TOKLA II 26 4 2019
BIJZONDERE DIEREN
KNAAGDIEREN – RODENTIA
introductie
Knaagdieren zitten in de topt 10 van de meest gebruikte labodieren/proefdieren.
Rodentia binnen de zoogdieren → meest succesvolle groep van heel de zoogdieren.
Het is ook een hele diverse groep: veel convergente evolutie
- viscacha soort van konijn
- mara soort van een antilope
- capibare als ‘het neilpaard’.
Knaagdieren zijn onderdeel van de glires.
Binnen de knaagdieren zijn er drie grote groepen:
- Myomorpha → ratten, muizen, hasters, gerbils
- Hystricomoprha → cavia, chinchilla, degoe
- (sciuromoprha) → eekhoorn
Algemene kenmerken
De rodentia zijn maar kleine dieren, omdat ze zo klein zijn hebben ze vaak een heel erg hoog
metabolisme. Ze zijn vaak te vinden in extremde biotopen, dit omdat ze vaak semi-fossoriaal zijn: dit
wil zeggen dat ze deels onder de grond leven. Ook beschikken ze, in tegenstelling tot de lagomorpha,
tot bruin vetweefsel. Omdat ze bruin vetweefsel hebben kunnen ze ook doen aan een winterslaap.
Ze kunnen ook uitstekend leven in zeer warme en droge gebieden, ze kunnen hun urine zeer sterk
concentreren. Ze doen ook aan coprofagie: het eten van de uitwerpeselen. Sommigen doen ook aan
cecotrofie: het eten van de uitwerpselen vanuit het ceacum, dit is vergelijkbaar met dit van de
lagomorpha, maar toch net iets anders.
Het zijn obligate neusademhaling, dit omdat de larynx zeer hoog in de oropharynx ligt.
Crepusculair / noctrum: ze zijn het meest actief in de schemer, dit omdat het prooidieren zijn,
hierdoor zijn ze olfactief en gehoor heel goed en is het zicht minder, want is minder belangrijk.
Tanden: 16: myomorpha, 20: hystricomorpha
,Rat
Suborde: myomoprha – familie: muroidea
- Rattus norvegicus (bruine rat)
- Rattus rattus (zwarte rat)
Integument:
- 6 paar tepels, soms kan er wel eens een tepel missen. De mannetjes hebben geen tepels.
- Geen zweetklieren, maar wel op de zoolkussens, niet voor thermoregulatie, maar om de
kussens vochtig te houden zodat ze meer grip hebben op de grond.
- Aan de oren; talgklieren: kan soms wel is verstopt raken (klier van zymbal)
- Tastharen zijn aanwezig.
- Staart:
o Bestaat grotendeels uit schubben van keratinehuid met haar
o Bestaat uit heel er veel talgklieren.
o Heel belangrijk thermoregulatorisch orgaan, vasodilatatie als vasoconstrictie
o Bloed nemen: vanuit de staart (staartvenen)
Hanteren:
- Via het nekvel
Osteologie
- De clavicula is redelijk groot
- Voorpoot: Vijf tenen, maar de duim is gereduceerd
- Achterpoot: wel echt vijf tenen.
- Tibia en fibula zijn vergroeit, maar de radius en de ulna niet.
Tanden:
- Monophyodont: geen melkgebit
- Incisivi: hypselodont (een paar aan elke kant) (groeit door)
- Molares: zijn brachyodont: blijven niet doorgroeien, typisch voor een omnivoor gebit
- Er zijn geen voorkiezen aanwezig, enkel molares
- Laagje ferritine op de tanden: ijzerrijk laagje.
- Meer glazuur aan de voorkant van de tanden dan aan de achterkant van de tand
,Intramusculaire injecties
- Ongeveer zelfde als de konijnen
o M. longissimus dorsi → vaak tussen de laatste rib en het tuber coxae
o M. quadriceps femoris
o M. biceps femoris
▪ Wel opletten bij het achterbeen dat je niet de n. ischiadicus raakt.
Bloedvaten stelsel
- venepunctie:
o Retro orbitale plexus
▪ absoluut niet diervriendelijk, wordt echt pas als allerlaatste alternatief
gebruikt. (naald door het oog)
o Staartvene
o Laterale caudale vene
o V. saphena lateralis
o V. jugularis externus
Spijsverteringsstelsel
- Philtrum tussen mond en neus
- Papilla incisiva aanwezig: verdeeld de mond in twee compartimenten
, - Tong: maar één papilla vallata
- Maag:
o Monogastricus verdeeld in twee stukken
▪ Aglandulaire voormaag (proventriculus)
▪ Slijsvliesplooi
▪ Glandulaire ventriculus
o Spiersfincters (cardia) zijn sterk:
dieren kunnen niet braken.
- Ceacum:
o Redelijk groot, maar is niet zo gespecialiseerd
zoals bij de lagomorphen.
o Apex: meer lymphoid weefsel, maar niet een
echte appendix
o Fermentatie (niet zo uitgedrukt)
- Geen galblaas aanwezig
- Pancreas: zeer diffuus
o Ductus pancreatici mondt uit samen met de ductus choledochus in de dunne darm
Ademhalingsstelsel
- Ethmoturbinalia: zijn heel belangrijk voor de thermoregulatie en de vochtbalans.
Vijftig procent zit vol met olfactorisch weefsel → ze zijn heel sterk in de reuk.
- Vomeronasaal systeem is aanwezig, blind eindigende buis tegen os vomer
- Alleen ademhaling via de neus
- Klier van steno: zoutklier: zoutconcentratie de reguleren in het lichaam, maar ook om de
zout concentratie in het neusslijm hoog te houden.
- Longen:
o Links geen lobben
o Rechts: craniaal, mediaal, caudaal en een accessoire lob.