DEEL MARIJKE DE WINTER – VITALE PARAMETERS
1. VITALE FUCNTIES EN VITALE PARAMETERS
1.1. VITALE FUNCTIES
- Fucntie uitval/ stoornissen is levenbedreigend = ABC (ademhaling, bwz, circulatie)
- Fucnties gereguleerd ddor CZS = bloeddrukcirculatie, ademhaling, lichaamstemp.
-
1.2. VITALE PARAMETERS
Een vitale parameter = is een veranderlijke grootheid en wordt uitgedrukt in eenheden
1.2.1. SOORTEN
1) Lichaamstemperatuur - thermie
2) Pols - cardie
3) Bloeddruk - tensie
4) Ademhaling en saturatie – pneu - oxie
5) Bewustzijn
6) (pijn)
1.2.2. VITALE PARAMTER OUDEREN/ VOLWASSENEN/ SAMENVATTENDE TABEL WAARDEN
1
,1.2.3. BELANG
Curciaal om vroegtijdig een mogelijke achteruitgang van de toestand van de zorgvrager te herkennen
en vroetijdig te handelen
EWS = Early Warning Score) – socore gebasseerd op hartslag – bloeddruk – adhemhalingsfrequentie –
beuwtszijn – temp – saturatie
➔ Later is er pas diurese en zuurtofsaturatie aan toegevoegd = MEWS = Modiefied Early Warning
System
1.2.4. B1-HANDELING
B1-handeling = verpleegkudnige handeling waar geen voorschrift van de arts voor nodig is = PM
2. LICHAAMSTERMEPERATUUR
2.1. KERN EN SCHIL
Lichaamstemp is een afspiegeling van de warmte-inhoud van het lichaam
Wordt uitgedrukt in: Celcius - °C
INTERNE KERN: Buik, borst en shedleholte (= organen, hersenen en het ruggenmerg
Lichaam is
= kerntemperatuur = lichaamstemperatuur
homioterm
EXTERNE KERN: de huid, temp kan daar variëren afhankelijk van omgeving - schiltemperatuur
Verschil tussen kerntemperatuur en schiltemperatuur = deltamperatuur (5-6°C)
Hoge deltatemperatuur: lage huiddoorbloeding -> bleke en koude huid
Lage deltatemperatuur: hoge huiddoorbloeding -> rode en warme huid
2.2. THERMOREGULATIESYSTEEM
THERMOREGULATIE = temperatuur moet constant gehouden worden – homeostatische functie lichaam
= thermosensoren huid -> signaal via afferente (opklimmende) banen naar
hersennen -> hypothalamus vergelijkt T met ‘set point’ (37°C) of referentiewaarden &
werkt als thermostaat: geeft impulsen tot thermoregulatie om lichaamsT naar deze
referentiewaarden te brengen (homeostase)
2.2.1. SITUATIE 1: DALING VAN LICHAAMSTEMPERATUUR
Warmte productie = thermogenese
- Spieractiviteit : rillen, klappertanden, …
- Metablisem verhogen
Warmte verlies
- Gedrag aanpassen
- Vasoconstrictie bloedvaten in de huis
- Pilo-erectie donshaartsjes
2
,2.2.2. SITUATIE 2: STIJGING VAN LICHAAMSTEMPERATUUR
Warmte verlies
- Vasodilatatie in de huid
- Transpiratie
- Gedrag
Bewust afremmen van thermogenese
- Fysieke activiteit
- Voedselinname
Warmteverlies via huis gaat op 4 manieren:
1) Straling of radiatie
Het lichaam straalt voortdurend warmte uit, als omgeving koeler is dan huid
2) Verdamping
Transpiratie (vloeistaf naar gasvorm)
3) Geleiding
Warmteoevrdracht tussen 2 lichamen die in conatct staan met elkaar (coldpack)
4) Stroming of convectie
Overdracht/transport van warmte binnen een gas of vloeistof om temp te stabiliseren
2.3. METEN VAN LICHAAMSTEMPERATUUR
2.3.1. RECTALE METING
= in de anus
2.3.2. ORAAL
= Sublinguaal = onder de tong
2.3.3. AXILLAIR
= onder de oksel
2.3.4. TYMPANISCH OF AURAAL
= in het oor
2.3.5. SLAAPTEMPERATUUR
= contactvrij indraroodthermometer bij de a. temporalis superfacialis
2.3.6. OVERIGE
Sondes voor continue regristratie van de temp of wegwerpthermometer
2.4. NORMAALWAARDEN
Grote variatie! Tussen idnividuen, binnen zelfde individu, in verschillende bronnen, kinderen, ouderen, …
➔ Uitgangswaarde is belangerijk
Temp -> iets lager in de ochtend, in de NM het hoogst
2.4.1. VOLWASSENEN
Ernstige hypothermie <30°C
Matige hypothermie 30°C-33,9°C
Excitatiefase 34°C-36,4°C
Normale waarden 36,5°C-37,5°C
Verhoging = subfebriel = subfebris 37,6°C-37,9°C
Koorts = pyrexie = febris = > 38°C
Hyperpyrexie >40 à 41°C (=hoge koorts)
Hyperthermie = > 41°C (=geen koorts)
2.4.2. KINDEREN
- Lichaamstemp varieert tussen de 36°C en 38°C
- Koortsconvulsies = stuipen bij kids
2.4.3. OUDEREN
Normale lichaamstemp. varieert tussen de 36°C en 37°C – kan mogelijks dalen tot 35°C
3
, 2.5. KOORTS
Sprake van koorts als lichaamstemp = > 38°C
(endogene) pyrogenen = koorstverwekkende stoffen
prostaglandines
ONSTAAN VAN KOORTS
= tijdelijke (!) stijging van het setpoint in de hypothalamus waardoor de kerntemp. verhoogt
2.5.1. KOORTSAANVAL (= 3 FASEN)
Eerste fase = koude rillingen Tweede fase = plateaufase Derde fase = de crisis of
koortsdaling
= set point = plateaufase = setpoint
- Lichaam produceert - Constante temp op het - Koorts daalt tot
extra warmte (koude nieuwe hoge niveau normale T-waarde
rillingen) - Warmteafgifte (zweten,
- Wamtebehoud vasodilatattie)
(=vasoconstrictie)
- 10-40 min
2.5.2. KOORTSPATRONEN
- Intermitterende koorts: hoge koortspieken als normale temp. waarden
ZV: koude rillingen, uitgeput (viruelentie, zinectieziekte, tuberculose)
- Aanvalsgewiijze koorts: temp. stijgt en daalt maar minder extreem, kert niet terug tot normaal
waarden (bv. urineweginfectie, malaria)
- Relaplsing koorts: temp. paar dagen normaal en dan tot hoge waarden (ziekte van Hodgkin)
- Continue koorts: meer dan 24u blijvend hoge temp. (vercshil niet meer dan 1°C – 2°C)
Stoornis van CZS, wondinfectie, reactie op bloedtransfusie, …
2.5.3. SYMPTOMEN VAN KOORTS
Meest voorkomende symptomen:
- Transpiratie over het gehele lichaamsoppervlak
- He lichaam die wamr aan voelt
- Transpiratie
- Rillingen, schudden, klappertanden en huiveren
- Rood gezicht
- Afwisselend koude en warm
- Tachycardie en tachypneu
- Uitgeput, slaperig, lamachtig, futloos, …
- Uitgedroogde lippen en huid
- Dorstgevoel
- Extreem: colvulsies (bij kinderen) en delirium (bij volwassenen)
2.5.4. BEHANDELING
- Koort is vaak zelf-limiterend
- Nuttige reacties: lichaam kan zelf adequaat reageren
- Virale infecties: 5 à 7 dagen rusten
- Sporten kan na twee dagen koortsvrij
2.5.5. COMPLICATIES
- Snelle en heel hoge T-stijging
o Stuipen (kind)
o Derlirium (volw)
- Uitputting
- Afhankelijk van onderliggend eaandoeningen & conditite
- Van zodra T > 42°C: stoornissen in belangerijke proccesen
- Antipyretica = koortsbijstrijdende geneesmiddelen (paracetamol, dafalgan, perdolan, …)
o Verlagen synthese prostaglandines
▪ Set point wordt tijdelijk verlaagd
• Symptoombestrijding: verlaagt hoofdpijn, lamlednigheid
4