Examenvragen welzijn & criminologie 2019-2020
Verzorgingsstaat + welzijnszorg
Wat is een verzorgingsstaat + kenmerken
Een verzorgingsstaat is een maatschappijvorm die gekenmerkt wordt door een
democratische leest geschoeid systeem van overheidszorg, dat zich, bij handhaving van het
kapitalistisch productiesysteem, garant stelt voor het collectieve sociale welzijn van haar
onderdanen.
De overheid is niet enkel de beschermer van burgerlijke en politieke rechten (l’état
gendarme), maar ook actief vormgever van maatschappelijk leven (l’état protecteur).
Kenmerken verzorgingsstaat:
1 decommodificatie = overheidstussenkomst gericht op verminderen van de
marktafhankelijkheid
2 compromis tussen vrije markt & collectivistisch stelsel
3 correctie van de verdeling van maatschappelijke goederen via sociaal beleid
4 steunt op solidariteitsprincipe
5 ordehandhaving en arbeidsmarktregulering
De Belgische verzorgingsstaat staat onder druk, leg uit
40% BNP naar sociale uitkeringen en diensten (zorg, onderwijs, huisvestiging, cultuur,
openbaar vervoer)
Betaalbaarheid: vergrijzing: meer ouderen die zorg nodig hebben, de pensioenen stijgen &
de kosten voor gezondheidszorg <> de actieve bevolking neemt af (ontgroening).
Mattheus-effect: wie al heeft, zal meer krijgen. Veel voorzieningen zijn gericht op mensen die
het echt nodig hebben, maar het is eerder de mondige middenklasse die er gebruik van
maakt (bv. studiebeurzen → kinderen die het echt nodig hebben zijn ook vaak onvoldoende
geïnformeerd waardoor ze geen toegang hebben tot dit systeem).
Hoge verwachtingen, grenzen bereikt? De verwachtingen van het volk stijgen, maar dit kan
de overheid niet waar maken.
Waarom heeft vergrijzing een impact op economische en sociale voorzieningen?
Er is een demografische evolutie. De vergrijzing (80-plussers met noden stijgt) en een
ontgroening (afname financiering en informele zorg). De vergrijzing is moeilijk betaalbaar
aangezien er veel mensen een pensioen en ziekenkosten nodig hebben. Ook rekent de
maatschappij op mantelzorg vanuit de families, maar dit is niet meer zo vanzelfsprekend.
,Welzijnszorg geëvolueerd vanuit gunst naar recht
Caritas is gunst of liefdadigheid, Franse verlichtingsfilosofen zoals Rousseau hebben het
sociale contract, wat de individuele rechten en vrijheden beschermt. In de 19de eeuw is er de
sociale kwestie: de eerste vormen van sociale bescherming via wet (ziekenfondsen,
pensioenen, arbeidsongevallen en werkloosheidstoelagen). In 1925 komt er de wet
openbare onderstand, deze zorgt ervoor dat de overheid eindverantwoordelijke is.
Dus vanaf de jaren 60-70 ontwikkelt België zich als een welvaartstaat. Maar door de
oliecrisis (jaren 70) realiseert België zicht dat de ambities niet haalbaar zijn. Er zijn sindsdien
diverse inhaalbewegingen geweest, maar het probleem geraakt niet opgelost.
De Franse filosofen van de 18de eeuw formuleerden voor het eerst ideeën over de
welzijnszorg als rechtsaangelegendheid, als een taak van de overheid. In zijn ‘contrat social’
stelt Rousseau dat de staat verplicht is op te reden bij nood. Armoede is niet langer een
ondeugd, maar een fout in de sociale structuur, een contractbreuk van de staat.
Door de industrialisering en verstedelijking tijdens de 19de eeuw werden noodsituaties
zichtbaarder en schrijnender. De grote familiale verbanden uit de agrarische periode vielen
weg en konden niet langer zorgen voor opvang voor wie oud, ziek of behoeftig werd.
Arbeiders organiseerden zich en vertaalden noodsituaties in politieke eisen. In de 19de eeuw
groeiden er vooral initiatieven binnen beroepsgroepen en bedrijven (verzekeringskassen,
ziekenfondsen en andere systemen van onderlinge bijstand). Op da moment werden de
grondslagen gelegd van de tweedeling tussen arbeidsgebonden sociale zekerheid en de
maatschappelijke bijstand voor werkende en niet-werkenden.
Pas in 1925 stond het recht op bijstand in de wettekst, de sociale rechten werden juridisch
verankerd. Dit bekende dat de overheid de eindverantwoordelijkheid droeg over het
antwoord op de noodsituaties. De wettelijke verankering alleen bood onvoldoende garanties
om het recht op welzijn, hulp en zorg werkelijk af te dwingen.
, Uitdagingen voor welzijn
1 wachtlijsten worden steeds langer
- Demografische evolutie: vergrijzing + ontgroening
- Groeiende kloof tussen welvaart & welzijn (taak vd overheid?)
- Vooruitgang van de geneeskunde
2 organiseren we de zorg die de cliënt vraagt?
- Zorgvraag inventariseren: registreren + wachtlijsten
- Zorg op maat organiseren: aanbod versnipperd
3 sterke positie voor cliënt
- Stem cliënt bij uittekening beleid
- Inspraak van de cliënt in de voorziening
- Recht op zorg haalbaar?
4 recht op gelijke toegang tot zorg
- Bijdrage of gratis?
- Universalisme of selectivisme?
- Mattheus-effect
- Interculturalisering
5 wie organiseert de zorg voor vandaag en morgen?
- Vermarkting van de zorg
- Vermaatschappelijking van de zorg
- Mantelzorg
- Werknemers in de zorg
- De weggever: professionalisering, management & schaalvergroting
6 wie betaalt
- Complexe financiering uit verschillende bronnen
- Opdrogen caritasgeld voor infrastructuur → OH kan niet volgen
Welzijn + strafrecht
Strafrecht en welzijnszorg een paar apart
Apart: twee systemen met potentieel andere basisideeën
Recht kijkt primair naar gestelde daad en de wijze waarop die daad voor de samenleving,
slachtoffer en dader vereffend kan worden & zorgt kijkt primair naar de hulpbehoevende
persoon en welke zorgmaatregelen hij nodig heeft om zijn levenskwaliteit te bevorderen.
Paar: toch erg afhankelijk van elkaar (samen in pendelbeweging)
Een sanctie heeft misschien naast vergelding ook preventieve, pedagogische of
beschermende functies & welzijnsmaatregelen kunnen ook controlerend zijn in functie van
de maatschappelijke norm?