DE LANGE 19E EEUW (H1-H8): 1789-1914
HOOFDSTUK 1: DE FRANSE REVOLUTIE
INLEIDING
Franse Revolutie relativeren
Dit was niet de enige Revolutie, er was al een eerdere Amerikaanse Revolutie. Dat we naar de
Franse Revolutie kijken als keerpunt heeft er mee te maken dat Frankrijk de wereldmacht is op het
einde van de 18de eeuw en Amerika toebehoort aan de periferie.
Een tweede reden om dit te relativeren is dat deze Revolutie ook kan gezien worden als een
starpunt van een proces die zich gaat aftekenen in de gehele westerse wereld, een soort breed
maatschappelijk veranderingsproces dat start aan het eind van de 18e eeuw en dat eigenlijk de
gehele lange 19de eeuw tot aan de Eerste Wereldoorlog Europa verandert, in heel diverse scenario’s,
naar een samenleving van moderne natiestaten. Dan is de Franse Revolutie wel het startpunt maar
zie je dus natuurlijk dat deze Revolutie ook kan gedefinieerd worden als een breed
omvormingsproces in Europa en via de kolonisering ook mondiaal doorgezet in de hele wereld.
Veranderingsproces lange 19e eeuw
De ijkpunten, belangrijke aspecten van dat omvormingsproces zijn het gegeven dat de
standenmaatschappij evolueert naar een maatschappij van theoretisch gelijke burgers. Het idee dat
je in een stand geboren wordt en dat jouw leven bepaald, dat verandert naar een maatschappij waar
in principe voor de wet iedereen een gelijke burger is. Bijvoorbeeld door dezelfde rechtbank worden
veroordeeld. Dit begrip van ‘gelijke burgers’ kunnen we relativeren aangezien alleen maar mannen
het voor het zeggen hadden, je moest grondbezit hebben in het censitair kiesstelsel en er was nog
slavernij. Dit was ook in de Verenigde Staten zo, maar tegelijk bleven zij tot in de jaren 60 een
slavenmaatschappij.
Ook als tweede ijkpunt is het vervangen van soevereine vorsten door soevereine naties. Het is
niet meer de vorst die soeverein is, de vorst is niet meer de drager van de macht maar er is
volkssoevereiniteit, het volk zal de drager van de macht zijn. Dit via een systeem dat we het
parlementaire systeem noemen. Dus gaan we van dynastische staten, waar de dynastie die staten
bepaalt en ook de grenzen van de staten bepaald evolueren naar natiestaten, waar dus het volk voor
de staat bepaald en waardoor het nationalisme een heel belangrijke politieke kracht wordt en
waardoor ook multinationale staten in de problemen zullen raken. In het ancien régime is de
multinationale staat eigenlijk de regel, het is de dynastie die de staat samenhoud, maar dit wordt een
probleem in een wereld van natiestaten.
Een derde ijkpunt is dat we de vervanging krijgen van een politiek institutioneel systeem
gebaseerd op van oudsher gegroeide particuliere vrijheden, privileges en gebruiken die worden
vervangen door een geünificeerde nationale staatsbureaucratie. Dat heeft effect op zeer
uiteenlopende zaken (afschaffing van lokale meeteenheden, afschaffing van lokale belastingen,
wetgevingen, rechtspraak en die te vervangen door nationale bureaucratieën), dit hangt natuurlijk
samen met het ontwikkelen van zogezegde natiestaten.
1
, Heel belangrijk is dat die drie ijkpunten van die fundamentele omvorming wat we het einde van
het Ancien Régime en het begin van de politieke moderniteit noemen is dat die samenlopen van een
heel belangrijke sociaal-economische evolutie. Namelijk de vervanging van een economie die voor
het grootste deel steunt op landbouw en in mindere mate op handel naar een economie die steunt
op industrie en handel. De fameuze industriële (r)evolutie loopt eigenlijk parallel met die politieke
veranderingen als gevolg van de Franse Revolutie.
De sociale vertaling van deze economische verandering is dat we evolueren van een
maatschappij met voornamelijk landeigenaren en boeren, waarbij landbouw de centrale
economische activiteit is, naar een maatschappij van voornamelijk ondernemers, handelaars en
arbeiders en het zijn ook die sociale groepen die de motor gaan vormen van de politieke
institutionele veranderingen die we vatten onder de noemer Franse Revolutie.
Je ziet het vaker in de geschiedenis dat grote politieke, institutionele veranderingen sporen met
fundamenteel sociaal-economische hervormingen. Eén van de eerste politieke denkers die dit heeft
gezien was Karl Marx. Die sprak over de politieke bovenbouw en de economische onderbouw en zag
een verband tussen die twee. Voor Marx was de economie de drijvende kracht en verandering in de
economie zorgde voor de verandering van de politieke bovenbouw. Het einde van het Ancien Régime
is zo een moment in de geschiedenis.
Vandaag in zo een omvormingsproces? Weer opnieuw in een tijdsegment waarin dingen
veranderen? Waarin als gevolg van heel moeilijk te vatten economische verandering (nieuwe fase in
mondialisering, digitalisering van de wereld met nieuwe grote kapitaalconcentraties) of dat dit ook
geen impact gehad heeft.
Tijdsgenoten merken dat niet, het zijn pas toekomstige generaties die terugkijken die zullen zien
dat er iets is verandert.
Impact Franse Revolutie
De Franse Revolutie is dus echt een belangrijk moment. Een moment dat dus grote gevolgen
heeft, ook buiten Frankrijk. Dat heeft te maken met het feit dat die Franse Revolutie heel directe
gevolgen heeft. Dit hangt samen met het figuur van Napoleon Bonaparte, hoe hij via de Franse
Revolutie aan de macht komt in Frankrijk en via een expansiepolitiek de principes van de Revolutie
gaat exporteren in grote delen van Europa. Dat proces zet zich verder na de val van Napoleon en het
zogenaamde herstel van het Ancien Régime met het Congres van Wenen.
Dit proces loopt verder in schokgolven. Op verschillende momenten en plaatsen kan dat Ancien
Régime zich herstellen en krijg je een tegengestelde beweging. Het Congres van Wenen had als
doelstelling natuurlijk om die soevereine vorsten in hun macht te herstellen. We komen dus terecht
in een periode die getypeerd wordt als een periode van vooruitgang versus reactie (vloed van de
moderniteit versus de dijk van het herstel van het Ancien Régime). Op lange termijn blijkt dat
uiteindelijk de processen van verandering niet zijn tegen te houden. Op vele momenten is er
terugkeer, het is dus geen lineaire evolutie.
Een paar schokgolven zijn 1789 (de Franse Revolutie), 1830, 1848!. Dit zijn belangrijke
revolutionaire jaren waarin die twee krachten met elkaar in botsing komen en waar het eigenlijk
altijd om hetzelfde gaat, het verwerven van meer politieke macht en rechten voor de burgerij ten
koste van de adellijke stand, clerus en de gekroonde hoofden. Soms zijn deze succesvol en leiden ze
tot burgerlijk democratische regimes (Frankrijk, Groot-Brittannië, België, Nederland, Scandinavische
landen). Soms mislukken ze , waardoor er geen traditie van democratische politiek wortel kan gaan
schieten (geval in de meeste Midden-en Oost-Europese landen) en dat gaat gevolgen hebben voor de
regimes die zich daar ontwikkelen in de 20ste en 21ste eeuw.
2
,(Bv: ACTUEEL, 21ste eeuw = Hongarije: waarom zo moeizaam? Antwoord in het mislukken van die
democratische politiek. Maakte toen deel uit van de Habsburgse dubbelmonarchie Oostenrijk-
Hongarije.
20ste eeuw = Sovjet-Unie en Nazi-Duitsland. Transitie richting burgerlijke democratie wordt
bemoeilijkt door de kracht van de restauratie.)
Als je de Franse Revolutie dus niet uitsluitend bekijkt als een gebeurtenis aan het einde van de
18e eeuw in Frankrijk maar als een breed omvormingsproces met grote consequenties voor de
Europese geschiedenis en ook voor de wereldgeschiedenis wegens kolonisatie, daardoor
mondialisering van deze ideeën. Heel veel dekoloniseringsbewegingen gaan zich beroepen op deze
principes.
Het 19e -eeuwse nationalisme en de daarmee verbonden natiestaten kun je ook beschouwen als
kinderen van de Franse Revolutie. Die natiestaten en dat nationalisme hebben de 19e eeuw heel
fundamenteel beïnvloed en ook een belangrijke impact gehad in de 20ste eeuw. Nationalisme was
een bindende kracht waaruit zeer machtige staten ontstonden (bv. Duitsland als gevolg van Duits
nationalisme, Frankrijk waar na de Franse Revolutie een sterke Franse Natiestaat ontstaan. Verschil
tussen de twee is dat Frankrijk in het Ancien régime als koninkrijk al bestond en waardoor we denken
dat het Frankrijk van na en voor de revolutie min of meer hetzelfde is, terwijl Duitsland niet bestond
tot ergens in het midden van de 19e eeuw zou leiden. Wat zou leiden tot de denkfout dat de
evoluties in Frankrijk minder belangrijk is. Maar dat is niet waar, Frankrijk is een fundamenteel ander
land.) Het is dus een bindende kracht verbonden met de ideeën van de Franse revolutie.
Maar het is tegelijkertijd ook een ontbindende kracht. Grote, multinationale staten (Habsburgse
Rijk, Ottomaanse Rijk) gaan als gevolg van het nationalisme in de 19de eeuw desintegreren en zullen
finaal ten onder gaan in de eerste wereldoorlog.
Nationalisme is natuurlijk de ‘broer’ van het imperialisme. Imperialisme wat er voor gaat zorgen
dat er een zeer felle tegenstelling gaat groeien, ook binnen Europa. 1870 is hier een zeer belangrijke
datum. Dit was de Duits-Franse oorlog waarbij je een eerste treffer krijgt tussen de oude macht
Frankrijk met de nieuwe opkomende macht Duitsland.
1914, eerste wereldoorlog begint als nieuw conflict tussen Duitsland en Frankrijk voor een stuk,
maar het verschil is dat andere Europese mogendheden er bij betrokken raken en met die Europese
mogendheden ook de koloniale rijken waardoor je die oorlog dus inderdaad een ‘wereld’oorlog kunt
noemen.
BELANG FRANSE REVOLUTIE
INLEIDING
Je kan de ideeën van de Franse Revolutie zien als een breed veranderingsproces die begint in de
de
18 eeuw en dan schoksgewijs voltrekkend in de decennia en eeuw nadien. Maar je kunt dit ook
bekijken als een moment in de geschiedenis. In wat volgt wordt de Franse Revolutie als gebeurtenis
uit de doeken gedaan.
3
, FRANSE REVOLUTIE ALS GEBEURTENIS
Frankrijk als startpunt
De Franse Revolutie wordt als startpunt genomen omdat Frankrijk op het einde van de 18de
eeuw een echte wereldmacht (25 miljoen inwoners, economische grootmacht) is waarbij er een
omvorming komt van het politieke systeem op een spectaculaire, revolutionaire, snelle manier. Een
gebeurtenis die in de hele wereld met verbazing wordt gevolgd. Terwijl de Verenigde Staten, waar
een paar jaar voordien ook een revolutie plaatsgrijpt, een eerder perifeer gebied is.
Een andere reden is natuurlijk dat door de Franse Expansie tussen 1793-1813, met vooral de
Napoleontische expansie in het begin van de 19e eeuw, dat die principes van de Franse Revolutie
gaan worden geëxporteerd en opgelegd aan het geannexeerde gebied bij Frankrijk en in grote delen
van de vazalstaten van Frankrijk. Hierdoor worden zij het model voor latere revoluties: 1830, 1848,
1917.
Het is ook natuurlijk de inspiratiebron van allerlei debatten over grote principes. Die al voor die
Franse Revolutie behoorden tot de ideeën van de verlichting en als je gaat kijken naar mondiale
context zie je dat een aantal van die grote principes ook aanwezig zijn in politieke filosofieën buiten
Europa (China, etc.). Maar het is met die Franse Revolutie dat die principes gaat uitmonden in
politieke praxis en ook door die Revolutie dat die principes sedertdien tot het mondiale debat
behoren.
Ideeën zoals volkssoevereiniteit (vandaag: in federale staten waar er een samenspel is tussen
regio’s en een federale nationale overheid, hoe daar soms een meerderheid in een regio overheerst
wordt door een meerderheid op nationaal gebied bv. België, hoe organiseren we dit? Het debat over
stemplicht, opkomstplicht, … ‘Is de parlementaire democratie waarbij je bij verkiezingen verkozenen
naar het parlement stuurt wel de juiste manier? Moeten we niet burgers via loting in groepen
plaatsen en samen plaatsen met het parlement om over wetten te beslissen?), ‘identiteit’ en ‘natie’
(het feit dat het volk de natie vertegenwoordigd en soeverein is om wetten te maken gaat met zich
meebrengen dat de identiteit van dat volk plots heel belangrijk begint te worden. Vandaar dat het
nationalisme als ideologie opkomt als gevolg van die Franse Revolutie. Voordien heb je het Ancien
Regime waar de soevereine vorst via huwelijkspolitiek en oorlogsvoering het territorium verlegd.
Maakt niet uit want het is de vorst die dat allemaal samenhoud die vrijheden geeft op bv. Taal. Tot
op de dag van vandaag discussie: hoe vormen nationale identiteiten zich, waar ligt de grens van het
soevereine volk), scheiding Kerk en Staat (gerealiseerd in de meeste westerse landen, maar in vele
delen van de wereld helemaal niet en een heel centraal probleem bv. Islamwereld), scheiding der
machten (vandaag: België: Bart de Wever verwijt rechtbanken van actieve politiek over vluchtelingen
en migratie enz. waar hij vind dat rechters de wetgeving moeten interpreteren en toepassen maar
moeten niet zelf via die toepassing de wet gaan verleggen. Hoe dan ook is het soevereine volk, het
parlement dus superieur ten opzichte van de rechterlijke macht. Dit heeft ook te maken met de
complexiteit van wetgeving. Zolang een wetgeving nationaal is is dat helder, maar als een wetgeving
internationaal word bv hof van Straatsburg krijg je enorm veel macht in handen van een kleine groep
juristen. Bv Amerikaanse systeem en het essentiële belang van het hoogste rechtscollege over
abortus enz.) , Rechtsstaat (de grenzen van de rechtsstaat. Bv mensen zonder papieren, hoe plaats je
dit hierin. Ze hebben wel rechten maar niet de volle rechten als burgers. Past illegale immigratie
binnen de principes van de rechtsstaat?), sociale rechtvaardigheid (‘fraternité’: broederlijkheid. De
Natie moet sociaal zijn.) en politiek radicalisme (ook verbonden met de Franse Revolutie want in de
tweede fase komen politieke radicalen aan de macht en zetten het wapen van terreur in om hun
4