Klimaatverandering
Inleiding klimaatverandering
De fysische basis en enkele kernaspecten van het grotere plaatje
- wat is er aan de hand
- waarom is klimaatverandering een probleem
- wat moet er gebeuren (grote lijnen)
PowerPoint
Het IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change)
Opgericht in 1988 door WMO en UNEP
Om beleidsmakers te voorzien van objectieve informatie over:
- oorzaken van klimaatverandering
- impact op de leefomgeving en socio-economische gevolgen
- mogelijke acties (mitigatie en adaptatie)
Veruit belangrijkste informatiebron wat betreft klimaatverandering. Policy-relevant, not
policy prescriptive.
Consensusrapport = eerder conservatief. = enkel zaken waarover men het eens is; er wordt bij
onenigheid niet gestemd, maar gezocht naar consensus
➔ WMO = World Meteorological Organization
➔ UNEP = United Nations Environment Programme
Politiek relevant maar zegge geen stappen die beleidsmakers moeten nemen
IPCC
Sinds zijn ontstaan heeft IPCC heel wat rapporten gepubliceerd. Om de ~7 jaar wordt een
overzichtsrapport (assessment
report) gepubliceerd (FAR, SAR,
TAR, AR4, AR5, AR6). Daarnaast
worden ook rapporten over
specifieke thema’s gepubliceerd (bv.
Over hernieuwbare energie of over
weersextremenen)
Voor elk rapport FAQs met
belangrijkste bevindingen in
gemakkelijke taal (Zie Extra-folder
op BB)
Mitigatie: opwarming vermijden.
Methodes om broeikasgas te
reduceren en te beperken
Adaptatie: beperken van de impact
van de klimaatverandering,
aanpassen aan gevolgen die
,onvermijdelijk zijn.
IPCC rapport, sterk onderbouwde wetenschap.
➔ 100 e auteurs
➔ 14 000 publicaties
➔ Peer review
Wat bepaald ons klimaat?
Instraling:
- Zonne-activiteit
- Baan aarde rond zon
Omzetting in warmte:
Reflectie (ijs, wolken, stof versus oceaan, vegetatie) Ijs en wolken
reflecteren, oceanen absorberen de straling die de aarde daarna
gaat opwarmen
Vasthouden van warmte:
Broeikasgassen (water, CO2,
CH4, N2O…) Huidige
klimaatverandering,
broeikasgassen houdt
stralingen vast en gaat de
aarde warm houden
Broeikasgassen
CO2 gehalte in atmosfeer is nu hoger dan hoogste niveau in de geschiedenis van de Homo
Sapiens (en hoogste niveau van afgelopen 2 miljoen jaar)
Zijn niet altijd constant geweest , momenteel ver boven concentratie van 8 miljoen jaar. Nog nooit
zo hoog geweest
De mens heeft nooit eerder in zo een hoge concentratie geleefd (methaan, lachgas en
koolstofdioxide)
Belangrijkste menselijke bron van broeikasgassen?
CO2 Verbranding fossiele brandstoffen (~87%)
Veranderingen in landgebruik (vnl. ontbossing) (~13%)
CH4 Landbouw (veeteelt, rijstproductie: ~42%)
Productie & transport van fossiele brandstoffen (~38%)
Afval, stortplaatsen (~20%)
N2O Landbouw (bemesting, biomassaverbranding) (~60%)
Verbranding fossiele brandstoffen (~14%)
,Broeikasgassen en temperatuur
➔ Temperatuur volgt doorheen geschiedenis gelijkaardig patroon, laatste decennia sterke
stijging
➔ Tempratuur stijgt als gevolg stijging broeikasgassen
➔ Noorden warmt sterker op,
➔ Van blauw naar bijna volledig rood oranje gekleurd
➔ De aarde is zowat overal opgewarmd en de opwarming gaat vooral de laatste decennia
steeds sneller.
Opwarming van de aarde
➔ We komen op een onbekend terrein, condities die nooit eerder zijn meegemaakt
➔ 2016 en 2020 = globaal de warmste jaren sinds begin metingen
➔ 10 warmste jaren allemaal sinds 2010
➔ Alle jaren na 2000 in top 25 warmste Jaren
De rol van de mens
➔ Conclusie; onweerlegbaar dat
menselijke activiteit hiervoor
verantwoordelijk is
➔ En we voelen de gevolgen
steeds meer
Enkele gevolgen
Afsmelten gletsjers:
landijs verdwijnt = zeeniveau stijgt, albedo daalt(ijs= hoge reflectie, donkere boden weinig reflectie
en weinig absorptie dus meer opwarming)
Grote impact op lokale bevolking (tijdelijke wateroverlast, problemen drinkwatervoorziening)
Afsmelten zeeijs: weinig effect op zeeniveau maar wel negatief effect op albedo
Verzuring oceanen
CO2 lost op in water, en dus ook in de oceaan
➔ Rode lijn = CO2 in de atmosfeer
➔ Blauwe lijn = CO2 in het water
➔ Groene lijn = pH (lager = zuurder)
➔ H+ = Vrije protonen. Toename H+ = verzuring
➔ CO3 = carbonaat
➔ CaCO3 = calciumcarbonaat (belangrijk onderdeel van kalkskelet)
Als oceaan opwarmt zet het uit en stijgt zeeniveau
Noordzee effect op albedo-effect, minder op waterspiegel
Verzuring van oceanen ; als co2 opgebomen in water gaat zuurtegraad
Organisme met kalkskeletten aan basis van pirmaide voedselketen in oceaan
, Tast basis van voedselketen in oceanen aan!
Koralen leven in symbiose met algen, waaraan ze hun mooie kleuren danken. Als de temperatuur
van het water te hoog stijgt, verliezen de koralen de algen echter, waardoor het koraal verbleekt en
uiteindelijk afsterft.
Ook ‘hittegolven’ in de oceanen zijn zeer nefast en veroorzaken verbleking van koraal
Toename van extreem weer
Reeds geobserveerde veranderingen
➔ Extreme hitte vb. China, heel lang heel droog, europa
➔ Hevige regenval
➔ Toename droogte
➔ Toename in aantal bosbranden
Na hitte regen nar korte tijd, bodem kan de regen niet helemaal opvangen
➢ Gemiddelde T stijgt = meer kans op extreme T
➢ Intensivering watercyclus:
warmere atmosfeer = meer waterdamp = meer neerslag
➢ Intensivering watercyclus:
warmere atmosfeer = meer waterdamp = meer neerslag
➢ De straalstroom verzwakt en blokkeert gemakkelijker
= extremer, persistenter weer
➢ Elk weersextreem is nu tot op zekere hoogte beïnvloed door klimaatverandering
➢ Attributiestudies berekenen o.a. aandeel van mens in bepaalde extremen
➢ Straalstroom verzwakt = band van snelle winden die op onderscheidt warme lucht in
noorden en warme lucht zuiden
Polaire straalstroom scheidt koude lucht in het noorden van warme lucht in het zuiden
Warme atmosfeer = meer waterdamp= meer neerslag →meer water in atmosfeer dus kan er ook
meer uitvallen
➔ temperatuurverschil daalt en gaat voor drukverschil afnemen
➔ zwakkere straalstroom gaat uitstulpingen veroorzaken waardoor warme lucht makkelijker
naar noorden ka
➔ langere tijd zelfde weer kan extreme
➔ Geob Huidige kans van voorkomen: 1 keer in 1000 jaar
➔ Bij 2 ⁰C opwarming: elke 5 à 10 jaar
➔ serveerde recordtemperaturen zo goed als onmogelijk zonder klimaatverandering
➔ Klimaatverandering heeft neerslagintensiteit met 3-9% verhoogd.
➔ Kans van voorkomen is door klimaatverandering gestegen met 1.2 tot 9 keer
➔ Bij 2 ⁰C opwarming stijgt intensiteit verder met 0.8-6% en de kans met 1.2-1.4.