Les 1
Het verschil tussen wettelijk en testamentair (=versterf) erfrecht uitleggen aan cliënten;
In art. 4:1 lid 1 BW wordt onderscheidt gemaakt tussen twee vormen van erfopvolging:
1. erfopvolging bij versterf of ab-intestaatopvolging = het erfrecht via de manier in de wet.
2. testamentair erfrecht = in een testament kan afgeweken worden van het versterferfrecht.
Uitleggen wie op welk deel van de erfenis recht heeft;
Kennisclip – Erfopvolging bij versterf
Alleen bloedverwanten erven, aanverwanten niet.
Drie vragen die beantwoord moeten worden:
1. Wie erft?
2. Wie erft wat?
3. Hoe wordt er verdeeld?
Art. 4:8 BW: geregistreerd partners worden gelijkgesteld met echtgenoten
Art. 4:9 BW: bestaanseis
Art. 4:10 BW: parentele stelsel
Art. 4:11 BW: erven voor gelijke delen
Art. 4:12 BW: erven bij plaatsvervulling
Art. 4:13 BW: wettelijke verdeling
Wilsrechten (bij stieffamiliegevaar):
Wilsrecht II. - nalatenschap eerst overleden ouder
Art. 4:19 BW. Kan ingeroepen worden op het moment dat de langstlevende ouder aangeeft weer
te gaan trouwen. Het kind kan die ouder dan verzoeken om goederen over te dragen uit de
nalatenschap van de overleden ouder. De langstlevende ouder is dan verplicht om goederen met
een waarde ter hoogte van de geldvordering over te dragen aan het kind. Let op: het kind wordt
dan wel eigenaar van de goederen maar ontvangt slechts het bloot eigendom, de langstlevende
ouder mag gebruik maken van de goederen, hij behoudt het vruchtgebruik.
Wilsrechten II. en III. — nalatenschap langstlevende ouder
Art. 4:20 en 4:21 BW. Als de ouder inmiddels is getrouwd en vervolgens overlijdt, dan is de
geldvordering die het kind had op de langstlevende ouder door zijn overlijden opeisbaar
geworden. Het kind kan dan de stiefouder verzoeken om goederen over te dragen, in plaats van
geld. Het kind krijgt dan het volle eigendom. Dit gaat nog over de nalatenschap van de eerste
ouder. Bij de langstlevende ouder ontstaat weer een wettelijke verdeling. Het kind verkrijgt
daarmee een niet-opeisbare geldvordering op de stiefouder. Het kind kan dan direct de stiefouder
verzoeken om goederen uit de nalatenschap van zijn langstlevende ouder over te dragen. Het kind
krijgt het bloot eigendom en de stiefouder het vruchtgebruik
Wilsrecht III. — langstlevende ouder en stiefouder scheiden
, Art. 4:21 BW. Huwelijk van de ouders wordt ontbonden door scheiding. Als dan een ouder
hertrouwd en vervolgens overlijdt dan heb je ten aanzien van die nalatenschap ook weer de
situatie dat door de wettelijke verdeling alles terecht komt bij de stiefouder. Ook dan kan je de
stiefouder verzoeken om goederen uit de nalatenschap van de overleden ouder over te dragen.
Het kind krijgt het bloot eigendom en de stiefouder het vruchtgebruik
Wilsrecht IV. — stiefouder overlijdt
Art. 4:22 BW. Als het kind geen gebruik heeft gemaakt van het derde wilsrecht dan ontstaat het
vierde wilsrecht op het moment dat de stiefouder overlijdt. Op dat moment wordt de
geldvordering van het kind opeisbaar. Het kind kan dan bij de erfgenamen van de stiefouder
goederen opeisen, zij verkrijgen dan het volle eigendom. Let op: hoe het huwelijk van de ouders is
geëindigd, door echtscheiding of door overlijden, is ook hier niet van belang.
Wilsbekwaamheid
De notaris moet bij iedere rechtshandeling controleren of degene die tegenover hem zit
wilsbekwaam is. Twijfelt een notaris aan de wilsbekwaamheid, dan zal hij door middel van het
stellen van vragen een eerste inschatting kunnen maken. Daarvoor gebruikt de notaris het
Stappenplan Wilsbekwaamheid. Ook kan de notaris als hij dat nodig acht de hulp inroepen van een
gespecialiseerde en onafhankelijke arts.
In de uitzending van Zembla ‘De slag om de erfenis’ gaat het om die wilsbekwaamheid. Hier staat
de vraag centraal of degene die het testament heeft opgesteld de gevolgen daarvan wel kon
overzien. Zijn nabestaanden denken van niet, wat nu?
Legitieme portie
Art. 4:63 lid 1 BW → definitie
Art. 4:63 lid 1 BW → wie
Art. 4:64 BW → hoe groot
Art. 4:79 BW → in welke vorm
Art. 4:81 BW → wanneer
Het is pas 6 maanden na het overlijden opeisbaar en dient binnen 5 jaar na het overlijden opgeëist te
worden. De legitieme portie bedraagt de helft van het wettelijk erfdeel.
Uitleggen wie een (levens)testament kan opstellen;
Om een testament te kunnen laten opmaken moet je handelingsbekwaam zijn en dus zelfstandig
rechtshandelingen mogen verrichten en zelf over je vermogen mogen bezitten art. 3:32-34 BW. Hier
is een uitzondering op. Vanaf de leeftijd van 16 jaar is iemand bekwaam een testament te maken art.
4:55 lid 1 BW. Daarnaast kan iemand die wegens lichamelijke of geestelijke stoornis onder curatele
staat slechts met toestemming van de kantonrechter een uiterste wilsbeschikking maken art. 4:55 lid
2 BW. Iemand die wegens drank-of drugsmisbruik onder curatele staat is bekwaam zonder deze
toestemming een testament te maken. Twee mensen kunnen niet eenzelfde akte een uiterste wil
maken. De wet verbiedt namelijk uitdrukkelijk gemeenschappelijke of wederkerige testamenten art.
4:93 BW.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur t2000. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,59. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.