Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Beleggen Minor Financiële planning samenvatting €6,09   Ajouter au panier

Resume

Beleggen Minor Financiële planning samenvatting

 51 vues  1 achat
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van het vak Beleggen gegeven in de minor Financiële planning (Fontys).

Dernier document publié: 1 année de cela

Aperçu 2 sur 33  pages

  • 6 novembre 2022
  • 6 novembre 2022
  • 33
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Les 1
Beleggen= Geld steken in financiële objecten om koopkracht of meer dan koopkracht te behouden.
Bepaalde doelen beleggen:
 ‘Rijk’ worden
 Grote aankoop in toekomst
 Aflossen hypotheek
 Eerder stoppen met werken
 Kennis van financiële objecten krijgen
 De index verslaan

Soorten beleggers:
 Particuliere belegger
 Ondernemingen (zakelijke belegger)
 Institutionele belegger= instellingen die meestal grote sommen geld beleggen. Voorbeelden
zijn pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen.

Inflatie
2 vormen:
1. Prijsinflatie: veroorzaakt door toename hoeveelheid geld (hogere productie).
Veroorzaakt door doorberekening van gestegen productiekosten, importprijs, hoger
belastingtarief. Koopkracht daalt. Vertrouwen in valuta neemt af. Investeringen risicovoller.

Hoofdvormen van prijsinflatie:
- Kosteninflatie: bedrijven berekenen gestegen kosten door in verkoopprijs. Leidt tot vermindering
vraag en verslechtering concurrentiepositie.
Loonkosteninflatie: bedrijf berekend hogere loonkosten door in prijs.
Loon-prijsspiraal= dat lonen en prijzen elkaar voortdurend opjagen omdat de werknemers hun
koopkracht en de werkgevers hun winst willen handhaven.

Geïmporteerde inflatie: als de belastingen die kunnen worden doorberekend, worden verhoogd,
zoals de btw, accijnzen of heffingen (van geïmporteerde goederen).
Bestedingsinflatie: Geld lenen vergroot de collectieve vraag en leidt tot prijsstijging in een situatie
van overbesteding, wanneer de productiecapaciteit nog niet is meegegroeid.

2. Monetaire inflatie: door toename van geldhoeveelheid zal de vraag stijgen wat tot prijsinflatie
leidt. Doel ECB; inflatie onder 2% houden.
Kwantitatieve verruiming: centrale bank koopt obligaties op. Hierdoor komt extra geld
beschikbaar en zorgt voor oplopende koers van obligaties.

Nominale rente= de in het contract afgesproken rente, geen rekening gehouden met bijv. inflatie.

Als de nominale rente sterker stijgt dan de inflatiegraad, dan stijgt de reële rente en wordt de
economie afgeremd. Als de nominale rente sterker daalt dan de inflatiegraad, dan daalt de reële
rente.

Positief reeel rendement als de inflatie lager is dan de nominale rente. Negatief reeel rendement als
de inflatie hoger is dan de nominale rente.

Stagflatie: toestand van stagnerende (stilstaan) economische groei en hoge inflatie.

, Conjunctuur= de verandering van het groeipercentage van de economie of de productie op de korte
termijn.

Trendmatige groei= De gemiddelde groei over de lange termijn. Laagconjunctuur productiegroei
blijft achter bij trendmatige groei. Hoogconjunctuur hogere rente, lage werkloos, toenemende
inflatie. Het omslagpunt van hoog- naar laagconjunctuur noemen we crisis.

Beleidsinstrumenten:
- Belastingen en overheidsuitgaven (Keynes)
- Korte rente- instrument (monetaristen); Bij een hoge rente investeren producenten weinig en bij
een lage rente zijn de investeringen hoog.

Macro-economisch beleid heeft twee doelen:
- de langjarige gemiddelde groeicurve/de trendmatige groei zo steil mogelijk maken – hoe steiler de
curve, hoe sneller de productie en welvaart gemiddeld stijgen;
- de conjunctuurbewegingen rondom de trendlijn (stippellijn) zo klein mogelijk houden – hoe kleiner
de afstand tussen pieken en dalen, hoe minder mensen getroffen worden door werkloosheid
wanneer de productie daalt.

Conjunctuurbeweging wordt bepaald door vraag en aanbod. Externe factoren die hier invloed op
hebben: technologische ontwikkelingen, klimaat, consumentengedrag, politie.
Interne factoren: overproductie, onderproductie.

Anticyclisch overheidsbeleid= beleid om nadelige gevolgen van inflatie / werkloosheid te bestrijden

Klantprofiel:
Risicotolerantie= mate waarin klant de financiële risico’s kan opvangen die samenhangen met
beleggen.
Risicobeleving= manier waarop klant de risico’s ervaart.
Risicobereidheid

Zorgplicht= in Wet op financieel toezicht (WFT). Met als doel klanten van effecteninstellingen te
beschermen. 3 verplichtingen:
- De financiële instellingen moeten voldoende informatie van hun klanten inwinnen (over diens
financiële positie, kennis, ervaring, doelstellingen en risicobereidheid)
- De financiële instellingen moeten voldoende informatie aan hun klanten verstrekken over hun
producten en de risico’s die aan die producten zijn verbonden.
- De financiële instellingen adviseren een product dat past bij de wensen, doelstellingen en
financiële positie van de klant.
De Autoriteit Financiële Markten (AFM) houdt toezicht op naleving zorgplicht.


Risicotolerantie, Dit wordt bepaald door het beleggingsdoel, de termijn waarop hij dit doel wil
bereiken (de beleggingshorizon) en zijn financiële positie.

Beleggingsdoel/vermogensdoel= geeft aan wat de klant met zijn beleggingen wil bereiken.
Doelvermogen= het bedrag dat daarvoor nodig is.

Vermogensdoel met objectieve prioriteit: gericht op noodzakelijk vermogen, bijv. om te voorzien in
levensbehoeften (opbouwen pensioen). Druk is groot om doelvermogen te bereiken.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur IsV. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,09  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter