Bedrijfsbeleid samenvatting
Schema van de balans mag gebruikt worden op het examen
- Activa Bezitting
- Passiva Schulden
Resultaat= winst of verlies
Een factuur is een voorbeeld van een document dat absoluut geboekt zal worden.
Een document dat niet geboekt zal worden is een offerte. Je wilt als bedrijf een bedrijfswagen
kopen en je gaat aan verschillende bedrijven een offerte vragen. Een offerte leidt niet tot een
bezit en heeft geen invloed op een actief of passief en dus ook niet op de winst en verlies.
Twee soorten boekhouding:
Je mag altijd de vereenvoudigde boekhouding doen
Alleen een privéonderneming mag een dubbele boekhouding voeren
-Er zijn ook kapitaalloze venootschappen: die schuld aan de eigenaar op lange termijn wordt dan
niet kapitaal genoemd maar een inbreng.
- Een onderneming heeft een vermogen die op een balans wordt gezet.
- Hierop staat het vermogen van een bedrijf.
- Links: activa bezittingen (hoe het vermogen gebruikt wordt)
- Rechts: passiva
- Vaste activa: een bezit dat meer dan een jaar in de onderneming blijft. Hiermee bedoelt men
die activa die in principe blijvend bestemd zijn voor de uitbating van de onderneming. Het is
dus niet de bedoeling deze te verkopen. (een auto, magazijngebouw. Als je een garagist bent
kan een wagen ook een handelsgoed zijn. Gronden, gebouwen, materieel, uitrusting) Hebben
de kleinste graad van liquiditeit.
- Vlottende activa: Een bezit dat minder dan een jaar in de onderneming blijft. ( bankrekening,
geld in de kassa). Hieronder zijn vorderingen op méér dan 1 jaar, en vorderingen op ten
hoogste 1 jaar. Je zet deze in het schema volgens liquiditeit. Hoe meer naar onder, hoe meer
liquider.
1
,Passiva 3 soorten:
- Eigen vermogen (vermogen dat komt van de eigenaar of aandeelhouders, kapitaal)
- Vreemd vermogen ( schulden: lange termijn en korte termijn.) Lening (lange termijn) ,
leveranciers (korte).
- Staan in volgorde van stijgende liquiditeit. Hoe meer naar beneden hoe liquider (hoe
makkelijker je het omzet in geld). Liquide is ook cash.
- Rechterkant Alle schulden of passiva. Hoe meer naar beneden hoe vlugger ze opeisbaar
is. Helemaal vanboven staat eigen vermogen.
- Eindbalans van vorig jaar is de beginbalans van dit jaar.
Schulden meer dan 1 jaar: leningen.
Schulden van max.1 jaar: belastingen, bezoldigingen…
- Actief daalt (= geld op de bank)
- Daling (passief): schuld aan de leverancier daalt
Actief= passief, je bezittingen
Passief= kapitaal + schulden
Kapitaal= actief-schulden
Overnameprijs berekenen:
- Alle overgenomen bezittingen samentellen en dan de schuld hier vanaf trekken.
Goodwill= Een immateriaal vast actief. Goodwill is een Engelse term die letterlijk welwillendheid
betekent en die in de financiële wereld wordt gebruikt om dat gedeelte van de marktwaarde van een
onderneming aan te duiden dat niet direct toewijsbaar is aan de activa en passiva
Hulpschema oefeningen
1. Je zoekt de vaste activa en de vlottende activa aan de actiefkant. (links)
2. Je zoekt het eigen vermogen, de schulden ( vreemd vermogen op lange en korte termijn) en schrijft dit
aan de passiefkant. (rechts)
3. Je telt deze beide kanten dan samen. Belangrijk is dat zowel de activa als passiva gelijk zijn. Beide
kanten bezitten dus hetzelfde bedrag.
4. Moest je aan de passiefkant minder uitkomen dan aan de actiefkant, dan kijk je hoeveel geld je nog
nodig hebt bij de passiefkant om evenveel uit te komen als de actiefkant. Dit schrijf je dan bij eigen
vermogen. Zo zijn uiteindelijk beide kanten toch evenveel.
2
, Vreemde middelen: Afkomstig uit een lening
2. Balansrekeningen
- Een bedrijf zal van een balans rekeningen maken
- Van alle activa wordt een actiefrekening gemaakt
- Een rekening heet rechts credit en links debet
- Alle schuld van de balans wordt op een aparte rekening gezet
- Debet totaal moet altijd gelijk zijn aan credit totaal
- Passiefrekeningen worden gecrediteerd bij de toename van schulden en gedebiteerd bij de
vermindering van schulden!!!
- Actiefrekeningen worden gedebeteerd (toename)
- Passiefrekeningen worden gecrediteerd (afname)
- Actief dat daalt: Credit
- Actief dat stijgt: Debet
- Passief dat stijgt: credit
- Passief dat daalt: debet
Verschil balans en rekening:
Balans:
Statisch: Beeld van de toestand van een onderneming op een bepaald ogenblik.
Betrekking op alle activa-en passivabestanddelen
Linkerzijde= actief, rechterzijde= passief
Actief= passief
Rekening: (t-rekening)
Dynamisch: wordt gebruikt bij de boeking van elk document
Betrekking op één enkel actief- of passiefbestanddeel
Linkerzijde: debet, rechterzijde: credit
Debetbedrag= creditbedrag bij elke boeking
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur JanaCamps. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.