Samenvatting Biologie voor jou VWO 4 - Thema 3: Genetica
25 vues 1 fois vendu
Cours
Biologie
Type
VWO / Gymnasium
Book
Biologie voor jou MAX 4 vwo 2019 lob A
Samenvatting met alle belangrijke termen uit het desbetreffende thema + overzichtelijke afbeeldingen om de stof goed te begrijpen. Deze samenvatting is duidelijk en krachtig geschreven zonder langdradige stukken tekst. Hierdoor ben je optimaal voorbereid voor je school- en eindexamens! Veel succes ...
Begrippen:
Karyogram: een chromosomenportret
● Menselijke karyogram heeft 22 paar (homologe) autosomen en één paar
geslachtschromosomen
Autosomen: de chromosomen die twee aan twee gelijk zijn, dus 22 paar.
Fenotype: Waarneembare eigenschappen van een individu
● Komt tot stand door het genotype en milieufactoren
● Modificatie: verandering in het fenotype
○ Informatie in de chromosomen verandert niet en wordt niet doorgegeven
Genotype: informatie voor alle erfelijke eigenschappen van een individu
Homologe chromosomen: chromosomen die een paar vormen en die gelijk van lengte zijn
● Chromosomen bestaan uit DNA en steuneiwitten
Geslachtschromosomen: paar 23, XX(meisje) of XY(jongen)
Genexpressie: wanneer genen worden aangezet en tot uiting komen
Inactivatie: genen stan uit (bijv. genen voor haargroei aan bij hoofdhuid, maar uit bij lever)
Gen: deel van een chromosoom dat informatie bevat voor een of meer erfelijke
eigenschappen
● Alle genen heb je dubbel behalve als je een jongen bent
Allelen: variant van een gen
● Van elk gen bestaan twee varianten (een van vader en een van moeder)
DNA-sequentie: specifieke volgorde van de stikstofbasen
Een gen bestaat uit nucleotiden. Een nucleotide is opgebouwd uit:
- Een desoxyribose (suiker)molecuul/groep
- Een fosfaatgroep
- Een stikstofbase
De volgorde van de stikstofbase bepaald de eigenschap van het gen (basenparing):
4 stikstofbasen:
- Adenine (A) → adenine - thymine en guanine -
cytosine
- Cytosine (C)
- Guanine (G)
- Thymine (T)
Karyotype 47, XY, + 21 (syndroom van down)
, 3.2 Genenparen
Begrippen:
Locus: plaats van een gen in het chromosoom
Recombinatie: door geslachtelijke voortplanting ontstaan nieuwe combinaties van allelen
Dominant: als van twee allelen van één gen het ene allel overheerst over het andere allel
● Allel dat altijd tot uiting komt in het fenotype
Recessief: allel van twee allelen van één gen dat niet tot uiting komt
● Komt alleen tot uiting in het fenotype als er geen dominant allel aanwezig is
➔ Dominant allel geef je aan met een hoofdletter. Recessief allel geef je aan met een
kleine letter
bv. A = dominant en a = recessief (kan ook andersom)
Onvolledig dominant allel: recessief allel dat bij een heterozygoot individu een beetje tot
uiting komt in het fenotype
● Bijv. homozygoot bruine ogen → bruine ogen
heterozygoot bruine ogen → iets lichtere bruine ogen
Intermediair: fenotype waarin bij een heterozygoot individu beide allelen tot uiting komen
Codominantie: heterozygoot organisme heeft allelen die beide even dominant zijn
● Beide allelen komen dus volledig tot uiting in het fenotype (bloem met rode en witte
kleuren)
AA = homozygoot dominant
● Twee gelijke allelen
Aa = heterozygoot
● Drager van het recessieve allel
aa = homozygoot recessief
Tussen dominant en recessief in:
- Onvolledige dominantie → intermediair
● Vaak bij de kleur van bloemen (intermediair fenotype)
Recombinatie en mutatie:
- Recombinatie vindt plaats tijdens meiose I waarbij chromosomen van een
chromosomenpaar uiteen gaan en geslachtscellen ontstaan met verschillende
genotypen
- Door recombinatie ontstaat een grote genetische variatie door verscheidenheid in
genotypen
● Door genetische variatie heeft een soort een grote overlevingskans, vooral bij
veranderende milieuomstandigheden
○ Genetische variatie ontstaat ook door mutaties
- Rekensom hoeveel combinaties: 2n (n = aantal chromosomen)
Soorten tweelingen:
- Twee-eiige tweeling: twee eicellen en twee zaadcellen versmelten met elkaar
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur deminguyen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.