Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
ALLE aantekeningen HC & WG OOCG €12,39   Ajouter au panier

Notes de cours

ALLE aantekeningen HC & WG OOCG

 12 vues  1 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Dit bestand bevat een volledig overzicht van alle behandelde stof bij het vak Ontstaan en Ontwikkeling van Crimineel Gedrag (BA3 Criminologie). Het is een overzicht van alle hoorcolleges, inclusief relevante afbeeldingen van de slides & van alle werkgroepen, inclusief oefententamenvragen met antwoo...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 37  pages

  • 24 octobre 2022
  • 37
  • 2022/2023
  • Notes de cours
  • Jansen en barends
  • Toutes les classes
avatar-seller
College 1: Biopsychosociaal model van crimineel gedrag en de levensloop
Leerdoelen
Na afronding van dit vak kunnen jullie:
1. de theorieën binnen de ontwikkelings- en levensloopcriminologie toepassen
2. voorspellingen doen op basis van de besproken theorieën en aangeven op welke wijze deze
voorspellingen getoetst kunnen worden
3. het belang van longitudinaal onderzoek voor de ontwikkelings- en levensloopcriminologie
aangeven
4. sociaalwetenschappelijke kennis over crimineel gedrag over de levensloop en resultaten van
biografie-analyse verwerken in een wetenschappelijk paper
Belang van verschillende verklarende perspectieven
- Theorieën als RAT of RKT houden geen rekening met individuele factoren,
omgevingsfactoren, invloeden van momenten buiten het plegen van crimineel gedrag
- Per perspectief verandert het antwoord op dezelfde vraag: Waarom pleegt deze persoon dit
delict?
Verklarende mechanismen binnen de levensloop
- Vanaf de conceptie
- Interactie tussen biologie, psychologie, sociale factoren en omgeving
- Onderliggende theorie is het biopsychosociaal model
o Biologisch: genen, DNA, prenatale omgeving, invloed ervaren stress
 Kan over tijd veranderen: ziekte, tot uiting komen
 Uitgewerkt in week 2
o Psychologisch: zelfcontrole (ook vanuit biologie)
 Cognitieve en emotionele factoren
 Uitgewerkt in week 4
 Identiteit en persoonlijkheid
 Uitgewerkt in week 5
o Interpersoonlijke / Sociale invloeden: gezin, opvoeding, omgeving, hechting,
vrienden, relaties -> stoppen en starten van criminaliteit
 Uitgewerkt in week 3
 Alle factoren kunnen over tijd veranderen
Levensloopcriminologie
- Veel factoren meenemen
o Statische of dynamische factoren
- Invloed van factoren is vaak veranderlijk of beïnvloedbaar
- Onderzoek steeds vaker op niet commune criminaliteit
o Artikel Huisman
- In dit vak vaker aandacht voor deze commune delicten
Het begrijpen van het OOCG is een soort puzzel van de hele levensloop, op basis van biologische,
psychologische en sociale factoren, de interactie tussen deze drie én de interactie met de omgeving.

,College 2: Prenatale en voorschoolse leeftijd (0-4 jaar)
Aan het eind van dit college kunnen jullie van enkele biologische processen, vanuit de vroege
(prenatale) periode, uitleggen hoe ze (crimineel) gedrag beïnvloeden.
- Hoe beïnvloeden genen gedrag?
- Welke rol spelen omgeving en ervaring in werking van biologische processen?
Video - Interactie binnen biopsychosociaal model
- Onderscheid naar sociale, psychologische en biologische risicofactoren voor antisociaal
gedrag
o Veel risicofactoren betekent grotere kans op criminaliteit. Vaak allemaal tezamen,
maar soms ook één categorie bijna niet en andere veel meer.
o Invloed op elkaar: agressieve ouders door genen -> genen en omgeving overdragen
- Hersenontwikkeling: emotionele ontwikkeling sneller dan rationele ontwikkeling -> weinig
remmingen -> een probleem in combinatie met foute vrienden
o Soort zoekt soort -> risicofactoren versterken elkaar
- Er zijn ook beschermende biologische factoren tegenover een lastige sociale omgeving
Genetica en criminaliteit
- Veel onderzoek naar
o Antisociale persoonlijkheidsstoornis / conduct disorder
o Antisociaal gedraag
o Agressie
- Onderzoekbenaderingen
1. Algemene effect van genetische variatie
 Erfelijkheidsstudies -> overdragen van eigenschappen binnen familie
 Kijkt vaak naar tweelingen
o Delen van een deel van de genetische informatie en
omgevingsfactoren, maar ook een unieke omgeving
o Eigenschap = erfelijkheid + gedeelde omgeving + unieke
omgeving
 Eeneiige tweeling deelt 100% van het DNA, en tweeiige tweeling
deelt 50%, net als met normale broers/zussen en ouders
o Tweelingen delen alleen wel vaak opvoeding etc., broertjes
en zusjes vaak niet of minder
 Studies naar adoptie, scheiding van een tweeling -> andere
omgevingen
 Tweelingstudie: Stel monozygote tweelingen zijn vaker beiden
agressief dan dizygote tweelingen -> dan verwacht je een grote
genetische invloed.
o Let op: alleen op groepsniveau
 Ook door adoptiestudies
 Genetica bepaalt voor 50% antisociaal gedrag
 Maar welke genen is onduidelijk
o Kritieken
 Assumptie van identieke gedeelde omgeving tussen tweelingen (monozygoot
versus dizygoot) klopt niet

,  Ongelijkheid in gedeelde placenta monozygoot versus dizygoot
 Prenatale invloeden
 Mogelijke genetische overlap met adoptieouders
 Adoptieouders vaker beter af dan biologische ouders
 -> deze punten zijn onvermijdelijk, vergroten de invloed van genen, maar
effect ervan is relatief klein
2. Specifieke genen
 Kandidaat genen
 Genome-wide association studies (GWAS)


- Genetica
o Genen bepalen alle biologische processen in je lichaam -> processen belangrijk voor
(crimineel) gedrag
o In een cel 46 chromosomen, de helft van elke van je ouders. Chromosoom bestaat uit
genen. ‘Traptreden’ in een gen bepalen wat er precies gebeurt
o Heel groot deel van de informatie in je DNA lijkt niks te doen, codeert nergens voor.
5% van de 3.1 miljard codeert de relevante informatie
 Coderen van eiwitten die belangrijk zijn voor lichaamsfuncties
 Spijsvertering, wonden herstellen, hormonen etc.
 ! Centrale zenuwstelsel -> hersenfuncties !
o Functie van het brein, overbrengen van informatie via neurotransmitters en
receptoren -> dat zijn vormen van eiwitten
o Functie van eiwitten wordt bepaalt door de fysieke vorm van het eiwit
o De vorm wordt bepaald door de bouwblokjes, zijnde aminozuren
 Met de 20 verschillende bouwblokken
 Eiwit heeft gemiddelde 300 aminozuren
 Het gaat om de volgorde van de aminozuren om de vorm, dus de functie te
bepalen
 De volgorde van de aminozuren wordt bepaald door je genen. De informatie
staat opgeslagen in genen, in de vorm van nucleotiden (baseparen)
o Deze informatie wordt afgelezen en gekopieerd (met een eiwit), en gevormd tot RNA
=> transcriptie. Vervolgens wordt dit RNA weer gekopieerd tot een eiwit => translatie
 Dus: DNA -> transcriptie (aflezen en kopiëren) -> RNA als boodschapper (van
dit stukje DNA moeten we een eiwit maken) -> translatie tot een eiwit
(kopiëren en maken)
o Wanneer wordt een gen geactiveerd? Dat bepaalt een gen niet zelf (dat zou
genetisch determinisme heten), het komt door de omgeving
 Op verschillende niveaus:
 Micro: Kapotte cellen geven een signaal af. Macro: Drinken van
alcohol veroorzaakt een signaal enzymen te produceren.
 Dit proces gaat via transciptiefactoren die geactiveerd worden door
de omgeving -> als aan/uit-knopje
o Ontvangen signaal
o In DNA relevante gen opzoeken
o Stukje kopiëren
o Stukje omzetten tot het relevante eiwit
 Eigenschappen van transcriptiefactoren:

,  Een transcriptie factor (eiwit) zorgt bindt aan het beginstukje van
een gen (promotor) en begint zo transcriptieproces (“aanknop”).
 Eén transcriptiefactor kan meerdere genen “aan” zetten
 Om een transcriptie factor te maken heb je genetische informatie
(recept) nodig.
 Hoe complexer genoom, hoe hoger percentage transcriptie factor
genen. Dus véél genetische informatie bevat info over TF’s
 Dus: Transcriptiefactoren bepalen activatie genen ->
Transcriptiefactoren worden beïnvloed door omgeving -> Dus
genetische expressie wordt bepaald door omgeving
Key Points
- Genen zijn niet autonoom
- Maar staan onder invloed van omgeving
- Grote delen van je DNA spelen een rol in hoe omgevingsfactoren de expressie van andere
genen bepalen [transcriptie factoren]
- Epigenetica laat zien dat omgevingsfactoren een levenlang (en daarna!!) invloed hebben op
gen expressie
- Genen zijn niet statisch maar veranderbaar (tot op bepaalde hoogte)


- Prenatale risicofactoren: Voeding
o Dutch Famine Study: Het effect van te weinig voeding tijdens zwangerschap op later
gedrag.
 Kinderen onderzocht bij ingang van de militaire dienst, als ze 18 waren
o Verband tussen ondervoeding van de moeder en antisociaal gedrag (antisociale
persoonlijkheidsstoornis) op latere leeftijd: Mannen die een diagnose APD
ontvangen bij keuring, hebben vaker weinig voeding gehad tijdens zwangerschap.
Waarom?:
 Ontwikkelingsachterstand
 Epigenetische invloeden
 Niet genoeg of niet de juiste eiwitten aanmaken.
Transcriptiefactoren staan niet goed aan of uit
 Beperkte ontwikkeling van de hersenen
 Grootste invloed in eerste en tweede trimester -> gevoelige fase
voor de hersenen
o Effecten zijn meerdere generaties zichtbaar: bijvoorbeeld hogere kans op diabetes


- Genetische afwijking: MAO-A gen (The warrior gene) -> mensen die dit hebben zijn erg
agressief
o Eén specifieke lettercombinatie wijkt af van de rest
o Het eiwit regelt de afbraak van signaalstofjes in het brein (functioneert als de
prullenbak van die signalen)
 Geen eiwit -> geen afbraak -> heel veel van dezelfde stofjes
 Brein raakt hier overprikkelt voor en reageert niet meer op dit stofje
 Dit stofje was belangrijk voor het remmen van gedrag en
impuls-/zelfcontrole

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kimdebruijn. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €12,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80796 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€12,39  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter