Erfgoed
1. Theorie en praktijk
Spanning theorie-praktijk->
Theorie= intellectuele activiteiten Praktijk= Praktijk gerichte activiteiten
Architectuurtheorie= denkbare dimensie achter ons handelen als ontwerper.
--> Onze gedachten over architectuur meedelen, doen op verschillende manieren:
• Gesprek, lezing, dialoog, discussie= orale transmissie van architectuurtheorie.
• Publicatie in de vorm van artikel of boek= geschreven traditie van architectuurtheorie.
• Tekening= verduidelijkend element.
• Documentaire (film)
• Gebouw
Architectecturaal project haalt zijn autoriteit uit kracht van kwaliteit van onderliggende ‘denkbare
dimensie'. Onze denkbare dimensie wordt gekleurd door het wereldbeeld dat we hebben. Wat wij
als denkbare dimensie beschouwen gaat bijna altijd aan ons handelen vooraf. Denken voor
ontwerp.
Inhoud bewust veruitwendigen in vorm= Wereldbeeld/Ideologie/Visie--> Architectuur
Architectuur= ‘Denkbare dimensie van ons doen’
Le Corbusier --> Heropbouw frankrijk, sociale klassen inclusief
Adolf Loos --> Exclusieve groepjes, Andere
Albert Speer--> Nationaal socialisme, uberrasch eigen ras.
Ze hadden alle drie ander idee over wereld; andere architecturaal idee om vorm te geven aan de
inhoud ontwikkeld. De inhoud is gelijkwaardig.
Hun architectuur krijgt kracht door inhoudelijkheid.
Ze hebben allen hun eigen visie, inhoud idee.
, 5. Terminologie
Erfgoed= datgene aanduiden, wat men van de voorouders erft (nalatenschap). Het belang van
erfgoed wordt door maatschappij bepaald en gedragen. Erfgoed wordt toegekend aan zaken die
mensen waarderen, zich mee identificeren en willen bewaren voor toekomstige generaties. Als
fundament van een maatschappij werkt de materie ook toekomstgericht.
Erfgoed= een verzamelbegrip. Het staat voor alles wat we overerven van vorige generaties en wat
we bewaren waard vinden.
--> Categorisering
• Materieel erfgoed=
--> Waardevol cultureel erfgoed--> belang van erfgoed wordt door maatschappij gedragen
--> Niet waardevol erfgoed
--> Roerend Erfgoed= verplaatsbaar, niet grondgebonden (boeken, kleding, kunst)
--> Onroerend erfgoed= niet verplaatsbaar, grondgebonden (landschappen, sites, steden,
begraafplaatsen, monumenten, bouwwerken)
--> Cultuur- & natuurlandschap. Landbouwers die het land gecultiveerd hebben/aangeplant.
Zeldzaam-> Bv. Duinen Kokzijde/ de Kempen heide (zoals het landschap uniek is)
• Immaterieel erfgoed= niet tastbaar (Gewoontes, dialecten, muziek, verhalen, tradities)
--> Erfgoedbeleid
De categorisering speelt belangrijke rol inzake erfgoedbeleid.
Roerend en immaterieel erfgoed samen= cultureel erfgoed--> Het geeft de huidige generaties een
beeld van het verleden en kan bijdragen tot culturele identiteit.
Vlaanderen= cultureel-erfgoedgemeenschap.
Cultureel erfgoed & onroerend errfgoed hebben eigen minister, administratie, evenementen,
decreten, subsidiekanalen.
--> Cultureel ergoed= gemeenschapsmaterie= beleidsdomein Cultuur, Jeugd, Sport, Media
--> Onroerend erfgoed= gewestelijke materie= beleidsdomein Ruimtelijke Ordening, Wonen en
Onroerend Erfgoed (RWO).
--> Erfgoededucatie
=doelbewust leren over en dmv materiaal en immaterieel erfgoed via gerichte instructies. Kinderen
leren en ontwikkelen inlevingsvermogen en persoonlijk, cultureel en historisch bewustzijn.
• Situering=
Samenwerking tussen erfgoedsector en onderwijs. Komen tot historisch besef en respect
voor omgeving.
• Academische opleidingen in Vlaanderen=
1. Master in erfgoedstudies UA. 2. COnservation of monuments KULeuven.
--> Erfgoedzorg
, =zorg voor het erfgoed welke volgende handelingen omvat:
• Inventariseren=
Lijst opmaken van hetgeen men aantreft, methodologische aanpak.
Beoordeling van de erfgoedwaarde-->
13 erfgoedwaarden;
Archelogosiche, architecdturale, artistieke, culturele, esthetische, historische, industrieel-
archeologische, technische, ruimtelijk-structurerende, sociale, stedenbouwkundige,
volkskundige, wetenschappelijke waarde.
5 selectiecriteria; worden gebruikt om te wegen of onroerend goed wordt opgenomen in
inventaris. Minstens een criterium voldoen.
Zeldczaamheid, herkenbaarheid, representativiteit, ensemblewaarde, contextwaarde
• Beschermen=
Er zijn 2 groepen->
Lijst van 'voor bescherming vatbaar’ erfgoed (
Lijst van 'beschermd’ erfgoed.
Ergoed kan op verschillende manieren beschermd zijn->
--> Als Monument= sparen= een overblijfsel van het verleden dat van algemeen belang
wordt geacht om historische, wetenschappelijke, natuurkundige etc waarde.
(oorlogsmonumenten, natuurmonumenten, landschap etc. )
--> Als stads- & dorpsgezicht= groepering van een of meerdere monumenten met
omgevende bestanddelen (omheining, waterlopen, bruggen etc). Doet meestal het karakter
en waarde van monument tot recht komen.
--> Als archeologische site= afbakeningen van beschermde archelogische sites.
--> Als varend erfgoed= nautisch erfgoed= schepen, boten met inbegrip van uitrusting en
middelen
--> Als heraldisch erfgoed= wapenkunde, inbegrip van leer van familiewapens/schilden.
Beschermen heeft bepaalde repercussies->
De eigenaar van beschermd monument moet het goed onderhouden, nodige
instandhoudingswerken uitvoeren, geenszins te ontsieren, beschadigen of vernielen. (voor
restauraties kunnen subsidies worden toegekend).
• Onderhouden=
Het totaal van activiteiten met als doel het in aanvaardbare conditie houden of terubrengen
van gebouwen, teneinde de gevraagde mate van functionaliteit te borgen.
-> veiligheid (behodt voor lichamelijke schade)
-> gezondheid (niet conflict met gezondheid mens en milieu)
-> bruikbaarheid (helpt met bepaalde activiteit)
-> comfort (mate behodt voor onprettig gevoel)
-> duurzaamheid (mate waarin behodt voor onnodige inzet van mankracht uitputting
stoffen)
-> uitstraling (schoonheid)
• In stand houden= bewaren, handhaven ,onderhouden, cultiveren
• Consolideren=
voorwerp langer houdbaar maken in toestand die de oorspronklijke (authentieke) toestand
van het voorwerp zo dicht mogelijk benadert, inclusief bestaande beschadigingen en al
opgetreden degradatie. GEEN POGING TOT EERDER BESCHADIGD OF VERDWENEN DELEN
VERVANGEN/REPAREREN.
-> Spanningsvelden--->