Anatomie 3: Hart en bloedvaten
Het cardiovasculair systeem
7.1.1
Het cardiovasculaire systeem is, in adventitia, die bestaat uit bindweefsel. (2)
tegenstelling tot het lymfevatenstelsel, een Een middenste laag, tunica media,
gesloten systeem waar doorheen bloed bestaande uit glad spierweefsel. (3) En een
stroomt. Er zijn twee soorten, de grote en binnenste laag, de tunica intima, die is
de kleine bloedsomloop. De bloedvaten opgebouwd uit endotheelcellen.
verbinden het hart, en de organen met
Op microscopische beelden zijn duidelijke
elkaar en zorgen voor de aanvoer van
verschillen waar te nemen; vooral de tunica
zuurstof en voedingsstoffen en voor de
media is bij een arterie veel dikker i.v.m. de
afvoer van afvalstoffen. Verder zorgt het
overeenkomstige vene. Dit komt doordat
voor de circulatie van hormonen,
afweercellen en warmte. een arterie aan een grotere druk moet
kunnen weerstaan. De tunica intima bij de
We herkennen de pulmonale circulatie (of arteriën kennen ook een beter afgelijnd
kleine bloedsomloop) en de systemische verloop en is vaak ook dikker. Het
circulatie (of grote bloedsomloop). Via de endotheelcellen in de venen zijn ‘losser’
aorta gaat zuurstofrijk bloed van het hart van elkaar. Het lumen in de venen bevat
naar de systemen (darmen, benen, ...). De ook kleppen, die het terugstromen van het
vena cava (superior en inferior) collecteren bloed tegengaan. Op macroscopische
het zuurstofarme bloed en draineren in het (dissectie)beelden zullen de arteriën
rechter atrium. Via de truncus pulmonalis steeds witter tonen, i.v.m. de venen, die
(met de linker en rechter arteria pulmonalis) vaak donkerblauw kleuren, doordat de
wordt dit zuurstofarme bloed naar de wanden van de arteriën dik zijn.
longen gebracht. Het verrijkt bloed komt via
de linker en rechter vena pulmonalis in het
linker atrium en vervolgens het linker
ventrikel terecht, en wordt zo in de aorta
gepompt.
Het cardiovasculair systeem is opgebouwd
uit aanvoerende slagaders (arterieel
stelsel) en de afvoerende aders (veneus
stelsel). Het vervoer wordt verzorgd door
drie types bloedvaten: de arteriën sturen
het bloed weg van het hart, de venen die
het bloed weer naar het hart brengen en de
capillairen die de arteriën met de venen
verbinden. Dit zijn de kleinste vaten
waarlangs het zuurstof, de nutriënten en
afvalproducten kunnen worden
uitgewisseld op het niveau van de
weefsels. De wanden van de bloedvaten
kennen drie histologische lagen: (1) een
buitenste laag, de tunica externa, of
1
,Het hart
9. zich een dun laagje vocht. Het pericard is
van klinisch belang, aangezien hier een
Vooraleer we het hart gaan bespreken vochtophoping tussen kan komen
moeten we gaan kijken naar de locatie van (pericarditis). Dit vocht kan het hart
het hart in de thorax, in het midden van het samendrukken en tot ritmestoornissen of
onderste deel van het mediastinum. We hartstilstand leiden.
bemerken dat het mediastinum is
Het hart is een tweeledig pompsysteem
onderverdeeld in een bovenste
met 2 atria of voorkamers en 2 ventrikels of
mediastinum, het mediastinum superius
kamers. Het linker en rechterhart worden
(geel) en het onderste mediastinum, het
van elkaar gescheiden door een interatriaal
mediastinum inferius. Het mediastinum
en een interventriculair septum. Het atrium
inferius kan vervolgens worden
en ventrikel worden gescheiden door een
onderverdeeld in drie stukken: het
atrioventriculaire klep.
mediastinum posterius (blauw), medium
(rood) en anterius (groen). De inhoudelijke
kenmerken van de verschillende delen
komen tijden Leerpad 2 (Thorax) aan bod.
Het belangrijkste is hier de ligging van het
hart, dat in het mediastinum medium ligt.
Schematisch gezien kunnen we 3 zijden
van het hart herkennen. Posterieur,
diafragma en voorvlak. Het posterieure
oppervlak is vooral het linker atrium en een
klein deel van het rechter atrium. Het
diafragma vlak is het linker ventrikel en een
klein deel van het rechterventrikel. Het
voorvlak bestaat uit het rechterventrikel en
7.1.3 t.e.m. 7.1.7 het rechteratrium.
Een hart weegt ong. 300g bij de man en iets
Het pericard is het omhulsel van het hart en minder bij de vrouw.
bestaat uit twee delen. Het fibreuze
pericard en het sereuze pericard. Het Topografisch anatomisch ligt de apex van
fibreuze pericard is een sterke buitenste het hart thv de 5e intercostaalruimte juist
bindweefselzak waarvan de basis mediaal van de lijn door het midden van de
gefixeerd is op het diafragma. Het apex clavicula. Als het hart voorbij deze lijnen
loopt in adventitia aorta ascendens en Nn. komt is het te groot (cardiomegalie) en dit
Phrenici lopen erdoorheen. Aan de is altijd pathologisch.
binnenzijde van het fibreus pericard ligt het
sereuze pericard. Deze is dunner en
bestaat uit twee lagen: viscerale laag tegen
het hart, pariëtale laag tegen het fibreuze
pericard. Tussen de twee lagen bevindt
2
, Het rechterventrikel heeft 2 kleppen. De
valvula tricuspidalis (tussen rechter atrium
en rechterventrikel) en de valvula
pulmonalis (tss rechter ventrikel en de
overgang naar truncus pulmonalis). Deze
laatste bevat ook 3 kleppen, die half
maanvormig zijn. Deze vullen zich met
bloed bij relaxatie zodat ze de opening
afsluiten. De conus arteriosus helpt het
outflow traject naar de truncus pulmonalis.
Thv de tricuspidalisklep hebben we de
Uitwendig van het hart kan je een paar chorda tendinea en de papillair spieren.
landmarks onderscheiden. Dit zijn Deze openen tijdens het vullen van het
scheiding tussen 4 hartruimten. Sulcus rechterventrikel en sluiten tijdens de
coronarius omcirkelt het hart, ligt tussen de contractie. Klinisch: bij een hartinfarct kan
atria en ventriculi en bevat de sinus een deel van het rechterventrikel afsterven
coronarius. De sulcus interventricularis ant. en kunnen de papillair spiertjes afscheuren.
en post. Deze scheiden het linker hart van Hierdoor ontstaat klepinsufficiëntie.
het rechter hart. In het linker atrium monden 4 venae
pulmonales uit. Het bevat een mitralisklep
naar het linkerventrikel.
Het linkerventrikel bevat ook 2 kleppen.
De valvula mitralis (“mijter”) en de valvae
aortae (aortaklep). Deze laatste bestaat uit
3 bladen, naar analogie met de
pulmonaalklep. De valvula mitralis heeft
twee bladen ( rechterventrikel: 3 bladen).
Het vestibulum aorticum is het equivalent
Hieronder een afbeelding van de hartbasis. van het vestibulum pulmonale, deze zorgt
voor outflow traject naar de aorta.
Het hart wordt coronair bevloeid door A.
cornaria dextra en de A. coronaria sinistra,
ramus circumflexus, ramus
interventricularis anterior (LAD), ramus
interventricularis posterior (PDA).
Het hartgeleidingssysteem bestaat uit een
zenuwstelsel specifiek voor het hart dat het
hart aanstuurt. Het bestaat uit de nodus
Zie ppt voor afbeeldingen van alle sinu-atrialis (met pacemakerfrequentie van
vlakken. 70 per minuut), de nodus atrioventricularis,
de truncus atrioventricularis (bundel van
Het rechter atrium heeft een sterke His) die uitloopt in purkinje vezels. Als er
spierwand, musculi pectinati genoemd. In een storing is thv atria spreekt men van een
het rechter atrium bevindt zich de fossa atriumfibrillatie of voorkamerfibrillatie: dit
ovalis, dit is een gesloten restant van het zorgt voor een onregelmatig hartritme.
foramen ovale. We zien hier ook de Ventrikelfibrillatie is dodelijk.
inmonding van de vena cava superior en de
vena cava inferior, evenals die van de sinus
coronarius.
3
, Bloedvaten
7.2.1 en 7.2.2 4
De verschillende namen van venen en Het veneus portaal systeem gaat eerst via
arteriën worden duidelijk van zodra we de lever om dan via de vena hepatica naar
dieper ingaan op specifieke systemen. Hier de vena cava inferior te gaan. In detail: de
komen enkele specifieke gevallen aan bod. lever gaat via de vena portae hepatis bloed
We bespreken de aortaboog en de verzamelen uit de vena mesenterica
belangrijkste aftakkingen van de aorta superior, inferior en uit de vena splenica.
thoracica. Er wordt al even gekeken naar
In de foetus gaat de circulatie op een
de grote abdominale takken: de truncus
specifieke manier gebeuren vermits de
coeliacus, de arteria mesenterica superior
longen nog niet actief zijn. De placenta van
en inferior. Bij de venen wordt gekeken
de moeder doet het werk van de longen tot
naar het azygos systeem en het veneus
de geboorte. De placenta krijgt zuurstofarm
portaal systeem dat bloed via de lever in de
vena cava inferior draineert. bloed van de foetus via twee arteriae
umbilicalis van de navelstreng (=funiculus
De aorta wordt verdeeld in een pars umbilicus).
ascendens, een aortaboog en een aorta
Het bloed stroomt doorheen de placenta
pars descendens (=aorta thoracica). Na het
waar het van zuurstof wordt voorzien. Dit
diafragma heet het de aorta abdominalis.
zuurstofrijke bloed loopt naar het hart via
Onder de aortaboog loopt de truncus
de vena umbilicalis, de lever en de vena
pulmonalis. De aorta maakt een boog over
cava inferior. Het gebruikt hiervoor een
de rechtertak van de A. pulmonalis en de
binnenweg, de ductus venosus.
trachea en loopt dan verder achter de
oesophagus. De aorta plakt tegen de
achterwand van de thoraxruimte. Het
diafragma wordt bevloeid door de A.
phrenica superior en inferior. De aorta
abdominalis splitst zich op het einde in de
A. iliaca communis sinistra en dextra.
Het gebruikt nog twee andere
binnenwegen: het foramen ovale en de
ductus arteriosus. Het zuurstofrijke bloed
van de vena cava inferior komt in het
rechter atrium. Via het foramen ovale komt
het onmiddellijk in het linker atrium,
waardoor het bloed via de aorta naar het
lichaam gestuurd wordt (vooral de
hersenen). Een gedeelte van het bloed dat
Het azygos systeem is een veneus toch via de truncus pulmonalis naar de
systeem dat zorgt voor de drainage van de longen zou gaan, zal via de ductus
posterieure zijde van de thoraxwand. Enkel arteriosus naar de aorta gaan.
aan de rechterzijde bestaat een vena
azygos, niet aan de linkerzijde! Aan de
linkerzijde bevindt zich een vena hemi-
azygos en een hemi-azygos accessoria. De
vena azygos mondt uit in de vena cava sup.
4