Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Alle notities beleidsthema's in de jeugdhulp €5,49   Ajouter au panier

Notes de cours

Alle notities beleidsthema's in de jeugdhulp

 0 vue  0 fois vendu

Alle notities van de lessen samen gevoegd als samenvatting. Ik leerde dit door deze notities langs de powerpoint te leggen en ik haalde een 14/20!

Aperçu 4 sur 50  pages

  • 11 janvier 2023
  • 50
  • 2020/2021
  • Notes de cours
  • Katrien
  • Toutes les classes
Tous les documents sur ce sujet (16)
avatar-seller
LenaCoe
Beleidsthema’s in de jeugdhulp




1. Hoorcollege 1
 Er is geen cursus van
 Micro: hulpverlener en jongeren
 Meso: organisaties
 Macro: politiek, wetgeving, justitie, onze ideeën
 Druppels: alles wat er vanboven gebeurd beïnvloed meso en macro
 Er zijn 2 delen met ongeveer 6 hoorcolleges
 Deel 1: economische stelsels, welvaart & welzijn, statstructuur & actoren van het
beleid,…
 Deel 2: vermaatschappelijking, aanbod naar vraaggestuurde zorg, vermarkting,
digitalisering, preventie, overgang van minder naar meerderjarigheid
 3 sp
 Examen = schriftelijk met open, invul en openvragen

DEEL 1: BREDERE CONTEXT

LES 1

1. Inleiding
 Breed maatschappelijke (macro)
 Organisationele niveau (meso)
 Individuele niveau, gezin, hulpverlener (micro)
 Macro + meso + micro = sociale context
 Het is eigenlijk 1 groot geheel waarin we kleine stukjes kunnen onderscheiden µ
 De wetenschappelijke term de sociale context of het sociale is niet hetzelfde als het
sociale zijn uit het dagelijks taalgebruik
 Wetenschappelijke term: Som van alle) gedrag gericht op anderen (sociaal handelen)
Kan dus ook ‘negatief’ zijn. Bv. drugsbendes gooien granaat naar woning (zie
actualiteit Antwerpen) Bv. vluchtmisdrijf in het verkeer (zie actualiteit ong. 5000 per
jaar) dit is gericht op andere mensen en is dus in wetenschappelijke zin sociaal
 Dagelijks taalgebruik sociaal: Persoonlijkheidskenmerk individu, bij mensen, Goed met
mensen, Houdt rekening met anderen, Zet zich belangeloos in voor anderen
 Zie dia 7
 Beleid

1

, - De manier waarop je zaken aanpakt
- Regels, maatregelen en handelswijzen die ervoor zorgen dat bepaalde
doelstellingen worden bereikt
- Vb. Corona-pandemie indijken => coronabeleid
- Vb. Leerachterstand kwetsbare jongeren inhalen => onderwijsbeleid
- Een beleid uitstippelen, een beleid maken, een beleid uitvoeren, een beleid
beïnvloeden,…
- Beleid is dus: keuzes maken: kiezen uit doelstellingen, kiezen uit manieren van
aanpakken, rekening houden met ongewenste gevolgen
- Beleid kan ook uitgevoerd worden op microniveau bv: thuis een beleid maken
voor wie wanneer de afwasmachine moet leegmaken
- Beleid op mesoniveau: organisatie hangt vast aan een christelijke zuil
- Beleid op macroniveau: minister heeft 9 miljoen euro vrijgemaakt om
leerachterstand door corona op te lossen
 Jeugdhulp
- Definitie
- Ondersteuning van, en het hulp en zorg bieden aan,
- jeugdigen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt (…) en hun ouders
- bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van
- of omgaan met de gevolgen van
- psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen,
gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, of
opvoedingsproblemen van ouders
- Met het oog op het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk
verkeer
- en van het zelfstandig functioneren
- van deze jeugdigen (…)
 Jeugdhulpbeleid
- De manier waarop de zaken worden geregeld door de actoren in het
jeugdhulpwerk om de doelstellingen van de jeugdhulp te bereiken
- Niet vanbuiten kennen maar wel iets kunnen geven wat op hetzelfde neerkomt

2. Economie
 Economie wordt toegevoegd als dimensie aan schema van het sociale
 Economie overspant de verschillende niveaus
 Voorbeeld 1: je bent zorgleerkracht aan een lagere school ,je merkt dat er een aantal
kinderen zijn met ADHD. Je wil een ADHD kid aankopen. Hoe ga je te werk?
 Je gaat dan contact opnemen met de directie die dan gaan kijken naar het beleid van de
lagere school. Ze kunnen verschillend reageren: ja, nee niet ons beleid (bv is maar voor
enkele kinderen en we willen liever een kid die voor iedereen is), ja maar geen geld 
hier is dus de link met economie
 Publieke middelen: dat zijn gelden van de overheid, hierover later meer (alle soorten
belastingen samen)
 Helemaal vanboven zit de economie, hier zit het geld, dit gaat naar de regering en hier
wordt beslist hoeveel de scholen krijgen, zo naar de scholen, directies,
… (zei foto)




2

,  Stel dat de school het laatste zegt, ja maar er is geen geld. Dan is privé geld ook nog
een oplossing. Bijvoorbeeld: gemeente, ouderraad, sponsors, eetfestijnen, verkoop,

 Maar die sponsors en ouders en zo verder halen hun geld ook ergens vandaan  door
ondernemingen en arbeidsmarkt (deze maken deel uit van de economie)
 Voorbeeld 2: vlaamse regering maakt 9 miljoen euro vrij voor corona-leerachterstand
weg te werken
 Die 9 miljoen komt uit de economie ,hier wordt nu een beleid gemaakt, scholen moet
hier dan om vragen, eigenlijk zijn dit dus subsidies, subsidies zijn publieke middelen
 Eigenlijk hetzelfde voorbeeld als de regering geld heeft vrijgemaakt voor
jeugdorganisaties en dat de gemeente dat aan de Chiro geeft
 Kortom
- Deze voorbeelden laten zien dat beleid = KEUZES MAKEN
- Welke noden/problemen/doelstellingen hebben we?
- Hoe gaan we daaraan tegemoet komen?
- Bijna altijd is daar GELD voor nodig
- Herkomst geld (voor beleid)?
- Grootste deel = publieke middelen (BELASTINGEN)
- Herkomst belastingen?
- Lonen, bedrijfswinsten, consumptie etc… (INKOMSTEN)
- Herkomst inkomen (rijkdom, welvaart)?
- Economie !
 Dit is dus de hele link tussen een beleid maken en de economie (want keuzes maken is
beleid maken waarvoor meestal geld nodig voor heb)

LES 2

 Dia 6 - 15 herhaling van vorige les
 Maatschappij = samenleving! Ze bedoel hiermee hetzelfde, het sociale of de sociale
context is ook hetzelfde
 Sociale = alle handelingen die mensen doen met andere mensen, kan ook negatief zijn
 Er bestaan 3 manieren om te kijken naar de samenleving: micro meso macro  zie dia
8
 De hulpverlener staat op micro niveau
 Dit moeten we echt heel goed weten
 Rijkdom = welvaart

1. Wat is economie?
 Begroting = geld dat nodig is om te kunnen regeren
 Gat in begroting is er omdat wij vinden dat er een gat is, geld wordt opgemaakt maar
er is eigenlijk nooit genoeg
 Het gat is er eigenlijk omdat we veel doelen hebben (sociale zekerheid ect)
 Back to basics: levende wezens willen van nature overleven, voldoen aan
basisbehoefte om te kunnen overleven
 Voldoen aan basisbehoefte gaat niet vanzelf, je moet er iets voor doen
 Oorsprong = neolithische revolutie  startlandbouw en veeteelt bv: graan
verbouwen, geiten fokken
 Verschil met jagers – verzamelaars: nu productie  natuur actief bewerken


3

,  De mens begint te produceren zonder veel ambitie, gewoon om te doen aan zijn eigen
basisbehoefte
 Maar al snel: productieoverschotten (hersenen evolueren en maken dingen om het
werk gemakkelijker te maken)
 Ze gaan nu productieoverschotten ruilen bv: graan ruilen voor appelen
 (je kon toen dingen veel minder lang bewaren als nu)
 Maar ruilsysteem stoot op zijn beperkingen
- A heeft graan teveel en wil appelen in ruil,
- B heeft appelen maar heeft geen graan nodig
- B heeft melk nodig maar A heeft geen melk op overschot
- C heeft wel melk op overschot: hopelijk heeft hij nood aan graan?
 Soms ruilen via grote omweg: arbeidsintensief (het vraagt veel werk)
 Onzeker: je weet nooit zeker of er iemand is je jou overschot nodig hebt
 Nood aan universeel ruilmiddel  ontstaan van bijzonder goed: GELD
 Vanaf dan: ruil verbreden, systematiseren, steeds meer tussenpersonen  ontstaan
markten
 Markt = plek waar je iets kan kopen of iets kan verkopen aan een bepaalde prijs
 Levert winst op voor de verkoper = producent (meestal organisatie, bedrijf,
onderneming, zelfstandige,…)
 Kost iets aan koper = consument (Meestal individu of gezinnen)
 Nu nog een moderne markt maar ook minder letterlijk markt zoals zara, C&A, zalando
 dit is de markt voor kleding
 Je hebt bv ook een markt voor oudere zorg: rustoord ,serviceflats, wit-gelekruis,…
 Een speciale markt: de arbeidsmarkt
- Alle plaatsen waar betaald werk wordt verricht
- Arbeid (werk) wordt geleverd door werknemers (individuen)
- Kost iets wat ondernemingen
- Winst voor individuen/gezinnen = loon
- Met dit loon kan je iets kopen op een ander markt (consument)
 Wat is dus een markt?




 Een directeur van een school is eigenlijk werknemer er werkgever
 Wat is het belang van markten voor de economie  markten vormen essentie van
economie  economie = verzameling van markten  “de markt”




4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur LenaCoe. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49
  • (0)
  Ajouter