Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting ondernemingsrecht week 7 €7,09   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting ondernemingsrecht week 7

 19 vues  0 achat
  • Cours
  • Établissement

Volledige samenvatting van tutorials, colleges en leesmateriaal voor week 7. Vak succesvol afgerond met een 9.

Aperçu 4 sur 52  pages

  • 17 octobre 2022
  • 52
  • 2022/2023
  • Resume
avatar-seller
Hoorcollege 7 Fusie, splitsing en ontbinding
1. Ontbinding
Limitatieve opsomming van de ontbindingsgronden in art. 2:19 BW:
 Door een besluit van de AVA;
o Betreft een dwingendrechtelijke bevoegdheid.
o De ontbinding vindt plaats door en met het besluit.
o Voor een besluit is in ieder geval nodig dat blijkt van een (gezamenlijke) wilsuiting van de
betrokken (meerderheid van) aandeelhouder(s) om het met het besluit beoogde rechtsgevolg tot
stand te brengen.
 Bij het intreden van een gebeurtenis die volgens de statuten de ontbinding tot gevolg heeft;
o Komt in de praktijk niet veel voor, bij stichtingen ziet men nog wel eens dat deze wordt
ontbonden bij het overlijden van een bepaalde bestuurder
o Ontbinding vindt in dat geval van rechtswege plaats.
 Na faillietverklaring;
o Na afwikkeling van het faillissement  gevolg van het faillissement, gedurende faillietverklaring
blijft de vennootschap sluimerend voortbestaan
o Ontbinding valt niet gelijk samen met faillietverklaring, ontbinding komt pas aan het einde van de
faillissementsprocedure aan de orde.
o Na opheffing van het faillissement  indien er niet voldoende baten zijn om de boedelschulden
te voldoen en dus het faillissement af te wikkelen (art. 16 Fw).
 Door het geheel ontbreken van leden, indien de rechtspersoon een vereniging, een coöperatie of een
onderlinge waarborgmaatschappij is (niet voor NV/BV enkel voor vereniging);
 Door een beschikking van de KvK; en
o Verplichte ontbinding i.g.v. art. 2:19a BW (betreft inactieve rechtspersonen)
o De KvK moet de vennootschap eerst op de hoogte stellen dat de KvK voornemens is om de
vennootschap te ontbinden indien ten minste de 2 van deze omstandigheden zich voordoen
hierbij moet zij vermelden op welke gronden dit gebeurt, de mededeling wordt ingeschreven in
het handelsregister. De vennootschap krijgt voorts de mogelijkheid om de omstandigheden te
herstellen dus de omstandigheden waarop het ontbindingsvoornemen van de kamer is gebaseerd
zich niet meer voorzien, hiervoor heeft de rechtspersoon 8 weken de tijd. Wordt er niets of
onvoldoende ondernomen door de vennootschap en zijn de omstandigheden na 8 weken nog
steeds aan de orde, dan wordt de vennootschap middels beschikking van de KvK ontbonden.
 Door de rechter in de gevallen die de wet bepaalt.
o Art. 2:20 BW: indien het doel/ de werkzaamheden in strijd is met de openbare orde (geld voor
alle soorten rechtspersonen)
 Lid 1: de werkzaamheid van de rechtspersoon is in strijd met de openbare orde. Deze
moet door de rechter verboden worden verklaard en worden ontbonden.
 Lid 2: het doel van de rechtspersoon is in strijd met de openbare orde. Mogelijkheid tot
herstel de vennootschap hoeft niet meteen door de rechter te worden ontbonden.
 In beide gevallen moet dit op verzoek van het OM. In geval van lid 1 heeft de rechter
geen bewegingsruimte, hij moet verbieden en ontbinden, in geval van lid 2 heeft hij wel
nog wat ruimte en kan hij ook een mogelijkheid van herstel bieden
 Strijd met de openbare orde: handelingen maken inbeuk op algemene aanvaardde
grondbeginselen van het Nederlandse rechtssysteem (oproeping en aanzetting tot

, discriminatie, handelen in strijd met gemeentelijk coffeeshop beleid, verheerlijking van
pedofilie, motorbendes die geweld plegen en aanzetten tot geweldpleging)
o Art. 2:21 BW: i.g.v. van oprichtingsgebreken, dan wordt de vennootschap ontbonden.
 Ontbreken van authenticiteit aan de notariële akte (i.e. verkeerde datum, onvolledige
akte)
 Statuten voldoen niet aan de eisen (art 2:66/67 en 2:177/178 BW)
 Op verzoek van OM of belanghebbende, maar dan de RP een termijn geven waarbinnen
zij aan de eisen van de wet moeten voldoen
o Art. 2:74/ 2:185 BW: ontbinding indien het gaat om een lege/inactieve vennootschap.
 De rechtspersoon die haar doel door een gebrek aan baten niet kan bereiken en indien
zij haar werkzaamheden tot het bereiken van haar doel heeft gestaakt dan heeft de
rechter de bevoegdheid de NV/BV te ontbinden
 Voor de NV: indien het geplaatste of gestorte kapitaal minder dan 45.000 is, de rechter
zal niet meteen tot ontbinding overgaan, maar de rechtspersoon eerst de kans geven om
het gebrek te herstellen door bijstorting of door omzetting in een BV waarvoor er geen
minimumkapitaal geld
o Art. 2:356 sub f BW: ontbinding van de vennootschap als eindvoorziening door de OK indien van
wanbeleid is gebleken. (Ultimum remedium
o Let op: art. 2:74/ 2:185 BW gelden ook voor de SE!


Vereffeningprocedure
De rechtspersoon die is ontbonden blijft in beginsel voortbestaan ter vereffening van haar vermogen (art 2:19 lid 5
BW). Dat betekent dat een vereffeningsprodcure in gang treedt, deze is erop gericht om eventuele schuldeisers van
de vennootschap te voldoen uit de resterende baten en mocht erna nog iets overblijven dan kan dit worden
overgedragen aan de aandeelhouders of anderen die hier krachtens de statuten toe gerechtigd zijn. Tijdens de
vereffeningsprocedure worden er vereffenaars aangesteld, in regel is dit het bestuur van de vennootschap, deze
hebben als taak de vereffening van de schulden en de baten.

Vereffeningsprodecure (art. 19 lid 5 Fw):
 Schulden > baten dan zijn de vereffenaars verplicht tot aangifte faillietverklaring (art. 2:23a lid 4 BW)
 Is dit niet zo dan gaat hij over verdeling van de baten over de schuldeisers en eventuele aandeelhouders.
Hierover legt hij rekening en verantwoording af en stelt hij een plan van verdeling (art. 2:23b lid 2 BW)
 Terinzagelegging en bekendmaking (art. 2:23b lid 4 BW)
 Verzetsmogelijkheid 2 maanden (art. 2:23b lid 5 BW)
 De vereffeningsfase eindigt pas op het moment dat de vereffenaar geen baten meer bekend zijn en pas als de
vereffening is geëindigd houdt de rechtspersoon op te bestaan

Taak vereffenaars  vereffenen
 Aandeelhouders zijn in dat geval achtergestelde schuldeisers.
 Belang faillissement: mogelijkheid tot het instellen van een bestuursaansprakelijkheidsactie.

De curator heeft meer bevoegdheden in faillissement

,2. Turboliquidatie
Burgerdock zou worden opgericht met behulp van crowd funding: 'Stel je neemt 1 optie van 250 euro. Dat is 0,2%
van de aandelen. Stel de verwachte nettowinst per vestiging is 240.000 euro per jaar en 20.000 euro per maand. Jij
ontvangt dan elke maand 40 euro op je rekening, oftewel 480 euro per jaar. Dat is ongeveer 2.400 euro in 5
jaar. Als alle opties zijn volgeschreven gaan we van start. Je krijgt dan een conceptovereenkomst per mail. Daarna
een uitnodiging van de notaris om het contract te ondertekenen. De administratie wordt verzorgd door een
accountantskantoor.’  Belofte linkt mooi maar kan waarschijnlijk niet worden nagekomen
Andere alarmbel is de oprichting Yusuf D: Uit een google search blijft dat hij al andere ondernemingen heeft
opgericht waaronder een vennootschap die door turboliquidatie is opgericht. Na slechts enkele weken zijn open
geweest zonder dat winst was gemaakt werd BurgerDock ontbonden via turboliquidatie en verdween zij daarmee
en bleven vele personen die via crowdfunding hadden in ingebracht onbetaald achter


Turboliquidatie
Art 2:19 lid 4: ontbinding zonder vereffening. Na ontbinding houdt de rechtspersoon direct op te bestaan. Met
turboliquidatie wordt geen snelle doorstart beoogd, maar eerder een snelle beëindiging van de venootschap. Het is
een ontwikkeling die zich in de praktijk heeft voorgedaan. Voorafgaand aan het nemen van het ontbindingsbesluit
vindt de vereffening plaats zodat ten tijde van het nemen van het ontbindingsbesluit er geen baten meer zijn

Turboliquiatie  ontbinding in de zin van art. 2:19 BW waarbij er geen vereffening plaats vindt. Indien de
rechtspersoon op het tijdstip van zijn ontbinding geen baten meer heeft, houdt hij alsdan op te bestaan.
 Eenvoudig, er wordt slechts 1 voorwaarde gesteld  Op het moment van het ontbindingsbesluit zijn er
geen baten meer.
o Het ontbindingsbesluit wordt door de AVA genomen.
o Art. 2:19 lid 4 BW: indien de rechtspersoon op het tijdstip van zijn ontbinding geen baten meer
heeft, houdt hij alsdan te bestaan.

, o Een vennootschap die wel nog schulden heeft maar geen baten mag verdwijnen door
turboliquidatie
 Snelle ontbindingswijze, want er volgt geen vereffeningsprocedure, de vennootschap verdwijnt direct na
het nemen van het ontbindingsbesluit
 Nadelen: er is geen controle door een vereffenaar.
 Voorwaarde turboliquidatie: dat er geen baten meer zijn.


Legeboedel-problematiek
De vraag of turboliquidatie wel mag worden toegepast indien er nog schulden bestaan hangt samen met de NL
heersende legeboedel-problemattiek. Veel faillissementen worden opgeheven wegens een gebrek aan baten, vaak
zullen er dan niet genoeg baten zijn om het salaris van de curator volledig te voldoen

Oplossing: de curator kan in verzet gaan (art. 10 Fw). Niet door de wetgever een oplossing geboden, de curatoren
zijn zelf naar een oplossing in de praktijk gegaan
Curatorenverzet-arrest:
 Mogelijke bezwaren om een curator als belanghebbende aan te merken in de zin van artikel 10 FW
o Het is de taak van de curator om neutraal te rapporteren over de boedel. Met doen van het
verzet heeft hij de vernietiging van het faillissement voor ogen
o Het instellen van verzet tegen faillissement met lege boedels behoort niet tot de taak va de
curator als omschreven in artikel 68 FW
o Het is de vraag of de curator ten tijde van faillissement wel al is aan te merken als schuldeiser of
belanghebbende
 De curator heeft verzet aangetekend tegen de op eigen aangifte van de bestuur failliet verklaarde BV, hij
stelde zich in het arrest op het standpunt dat de DGA van de BV misbruik van bevoegdheid had gemaakt
nu in de vennootschap geen baten meer aanwezig waren en ook niet te verwachten waren, daarmee had
het faillissement volgens de curator totaal geen nu en had de DGA dus ook geen belang bij het doen van
aangifte tot faillietverklaring. De curator had wel een belang om verschoond te blijven van een
faillissement waarin op voorhand al vaststond dat de kosten voor zijn rekening zouden blijven
 Er werden twee prejudiciële vragen gesteld:
o Kan de curator q.q. worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van art. 10 Fw?
o Kan de curator q.q. gelet op zijn neutrale en onafhankelijke rol in verzet komen tegen een
faillissementsvonnis, waarbij hij constateert dat er geen actief is of geen actief te verwachten
valt?
 HR beantwoord beide vragen bevestigend
 Inhoudelijke beoordeling van curatorenverzet: het verzet komt voor gegrondverklaring in aanmerking
indien sprake is van een boedel die (nagenoeg) geen activa omvat en er geen enkele aanleiding bestaat
voor de verwachting dat in het faillissement, activa zullen kunnen worden gegenereerd, bijvoorbeeld door
toepassing van artikel 42 FW en artikel 2:9 BW.
o Vreemd:
 Nagenoeg geen baten  waar ligt de grens?
 De verzetstermijn is slechts 8 dagen: binnen 8 dagen moet de curator met zekerheid
kunnen zeggen/vaststellen dat er geen enkele aanleiding bestaat voor de verwachting
dat nog iets kan worden gegenereerd in het faillissement
o In dat geval zal kunnen worden aangenomen dat de rechtspersoon de bevoegdheid tot het doen
van aangifte tot faillietverklaring heeft misbruikt.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Lawandmarketing. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,09. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

72841 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,09
  • (0)
  Ajouter