Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Beloningsbeleid (EHSAL Management School) €5,79   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Beloningsbeleid (EHSAL Management School)

 12 vues  0 fois vendu

Samenvatting van 46 pagina's voor het vak Beloningsbeleid aan de Odisee (Slides en lessen)

Aperçu 4 sur 46  pages

  • 10 septembre 2022
  • 46
  • 2022/2023
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
louisevandeplas
Beloningsbeleid (salarisbeleid)
Compensation & Benefits
 Beloningsbeleid/ Compensation & Benefits
- Zeer ruim kader
 Verschillende mogelijke invalshoeken:
- Administratief-technisch = payroll
- Juridisch
 Sociale wetgeving
 Arbeidswetgeving
 Fiscaliteit
- Budget
- Beleidsmatig
- Strategisch

Deel 1: Hoekstenen van een beloningsbeleid
Definitie van Totale Beloning




 Basissalaris = het minimum
- 13,92 keer per jaar betaald: vakantiegeld + dubbel vakantiegeld
+ 13e maand
 Korte termijn variabel = bonussen
 Lange termijn variabel = variabel loon op een langere periode
(meerdere jaren)
- Bijvoorbeeld: ik geef een doelstelling en binnen x aantal jaren
gaan we kijken of je die gerealiseerd hebt
 CASH VERLONING
 Verborgen benefits
- Pensioen, hospitalisatie…
 Zichtbare benefits = vaak een statussymbool (bv. wagen, gsm)
 Emotionele beloning = kwaliteit van het werk

1

, - Tegenwoordig extra belangrijk: toename in burn-out en bore-out

Sociale overlegstructuur
Loonbeleid (ook) resultante van sociaal overleg
 Het loonbeleid in België is grotendeels ingebed in een sociale
overlegstructuur  georganiseerd op 3 niveau’s:
1. Nationaal
2. Sectoraal
3. Bedrijfsniveau
 Nationaal is er vaste & duidelijk omschreven structuur en
procedure:
1. Interprofessioneel
2. Verschillende –vast gedefinieerde- partijen komen samen in de
“Groep van 10”
3. Vaste overlegstructuren
 CRB (Centrale Raad voor Bedrijfsleven)
 NAR
4. Vaste procedures
5. Vast tijdsschema
 2-jaarlijks etc.

Sociaal overleg
Interprofessioneel: 2 jaarlijks (top-down)




 Sociaal overleg in België is heel belangrijk: hiërarchisch
overleg
- Interprofessioneel overleg bepaalt voor alle sectoren
- Alle sectoren bepalen voor alle aangesloten bedrijven

Sectoraal overleg




 Paritair Comité:

2

, 1. Arbeiders
2. Bedienden
3. Gemengd
 Uitvoering interprofessionele CAO
 Concrete maatregelen in functie van aard van de sector
 Vastleggen van arbeidsvoorwaarden is tot op de dag van
vandaag de kern van het sociaal overleg!
 Vaststellen van:
a. Indexsysteem
b. Functieclassificatie
c. Minimum lonen
d. Arbeidstijd
 Bepalende elementen voor het sociaal overleg op
sectorniveau:
1. Het kader/-akkoord van het IPA
2. Economische situatie van de sector
3. Samenstelling van de sector
 Grote ondernemingen
 KMO’s
4. Syndicale opstelling van de vakbondcentrales
5. Politiek/ opstelling van de werkgeversfederatie
6. Structuur van het overleg
 PC, werkgroepen, sociaal fonds…

Sector: indexatie
 Het indexcijfer van de consumptieprijzen geeft het verloop weer
van het prijspeil van een goederen- en dienstenpakket dat
representatief is voor de uitgaven van de gezinnen.
- Het indexcijfer van de consumptieprijzen - beter gekend als 'de
index' - meet de prijsevolutie van de goederen en diensten die
de gezinnen consumeren.
- Dit indexcijfer wordt maandelijks bepaald aan de hand van
de waarde van een 'korf' met de belangrijkste
consumptiegoederen en diensten.
- Het verloop van de indexcijfers toont de evolutie van de
levensduurte voor de gezinnen.
 Indexatie = een automatische loonaanpassing aan de
levensduurte. ( vastgelegd op sectorniveau dus hoef je niet over te
onderhandelen)
 Jaren ’70 (oliecrisis): inflatie schiet door het dak  lonen
begonnen bijna maandelijks te stijgen.
- Onze concurrentiepositie als land leed daar ontzettend onder:
fabrieken sloten omdat produceren in België veel duurder was
dan in onze buurlanden.
- Enorme werkloosheid + economische daling die veel sterker was
dan in onze buurlanden!

3

, - Onze inflatie steeg sneller dan bij de buurlanden: index is
een weerslag van de inflatie  lonen stijgen  productiekosten
stijgen  producten stijgen  inflatie stijgt  lonen stijgen… =
cyclus!
- Hoe heeft politiek dat opgelost?
 Niet elke maand maar lopend vier maandelijks gemiddelde
 Gezondheidsindex
 Levensduurte = inflatie = geldontwaarding = omwille van de
economische bezigheid en het monetair beleid van de ECB, zal je de
producten die je vandaag met 100 euro kan kopen binnen één jaar
niet meer kunnen kopen met 100 euro.
 Geldontwaarding van meestal +- 2%: 100 euro vandaag zal in
nominale waarde volgend jaar ook nog 100 euro zijn MAAR in
termen van koopkracht zal het gemiddeld 98 euro waard zijn.
 Inflatie is kritisch WANT = koopkracht!
- Koopkracht is iets wat medewerkers rechtstreeks voelen.
 Inflatie vandaag is ongeveer 7% (= extreem hoog)  100 euro van
vandaag is volgend jaar 93 euro waard.

 Uit het indexcijfer van de consumptieprijzen wordt nog een ander
indexcijfer afgeleid, het zogenaamde gezondheidsindexcijfer.
- Dit cijfer houdt geen rekening met de prijs van tabaksproducten,
alcoholhoudende dranken, benzine en diesel.
- Lopende 4-maandelijks gemiddelde
- Zijn gok: gas zal niet uit de gezondheidsindex gehaald worden
maar het relatief gewicht van gas zal wel verminder worden.
 Kenmerken:
a. Index op basis 4-maandelijks lopend gemiddelde
 Gezondheidsindex: excl. alcohol, tabak, brandstoffen
b. Automatisch
c. Loonaanpassing
 Minimumlonen EN effectieve lonen (= alle lonen)
 Positief en negatief (!)
 Als de inflatie negatief wordt (=deflatie): lonen kunnen
negatief aangepast worden.
 Weinig landen passen dit toe in het loonoverleg
- België, Luxemburg, Malta
- België is een open economie: de loonaanpassing heeft een
directe impact op de kostprijs van producten en diensten, en dus
ook van het concurrentievermogen
 (Hoge) inflatie is kritisch:
1. Bedrijven (met een kleine winstmarge = 2 à 3%) worden
zenuwachtig:
- 30% gaat naar loonkost (in dienstensector tot 50%)
- Je hebt een winstmarge van 3%  lonen stijgen met 6%  50%
van uw kost is lonen  marge van 3% is verdwenen

4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur louisevandeplas. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,79
  • (0)
  Ajouter