventies
Interventie gericht op werk en school
o Gericht om werk/school te krijgen en te behouden
Versterken van sociale contacten
o Bijvoorbeeld lotgenootgroepen
Farmacologische interventies:
Bij een psychose is er sprake overactiviteit van de neurotransmitter dopamine in
het mesolimbische hersenregio.
Er zijn twee soorten antipsychotica:
Klassieke antipsychotica
o Deze blokkeren dopaminereceptoren
o Doordat zei alle dopaminereceptoren blokkeren zijn er veel
bijwerking
o Bijwerkingen;
Van parkinsonisme
Vertraging van elektrische geleiding van het hart
Hormonale en seksuele bijwerkingen zoals: zwelling van
borstklieren en erectieproblemen
Moderne antipsychotica
o Bijwerkingen als:
Sedatie
Overgewicht met alle bijkomende complicaties van
overgewicht
Stemmingsstoornissen
Inleiding:
Stemmingsstoornissen zijn langer durende ontregeling van de gemoedstoestand.
Het gaat om neerslachtigheid of overmatige opgewektheid.
Disruptieve stemmingsdisregulatie:
Dit is een classificatie van een stemmingsstoornis voor kinderen tussen de 6 en
18 jaar. Zij zijn chronisch prikkelbaar en hebben driftbuien. Deze stoornis gaat
vaak gepaard met de oppositionele-opstandige stoornis.
Classificatie volgens DSM-5:
Driftbuien treden 3 keer per week of vaker op
De symptomen zijn begonnen voor de 10de levensjaar
De symptomen zijn op minstens twee plekken aanwezig thuis, school of
contact met leeftijdsgenoten
De symptomen duren 3 of meer maanden
Driftbuien komen niet overeen met de ontwikkeling
De driftbuien zijn niet proportioneel tegenover de aanleiding
,Behandeling:
Een ‘individuele aanpak’ met betrokkenheid van ouders en school. Hierbij wordt
gewezen op eventuele inzet van psychofarmaca en het belang van psycho-
educatie
Depressieve stoornis:
Dit is een classificatie van een stemmingsstoornis waarbij gekenmerkt wordt door
een verlies van levenslust of een zwaar neergeslagen stemming.
Classificatie volgens DSM-5:
Er is minstens 14 dagen lang sprake van 5 van de onderstaande symptomen
waaronder sombere stemming, verlies van interesse/plezier:
Sombere stemming in het grootste gedeelte van de dag
Duidelijke interesseverlies
Gewichtsverlies zonder dieet of verminderde eetlust
Bijna dagelijks slaapproblemen of overmatig slapen
Geremdheid of verhoogd prikkelbaarheid
Moeheid of verlies van energie
Gevoelens van waardeloosheid of onterechte schuldgevoelens
Concentratieproblemen of besluitenloosheid
Terugkerende gedachtes aan de dood
Ze kunnen zich slechter concentreren waardoor geheugenverlies optreedt. In
ernstige gevallen kan dit lijken op dementie (pseudodementie).
Een depressieve stoornis gaat gepaard met:
Negatieve gedachtes
o In ernstige gevallen komt waanachtige nihilisme voor gedacht dat
je niet meer zal herstellen of alle ellende in de wereld door jou komt
Piekeren
Prikkelbaarheid
Angst
Paniek klachten
Biologische verklaring:
In het ontstaan van een depressie zijn er verschillende factoren bekend:
Lichamelijke factoren
o Depressie komt vaak voor bij: hypothyreoide, hart- of herseninfarct
en Parkinson
Erfelijke factoren
Te kort aan neurotransmitters (uitleg hieronder)
Verhoogde cortisol
o Dit is ook te verklaren doordat er veel cortisol wordt afgeven bij
chronische stress en door chronische stress kan weer een depressie
ontstaan.
Immunologische afweer
o Depressieve mensen zin gevoeliger voor ziektes maar ook een
overactief immuunsysteem kan leiden tot depressie
Hormonale factoren
o Depressie komt vaker voor bij vrouwen
Verstoring in neuroactiviteit
, o Zenuwverbindingen in de hersen werken niet optimaal
Hoeveelheid zonlicht
o ‘Winter of herfstdepressie’ door minder zonlicht wordt er meer
melatonine aangemaakt.
Er is bekend dat er een disbalans van de hoeveelheid neurotransmitters in de
hersenen is bij patiënten met een depressie:
Te kort aan serotonine
o Veroorzaakt stoornissen in eetlust, agitatie (zenuwachtig), agressie
en angstklachten
Te kort aan nerepinefrine/noradenaline
o Veroorzaakt geremdheid, inactiviteit, slaapstoornissen en
overmatige pijnbeleving
Te kort aan dopamine
o Veroorzaakt een verminderde motivatie en veel psychotische
symptomen
Psychosociale verklaringen:
Het verlies is het belangrijkste risicofactor voor het ontwikkelen van een
depressie. Verder zijn er nog meer risicofactoren die beschreven, dit worden ‘life
events’ genoemd.
Elk life event dat iemand meemaakt veroorzaakt bepaalde veranderingen in de
hersenen waardoor de gevoeligheid voor stress toeneemt. Wanneer iemand meer
life events meemaakt raakt de ‘emmer’ steeds voller. Wanneer de draaglast
groter is dan de draagkracht kan er een depressie worden ontwikkeld.
Ook heeft de persoonlijkheid een grote bijdragen aan het ontwikkelen van een
depressie. Opvoeding en omgevingsfactoren spellen een rol bij deze
persoonlijkheid.
Voorbeeld: als een kind is verwaarloosd heeft het een verstoorde
persoonlijkheidsontwikkeling waardoor de kans op een depressie groter is.
Cognitieve verklaring:
Volgens een Amerikaanse psycholoog wordt een depressie veroorzaakt door een
verkeerde manier van denken. Door vroege negatieve ervaringen wordt een
negatief denkschema ontwikkeld. Hierdoor vat iemand zaken voortdurend
negatief op hierdoor ontstaat een sombere stemming.
Samenvatting van verklaringen.
Er veel mogelijke verklaringen voor het ontstaan van depressie en de ene
verklaring blijkt de andere niet uit te slui- ten. Ook kunne verschillende
verklaringen met elkaar in verband staan denk aan: Stress zorgt voor een
verminderde afweer waardoor een verhoogde kans op ziektes ontstaat. Ziektes zorgen
weer voor stress en stress zorgt voor een ontreggeling in de neurtransmitters.
Diagnostiek:
De diagnose wordt gesteld via autaanamnese (patiënt verteld zelf). Bij
verdenking op een bipolaire stemmingsstoornis is de familieanamnese erg
belangrijk omdat bipolaire patiënten hun problemen meestal ontkennen. Tijdens
de anamneses wordt er gesproken over:
Klachten
Aanleiding
Beloop
, Wat degene er zelf aan gedaan heeft
Psychiatrische voorgeschiedenis
Familiaire belasting
Biologische gegeven
Psychosociale gegevens
Medicatie en intoxicaties
Ook zijn er bepaalde meet-instrumenten die kunnen helpen bij de diagnostiek of
als evaluatie gebruikt kan worden hoe de klachten verlopen (verminderd of
verergert het).
Behandeling:
Een behandeling verschilt van persoon tot persoon. Vaak zijn het combineren van
verschillende behandelingen tegelijkertijd effectiever. Soorten behandelingen
zijn:
Cognitieve therapie/cognitieve gedragstherapie
o Deze behandeling sluit aan bij de theorie over de cognitieve
verklaring. Tijdens deze behandeling proberen ze de patiënten zich
bewust te maken van hun negatieve gedachtes en hun proberen
positief te laten denken. Er wordt vaak gebruik gemaakt van
huiswerk om een bepaald gedrag aan te leren.
Psychosociale interventies en interpersoonlijke therapie (IPT)
o Interventies zoals: bij werkeloosheid dag structuur geven. Bij
financiële problemen schuldsaneringen regelen.
o ITP is een gesprekstherapie
Mindfulness
o Deze therapie is gericht op het bewust worden en acceptatie van de
realiteit
Farmacotherapie
o Hierbij wordt gericht op antidepressieve medicatie en medicatie
gericht op ansgt, slapenloosheid, waangedachtes ect
Elektroconvulsietherapie (ECT)
o Dit is een methode waarbij elektrische pulsen aan de hersen worden
gegeven onder narcose, dit leidt tot een epileptisch insult waardoor
de onrust afneemt en de stemming verbeterd. De behandeling is
gedurende 6 weken 2 x per
Week
Lichttherapie
o Behandeling bij seizoensgebonden depressieve stemmingsklachten
Slaapdeprivatie
Behandeling premenstruele stemmingsstoornis:
Hormoontherapie en een antidepressivum (SSRIS’s) zijn het effectiefst.
Hormoontherapie kan doormiddel van:
Hormonale anticonceptie
Toedienen van GnRH-analoog
o Dit lijkt op het RH-hormoon dat in de hyothalamus wordt
geproduceert
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur 682015F. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.