VISUELE CULTUUR
LES 1 - Introductie
● Beeld =
Alle communicatieve middelen die niet primair tekst zijn en door middel van een
twee-dimensionaal medium tot ons komen, ze hebben een communicatief-
retorische functie
○ Vormen = lijnen, vierkanten, driehoeken, …
Beeldelementen = mensen, bomen, huizen, …
→ vormen + beeldelementen = beeld
○ Beeldelementen zijn vaak vormen (bv. anatomische tekening v/e mens, ook
verdeeld in ovalen en blokken) + een heel beeld heeft een vorm (vorm v/e
mens, v/e boom)
○ Beeld in de media (gemedieerd)
■ Afbeeldingen online, kranten, reclameborden, tv, musea,…
○ Tweedimensionaal
■ Papier, beeldscherm, beamer, billboard,…
■ ≠ architectuur of beeldhouwwerk
● Communicatief-retorische functie van beeld
○ Doel van beeld = overtuigen
○ Normatief kader: is het duidelijk en overtuigt het?
■ Wat je niet begrijpt, kan minder makkelijk overtuigen
● Beeldtaal
○ Visuele communicatie = de integratie in van visuele elementen (vormen en
beelden) en verbale elementen (woorden) tot één enkele
communicatie-eenheid (Horn)
○ Gaat dus niet puur over beelden → kracht van combinatie v beeld en tekst
○ Tekst kan beeld een andere betekenis geven (bv. parodie) maar ook
omgekeerd (bv. vrolijke foto bij anders ernstig artikel → verandert de lading)
● Andere eisen v esthetische beelden
● Vragen mbt visuele communicatie
○ Waarom is dit duidelijker dan dat?
○ Waarom spreekt dit meer aan dan dat?
○ Waarom vinden de meeste mensen dit mooier?
○ Welk doel heeft dit beeld?
● Communicatief-retorische functie voorziet een normatief kader → is het duidelijk?
overtuigt het?
● GSR-beeldanalyse
○ Gestalttheorie
■ Zien
■ Verklaart de perceptie van visuele communicatie
1
, ○ Semiotiek
■ Begrijpen
■ Verklaart dat je de betekenis ervan begrijpt
○ Visuele retorica
■ Overtuigd worden
■ Verklaart hoe visuele communicatie je overtuigt
● Visuele cultuur is breder dan puur beeldtaal, meer overkoepelend
○ Visuele communicatie om over de visuele cultuur te spreken
● Visuele cultuur =
De manier waarop culturen met ‘het visuele’ omgaan: visuele verworvenheden zoals
visuele mediaproducten, maar ook visuele objecten en performances (architectuur,
mode, omgangsvormen, …) verbonden aan een bepaalde cultuur/tijdsperiode.
○ Niet noodzakelijk gemedieerd
● Visuele geletterdheid =
“In staat zijn de bedoelde betekenis te lezen van beelden (advertenties, films,…), het
doel te interpreteren en te evalueren van vorm, structuur en kenmerken van het
beeld.”
“De mogelijkheid hebben om beeld te kunnen creëren en te kunnen gebruiken om te
communiceren.”
“De retorische analyse van de wijze waarop verschillende media hun argumenten
visueel vormgeven.”
● Visuele geletterdheid: een dubbele focus
○ Kennis, vaardigheden en betekenis v/d maker
○ Kennis, vaardigheden en betekenis v/d gebruiker
→ begrijpen, communiceren, bekritiseren, produceren, decoderen, interpreteren,
lezen en evalueren MAAR OOK: herkennen en onthouden
○ bv. interpreteren
■ Maker: interpreteren mogelijk maken, kunnen toepassen v technieken
om betekenis over te brengen
■ Gebruiker: kennis over context van beeld, waar het vandaan komt,
waar het naar verwijst, …
● Belang v kennis, context en macht
○ Culturele referenties begrijpen
● Beeldgeletterdheid: competenties
○ Onderwerp benoemen
○ Betekenis begrijpen in culturele context
○ Grammatica, stijl en compositie analyseren
○ Technieken analyseren
○ Esthetische kwaliteit evalueren
○ Kwaliteit in termen van doel en publiek evalueren
○ Beeldconventies herkennen
2
, ○ Stereotypen herkennen
● Beeldgeletterdheid vragen - gestalt
○ Wat zien we? Welke vorm, structuur, …?
○ Hoe komt het dat we zien en onderscheiden wat we zien?
○ Hoe komt het dat we andere zaken niet goed onderscheiden?
○ Wat zijn de onderdelen v/h beeld?
○ Wat hoort bij elkaar en wat volgt op elkaar?
● Beeldgeletterdheid vragen - semiotiek
○ Wat betekent wat we zien?
○ Welke symbolen herkennen we?
○ Hoe komt het dat we dat weten?
● Beeldgeletterdheid vragen - visuele retorica
○ Waarvan wil dit beeld ons overtuigen?
○ Hoe komt het dat dit beeld zo sterk werkt?
○ Waardoor raken we geroerd, overtuigd, opgetogen, boos, …?
● Beelgeletterheid en het ontleden v/e beeld is een iteratief proces
○ Geen hiërarchie tss gestalt, semiotiek en visuele retorica maar proces waarbij
men constant heen en weer gaat tss verschillende theorieën
● Beeldclichés
○ Beelden uit cultuur, kunst, wetenschap, sprookjes, religie, geschiedenis,
films,…
■ Erg vaak gereproduceerd
■ Betekenis kan eindeloos gedupliceerd worden
■ Betekenis meer afhankelijk van context, minder van origineel
○ bv. paard van troje, mona lisa, het laatste avondmaal, …
○ zie p. 27 v voorbeelden
● Making Truth - T. Brown
○ Beeldvorming als onderdeel van natuurwetenschappelijk proces, van manier
waarop wetenschappers de uitkomsten v hun experimenten interpreteren
○ Wetenschappers begrijpen de natuur voor een groot deel obv metaforische
concepten die voortkomen uit verbeelding
○ bv. metaforisch model om atoom voor te stellen
● Functies en nut van beeld - Hertz
○ Plaatsen, organismen en objecten te laten zien
○ Grote hoeveelheden data overzichtelijk te maken
○ Moeilijke begrippen verduidelijken
○ Complexe relaties inzichtelijk maken
● Functies en nut van beeldtaal
○ Complexiteit verduidelijken
3
, ■ Sommige zaken zijn zo ingewikkeld dat het onmogelijk is om elk detail
in beeld te brengen → zaken schematiseren/verduidelijken
■ Scheppen v/e virtuele werkelijkheid die niet door iedereen als virtueel
wordt herkend
○ Universele boodschap/betekenis overbrengen
■ Vaak een universele betekenis achter een bepaald beeld of teken
■ Verwarring ontstaat als hiervan wordt afgeweken (kan de bedoeling
zijn)
○ Retorisch (vertellen, bewijzen, overtuigen)
■ Laten zien dat iets echt gebeurd/bestaat (uitvinding fotografie)
■ Beeldmanipulatie, wegmoffelen, aandikken, retoucheren,
verbloemen, …
■ Paul Messaris: beeldmanipulatie
● In scene zetten v/h gefotografeerde
● Bewerken v beeld
● Selectief afbeelden
● Verkeerd labelen v/e situatie
● Manipuleren v/e beeld
○ Emotioneel (prikkelen, kwetsen, vermaken)
■ De aandacht trekken: ongewoon, nieuw, onbekend, ongebruikelijk, …
■ Emotie opwekken en/of kwetsen (niet enkel bv. cartoons maar ook bv.
beursgrafieken)
■ Vermaken en verstrooien
■ Moeilijk onderscheid, vaak combinatie want verschillende functies
○ Vergelijking mogelijk
■ Zie tabel later
4