Partim Prof. Dr. Decorte
Deel I: Introductie
1.1 Inleiding
Rangschikking van meest schadelijke drug naar minst schadelijk. We maken een onderscheid
tussen schade aan het individu en schade aan anderen.
→ Alcohol is meest schadelijk in totaal (vooral voor anderen)
→ Crack cocaïne is het meest schadelijk voor het individu
Onderscheid in schade
Schade aan het individu (gebruiker) Schade aan omgeving
Sterfte: risico op overdosis Criminaliteit
Lichamelijke schade vb. organen Schade aan het milieu
vb. naalden in openbaar
Afhankelijkheid Letsels of ongevallen
Beperking van het mentale functioneren Maatschappelijke en economische kosten
vb. persoonlijkheidsstoornissen vb. zorgverlening, gevangenissen, …
Verlies van tastbare zaken Familiale tegenslagen
Verlies van sociale relaties
,1.2 Aanzet
Drugs-epidemiologie
= wetenschap die probeert het voorkomen van drugs in kaart te brengen ( vb. welke
middelen gebruikt worden, op welke manier, om welke redenen, enzovoort
Er is heel veel onderzoek naar drugs maar toch zijn er enkele kritieken:
1) Te veel focus op zichtbare, bereikbare en gemarginaliseerde groepen:
vb. leerlingen op school, gedetineerden, … zijn gekend en bereikbaar
maar de totale drugspopulatie is ongekend (door illegaliteit en taboe)
⇒ Vernauwing/beperking van onze blik op druggebruikers
2) Te weinig kwalitatieve data
want meeste onderzoek is kwantitatief (cijfermateriaal)
3) Te weinig ‘insider’s view’
men kijkt te weinig naar de blik van de gebruiker zelf, vanuit hun eigen
perceptie en visie over waarom ze gebruiken
4) Te farmacocentrisch !!!
vaak de neiging om te kijken naar de drugs als product
→ te veel belang aan farmacologische, toxicologische aspecten
→ andere factoren worden vergeten
1.3 Theorie van Norman Zinberg
Er zijn grote verschillen in druggebruik, verschillende effecten. Voor inzicht in de werking
van druggebruik gebruiken we het model van Zinberg:
1) Drug: welk middel wordt er gebruikt?
= alles wat met het middel te maken heeft en diens farmacologische effecten
vb. denk aan rangschikkend model van Nut
, 2) Set: wie gebruikt het middel? (mens)
- Lichamelijke kenmerken: waardoor men anders gaat reageren op de effecten
van drugs vb. verschillen in gewicht, geslacht, leeftijd, tolerantie
- Rol van genetica: tolerantie, genetische kwetsbaarheid voor bepaalde middelen
vb. Japanners hebben enzym waardoor ze minder goed tegen alcohol kunnen
- Emotionele eigenschappen: je gemoedstoestand, psychische toestand, je
ervaringen van verdriet/pijn hebben gevolgen voor de effecten vb. trauma’s
- Karakter/persoonlijkheid: introverte mensen die drugs gebruiken om socialer
te worden, achterliggende problemen of gebeurtenissen
- Verwachtingen: idee dat ze hebben van wat er zal gebeuren, de kennis
3) Setting: in welke omgeving/context gebruikt men drugs?
- Ruimtelijke omgeving: verschil tussen auditoria en discotheek
- Sociale omgeving: met wie zijn we, vrienden of leerkrachten, …
- Context: vroeger zou cocaïne als normaal gezien worden, vroeger zou men
koffie verbieden → historisch, geo-politiek en wetgevend kader
1.4 Alcohol
Alcohol als leerproces
= van jongs af aan gaan we door een leerproces waarbij we leren over hoe we moeten
omgaan met alcohol vb. in familie, bij uitgaan, studentenvereniging, …
⇒ gevolg: meesten kunnen alcohol gecontroleerd gebruiken op een occasionele en
recreatieve manier gebruiken (maar toch zijn er alcoholisten!!)
Alcohol kan altijd worden aangeboden in dezelfde standaardsterkte waardoor men leert dus
waar je grens ligt. Bij illegale drugs is dat niet zo, dus het is moeilijker om te leren wat het
product doet met je lichaam.
, Bij legalisering:
→ controle door de overheid
→ wettelijke regeling
→ dosage op de verpakking (altijd dezelfde sterkte)
Hoe harder de repressie, hoe gevaarlijker de middelen!!
vb. door war on drugs worden de drugs steeds sterker gemaakt
Product Varianten Sterkere varianten
Bier en wijn Sterke drank Moonshine
Cannabis High THC Cannabis Synthetische cannabinoïden
Cocabladeren Poeder cocaïne Crack
Opium Heroïne Fentanyl
Ephedra Amfetamines Methamfetamines
Steeds meer mensen met problemen door cannabis
→ omdat men steeds sterkere cannabis gaat produceren – meer THC, minder CBD
→ door de settingsfactoren: sterke wetgeving, meer winsten voor sterkere wiet
⇒ een drug is absoluut geen stabiel gegeven!!
kwaliteit, sterkte en effecten zijn afhankelijk van meerdere factoren en de context
1.5 SET-factoren
Er zijn verschillende factoren bij de gebruiker die een rol spelen bij het gebruik van drugs
- Genetische kenmerken
- Lichamelijke kenmerken vb. gewicht, geslacht, leeftijd, …
- Psychische kenmerken
- Emotionele factoren vb. gemoedstoestand
- Karakteriële kenmerken
- Zelfbeeld / trauma / life events