Dermatologie – Eczeem
Eczeem/dermatitis
1. Atopisch eczeem
- = fam voorkomende, infl huidaandoening
- Kenmerken
o Extreme jeuk
o Typische voorkeurslokalisatie
o Chr of op- en afgaand beloop
o Correlatie met andere atopische S/
Rhino-conjunctivitis, bronchiaal astma
=> Fam VG?
o Vaak associatie met verhoogde productie IgE
= extra argument, maar niet obligaat aanwezig (afwezig ≠ uitsluiten)
- Voorkomen
o Vnml kinderen (20% in westerse landen)
Veel variatie in ernst
o Sterke daling v prevalentie na puberteit
o 2-8% vd volwassenen
A) Overgehouden als kind of
B) late-onset
Pathogenese
a) Intrinsieke/genetische afw
- 1) abnml epidermale structuur & functie (= verstoorde huidbarrière) = !ste
o Abnml lipidenmetabolisme
(tekort aan & inadequate ratio v intercellulaire lipiden in hoornlaag)
=>‘cement’ tss KC van mindere kwaliteit
o Abnml epidermale structurele eiwitten
Vnml fillagrine eiwit, protease inhibitoren
o Abnml microbiële kolonisatie (shift)
S. Aureus
Malassezia sp (gist)
o => ↑ trans-epidermaal waterverlies (TEW): droge huid + verhoogde penetratie
irritantia/allergenen
- 2) onaangepaste IM-respons op antigenen die huid binnendringen
o Activatie aangeboren IS (Langerhans’ & dermale dendritische cellen)
o Abnml activatie v adaptieve IS met expressie infl mediatoren (cytokines)
Initiëel: Th2 respons (=> IgE ↑)
Chr eczemen: shift naar Th1 & Th17 respons
o => nog meer deficiënte huidbarrière
b) Omgevingsfactoren
- Lokken eczeem uit bij genetisch vatbare pat
- A) Irritatieve factoren
o Water (hard, gechloreerd, heet water)
o Solventen (reinigingsproducten)
=> weinig lipiden die er nog zijn gaan ook oplossen
o Wol
o Synthetische kledij, occlusief schoeisel
=> zweet +++ => gaat dan prikkelen
=> baby’s niet te hard indekken (zweten dan te hard => eczeem)
, Dermatologie – Eczeem
o Zand, verf, …
- B) allergie
o Allergieën spelen een rol, maar niet altijd!
Basisprobl = dat structuur v huid minder stevig is & vatbaarder is voor stoffen
die nml niet prikkelbaar zijn
=> niet blijven zoeken naar allergie
o A) Aëroallergenen of inhalatieallergenen
Huisstofmijt (matras, tapijten, gordijnen, knuffels, …)
Schimmels (in vochtige huizen)
Huisdieren (vnml op epitheel vd dieren)
Pollen (gras & boompollen)
Veroorzaakt vnml hooikoorts & astma maar soms ook opstoot v
eczeem
o B) Voedingsmiddelen
< 2j: koemelk, kippeneiwit, peulvruchten, meelsoorten
Aangetoonde allergie => moet hoop zaken vermijden
Groeien er vaak uit => opnieuw testen # jaar later
> 2j: vruchten, noten (pinda), groenten (wortels, spinazie), vlees, vis, …
Vaak voor het leven => hertesten na # jaren niet nuttig
Rol v pseudo-allergenen
‘Als ik niet oplet & ik eet 2 zakken chips/chocola dan krijg ik eczeem’
Moet je geloven, maar kan je niet testen in bloed! (want ≠ allergie,
geen IgE tegen die voedingsstoffen)
Kliniek
a) Majeure criteria
- Jeuk (zeer lage jeukdrempel)
o Baby: bij uitkleden beginnen ze onmiddellijk te krabben
- Chr of op- en afgaand verloop
- Typische morfologie & lokalisatie
o Zuigelingen
Gelaat (wangen, voorhoofd) & scalp
Typisch uitsparen v mond & neus (narcosekapje)
Vaak nattend uitzicht met korstvorming (= acuut beeld, vaak surinfectie)
± diffuse uitbreiding naar romp & ledematen
o Peuters/kinderen
Opvallend symmetrisch
Voorkeurslokalisatie
Elleboog- & knieplooien
Polsen, hals, oogleden
Chr karakter: lichenificatie = verdikking vd opperhuid
Tgv chr infl & vele krabben => opperhuid tracht zich te beschermen
Huidlijntjes w meer duidelijk
Krabletsels, schilfering, kloofvorming, jeuk
o Volwassenen
A) Gelokaliseerde vorm: chr handeczeem, hoofd & nek
Typisch beter na kinderleeftijd & dan op 28j komen ze terug met
handeczeem => tgv veel gebruiken vd handen, veel wassen, …
klinisch diagnose v eczeem te stellen stellen, maar DD/
o Contacteczeem
o Atopisch eczeem (IgE = argument in deze richting)