Volledige samenvatting van mijn lesnotities, slides en boek Internationaal recht in kort bestek 3e editie van Jan Wouters. Deze samenvatting gaat over het deel Internationaal recht van het vak Internationaal en Europees recht in het schooljaar . De samenvatting telt 74 pagina's.
Hierin staat alle...
1. Basiskenmerken van internationaal recht
1.1 Definitie
Vroeger: IR is geheel v rechtsnormen dat de betrekkingen regelt tussen Staten
Staten zijn enige actoren
Nu: niet enkel betrekkingen tussen andere Staten maar ook
Tussen staten en IO’s
Tussen IO’s onderling
Tussen staten en natuurlijke of rechtspersonen
Er zijn meerdere actoren
MAAR centrale actoren = nog steeds Staten
o Enkel staten kunnen lid zijn VN + beroep doen op Veiligheidsraad of AV
(art. 35 VN-Handvest) + partij staan voor internationaal Gerechtshof (art.
34, lid 1, Statuut IGH) en geen internationale organisaties
1.2 Functies
1) Bevoegdheid volkenrechtelijke subjecten afbakenen
In de ruimte, ratione territorii:
Staat kan enkel bevoegdheden uitoefenen in eigen territorium =
territorialiteitsbeginsel
In de tijd, ratione temporis:
IR regelt problemen inzake ontstaan nieuwe Staten en opvolging bestaande
Staten
Wat betreft de persoon, ratione personae:
Staat kan extraterritoriale jurisdictie uitoefenen mbt eigen onderdanen
Wat het onderwerp betreft, ratione materiae:
Staten verlenen slechts aantal bevoegdheden aan Internationale organisaties,
deze zijn gebonden aan beginsel toegewezen bevoegdheden
2) Regelen van co-existentie van internationale rechtssubjecten
Geschillenbeslechting en –preventie
Gebruik van geweld (jus ad bellum - jus in bello)
o Jus ad bellum = oorlogsverbod, maar uitzonderingen (zelfverdedigingsrecht)
o Jus in bello = regels die gelden tijdens oorlog (stellen geen vraag nr legaliteit
vd oorlog, maar betrokken partijen moeten zich houden aan bepaalde
spelregels)
Gebruik van grondgebied mag geen schade berokkenen aan andere landen
Diplomatieke en consulaire betrekkingen
Staatsaansprakelijkheid
,3) Regelen van internationale samenwerking tussen internationale rechtssubjecten
Mondiale en regionale organisaties
Mensenrechten, milieurecht, handelsrecht, …
Samenwerking kan zijn: coöperatie, integratie, global governance
Global governance = formele en informele processen tussen Staten,
organisaties en/ of mensen die antwoord trachten te bieden op mondiale
uitdagingen dmv formulering en afdwinging vd regels, …
1.3 Basiskenmerken
1.3.1 Afwezigheid ve centrale wetgever (wetgevende macht)
Algemene Vergadering VN geen wereldwetgever
Want geen bindende kracht, kan enkel aanbevelingen uitvaardigen
Staten = “wetgever” én wetsonderhorigen: consensualisme = verdrag enkel
bindend voor Staat als deze Staat zijn instemming geeft voor dat verdrag
“Soevereine gelijkheid” van Staten = grondbeginsel (art. 2, lid 1, VN-Handvest)
Uitz.: jus cogens en internationaal gewoonterecht
Deze gelden voor alle landen!
1.3.2 Afwezigheid ve centrale rechter (rechterlijke macht)
Internationaal Gerechtshof: kan enkel optreden als Staten zijn jurisdictie vooraf
hebben erkend
Staten doen aan eigenrichting = recht in eigen handen nemen.
Maar: opkomst verplichte rechtsmacht (Staten mogen hier recht niet in eigen
handen nemen) bv:
o HvJ EU
o WTO Orgaan voor Geschillenbeslechting (DSB)
o EHRM
1.3.3 Afwezigheid ve centrale instantie voor rechtshandhaving (uitvoerende macht)
VN-Veiligheidsraad is geen wereldpolitieagent
IR heeft sanctiemechanismen van vreedzame tot gewelddadige middelen:
collectieve handhaving dmv Veiligheidsraad
Andere prikkels die ervoor zorgen dat Staten hun plichten respecteren
o Bv voorrechten en immuniteiten
GEEN verbod van eigenrichting (“self-help”) (maar zie EU-recht en WTO-recht)
Internationaal recht = gedecentraliseerd en horizontaal rechtssysteem (vgl.
nationale rechtsorde)
1.3.4 Afhankelijkheid vd nationale rechtsorden voor tenuitvoerlegging
Door gedecentraliseerd karakter IR is het voor tenuitvoerlegging afhankelijk vd Staten
Belang band internationaal en nationaal recht
Monistisch (vb: België: IR en nationaal recht zijn eenheid en regels IR direct
toepasbaar en dualistisch stelsel
Uitzonderlijke rol HvJ EU, bv.
, o Van Gend & Loos en Costa v ENEL
1.3.5 Zeer gedifferentieerd recht – Fragementatie
IR vorm uiterst gedifferentieerd recht zowel wat betreft ratione materiae als territorii
Werkingssfeer ratione materiae: IR omvat zowat alle mogelijke rechtsdomeinen
Werkingssfeer ratione territorii vh IR: onderscheid
o Algemeen/ universeel internationaal recht = geldt voor gehele
Statengemeenschap
o “Regionaal” internationaal recht = geldt voor bepaalde groepen Staten
bv. recht van de EU
o “Bijzonder” internationaal recht = geldt enkel tussen twee of beperkt aantal
Staten
Ontwikkeling IR in sub takken op mondiaal en regionaal niveau houdt gevaar v
fragmentatie in
DEEL I: Bronnen van internationaal recht
2. Verdragsrecht
2.1 Inleiding
Verdragen zijn belangrijkste formele bron
- > 73.000 geregistreerd bij VN
- België partij bij > 8.000; jaarlijks 30-tal nieuwe verdragen
Voordelen verdragen:
- Leiden tot rechtszekerheid
- Consensualisme: Staten zijn enkel gebonden voor zover zij hun instemming hebben
geuit om gebonden te zijn.
Verdragen vervangen vaak regels internationaal gewoonterecht m.n. door codificatie
daarvan (rechtsregels verduidelijken)
Belangrijkste codificatie verdragsrecht:
o Weens Verdragenverdrag 1969 (“WVV”) = (grotendeels) gewoonterecht
Normaal enkel toepassing op verdragen gesloten door Staten die partij
zijn bij dit verdrag
MAAR aantal bepalingen verdrag zijn gecodificeerd gewoonterecht
dus zijn ze ook v toepassing op andere verdragen
o Weens Verdragenverdrag staten - IO’s 1986
2.2 Definitie
Gewoonterechtelijke definitie = elk akkoord (overeenkomst wilsuitingen) gesloten
tussen twee of meer subjecten vh volkenrecht met de bedoeling rechtsgevolgen teweeg
te brengen beheerst door het volkenrecht.
Verdrag moet altijd door IR beheerst worden en niet door nationaal recht
Verdrag onderscheiden ve MOU (memorandum of understanding)
Verdragsrechtelijke definitie (art. 2, lid 1, sub a, WVV)
= internationale overeenkomst in geschrifte gesloten tussen Staten en beheerst door
het volkenrecht, neergelegd in één of meerdere akten en ongeacht de benaming
(1) Overeenkomst: het moet rechtsgevolgen beogen
, (2) Het vereiste ve geschrift is geen intrinsieke voorwaarde
(3) Tussen volkenrechtelijke subjecten: dit kunnen Staten, soms deelstaten van
federale staten of internationale organisaties zijn
o België, art. 167 § 3 GW: in foro interno, in foro externo ->
Gemeenschappen en Gewesten zijn op internationaal vlak bevoegd
o Opdeling exclusief federale, exclusief deelstatelijk en gemengde
verdragen
(4) Verdrag is beheerst door volkenrecht, maar staten kunnen bindende afspraken
maken beheerst door nationaal recht -> dit zijn GEEN verdragen
(5) Vorm verdrag doet er niet toe
o Doorslaggevend: wilsovereenstemming tussen twee Staten, hoe ook tot
uiting gekomen
o Vorm irrelevant; aanbod en aanvaarding hoeven niet gelijktijdig
(6) Benaming doet er niet toe
2.3 Soorten
- Traités-contrats = verdrag kan betrekkingen hebben op een eenmalige prestatie +
onderworpen aan regels volkenrecht (vb aankopen van vliegtuigen => na de koop is
verdrag gedaan)
- Traités-lois = verdrag dat voor de toekomst geldt voor onbeperkt aantal gevallen (vb
rechten vd mens)
- Traités-constitutions = verdragen voor oprichting internationale organisatie
- Kaderverdragen = verdrag waarin kader wordt vastgelegd voor latere vedragen
- Open verdragen = (vb vn verdragen) deze verdragen staan open voor alle landen van
de wereld en deze landen kunnen beslissen of ze zich hierbij aansluiten
- Gesloten verdragen = sommige verdragen zijn gesloten tussen twee of meerdere
landen (vb belastingsverdrag tussen belgie en nederland waarin staat welk land de
belastingen mag heffen)
- Multilateraal verdrag = meerdere partijen die een verdrag sluiten en als een land zich
terugtrekt zal het verdrag blijven bestaan tussen de andere partijen
- Bilateraal verdrag = er zijn twee partijen nodig om dit verdrag te sluiten en als een van
de partijen zich terugtrekt dan stopt het verdrag
- Plurilateraal = verdrag in context van wereldhandelsorganisatie: verdragen waarbij
WTO landen zich kunnen aansluiten maar niet verplicht
- Plechtige verdragen en verdragen in vereenvoudigde vorm: verschil tussen deze zit
in wijze uitdrukking instemming om gebonden te worden
- Verdragen i.k.v. internationale organisaties
2.4 Bekendmaking
Art. 102, § 2, HVN: elk verdrag moet geregistreerd w bij VN-secretariaat + publicatie in
United Nations Treaty Series
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Marie1103. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.