Samenvatting De kern van het ondernemingsrecht - Ondernemingsrecht
duurzaam ondernemen onderdeel ondernemingsrecht antwoorden van de vragen uit het boek
De kern van het ondernemingsrecht SAMENGEVAT
Tout pour ce livre (57)
École, étude et sujet
Open Universiteit (OU)
Rechtsgeleerdheid
Ondernemingsrecht
Tous les documents sur ce sujet (10)
Vendeur
S'abonner
AnouschkaJ
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting Ondernemingsrecht
Leereenheid 1. Hoofdstuk 1; ondernemingsvormen
Het ondernemingsrecht regelt 3 onderwerpen:
1. de juridische organisatie en inrichting; hoe steekt de interne structuur in elkaar?
2. de vertegenwoordiging; wie mogen en kunnen transacties afsluiten?
3. de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid
De onderwerpen verschillen naargelang de rechtsvorm.
Ondernemingen zijn gericht op winst; het behalen van economische voordelen.
1.1 B.V.: de besloten vennootschap
Niet alle BV’s zijn opgericht om een onderneming in stand te houden, sommige worden gebruikt om
op fiscaal voordeligere wijze een pensioen op te bouwen.
2:175: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid is een rechtspersoon met een in een
of meer overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal.
- Men kan slechts in een b.v. participeren via een aandeel in haar kapitaal =
kapitaalvennootschap.
- Er dient bij oprichting in ieder geval één aandeel te worden uitgegeven, nominale bedrag per
aandeel kan al vanaf 1,- euro.
- De eenpersoons-bv is een legaal verschijnsel; als alle aandelen in handen zijn van één
aandeelhouder.
Functies aandeel:
1. Middel om vermogen aan te trekken; aandeelhouder brengt vermogen in de bv, hij verkrijgt als
tegenprestatie van de bv een of meer aandelen.
- De inbrengverplichting houdt in dat de aandeelhouder vermogen aan de BV ter beschikking
moet stellen ter grootte van het nominale bedrag waarvoor hij aandelen neemt. De statuten
vermelden hoe hoog dit nominale bedrag voor een bepaalde soort aandelen is.
2. Zeggenschapsfunctie: aan het aandeel is stemrecht in de aandeelhoudersvergadering
verboden (2:228).
- Ieder aandeel levert één stem op.
- Hoe meer aandelen iemand houdt, des te machtiger hij in de aandeelhoudersvergadering is.
- De statuten kunnen anders regelen (artikel 2:228 lid 4).
3. Winstverdelingsfunctie: ieder aandeel geeft recht op een gedeelte van de winst (2:216)
- Afwijkingen zijn mogelijk (2:216 lid 6 en 7).
4. Het is voor de aandeelhouder een vermogensobject, omdat het voor overdracht vatbaar is.
Beslotenheid bv: houdt in dat de door haar uitgegeven aandelen op naam staan en overdracht ervan
in beginsel niet vrijelijk kan plaatsvinden.
- Een aandeelhouder die zijn aandelen wil overdragen dient dit aan de medeaandeelhouders
aan te bieden (2:195 lid 1).
- De wet bepaalt binnen welke grenzen de vrije overdraagbaarheid in de statuten beperkt kan
worden = blokkeringsregelingen.
- Blokkeringsregelingen hebben tot gevolg dat aandelen niet zomaar vrij verhandelbaar zijn.
- Overdracht van aandelen kan alleen door een notariële akte.
- Alle aandeelhouders dienen te worden opgenomen in een register (2:194).
Aansprakelijkheid bv: aandeelhouders zijn niet persoonlijk aansprakelijk voor hetgeen in naam van de
vennootschap wordt verricht en zijn niet gehouden boven het bedrag dat op zijn aandelen behoort te
worden gestort in de verliezen van de vennootschap bij te dragen (2:175).
- Gaat de bv failliet dan kunnen schuldeisers van de bv dus onbetaald blijven.
- Uitzondering: bestuurdersaansprakelijkheid (hoofdstuk 7.6).
Toepasselijke wetsbepalingen:
- Bv-bepalingen (2:175-274)
- Algemene bepalingen (2:1-25)
- Bijzondere wetten
- Statuten: door oprichters/aandeelhouders zelf opgestelde regels (2:177 en 2:180).
, - Burgerlijke recht
- Unierecht
1.2 N.V.: de naamloze vennootschap
De naamloze vennootschap is vooral geschikt voor grote ondernemingen, nu het minimumkapitaal op
45.000,- ligt (2:67 lid 2).
De nv kent een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal (2:64), hiermee verschilt het van de bv;
bij de bv is het maatschappelijke kapitaal facultief en kan het volstaan met de uitgifte van één aandeel.
- Het is een kapitaalassociatie: het aandeel vervult bij een nv dezelfde functies als bij een bv.
Bij een nv behoeven de aandelen niet op naam te luiden.
- Nadeel de nv weet niet wie haar aandeelhouders zijn.
- Een nv mag wel aandelen op naam geven, er moet dan een register worden bijgehouden
(2:82 en 2:85).
- Oprichting geschiedt door een notariële akte.
1.3 de maatschap en de vennootschap onder firma
Maatschap: een obligatoire, wederkerige overeenkomt tot samenwerking van twee of meer personen.
- Vormvrij
- Geregeld in artikel 7A:1655-1688.
- De maatschap strekt tot een actieve samenwerking van de maten die erop is gericht om door
middel van hun inbreng voor gemeenschappelijke rekening voordeel te behalen dat aan hen
allen ten goede komt (bv. advocaten of chirurgen).
- Iedere vennoot is gehouden om iets in te brengen.
- Maatschappen worden gebruikt voor de gezamenlijke uitoefening van het beroep; persoonlijke
dienstverrichting (advocaat, medicus, notaris). Er is een zekere mate van vertrouwelijkheid.
- Beroepsuitoefening van een maatschap kan stil plaatsvinden; naar buiten toe blijkt niets van
een gezamenlijke uitoefening. De stille maatschap hoeft niet In het handelsregister te worden
ingeschreven.
- Beroepsuitoefening kan ook openbaar plaatsvinden: uitoefening van een beroep die voor
derden op een kenbare wijze, onder een gemeenschappelijke naam, wordt uitgeoefend.
- Verschil tussen stil en openbaar is van belang omdat voor de gezamenlijke bedrijfsuitoefening
onder gemeenschappelijke naam als gevolg van het wettelijke regime voor de vof strengere
aansprakelijkheidsregels gelden dan voor de beroepsuitoefening.
Als een maatschap onder gemeenschappelijke naam een onderneming of een bedrijf uitoefent, gelden
voor haar art 7A:1655-1688 en art 16-34K. De maatschap is dan een VOF.
- voor bedrijvigheid, loodgieters of schildersbedrijven, is de VOF een gebruikte rechtsvorm.
Samenwerkingsvereiste maatschap en vof: de vennoten dienen op voet van gelijkheid samen te
werken. De ene vennoot mag niet in een positie van ondergeschiktheid verkeren ten opzichte van een
andere vennoot.
- Het vennootschapscontract heeft een bijzonder karakter: veronderstelt een duurzame relatie.
- De maatschap en de vof zijn dus personenassociaties: je sluit een
vennootschapsovereenkomst niet met iedereen af.
Soms sluiten de aandeelhouders een samenwerkingsovereenkomst die bijvoorbeeld verplicht tot de
vaststelling van een gezamenlijk beleid op het gebied van de financiering van de BV en in verband
daarmee op het gebied van investeringen = joint venture.
Toepasselijke wetsbepalingen
- Omdat er sprake is van een contract, zijn ook de regels van boek 6 en 3 van toepassing.
,Verschillen maatschap en vof:
1. Bij de vof verleent iedere vennoot aan de wet (17 lid 1 K) vertegenwoordigingsbevoegdheid;
iedere vennoot is bevoegd namens de vof te handelen. Bij een maatschap mag een vennoot
alleen namens de andere vennoten optreden indien deze hem daartoe een volmacht hebben
gegeven (7A:1679).
- Reden: de maatschap is een meer intern gerichte samenwerkingsvorm die minder gericht is
op het afsluiten van transacties met derden.
2. Voor schulden van de vof zijn alle vennoten hoofdelijk verbonden (18K), bij de maatschap zijn
ze slechts voor gelijke delen verbonden (7A:1679 en 1680).
1.4 vergelijking met nv en bv:
1. Nv en bv zijn geen overeenkomsten, maar rechtsfiguren.
2. Aandeelhouders van een nv of bv hoeven niet samen te werken zoals bij een
personenvennootschap, wel moeten ze rekening houden met elkaar (2:8).
3. Bij de maatschap gaat het om de intuitu personae (de persoon van de vennoot) en bij een
nv en bv om de intuitu pecuniae (het geld).
4. Bij een nv en een bv zijn de aandeelhouders niet aansprakelijk voor hetgeen in naam van
de nv of de bv is verricht. Bij een maatschap en een vof gelden stengere
aansprakelijkheidsregels.
5. Nv en bv moeten een jaarrekening opmaken, dit geldt niet voor de maatschap of vof.
6. Een aandeelhouder kan de kapitaalvennootschap niet opzeggen, een vennoot van een
personenvennootschap wel.
7. Een nv en een bv moeten altijd twee organen hebben; aandeelhoudersvergadering en het
bestuur. Dit is bij een maatschap en vof niet zo; aandeelhoudersvergadering en bestuur is
één persoon.
Het is niet zo dat bepaalde ondernemingsactiviteiten maar onder een bepaalde
rechtsvorm ondergebracht kunnen worden = vrijheid van keuze van rechtsvorm.
1.5 tussenvormen: commanditaire vennootschap en coöperatie
De commanditaire vennootschap en de coöperatie zijn vormen die zich bevinden tussen de
maatschap en de vof enerzijds en de nv en de bv anderzijds.
- Commanditaire vennootschap: een samenwerkingsovereenkomst tussen een of meer gewone
vennoten (hoofdelijke aansprakelijke vennoten) en een of meer commanditaire vennoten.
Een commanditaire vennoot is, net zoals een aandeelhouder, tot niet meer gehouden dan
het bedrag van zijn inbreng (20 lid 3 K).
De commanditaire vennoot is wel deelnemer in de cv.
De commanditaire vennoot mag geen bestuurs- of beheerhandelingen verrichten, dit
mogen alleen de normale vennoten (20 lid 2 K). Houdt hij zich hier niet aan, dan is hij
hoofdelijk aansprakelijk voor de verbintenissen van de cv.
De aansprakelijkheid van de commanditaire vennoot wordt wel verlicht, als deze in een
onevenredige verhouding staat tot de aard en de ernst van de overtreding van het
beheersverbod.
Artikelen 19, 20 en 21 K zijn van toepassing.
Het gaat om cv’s die voor derden kenbaar zijn, hierdoor is het ook een vof.
- Coöperatie: een vereniging (2:53-63J).
De coöperatie mag, anders dan een normale vereniging, wel winst uitkeren (2:53a).
Coöperatie dient zich ten doel te stellen te voorzien in bepaalde stoffelijke behoeften van
haar leden en moet haar werkzaamheden ten dienste van haar leden verrichten.
De coöperatie moet een overeenkomst sluiten met de leden (2:53).
Voorbeeld: boeren die aardappels verbouwen en deze laten verwerken door de
coöperatie waarbij zij als lid zijn aangesloten.
De statuten mogen bepalen dat overeenkomsten als die welke zij met haar leden sluit,
ook met anderen mogen worden gesloten (2:53 lid 3). De overeenkomst met de leden
mag echter niet van ondergeschikte betekenis zijn (lid 4).
In geval van ontbinding zijn de leden aansprakelijk tegenover de coöperatie voor haar
tekort, maar deze aansprakelijkheid kan in de statuten geheel of gedeeltelijk worden
weggeschreven (2:55 en 2:56).
, 1.6 combinatievormen: concern
Als verschillende rechtsvormen worden gecombineerd om één onderneming te drijven, er is dan een
moedermaatschappij en dochtermaatschappij (2:24a). Dit is een concern of groep en vormt één
onderneming (2:24b).
bv’s/nv’s kunnen als aansprakelijke vennoten in een maatschap/vof participeren.
1.7 rechtspersoon
Artikel 2:1-3 stelt vast welke lichamen rechtspersonen zijn, het staat partijen niet vrij om andere typen
rechtspersonen op te richten.
- Rechtspersonen zijn de nv, de bv en de coöperatie. Personenvennootschappen zijn geen
rechtspersonen, maar overeenkomsten.
Rechtspersoonlijkheid heeft als gevolg dat de rechtspersoon zelfstandig drager van rechten en
plichten kan zijn en vermogensrechtelijke handelingen kan verrichten.
- Een rechtspersoon staat met een natuurlijk persoon gelijk (2:5).
- De aandeelhouders of leden hebben dus niet de rechten die de rechtspersoon toebehoren en
dragen niet de plichten.
- Het vermogen van de rechtspersoon is zijn eigen vermogen, dat is uitsluitend het
verhaalsobject voor schuldeisers.
- Bij personenvennootschappen zijn de vennoten gezamenlijk dragers van rechten en plichten.
- Rechtspersonen kunnen door middel van de omzettingsregel van 2:18 van ‘kleur’ verschieten.
1.8 eenmanszaak
Er is sprake van een eenmanszaak als een natuurlijk persoon een onderneming drijft zonder gebruik
te maken van de ondernemingsvormen. Het drijft zijn eigen onderneming en is aansprakelijk voor de
schulden die namens of door hem zijn aangegaan (zowel zakelijk als persoonlijk).
- Als er bij een eenmanszaak werknemers werkzaam zijn, is er geen sprake van een zzp’er.
1.9 vereniging en stichting
De vereniging en stichting zijn minder geschikt als ondernemingsvormen, omdat ze geen
winstuitkeringen mogen doen aan de leden/oprichters (artikel 2:26 lid 3 en 2:285 lid 3).
- Geen winstgevend oogmerk: een stichting mag alleen uitkeringen doen aan anderen dan haar
oprichters en degenen die deel uitmaken van haar organen, voor zover deze uitkeringen een
ideële strekking hebben.
- Een onderneming kan alsnog wel in een stichting of een vereniging worden ondergebracht, de
opbrengsten moeten aan de in de statuten omschreven doel worden uitgekeerd.
- De stichting is een rechtsvorm die voor uiteenlopende maatschappelijke activiteiten wordt
ingezet (ziekenhuizen, scholen, musea).
- Ledenverbod: een stichting mag in vergelijking met een vereniging geen leden hebben en kent
ook geen ledenvergadering (2:285).
- Ontbinding: als de vereniging of stichting een winstuitkering doet in strijd met 2:26 lid 3 of
2:285 lid 3, dan kan de onderneming worden ontbonden o.g.v. 2:21 lid 3.
1.10 handelsregister
Het handelsregister is een burgerlijke stand voor ondernemingen en wordt gehouden door de Kamer
van Koophandel.
- Regels zijn te vinden in de Handelsregisterwet.
- Volgens de Handelsregisterbesluit (art 2) en arrest Mariahoeve is er sprake van een
onderneming als: een voldoende zelfstandig optredende organisatorische eenheid van een of
meer personen bestaat waarin door voldoende inbreng van arbeid of middelen, ten behoeve
van derden diensten of goederen worden geleverd of werken tot stand worden gebracht met
het oogmerk daarmee materieel voordeel te behalen.
- Tot inschrijving is verplicht degene aan wie de onderneming toebehoort. Betreft de inschrijving
een rechtspersoon, dan is iedere bestuurder gehouden tot het doen van opgave (18 Hrgw).
- Art. 21 en 22 Hrgw: het handelsregister is voor iedereen ter inzage.
- Zie artikel 25 Hrgw voor twee belangrijke regels.
1.11 Wet op de ondernemingsraden
Iedere ondernemer die 50 of meer werknemers in dienst heeft moet een ondernemingsraad instellen
(art. 2 lid 1 WOR).
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur AnouschkaJ. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.