Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst C week minor high care volwassenen €8,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Begrippenlijst C week minor high care volwassenen

 35 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Alle informatie die je nodig hebt met betrekking tot haemodynamiek, shock, nieren en het hart!

Aperçu 3 sur 27  pages

  • 11 janvier 2023
  • 27
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
Begrippenlijst C
Fysiologie hemodynamiek
Functie cardiovasculaire systeem
 Doel cardiovasculaire systeem  optimale weefseloxygenatie.
 Functie cardiovasculaire system  het cardiovasculair systeem zorgt voor het transport van
zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen via het bloed door het hele lichaam. De organen en
weefsels in het lichaam moeten van zuurstof en voedingsstoffen worden voorzien, terwijl
afvalstoffen juist uit het lichaam moeten worden uitgescheiden.

Adequate weefselperfusie
 Zuurstoftransport  zuurstof wordt in het bloed vervoerd gebonden aan hemoglobine. Omdat
zuurstof slecht in het bloed oplost, wordt op deze manier een zeer kleine hoeveelheid
vervoerd.
 Zuurstofaanbod (DO2)  de hoeveelheid zuurstof wat aangeleverd wordt naar de weefsels
(normaal = 950-1150 ml O2/min). Waarden < 400 ml/min betekenen een ernstig O2-tekort.
Normaliter wordt 25% door de weefsels verbruikt.
 Zuurstof extractie (O2E)  de hoeveelheid zuurstof er wordt onttrokken door weefsels. De
weefsels contraheren 25-30% zuurstof uit het arteriële bloed.
 Zuurstofverbruik (VO2)  de hoeveelheid zuurstof dat opgenomen wordt door de weefsels
(normaal = 200-250 ml O2/min).
 Voorwaarden weefseloxygenatie
o O2 sat >90%, Hb >6 mmol/l, C.O >4 ltr /min
o Aeroob: O2 + glucose -> 38 mmol ATP + CO2 (uit 1 mmol glucose)
o Anaeroob: 2mmol ATP + lactaat uit 1 mmol glucose

Invloed cardiovasculair systeem op de weefselperfusie
Bloedvolume  het bloedvolume geeft de hoeveelheid bloed in een lichaam weer. Zowel rode
bloedcellen als bloedplasma worden meegerekend.
De hoeveelheid bloed in het menselijk lichaam is 7% van het lichaamsgewicht, en dit bestaat
weer voor ongeveer de helft uit water. Gemiddeld heeft een volwassen vrouw 4,5 liter bloed en
een volwassen man 5,6 liter bloed in het lichaam. Vrouwen hebben over het algemeen minder
bloed dan mannen. Het bloedvolume wordt geregeld door de nieren.

Pompwerking hart
 Passieve vulling atria  op het tijdstip van rust zijn de wanden ontspannen is de druk overal in
het hart heel laag (diastole). Hierdoor heeft het hart een zuigende werking (door negatieve
druk) en kan er bloed instromen.
 De hartkleppen zijn gedeeltelijk open, zodat het bloed vanuit de boezems ook al in de kamers
terechtkomt. De halvemaanvormige kleppen in de slagaders zijn dicht. De kleppen vallen
tegen elkaar aan en sluiten de opening naar de kamers af. Het dichtvallen van de kleppen
veroorzaakt een korte, heldere (eerste) harttoon.
 ‘Atrial kick’  de sinusknoop wekt een prikkel op die een fractie van een seconde later de
beide boezems doet samentrekken. Dit is de boezemsystole (inspanning). Door de
samentrekking worden de holle aders en longaders dichtgeknepen en wordt het bloed de
kamers in gestuwd.
Door de stuwing worden de hartkleppen meer opengeduwd: ze klappen naar beneden toe. De
kamers zijn nu maximaal gevuld.
 Isovolumetrische contractie ventrikel  de ventrikel contraheert, de druk in de ventrikel stijgt
maar is nog niet hoog genoeg om de kleppen te doen opengaan; in deze fase verandert het
volume binnen de ventrikel niet, vandaar isovolumetrische fase.
 Ejectiefase ventrikel  de druk in de ventrikels is zo hoog geworden dat de kleppen opengaan
en bloed in de aorta of A. Pulmonalis wordt uitgepompt.
 Relaxatiefase ventrikel  de ventrikelwand verslapt, de druk daalt weer zodat de kleppen
sluiten. Tijdens de verdere drukdaling zijn de kleppen gesloten, vandaar isovolumetrische fase.
 Passieve vulling  de druk in de ventrikels is zo laag geworden dat de A-V kleppen opengaan.
Vanuit de atria worden de ventrikels gevuld in drie fasen

, o Rapid filling phase  hierin vindt 60 à 70% van de totale vulling plaats (het bloed had zich,
in de voorafgaande fasen in de atria opgehoopt).
o Diastasis  langzame verdere vulling.
o Atriumcontractie (atrial kick)  versnelling in de vulling. Dit levert de laatste 15 à 20% van
de vulling.

Een arterieel vaatbed  de verdeling van de bloedstroom uit het hart naar het capillaire vaatbed
in de organen. De bloedstroom is afhankelijk van de cardiac output en van de weerstand in het
arteriële vaatbed (afterload), waarbij de kleinere arteriën (arteriolen) de belangrijkste weerstand
factor vormen.
Een capillair vaatbed  (mircocirculatie) de arteriolen, de precapillairen en de capillairen, samen
met de venulen. Spelen een belangrijke rol bij de regulering van het milieu interne.
Een veneus systeem  het veneuze systeem functioneert als reservoir en bevat ongeveer 75%
van het normale bloedvolume. Het heeft een regulerende functie ten aanzien van het circulerend
bloedvolume afhankelijk van de grootte van de veneuze terugvloed naar het hart.
Een toename van de grootte van het veneuze reservoir leidt tot een verminderde terugstroom van
het bloed naar het hart. Hierdoor een verminderde preload, een kleiner slagvolume dus een lagere
cardiac output.

Hartcyclus
Diastolische fase  De relaxatie fase, die diastole wordt genoemd, bestaat uit een
isovolumetrische relaxatie waarbij de druk in het linkerventrikel daalt totdat de druk in het
linkeratrium hoger is dan in het linkerventrikel en de mitralisklep opengaat. Op dat moment
begint de diastolische vullingsfase, waarbij het bloed passief in het linkerventrikel stroomt. Aan
het eind van deze vullingsfase kan door de atrium contractie nog actief bloed verplaatst worden
naar het linkerventrikel. Dit laatste is vooral van belang bij een verhoogde eind diastolische druk
in het linkerventrikel als dit ventrikel slecht functioneert.
 Factoren waardoor het hart passief vult  door de zuigwerking van het hart en de perifere
veneuze druk (er heerst een onderdruk).
 Einddiastolisch volume  de hoeveelheid bloed in de ventrikel aan het eind van de diastole
wordt het einddiastolisch volume (EDV) genoemd (normaal 120-140 ml/slag).

Systolische fase  de contractiefase, die systole wordt genoemd, bestaat uit een isovolumetrische
contractie waarbij de druk in de linkerventrikel wordt opgebouwd totdat deze hoog genoeg is om
de aortaklep te openen. Daarna begint de systolische ejectie fase waarin het bloed daadwerkelijk
wordt uitgepompt in de aorta.
 Eindsystolisch volume  het bloedvolume in de ventrikels na afloop van de ventrikelejectie
(normaal 40 ml/slag).

Slagvolume  volume dat in één hartslag wordt uitgepompt.
 Factoren die slagvolume verhogen en verlagen
o Stijging/daling preload = stijging/daling slagvolume.
o Stijging/daling afterload = daling/stijging slagvolume.
o Stijging/daling contractiliteit = stijging/daling slagvolume.

Ejectiefractie  het percentage bloed van het einddiastolisch volume dat in één slag wordt
uitgepompt.
 Normaal ejectfractie  RV 50% en LV 70%.
 Betekenis van een verlaagd ejectiefractie  bij een verlaagde ejectiefractie wordt er te weinig
volume vanuit de ventrikels het lichaam in gepompt.

Cardiac Output (bloedflow)  het volume dat het hart in één minuut uitpompt.
 CO = slagvolume x sl/min.
 SV = preload x contractiliteit x afterload.
 Gevolgen voor CO bij
o Bradycardie  langere vullingstijd, groter slagvolume. Ook juist ontoereikende circulatie.
Door traag ritme zal CO dalen.
o Tachycardie  kortere vullingstijd, kleiner slagvolume. HF >150 verlaagd slagvolume en
CO. Hogere zuurstofbehoefte, minder tijd coronaire perfusie.

, o Atriumfibrilleren  de ventrikels zullen zich passief vullen tot 60-70%. Echter mis je de
arterial kick dus zullen de ventrikels niet volledig vullen dus zal de CO afnemen.

CO wordt bepaald door
Preload  de voorbelasting van het hart, gemiddelde wandspanning op het einde van de diastole
(LV). Volume aan het einde van de vullingsfase.
 Frank-Starling mechanisme  de relatie tussen de einddiastolische druk in de linkerventrikel
en de grootte van het slagvolume. De preload wordt bepaald door het einddiastolische volume
van de ventrikels. Een toename van preload betekent een toename van de contractiekracht
van de hartspier dus een toename van het slagvolume en dus een toename van de caridac
output.
 Parameters/bepaling voor bewaken preload/vullingstoetand
o CVD  centraal veneuze druk (de druk in het rechterventrikel).
o Fluidchallange  in korte tijd veel vulling geven om bloeddruk en dus ook preload toe
te laten nemen.

 Beïnvloeding preload
o Diuretica  verlaagd de preload omdat er volume wordt onttrokken.
o Infusievloeistoffen  verhoogd de preload omdat er volume wordt toegevoegd.

Afterload  de nabelasting van het hart, gemiddelde wandspanning tijdens de systole (LV). De
druk waartegen het hart moet uitpompen.
 SVR (Systemic Vasculair Resistance)  perifere weerstand in het arteriële vaatbed. SVR is
afhankelijk van diameter vat, compliantie van de systemische circulatie en de bloedviscositeit
en hematocriet.
 PVR (Pulmonary Vasculair Resistance)  perifere weerstand in het longvaatbed.
 Regulatie perifeer vasculair systeem
o Toename van afterload
- Dunne wand gedilateerde ventrikel.
- Aortastenose.
- Hoge SVR.

o Afname afterload
- Ventrikel hypertrofie.
- Afname druk in ventrikel.

o Beïnvloeding afterload
- Vasodilatoren (nitroglycerine)  verlagen afterload.

Contractiliteit (hartspierkracht)  het vermogen van de hartspier om samen te trekken. Dit is
onafhankelijk van de preload en afterload.
 Voorwaarden optimale pompfunctie  onbeschadigd myocard, goed functionerende kleppen,
gave coronair arteriën en een onbelemmerde prikkelgeleiding.
 Factoren die contractiliteit verhogen  toedienen van bètareceptor stimulerende stof
(adrenaline) = positief inotropie.
 Factoren de contractiliteit verlagen  zuurstofgebrek en stoffen die de instroom van calcium
remmen of de bètareceptor blokkeren.
 Hypertrofie  hartwand wordt dikker door toename aantal myofibrillen. Dat wordt
gecompenseerd door drukbelasting. De verdikking maakt dat de vezels krachtiger kunnen
contraheren.
 Dilatatie  hartholte wordt wijder door verlenging van hartspiercellen. Dat wordt
gecompenseerd door volumebelasting. De verlenging van de spiervezels, maakt dat deze
verder kunnen verkorten, zodat er meer bloed kan worden uitgepompt.
 Beïnvloeding contractiliteit
o Inotrope middelen
- Digitalis.
- Nor- epinepherine.
- Dobutamine.
- Dopamine.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur liekekoenen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,49
  • (0)
  Ajouter