Complete samenvatting over de Economische Dimensie uit Schokland.
Deze samenvatting bevat de volgende thema's:
Thema 1 Werk
Thema 2 Werk en de samenleving
Thema 3 Kritisch consumeren
Hoofdstuk 1 Werken
1.1 Soorten werk:
Meest voorkomende vorm van betaalde arbeid, is werken in loondienst. Je baas is
hierbij je werkgever. Ook organisaties worden vaak werkgever genoemd. Als je in
loondienst werkt ben je een werknemer. Werkgever is verplicht om loon te betalen
voor het werk dat je doet.
Werk kun je verdelen formele en informele arbeid.
Formele arbeid = werk dat wordt geregistreerd en waar je wel belasting over
betaald (zoals werken in loondienst of werken als ondernemer)
Informele arbeid = ongeregistreerd werk waar je geen belasting over betaald (zoals
verbouwen van je huis, verzorgen buurvrouw)
Zwartwerken is ook informele arbeid maar verboden, want je betaald geen belasting
over wat je verdiend.
Ondernemen is ook betaald werk, je hebt je eigen bedrijf en je bent eigen baas. Je
haalt je inkomen uit winst dat je maakt met het bedrijf. Dit inkomen is niet vast. Je
kunt mensen in dienst nemen, je wordt dan ook werkgever.
Ondernemer dat geen mensen in dienst heeft is een zzp’er (zelfstandig zonder
personeel). Als zzp’er heb je veel vrijheid, je kiest wat je gaat doen en hoe je je dag
indeelt. Nadeel is dat je veel zelf moet regelen, zoals verzekeringen en pensioen.
Ook heb je minder zekerheid, want geen vast inkomen en afhankelijk van de vraag.
Voordelen zzp’er:
- Eigen tijd indelen
- Winst voor jezelf, niet voor de baas
- Geen rekening hoeven houden met collega’s
Nadelen zzp’er:
- Geen contact met collega’s
- Veel administratie
- Wisselende inkomsten
Vrijwilligerswerk is onbetaald werk waarmee je bijdrage levert aan omgeving of
samenleving. Zoals koffie inschenken in verzorgingshuis of scheidsrechter zijn bij
een wedstrijd.
Voor een langere tijd voor een familielid of bekende zorgen noem je mantelzorg.
Mantelzorg is een vorm van onbetaalde arbeid.
,1.2 Redenen om te werken:
Mensen hebben redenen om te werken, dit kan zijn:
- Geld – voor velen belangrijkste reden om te werken, financieel zelfstandig.
- Sociale contacten – je hebt contact met mensen, mensen voelen zich prettig
- Structuur – je staat op tijd op, eet op vaste tijden etc.
- Ontwikkelen – kunt je zelf ontwikkelen (ontplooien)
- Betekenis – geeft mensen het gevoel dat ze wat nuttigs doen
1.3 Belang van werk:
Voor samenleving ook belangrijk dat mensen werken:
Producten en diensten – menselijke arbeid is nodig om bijvoorbeeld er voor te
zorgen dat er brood in de supermarkt ligt en dat er treinen rijden.
Belasting – door te werken krijgt de overheid inkomsten. Mensen die werken betalen
belasting over wat ze verdienen, dit is verplicht. Wie en waarover er belasting moet
worden betaald staat in de wet. Overheid gebruikt dit geld weer voor voorzieningen
zoals wegen en uitkeringen.
Integratie – doordat mensen uit diverse culturen samenwerken, komen ze in contact
en kunnen ze elkaar beter leren begrijpen
Begrippen:
Belasting = verplicht bijdrage die burgers en bedrijven betalen aan overheid
Loondienst = werken voor een baas, je krijgt loon voor het werk dat je doet
Ondernemen = je eigen bedrijf hebben
Stage = werk dat je tijdens opleiding doet om ervaring op te doen
Vrijwilligerswerk = onbetaald werk, je levert bijdrage aan je omgeving of de
samenleving
Werkgever = de baas of organisatie waarbij je in loondienst bent
Werknemer = iemand die bij een baas of organisatie in loondienst is
Zzp’er = iemand met een eigen bedrijf, zonder personeel
,Hoofdstuk 2 Werk vinden
2.1 Werk kiezen:
Arbeidsomstandigheden zijn de omstandigheden waaronder je werkt, bijvoorbeeld
binnen of buiten, of in een team of alleen. Ook moet je kiezen of je in loondienst gaat
werken of wilt gaan ondernemen. Dit hangt af van wat je belangrijk vindt. Als je meer
zekerheid wilt en graag contact hebt met collega’s dan werk je waarschijnlijk liever in
loondienst.
2.2 Vacatures zoeken:
Een vacature is een openstaande functie waarvoor een bedrijf een werknemer
zoekt. Organisaties doen dit vaak via sociale media, vacaturesites of kranten. Als je
op zoek bent naar een vacature is het handig om een netwerk te hebben. Dit zijn de
verzameling van contacten die jij in je omgeving hebt. Het verzamelen en
onderhouden van deze contacten noem je netwerken.
Als je een baan zoekt kun je je inschrijven bij een uitzendbureau. Dit is een bedrijf
dat bemiddelt tussen de werkzoekenden en werkgevers.
2.3 Solliciteren:
Solliciteren betekent proberen om een baan te krijgen. In je motivatie vertel je
waarom je solliciteert. Je vertelt waarom je de functie wilt en waarom je bij het bedrijf
wil werken. Dit gaat vaak via een brief of een online sollicitatieformulier. Als je met je
motivatie en cv een goede indruk maakt kan het bedrijf je uitnodigen voor een
sollicitatiegesprek. Hierbij wordt gekeken of je geschikt bent en of je het zelf ziet
zitten.
2.4 Ondernemer worden:
Als je een bedrijf wilt beginnen moet je bedenken wat je wilt gaan opzetten en wat je
er voor nodig hebt, dit beschrijf je in een ondernemingsplan. Hierin staat wat je gaat
doen, hoeveel het gaat kosten en hoe je aan het geld komt. Een ondernemingsplan
is niet verplicht. Wanneer je een goed plan hebt schrijf je je vervolgens in bij de
Kamer van Koophandel. Dit is een landelijke organisatie die het Handelsregister
beheert. Inschrijven is verplicht als je als ondernemer/zzp’er aan de slag gaat.
Begrippen:
Arbeidsomstandigheden = omstandigheden waaronder je werkt
cv = document waar je opsomt wie je bent, welke opleidingen/cursussen je hebt
gedaan en de werkervaring die je hebt
Kamer van Koophandel = een landelijke organisatie die het Handelsregister
beheert, hierin staan alle gevestigde bedrijven
Netwerk = verzameling contacten die je hebt in je omgeving en werkveld
Ondernemingsplan = plan voor het starten van je eigen bedrijf
Uitzendbureau = bedrijf dat bemiddelt tussen werkzoekenden en werkgevers
, Hoofdstuk 3 Aan het werk
3.1 Arbeidsvoorwaarden:
Als je gaat werken maak je eerst een aantal afspraken met je werkgever, over
bijvoorbeeld je loon of je reiskostenvergoeding. Deze afspraken noem je
arbeidsvoorwaarden.
Primaire arbeidsvoorwaarden (volgens de wet):
- Duur dienstverband
- Hoeveelheid loon
- Aantal uren
Secundaire arbeidsvoorwaarden (extra voorwaarden, niet verplicht):
- Compensaties overwerk
- Reiskostenvergoeding
Over veel arbeidsvoorwaarden kun je als werknemer onderhandelen. Je kunt
onderhandelen over je loon en over secundaire arbeidsvoorwaarden.
Het brutoloon is het loon dat de werkgever moet betalen. Hier gaan belastingen en
premies vanaf. Wat je uitbetaald krijgt is je nettoloon.
3.2 Arbeidsovereenkomst
De voorwaarden worden vastgelegd in een arbeidsovereenkomst. Dit is het
contract wat de werkgever en werknemer beiden ondertekenen.
Een overeenkomst kan voor bepaalde of onbepaalde tijd zijn. Bij bepaalde tijd staat
de duur van je dienstverband vast. Je krijgt bijvoorbeeld een contract voor zes
maanden. Dit noem je ook wel een tijdelijk contract. Bij onbepaalde tijd staat geen
einddatum, dit kan alleen eindigen wanneer je wordt ontslagen of zelf ontslag neemt.
Dit noem je een vast contract.
Een contract voor bepaalde tijd kan worden verlengt. Je krijgt er bijvoorbeeld nog
een halfjaar contract bij. Wanneer de werkgever drie tijdelijke contracten heeft
gegeven, moet het vierde contract een vast contract zijn (onbepaalde tijd). Je krijgt
dit ook als je twee jaar in dienst bent.
Bij oproepcontracten staat niet hoeveel uur je per week werkt.
Er zijn drie soorten:
Oproepcontract met voorovereenkomst:
Geen vaste uren, werkgever roept hem op om te werken. De werknemer beslist zelf
of hij komt en geeft dit door.
Nulurencontract:
Geen vaste uren, werkgever roept hem op om te werken. Werknemer moet op het
werk verschijnen.
Min-maxcontract:
Met een minimum en maximum aantal uren, het minimum aantal uren worden
sowieso uitbetaald, ook al wordt er minder gewerkt. Werknemer is oproepbaar tot
aan het maximum aantal uren.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur JornBerntsen2001. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.