Een samenvatting van het boek Boekhouden Geboekstaafd 1 door W.J. Broerse, D.J.J. Heslinga, W.M.J. Schauten en Wim Schauten. De samenvatting volgt de chronologie van het boek.
Hoofdstuk 1.1 Het informatieproces in de onderneming
Onderneming = een bedrijf die activiteiten ontwikkeld met de bedoeling hiermee winst te
maken.
Informatieproces in een onderneming:
1. Het verzamelen van gegevens
2. Het vastleggen van deze gegevens
3. Het bewerken van de vastgelegde gegevens
4. Het doorgeven van de bewerkte gegevens aan de vragers ernaar
Met de informatie uit het informatieproces moet je niet alleen functionarissen binnen de
onderneming van deze informatie voorzien, maar ook personen en instellingen buiten de
onderneming. Bv: en bank wil geregeld informatie hebben van een bedrijf waaraan zij
krediet heeft verstrekt.
Bestuurlijke informatieverzorging (BIV) : het systematisch verzamelen, vastleggen en
verwerken van gegevens, gericht op het verstrekken van informatie ten behoeve van het
besturen, het laten functioneren en het beheersen van een bedrijf en ten behoeve van de
verantwoordingen die daarvoor moeten worden afgelegd.
BIV is heel belangrijk binnen een onderneming bij:
Het voorbereiden en het nemen van beslissingen
Belangrijk voor functionarissen binnen de onderneming, maar ook voor
banken/werknemers buiten de onderneming. Om bv beslissingen te maken
op de grond van blijven werken ja/nee als het slecht gaat met een bedrijf.
Het beheersen van de uitvoering van allerlei activiteiten
Controlemiddel van op de activiteiten van de werknemers in het bedrijf
Het afleggen van verantwoording
Functionarissen moeten ook verantwoording afleggen aan managers o.i.d
Ook bij de verantwoording naar buiten (belastingdienst = fiscus) is de administratie
belangrijk. Zo worden resultaten die in een bepaalde periode is behaald verstrekt.
1.2 Administratie en boekhouding
Gegevens in de administratie zijn als volgt te verdelen:
Gegevens die te maken hebben met geld financiële gegevens
Overige gegevens, die niet met geld te maken hebben bijvoorbeeld een lijst
waarop alle namen en adressen van klanten staan
Financiële administratie: het onderdeel van de administratie waarin we financiële gegevens
vastleggen. Andere voorbeelden van administraties: personeelsadministratie,
voorraadadministratie etc.
Boekhouden is een belangrijk deel van de financiële administratie, bij het boekhouden gaat
het om:
De bezittingen
De schulden
Eigen vermogen
Andere financiële gegevens leggen we niet vast in de boekhouding, bijvoorbeeld: offertes.
Het ontvangen van offertes verandert niets aan de bezittingen, schulden of eigen vermogen.
,Handelsonderneming : koopt goederen in met de bedoeling deze goederen, meestal in
dezelfde vorm, met winst te verkopen.
1.3 Administratieve organisatie, bestuurlijke informatieverzorging en interne controle
Administratieve organisatie (AO) : het geheel van organisatorische maatregelen die in een
onderneming worden genomen om de bestuurlijke informatieverzorging op de juiste wijze
te laten plaatsvinden. De AO zorgt voor:
Het opzetten en laten functioneren van een informatiesysteem waarmee de
bestuurlijke informatieverzorging mogelijk wordt gemaakt.
De informatie uit het informatieproces moet betrouwbaar zijn. Hiervoor moet controle
worden uitgevoerd:
Externe controle: bv externe accountant
Interne controle: door de directie of functionarissen waaraan de directe deze taken
overbrengt (delegeert)
Functiescheiding bij controle: functionarissen mogen hun eigen werk niet controleren.
1.4 Verslaggeving
Jaarlijks financieel verslag (jaarrekening) bestaat uit:
- Balans
- Winst – en verlies rekening
- Toelichting op deze overzichten
Interne jaarrekening: de jaarrekening die wordt opgesteld door de leiding van de
onderneming.
Interne verslaggeving: alle informatie ten behoeve van het management.
Fiscale jaarrekening: de voor de fiscus opgestelde jaarrekening. Hier zijn andere regels voor
dan voor de interne jaarrekening.
Externe jaarrekening: de jaarrekening die opgesteld moet worden voor de eigenaren (per
rechtsvorm anders). Bij het opstellen van de externe jaarrekening, is van belang:
Richtlijnen van de Raad voor de Jaarverslaggeving (Nederlands orgaan)
De International Financial Reporting Standarts (IFRS) van de International Accounting
Standards Board (IASB), die vanaf 1 jan. 2005 gelden voor beursgenoteerde
bedrijven.
Samenvaljaarrekening: Door kleine en niet-actieve bv’s en nv’s op basis van fiscale
waarderings- en winstbepalingsgrondslag samen te stellen jaarrekening, die als fiscale én als
externe jaarrekening kan worden gebruikt.
Gepubliceerde jaarrekening: de jaarrekening die openbaar moet worden gemaakt bij het
Handelsregister van de KvK.
Externe verslaggeving: Het verstrekken van financiële informatie met behulp van de externe
jaarrekening aan belanghebbenden.
Hoofdstuk 2.1 Bezittingen, schulden en eigen vermogen
Elke onderneming heeft bezittingen (assets) en schulden (liabilities), voorbeelden van
bezittingen: Bedrijfsgebouw, voorraad, debiteuren, tegoed van de bank, kasgeld.
Voorbeelden van schulden: hypothecaire lening, crediteuren.
Bezittingen – schulden = eigen vermogen
Het eigen vermogen is het vermogen wat de eigenaar zelf in zijn onderneming heeft
geïnvesteerd.
2.2 Inventaris en balans
Inventaris: de volledige lijst die de onderneming opstelt van alle bezittingen en schulden met
de daarbij behorende bedragen.
Verkorte inventaris: als de inventaris heel omvangrijk wordt, neemt de onderneming de
verkorte inventaris op met voorraad, debiteuren en crediteuren (bijvoorbeeld) en vermeld
daarvan de eindbedragen.
Balans: het overzicht van de bezittingen, schulden en het eigen vermogen op een bepaald
moment.
Balans wordt opgesteld in scontrovorm. Debet = linkt, credit = rechts.
Debet = bezittingen
Credit = eigen vermogen + schulden
De volgorde waarin we bezittingen debet op de balans zetten is afhankelijk van de mate van
liqiditeit. Liqiditeit wordt bepaald door de tijd die nodig is om een bepaalde bezitting door
het verkopen van producten om te zetten in geld. Zo is dat voor een bedrijfsgebouw langer
dan voor een voorraad.
Credit:
Eigen vermogen altijd boven aan
Volgorde schulden: afhankelijk van het tijdstip waarop ze moeten worden betaald.
Na het eigen vermogen noteren we credit op de balans:
1. Schulden op lange termijn > 1 jaar
2. Schulden op korte termijn < 1 jaar
2.3 Veranderingen in bezittingen en schulden
Door financiële feiten veranderen de balansposten.
3 financiële feiten met boekingsstuk:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur cpouwer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.