, Inleiding:
o Wat als probleem wordt gezien in één levensfase is niet per se een probleem
in een andere levensfase (bv. een kind van 3 met driftbuien die slaat en schopt
is normaal maar iemand van 15 niet)
o Belangrijke om de specifieke uiting van problemen te kennen om kinderen zo
te kunnen begeleiden
KLINISCHE ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE (KLOP): DEFINITIE EN SITUERING
Onderzoeken van afwijkende ontwikkeling bij kinderen en jongeren – de diagnostiek –
behandeling en preventie ervan
KLOP: DEFINITIE EN SITUERING
DOEL KLOP
1. Modellen ontwerpen die de ontwikkeling van afwijkend gedrag kunnen
verklaren = studie van afwijking van normale ontwikkeling
Hoe ontstaat een stoornis en hoe wordt deze in stand gehouden
o Ook wordt er gekeken naar de risico factoren WANT ook aan deze factoren
moet er gewerkt worden voor een probleem opgelost kan worden
2. Bestuderen van implicaties van verworven inzichten aanknopingspunten
aanreiken voor preventie of interventie
Prevalentie kinderpsychopathologie
o Hoeveel % van de EU adolescenten en kinderen hebben een klinische stoornis
13 tot 37% gerekend van kindertijd tot adolescentie
o 2-3% zoekt hulp… afhankelijk van? kinderen komen vaak pas in de
hulpverlening terecht wanneer deze signalen voorkomen MAAR dan is het vaak
al geëscaleerd
Kind afhankelijk van ouders om in begeleiding te komen
Kinderen kunnen pas vanaf 7 jaar aan zelfreflectie doen DUS
jonge kinderen hebben vaak nog niet door wat er aan de hand is
en kunnen dit nog moeilijk onder woorden brengen
Ernst problematiek
Effect op gezinsfunctioneren en schools functioneren
…
Belang van herkennen signaalpunten: WAAR moet je als leerkracht nu net opletten
o Jaarlijks meer dan 130 000 Vlaamse adolescenten in hulpverlening
Dit zijn ze vaak nog niet allemaal
Hierdoor staan de wachtlijsten onder druk
o Grote variatie prevalentie per stoornis (bv .bij angst is het 30% tussen de 5 en
17 jaar MAAR bij anorexie nervosa is het minder dan 5%)
Wat is NORMAAL bepaalde argumenten? BELANGRIJK
o Voor bepaalde stoornissen ‘makkelijker’ te bepalen dan voor andere (bv. bij
een psychose is de beleving fundamenteel anders DUS hier is het makkelijk
om te zeggen dat het niet normaal is)
Voor de ene problematiek is het dus makkelijker dan voor de ander
o Hoge life time prevalentie cijfers psychopathologie: het percentage waarop
iemand in zijn leven de kans heeft om een psychische problematiek te
ontwikkelen (= 30-35%)
Het komt dus veel voor
2
, Wat is hier de norm in?
o Happiness myth (Russ Harris)
Acceptance and … theorie: ieder van ons met zowel positieve als
negatieve emoties kampt en dat de norm is dat je deze beide zal
hebben in het leven
3 mythes:
1. Geluk is NIET de normale staat van zijn
o Wat normaal is dat wij verschillende emoties ervaren die
komen en gaan in golven
2. Geluk is NIET je steeds maar ‘goed’ voelen een waardevol
leven leiden met veelheid van emoties (bv. op de gelukkigste
dag van je leven ben je ook niet een hele tijd blij geweest)
o Als je dan toch een definitie wilt voor geluk dan is het een
waardevol leven leiden WANT dat geeft je een voldaan
gevoel
3. Als je je NIET (steeds) gelukkig voelt, is er NIKS mis met je,
het leven is uitdagend en moeilijk
o Je hoeft een emotie ook niet altijd te doden SOMS moet je
de emoties ook echt te laten ervaren
o Kadert binnen ruimer ethisch/maatschappelijk debat
Vaak in deze situaties ga je jezelf als norm hanteren om te beslissen
wat al dan niet normaal is
Gerelateerd aan maatschappelijk narratief: afhankelijk vanuit welk
maatschappelijk fenomeen er wordt gekeken is iets wel of niet normaal
(bv. het hangt heel erg af van je cultuur op welke leeftijd kinderen
zindelijk moeten zijn)
Vaak ook nog een tijdscomponent
Om te beslissen of iets ‘normaal’ is zouden we de dingen
moeten kunnen loskoppelen van tijd en maatschappij
2 benaderingen voor de grens te bepalen tussen normaal en een stoornis
o Categoriale benadering = ofwel voldoe je aan de criteria en dan heb je de
stoornis OF je voldoet er niet aan en je hebt deze niet (bv. DSM)
Stijging van het aantal labels naarmate er nieuwe edities uitkomen
o Dimensionale benadering = dat we een continuüm kunnen beschouwen tussen
geen probleem en veel problemen
Persoon in meer of mindere mate kenmerken van een bepaald
probleem aangeven
Wanneer je lijdt onder de symptomen dan zit je verder
op het continuüm
Belangrijk voor PC
MAAR klop gaat ervanuit dat de beide benaderingen elkaar Geef eens redeneringen over de
vraag normaliteit: verschillende
aanvullen
argumenten en de 2 psychologische
o Binnen bepaalde diagnose meer of minder symptomen het
benaderingen
kan zich anders uiten bij mensen
o EN neemt het ontwikkelingsperspectief mee om te bepalen
of gedrag normatief / risicovol / problematisch is
CENTRALE TERMEN BINNEN KLOP
Risicofactor = een factor die een negatieve invloed heeft op de (normale) ontwikkeling
van een kind en die de kans op een bepaalde (maladaptieve) ontwikkelingsuitkomst
verhoogt
3
, Risicofactoren
o Gaat steeds uit van kansuitspraak (bv. iemand die op dieet is heeft 8 keer
meer kans op het ontwikkelen van een eetstoornis)
o 2 soorten:
Gefixeerde markers = NIET veranderbaar
Variabele markers = WEL veranderbaar
o Risicoperioden (bv. is agressie bij jonge kinderen voorspellend voor agressie
op latere leeftijd – kinderen onder de 10 jaar als zij agressie vertonen is dit
voorspellend voor op latere leeftijd MAAR agressie na de 10 jaar is NIET
voorspellend voor in het volwassen leven)
o Multifinaliteit = éénzelfde (combinatie) risicofactor(en) kan tot verschillende
uitkomsten leiden (bv. jij hebt een negatief zelfbeeld dan kan dit bij het ene
kind leiden tot faalangst MAAR niet bij iedereen)
o Equifinaliteit = een bepaald probleem kan door verschillende (sets van)
risicofactoren verklaard worden (bv. anorexie wordt bij het ene kind
veroorzaakt door perfectionisme MAAR bij het andere kind door
interpersoonlijke problemen)
MAAR hoe zit het voor deze personen in elkaar?
o 4 niveaus van risicofactoren / kwetsbaarheden
Organisch niveau: alles wat fysisch is (bv. genetische factoren)
Intrapersoonlijk niveau: alles in een persoon (bv.
persoonlijkheidskenmerken)
Interpersoonlijk niveau: tussen personen (bv. lage SES)
Hogere orde niveau: alles op maatschappelijk niveau (bv. armoede,
oorlog…)
Veerkracht = het hebben van een goede externe en interne aanpassing aan
omstandigheden
Beschermende factor = een factor die in een risicovolle situatie de negatieve invloed van
de risicofactoren op de ontwikkeling geheel of gedeeltelijk teniet doet
Wat voor het ene kind een beschermende factor is kan voor het ander kind een
risicofactor zijn (bv. een kind dat wordt gepest vind het goed om van school te
veranderen MAAR een kindje met veel vrienden dat goed in de groep ligt vindt dit niet
leuk)
Beschermende factoren
o Bevorderen veerkracht
Veerkracht kan zich ontwikkelen door contact met negatieve
ervaringen
o Kunnen zich OOK situeren op 4 niveaus:
Organisch
Intrapersoonlijk
Interpersoonlijk
Hogere orde niveau
o Een beschermende factor voor het ene kind kan een risicofactor / stressor zijn
voor het andere kind
o Gevolgen vanuit de visie van KLOP:
Ook in de intake focussen op wat goed gaat
Bij preventieprogramma’s hoe kunnen we kinderen weerbaar maken
Een aantal beschermende factoren zijn beïnvloedbaar
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur silkebastiaensen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,98. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.